een alternatief voor 'de waan van de dag'

Maand: oktober 2018 Pagina 2 van 4

21 oktober: Lezer van de Maand.

Op de vierde verjaardag van mijn blog opperde ik om een nieuwe rubriek te beginnen op ‘de Waarde van de dag’.
Inmiddels hebben zich een aantal lezers aangemeld die ‘Lezer van de maand’ willen zijn.
In deze nieuwe serie stelt één van de lezers zich voor en krijgt de gelegenheid om iets te vertellen over zijn of haar leven.
Dat kan een hobby zijn, maar ook een interessant levensverhaal, of een onderwerp dat deze lezer een warm hart toedraagt.
Om te voorkomen dat een blog heel lang wordt (meer dan 500 woorden) krijgt de lezer van de maand de mogelijkheid om van alle informatie die zij/hij wil delen een PDF te maken, waarnaar we in het blog een link aanleggen.

Iedere ‘Lezer van de maand’ beantwoordt eerst een aantal standaard vragen, zodat we even weten met wie we van doen hebben.
– Hoe kennen wij elkaar?
– Waar en wanneer ben je geboren? (met andere woorden Waor ko’j vot?)
– Verliefd? Verloofd? Getrouwd? Kinderen?
– In welke levensfase zit je nu, hoe vul je je dagen?
– Wat wil je graag met de lezers delen?
Dick de Jong bijt morgen het spits af.
Vandaag gebruik ik dit blog om het spreekwoord ‘het spits afbijten’ toe te lichten.

Heel vaak wordt gezegd: het is toch DE spits?
Hieronder wordt uitgelegd waarom het HET spits is.

De uitdrukking ‘het spits afbijten’ bestaat al honderden jaren en heeft niets te maken met ‘de spits’ in bijvoorbeeld voetbal of met de spits van een toren.
De zegswijze heeft te maken met de manier waarop er vroeger oorlog werd gevoerd.

In de riddertijd was het bij gevechten gebruikelijk dat er twee gewapende groepen mensen tegenover elkaar stonden.
De lans was één van de wapens die bij deze gevechten veel gebruikt werden.
De punt van een dergelijke lans werd vroeger ‘het spits’ genoemd.

Wanneer je als strijder voor in de groep liep, was het zeker dat je de eerste klappen ging vangen.
Deze mensen werden dan ook als zeer moedig beschouwd.
Daar kwam nog bij dat deze strijders ervoor zorgden dat de wapens van de tegenstanders die vooraan stonden als eerste beschadigd raakten, waardoor het voor de mensen daarachter gemakkelijker werd om de vijand te belagen.

De strijders die voorop gingen in dergelijke gevechten waren de strijders die ‘het spits afbeten’.
Ze beten natuurlijk niet letterlijk in ‘het spits’ van de lansen, maar waren dus wel degenen die de eerste stoten van deze lansen op moesten vangen.
Tegenwoordig bestaat ‘het spits’ alleen nog maar in uitdrukkingen, waarvan ‘het spits afbijten’ eigenlijk de enige is die nog regelmatig gebruikt wordt.
Bij andere toepassingen van dit woord wordt altijd voor ‘de spits’ gekozen.
(bron: website ‘IsGeschiedenis’)

Iemand die het spits afbijt is dus een dappere strijder.
Dick…..morgen is deze pagina voor jou!

Reageren

20 oktober: Paarse accenten.

Zaterdag 13 oktober schreef ik al dat wij dit jaar zo genieten van onze tuin in de nazomer/vroege herfst. Het bloeit allemaal nog zo rijk en uitbundig dat ik daar best wat kan afknippen voor een bloemstukje. Vorige week gingen we op bezoek bij vrienden en ik besloot voor de gastvrouw een klein bloemstukje te maken.
Uit de tuin haalde ik een paar hortensiabollen, een paar takjes met paarse besjes, wat herfstastertjes en een aantal stengeltjes met lavendel.
De bijen die daar op dat moment heel druk mee waren, vonden dat geen goed idee, maar er was genoeg: de bijen mochten blij zijn dat het nog zulk mooi weer was, anders hadden ze al lang niet meer gevlogen. En tenslotte is het ook ónze lavendel.

Van de ‘bloemenoogst’ (zie foto boven) uit en de tuin maakte ik in een handomdraai een herfstbloemstukje op een rieten mandje dat ik ooit had gekocht bij ‘het Goed’. Er zat al een plastic binnenkantje in, dus er kon zo een volgezogen stuk oasis in. Resultaat:  oud-rose en blauwe hortensia’s met paarse accenten. (klik op de foto voor een vergroting).

Reageren

19 oktober: Momentje voor jezelf.

Vanaf donderdag geniet ik al van een ruime week herfstvakantie. Anders heb ik nooit genoeg verlof om zoveel dagen vrij te nemen (ik wil rondom kerst namelijk ook altijd graag twee weken vrij), maar tijdens de zomervakantie in Berlijn deze zomer zat ik nog in de ziektewet na de hartoperatie. Dus die dagen hoefde ik niet op te nemen; maar dat was een meevaller!
Dus nu herfstvakantie. Tot en met maandag 29 oktober maar liefst.

“Waar ga je heen?” vroeg een collega toen ik zei dat ik pas over anderhalve week terugkwam op het werk.
Nergens heen.
Deze vakantie ga ik leuke dingen doen met mezelf.
Kleren kopen in Groningen bijvoorbeeld.
Vanmorgen nam ik de bus vanaf het busstation in Roden en stapte 30 minuten later uit op het Zuiderdiep.

Mijn rug is nog steeds niet helemaal in orde, dus het ging me allemaal niet heel gemakkelijk af; ik loop nog wat houterig en kleren aan en uit trekken moet met beleid en rustig aan.
In een pashokje in een damesmodezaak wilde ik drie broeken, een blouse en een jasje  aanpassen.
Met beleid. Maar ook dan is het nog gewurm&gedoe.
Broek aan broek uit, nog een keer broek aan broek uit en nog een keer, bloesje aan en uit, jasje aan en uit, kortom: ‘zwait veur de kop’.
Toen ik er uit was wat ik wilde kopen en uiteindelijk mijn eigen kleren en schoenen weer aan had  moest ik even op de poef zitten die in het pashokje stond.
Haai jong, eem zitten.

Ik keek omhoog en zag de tekst: ‘Momentje voor jezelf’……’
Daar heb ik nou heel andere associaties bij!
Toen ik later in een schoenenwinkel ook nog nieuwe schoenen had gevonden was het tijd voor een  echt momentje voor mezelf.
In een hippe koffietent op de Grote Markt zat ik even later op een barkruk  met een vers krantje en zachte, lichte jazz-muziek op de achtergrond; een vriendelijke Chinese ober vroeg: “Madam. Did you order a cappuccino? Enjoy!”

O man, wat enjoyde ik mijn cappuccino en het krantje; momentje voor mezelf!

Reageren

18 oktober: Klein fietsers-leed.

Gistermorgen was het nog mooi weer, dus ik ging op de fiets naar Groningen. Waarschijnlijk voor de laatste keer dit jaar, tussen de herfstvakantie en de voorjaarsvakantie fiets ik meestal niet.
Het is ’s morgens al best druk op het fietspad.
De e-bike verovert steeds meer terrein en steeds meer mensen gebruiken die electrische fiets als woon-werk-vervoermiddel.

Maar als fietser ben je kwetsbaar. Op het fietspad langs het industrie-terrein in Roden heb je voorrang op het autoverkeer dat het fietspad moet oversteken, maar dat krijg je niet altijd. Automobilisten geven nog even een peut gas en snaaien op het nippertje voor je langs: dat komt de veiligheid natuurlijk niet ten goede.
Als je na een rotonde de weg moet oversteken en je wacht tot er even geen verkeer van de rotonde komt, dan moet je vanuit stilstand wegfietsen. Soms komt er een automobilist zo hard de rotonde opgereden dat die bij je is voordat je bent overgestoken; je spatbord wordt bijna van je  fiets gereden. Men geeft gas, in plaats van dat men op de rem trapt omdat er iemand aan het oversteken is.

Iedereen heeft vliegende haast.
Ook de fietsers zelf kunnen er trouwens wat van.
Verbeten koppen en strakke gezichten, blik op oneindig.
Rücksichtlos in de hoogste versnelling met die fiets.
Schelden op mensen die nietsvermoedend met z’n tweeën fietsen en niet snel genoeg aan de kant gaan. Het wordt er allemaal zo ongezellig van.

Gistermorgen knalde me ook weer iemand voorbij met zo’n niets ontziende blik die zich aan mij ergerde omdat ik van de fiets afstapte; ik wou een foto maken.
Dat kostte hem kennelijk een paar kostbare seconden omdat hij moest afremmen.

 

 

 

 

Wat je niet ziet met de blik op oneindig is bijvoorbeeld deze prachtige zonsopgang bij het Hoornse Meer ’s morgens om half acht. Of een gave inktzwam in de berm die ik gistermiddag spotte.

Reageren

17 oktober: 80 jaar oorlog.

Toen ik eind vorige week zo met m’n rug zat zou ik het liefst in bed blijven liggen, maar dat is niet best voor je rug, dus ik ging er gewoon uit. Bovendien hadden we zondag bij ons thuis familiedag, dus ik moest grote pannen soep koken en boodschappen doen.
Maar na een dik uur in de keuken was ik er even helemaal klaar mee. Moe en zeer.
Even ontspannen op de bank. Op mijn tablet zocht ik naar het programma ’80 jaar oorlog’ van de NTR; daar had ik wat stukjes van gezien en het leek me een erg mooi programma.

Deel 1 heb ik zaterdagmiddag gezien.
Net iets voor mij.
Hans Goedkoop is een fantastische geschiedenisleraar en vertelt met oude prenten, documenten, interviews met historici en nagespeelde beelden het verhaal van onze tachtigjarige oorlog, de oorlog waaruit ons land is ontstaan.

Hans laat ons zien, dat wij die geschiedenis altijd erg ‘gekleurd’ voorgeschoteld hebben gekregen. De slechterik en katholiek Philips, met Alva als vazal en de heilige, protestantse Willem van Oranje met zijn geuzen.
In deze televisieserie krijg je te horen wat er echt gebeurd is en het is razend interessant.
Gelukkig kun je de afleveringen terugkijken, dus ik zal van deze serie geen aflevering missen.

Fundamenten van het kasteel van Lamoraal van Egmond

In augustus stonden wij tijdens ons ‘Noordzee-weekend’ oog in oog met de fundamenten van het kasteel van de graaf van Egmond (zie Een abdij, een ruïne en een visje)>
Toen schreef ik o.a. dit over hem:

In de tachtigjarige oorlog had hij partij gekozen voor de Spaanse overheersers. Hij vertrouwde op Alva,  maar toen hij eenmaal gevangen werd genomen door de Spanjaarden werd hij in Brussel onthoofd.  Zijn kasteel werd door de geuzen (onder aanvoering van Willem van Oranje) met de grond gelijk gemaakt, om te voorkomen dat de Spanjaarden het als verdedigingswerk in gebruik zouden nemen.

Zaterdagmiddag kwam ik te weten wat er precies gebeurd is; de aanloop naar zijn dood en alle achtergronden daarbij. In het programma zagen we dat de schedel van de graaf van Egmond werd onderworpen aan een onderzoek om te kijken of hij na zijn onthoofding nog verder ‘geschonden’ was.

Het was dat ik op de bank lag, maar anders had ik op het puntje van mijn stoel gezeten.
Top-televisie voor kijkers die van geschiedenis houden.
Mis het niet; a.s. vrijdag komt deel 4 om 21.05 uur op NPO 2.
Hierbij een link naar de website van ’80 jaar oorlog’>>>, daarop kun je alle afleveringen terugzien.

Reageren

16 oktober: Zo zal het zijn.

Vorig jaar overleed mijn moeder op deze dag. Maandag 16 oktober om 18.45 uur overleed ze na een ziekbed van twee maanden. (Een waardig einde dankzij de wichter >>>).
Na een jaar kijk ik tevreden op die periode terug. Het was heel druk en hectisch, maar het was een goed afscheid; een voltooid leven. Anders dan bij mijn vader, rustiger.

Twee weken na haar overlijden ging ik na een korte vakantie weer naar mijn werk.
De eerste ochtend dat ik weer in mijn auto zat hoorde ik op de radio het lied ‘Zo zal het zijn’ van Rob de Nijs. Ik kende het niet en ik zat verbijsterd te luisteren.  Het ging over het overlijden van mijn moeder. De tranen stroomden over mijn wangen en het duurde even voordat ik op mijn werk verscheen; het lied kwam wel even binnen ’s morgens om twintig over zeven. Muziek kan me soms zo raken en toen was ik even helemaal van de kaart.

Toeval bestaat niet.
Dat lied is op dat moment voor mij gedraaid.

Hierbij een link naar het lied Zo zal het zijn >>>

Doof nu het licht en sluit je ogen
En vergeet de strijd
Jouw leven hier is omgevlogen
Maar jouw liefde blijft

Maar waar jij gaat
Zijn zon en maan gelijk
De kleinste bloem
Is daar als de hoogste eik
En alle koningen en kinderen
Zijn daar gelijk

Laat nu die laatste droom maar komen
En wees niet meer bang
Jouw nacht van vrede is gekomen
Na een leven lang

En waar jij gaat daar is geen haat of pijn
Het heetste vuur
Wordt dat als van een kaars zo klein
Zoals de zon schijnt na de regen
Zo zal het zijn

En waar jij gaat daar is geen haat of pijn
Het heetste vuur
Wordt dat als van een kaars zo klein
Zoals de zon schijnt na de regen
Zo zal het zijn

Zoals de zon schijnt na de regen
Zo zal het zijn

En waar jij gaat daar zullen vriend en vijand
Samen gaan
Wat stof is zal tot stof vergaan
En elke storm komt weer tot rust daar
Zo zal het gaan

En waar jij gaat laat ik mijn hart en ziel
Met jou meegaan
Jouw taak op aarde is voldaan
Zoals je was in alle liefde

Mmmmmmmmmmmmmm

Zo zal je gaan
Zo zal je gaan
Zo zal je gaan

Reageren

15 oktober: Kornelissen, Trijntjes, Aaltjes en Andriesen.

Vanmorgen stond ik bij mijn aanrecht een grote glazen-afwas weg te werken.
21 glazen om precies te zijn.
Wijnglazen, bierglazen, frisglazen……allemaal vastgehouden door familieleden die gisteren  bij ons op Waninge-Plaza te gast waren voor de Vrieswijk-familiedag.
De nazaten van de man die ik eergisteren beschreef in het blog ‘Opa Vrieswijk’.
Mijn broer, mijn tante, neven, nicht, met aanhang en soms met kinderen: het was een fijne reünie. Twee jaar geleden hadden we voor het laatst zo’n gezamenlijke feestelijke bijeenkomst met kegelen en een barbeque, vorig jaar zagen we elkaar rondom de begrafenis van mijn moeder. Toen stond ons hoofd even niet naar het organiseren van een familiefeest.

Dit keer lag de organisatie in de handen van Gerard en mij en ik vind het belangrijk dat op zo’n dag ook even wordt gekeken naar de generaties voor ons.
De eerste uren van zo’n dag gaan op aan bijpraten, koffie, borrel en een lunch,
maar na de lunch nodigde ik mijn familieleden uit voor een familie-foto-quiz.
We verdeelden de aanwezigen in vier groepen, die zich  over huis, tuin & tent verspreiden en zich bogen over verschillende formulieren.

… een tiental babyfoto’s…..

Bruidsparen zonder hoofden: wie zijn dat? Ome Henk en tante Kinie? Of toch ome Kees en tante Fré?
Een tiental babyfoto’s van familieleden op een A4-tje: er was werkelijk een moeder die haar eigen kind niet herkende. De vader trouwens wel, die zag aan het jurkje welke dochter het was……hilarisch was het.
Vragen over de geschiedenis van de familie: hoe heette het schip van opa? O, Ebenhaëzer? Waar was de camping waar ome Jo een caravan had? Ja, aan de Ems….
Vragen over namen van voorouders: “Vul maar Aaltje in, dan is het altijd wel een keer goed.” Hetzelfde gold voor Andries en Cornelis.

“Wie zit daor nou naost ome Kees?”

Dat wat ik graag wilde gebeurde ook: we haalden herinneringen op aan eerdere familiedagen, vertelden verhalen van vroeger en zo was de generatie voor ons er toch nog een beetje bij.
Na de quiz was er nog ‘vrije tijd’ en wat doen we dan?
Spiekerhouw’n, klaverjassen en beppen.
We sloten de dag af met een heerlijk etentje in wokrestaurant Jasmijngarden in Assen.
Topdag.
Volgend jaar gaat ‘Hengelo’ het organiseren.
Om in de terminologie van Opa Vrieswijk te blijven: “Zo de Heere wil en wij leven”.

PS Vanmorgen wilde ik een was ophangen, het was immers prachtig weer.
Maar voor het opzetten de GWP (zie blog van gisteren) moest de waslijn worden gedemonteerd.
De tent was gisteravond wel weer afgebroken, maar de waslijn……

Reageren

14 oktober: GWP in een prachtig decor.

De weerrecords sneuvelen bij bosjes deze zomer en dit najaar.
Wát een weekend hebben wij op 13 en 14 oktober.
Wij waren zaterdag de hele dag in en om het huis aan het rommelen, want zondag hadden we Vrieswijk-familiedag bij ons in de tuin. Daarover morgen meer.

         

Dat zou natuurlijk helemaal niet in de tuin.
Wie denkt nou dat je half oktober de hele dag buiten kunt zitten…….
Dus Gerard haalde zaterdagmorgen de GWP op bij zijn broer in Hoogersmilde (de Grote Waninge Partytent, daar kunnen ook best Vrieswijken in) en was de hele middag onder de pannen met de installatie daarvan. Ondertussen genoten we van onze tuin op deze prachtige herfstdag.
Een struik tjokvol paarse besjes, een border met herfstasters en hortensia’s (foto’s boven)
en druiven die we dit jaar gewoon kunnen eten; lekker zoet!
(klik op de foto’s voor een vergroting)

   

Wat een mooi decor om de familie in te ontvangen!

Reageren

13 oktober: Opa Vrieswijk

Op 16 mei en 3 juli haalde ik herinneringen op aan mijn twee oma’s.
Daar hoorden natuurlijk opa’s bij die ik ook allebei goed gekend heb: vandaag wijd ik mijn blog aan de vader van mijn vader, mijn opa Vrieswijk.
Andries Vrieswijk heette hij en mijn vader was zijn oudste zoon.
In mijn herinnering zijn de woorden Opa Vrieswijk, Gereformeerd en Kerk onlosmakelijk met elkaar verbonden.

Het geloof speelde in zijn leven een hele grote rol; mede daarom was hij altijd wat formeel en afstandelijk. Zijn kinderen kregen een hele strenge, gereformeerde opvoeding en hij moest later lijdzaam toezien hoe de regels omtrent kerkgang en zondagsrust heel langzaam afbrokkelden.
Als kind zat ik eens naast hem bij ons in de kerk in Hoogersmilde en het viel me op dat opa niet meezong met de liederen, dus dat vroeg ik aan hem. “Omdat ze niet meer op hele noten zingen.” O. Ik durfde ook niet verder te vragen, dus ik vroeg het later aan mijn vader. Die legde uit dat vroeger de Psalmen alleen met hele noten werden gezongen, maar dat opa niet meer meezong sinds men op hele én halve noten was gaan zingen.
Onbegrijpelijk vond ik. Het er niet mee eens zijn en dan vervolgens nooit meer psalmen zingen……

Er moest regelmatig water bij de huisregels-wijn. In gereformeerde kringen had men bijvoorbeeld vroeger nooit een kerstboom in huis; maar toen mijn ouders met mij een weekend met kerst kwamen logeren moest er toch maar een kerstboom komen. “Ach, toe dan maor. Veur ’t kind”.” Opa had altijd een waas van ontzag om zich heen hangen. Hij had zijn eigen stoel en niemand die het ooit waagde om daar op te gaan zitten. Ook begon en eindigde hij iedere maaltijd met een hardop uitgesproken gebed. Legendarisch zijn de woorden van mijn broer, die op 5-jarige leeftijd wel iets vond van de lengte van die gebeden.  “Opa, weet ie wat ie bennen? Een langbidder!” Eigenlijk vond iedereen dat…….

Opa werd in 1970 plotseling weduwnaar omdat oma onverwacht overleed op 62-jarige leeftijd. Het verdriet daarover maakte van hem een gebroken man. Hij is niet lang alleen geweest, hij trouwde na een aantal jaren met de weduwe Fenna Ringenier; een heel andere vrouw dan oma was, maar hij is met haar nog meer dan tien jaar gelukkig getrouwd geweest.

Opa bekeek met afgrijzen de ontwikkelingen op maatschappelijk gebied in de jaren ’60 en ’70. De losser wordende moraal, de politieke ontwikkelingen, maar vooral de veranderingen in de kerk, bijvoorbeeld kinderen aan het avondmaal: het was hem allemaal een doorn in het oog. Ook mijn kleding, taalgebruik en verdere ontwikkeling in de puberteit sloeg hij met argusogen gade; maar als kleindochter kon ik ook niet veel verkeerd doen, dus het werd gedoogd.

Eén van de mooiste momenten die ik beleefde met opa was toen ik gitaar ging spelen.
Een gitaar was in opa’s ogen een verderfelijk instrument;  waarom koos ik niet voor orgel? Bij gitaren had hij beelden voor zich van the Rolling Stones en die stonden voor sex, drugs en rock&roll en dat was allemaal niet wat opa voor zijn kleindochter wenste.
“Maor ik kan ok liedties van Johannes de Heer speulen, opa” en zong voor hem ‘Op die heuvel daarginds, stond een ruwhouten kruis’.
Opa zong het lied mee. Mét hele en halve noten, want liederen uit Johannes de Heer waren geen psalmen.

Opa is in december 1982 overleden, vlak voordat Gerard en ik trouwden in maart 1983.

Mijn keuze voor Gerard kon zijn goedkeuring gelukkig wel wegdragen; hij was dan wel niet gereformeerd, maar wel ‘van de kerk’…….

Reageren

12 oktober: Omhels de bal….!

Vrijdagmiddag staat er FysiYoLates in mijn agenda.
Met een zere rug zag ik mezelf nog niet heel ingewikkelde oefeningen doen op het matje, maar ik besloot toch te gaan. “Wat niet kan doe ik dan gewoon niet” dacht ik bij mezelf.
Maar er lagen helemaal geen matjes. We gingen eerst gewoon staan en danspassen maken. Als je met je voet de grond aantikte, moest je je heup een beetje optrekken.
Je bekken kantelt dan een beetje.

Trijntje vertelde dat ze in de mannengroep vanmorgen een compliment had gegeven: “Mannen, wat kunnen jullie dit goed!” Dat vonden de heren erg aangenaam om te horen.
Toen Trijntje vervolgens zei dat ze hartelijk welkom waren bij de salsa-dans-lessen verderop in de week waren ze ineens een stuk minder enthousiast.

Terug naar de les. Na het dansen kregen we allemaal een grote bal, een soort skippybal, maar dan zonder handvat. Met deze bal gingen we allerlei oefeningen doen. Er op zitten en je bekken als een schaal heen en weer bewegen bijvoorbeeld.
“Breng je rechterheup naar je rechteroksel.”
Hè? O, Trijntje bedoelt: RICHTING je rechter oksel.

Zitten op de bal met de voeten van de grond en losse handen.
Je heupgewricht ronddraaien op de bal.
Zittend op en neer wippen op de bal en in één keer opstaan.
Bij al deze oefeningen voelde ik mijn rug, maar mits rustig uitgevoerd was het nog goed te doen.

“Ga je op je knieën zitten met de bal voor je. Omhels nu de bal.”
Wij krijgen werkelijk de gekste opdrachten, maar niemand vertrekt een spier; iedereen slaat z’n armen hartstochtelijk om de grote bal heen en wacht op verdere instructies
Het was de bedoeling dat we over de bal heenrolden, in die houding deden we ook verschillende oefeningen.

Eigenlijk heb ik vanmiddag alle oefeningen mee kunnen doen; mijn rug was beslist wat soepeler geworden. Ik dacht aan de goede adviezen van vande week: “Niet gaan zitten! Niet gaan liggen!  Blijf in beweging!”
Maar aan het einde van de les mocht ik eindelijk met mijn vermoeide en geplaagde rug gaan liggen. Even ontspannen; ach wat heerlijk.
Trijntje gaf me nog een ontspanningsoefening mee voor thuis en plakte fel-rose tape op mijn rug: mag ik uitproberen. Volgens haar biedt deze tape door zijn elasticiteit extra ondersteuning voor het gewricht, zonder de bewegingen te blokkeren. Door de tape wordt de huid als het ware een stukje van de pijnlijke onderlaag getild, waardoor de druk en de spierspanning op de pijnlijke plek afneemt.

FysiYoLates. De les doet haar samengestelde naam eer aan.
Fysio, yoga en pilates.
Ook (en misschien wel juist) als je een zere rug hebt.

Reageren

Pagina 2 van 4

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén