Het trechterbekervolk, dat in Drenthe de hunebedden heeft gemaakt, woonde ook in Noord Duitsland. Op Rügen zijn nog veel overblijfselen van die cultuur te vinden,  waaronder een aantal grafheuvels en hunebedden. Die heten daar trouwens anders: de Duitsers noemen het ‘ein gross Stein grab’.
Op onze fietstocht langs de oostkust kwamen we dichtbij het hunebed dat Herzogsgrab genoemd wordt; daar had ik al één en ander over gelezen,  dus dat zochten we op.
In tegenstelling tot de Drentse hunebedden zijn ze op Rügen niet gerestaureerd. Men heeft ze wel onderzocht en in kaart gebracht,  maar heeft het verder gelaten zoals het was.

Toen we met de tong op onze schoenen (want op een heuvel) bij het Herzogsgrab aankwamen zagen we een paar grote keien met een kring van grote stenen er omheen. Het was een open plek in het bos en er stonden oeroude bomen. Op een informatie bord dat er bij stond was te lezen hoe groot het graf was geweest,  wat men er had gevonden en waar het voor gebruikt was. Het maakt onderdeel uit van  de historische route ‘Heilige Statten’ die op Rügen is uitgezet. 

Een heilige plaats. Op de één of andere manier ben ik daar gevoelig voor. Ik maakte foto’s en realiseerde me dat ik op historische grond stond.  Het zonlicht werd gefilterd door de oude bomen en ik voelde het mysterie van deze bijzondere plaats.  Voor mij één van de mooiste momenten van deze vakantie.

Gerard legde het moment vast met zijn telefoon: een nietig Aaltje bij een eeuwenoude ‘heilige Statte’.
(klik op de foto voor een vergroting).