Rond drie uur stonden wij in de Cornelis-clan startblokken gistermiddag. Schaduwplekken gecreëerd op Waninge Plaza met een parasol en een tarp van plastic grondzeil en stoelen ruim neergezet.  Er was koffie/thee en zelfgebakken marmercake.  Het eerste deel van de middag deden we bingo. Er waren prijzen zoals ‘Drentse knienekeutels’ (dropjes) en een verse Donald Duck.  Mijn broer vraagt dan plagend of ik ook bingo-stempels heb,  dan kun je heel veel kaarten tegelijk doen. Nee Henk. In opperste concentratie werden de cijfers doorgestreept

Het tweede deel nam schoonzoon Cees voor zijn rekening: hij ging de familie leren darten.
Onder het dartbord stond een tweezitsbankje; Jon vroeg zorgelijk of darten iets te maken had met ‘de appel op een hoofd’?  Nee, dat gelukkig niet. Maar het was wel een stuk moeilijker dan bingo.  Cees had zijn eigen dartbord met 12 pijltjes mee en legde ons de puntentelling uit. Het bleek nog moeilijker dan wij hadden gedacht. “Dus als je in dat hele kleine vakje gooit in het 20-veld dan heb je zestig?  En als je je drie pijltjes allemaal in dat ene vakje gooit heb je de beroemde ‘ONE HUNDRED AND EIGHTIE!”  Frea constateerde dat dat waarschijnlijk  niet ging lukken.  “Ik ben al blij als ik die pijltjes in het bord krijg… ” Eigenlijk gold dat voor ons allemaal. We speelden in tweetallen en amuseerden ons kostelijk. Ondertussen gingen er schalen vol chips, meloen, druiven en M&M’s door; de marmercake was toen al lang op.

“Laat mij maar tellen en opschrijven” had ik overmoedig geroepen; dat doe ik immers met klaverjassen ook altijd. Maar met klaverjassen moet je optellen, bij darten tel je van een beginsaldo naar beneden. We begonnen allemaal bij 301. Moet eigenlijk 501 zijn, maar volgens Cees duurde dat te lang. Hij had onze dart-skills goed ingeschat.
“Hoeveel is 141 min 57 jongens?” Het was warm en ik had al een glas wijn op……
Op het laatst waren Cees en ik nog niet geweest, dus wij gingen tegen elkaar.
We hadden als maximum 40 pijltjes ingesteld, maar Cees ging met zulke grote klappen naar beneden, dat ik in de hele pot maar 9 pijltjes had gegooid toen hij al had gewonnen.
De olympische gedachte bracht troost: meedoen is belangrijker dan winnen.

We sloten de middag af met een etentje bij Alida’s Smulpaleis.
We hoefden aan niemand uit te leggen waar dat was, dus rond 18.00 u schoven we met z’n twaalven aan de gereserveerde groepstafel.
Bij Alida serveren ze de oer-Groningse ‘Aaierbaole’ met patat én hebben een Sundae’s versie met advocaat, voor mij de ideale combinatie van een ongezonde maaltijd.
Halve kippen, mega-hamburgers, kroketten: er kwam van alles op tafel, iedereen had besteld wat hij/zij het lekkerst vindt.

Het was een echt Vrieswijkfeestje.
Een spelletje doen met niet al te veel inspanning en tussendoor genoeg tijd om bij te praten.
Ouderwets bingo spelen met de antieke Vrieswijk bingodoos en als troostprijs voor iedereen één van oma Vrieswijks favoriete ‘spekken’.
Meer weten over de Cornelis-clan?
Hierbij een link naar het blog over de bijeenkomst van vorig jaar, van daaruit kun je steeds terugklikken naar eerdere edities.