Op 2 januari ruimde ik alle kerstspullen op; ook de adventskrans die al vanaf eind november op de salontafel stond.
Die nam best veel ruimte in en afgelopen week vond ik het wel heel leeg; ik besloot om een winterbloemstukje te maken met materiaal uit de tuin.
De hortensia’s zijn allemaal dood en bruin, daar viel niks meer van te maken, maar ik vond nog wel wat spul dat ik kon gebruiken.
In de kelder stond een grijze, lage, ronde bloempot, daar deed ik een vierkant stuk oasis in.

Als basis gebruikte ik skimmia. Eerst prikte ik die plat liggend op de rand van de bloempot in de oasis, daarna vulde ik het midden er mee op.
Dat zie je op de eerste twee foto’s.
Daarna plaatste ik een glazen waxinelichtjeshouder in het midden en vulde het bloemstukje vervolgens op met donkeroranje rozenbottels, een paar takjes met kleine paarse besjes van de schoonvrucht, een paar takjes van de dwergmispel (met kleine, rode besjes) en een paar stukjes oranje-bruine heester, waarvan ik naam niet weet; wie het weet mag het zeggen.

Het bloemstukje staat nu op een sier-dienblad op de salontafel.
’s Avonds brandt er nu toch nog een kaarsje.
Het is maar een klein bloemstukje, maar het fleurt de kamer toch een beetje op en straalt gezelligheid uit.
Dat heb ik kennelijk nodig in deze coronatijd, waarin we zoveel thuis zijn.