De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

5 januari: Sinter-Oud&Nieuw

Omdat Frea en Jon begin december niet in Nederland waren en omdat we toch graag met elkaar het Sinterklaasfeest wilden vieren hebben we de Goedheiligman gevraagd of hij de pakjes wat later wilde brengen. De Sint stemde in en liet een hulp-Piet op 30 december  twee zakken cadeautjes bezorgen bij ons aan de Boskamp.
Op 3 december had ik nog een behoorlijke voorraad lekkers gekocht; dat strooide ik niet in één of andere hoek, maar dat zette ik in een grote schaal op tafel.

Het duurde even, maar halverwege de zaterdagmiddag kwam iedereen in de stemming.
“Heb je een schaar voor mij?””
“Heb je nog Sinterklaas-papier?”
Tuurlijk. Met voorbedachte rade had ik 8 rollen in huis gehaald.
“Is er ergens een klein doosje?”
“Heb je een nietapparaat?”
“Waar is de plakband!”
“Kan ik nog wat printen?”
We zochten wat Sinterklaasliedjes op, zongen een paar regels mee en toen was het weer gewoon 5 december.

TIRAN van Catan

Jaren heb ik iedereen geplaagd met gedichten over blunders, slechte gewoontes en rare hobby’s.  Maar wie kaatst kan de bal verwachten en dit jaar kreeg ik nogal wat ballen.

Er was bijvoorbeeld een ‘Mindfullness kookboekje’ omdat ik had staan stressen om twee verschillende ovenschotels (waarvan één vegetarisch) op tijd klaar te krijgen.
Verder was er een pakje met een plastic kroon; het bijbehorende gedicht bombardeerde mij tot ‘Tiran van Catan ‘. Omdat ik Kolonisten van Catan had gewonnen door van alles van iedereen af te pakken.

Vanwege mijn vermeende betweterigheid op het gebied van geschiedenis (o.a. als nieuwbakken gids in de Catharinakerk) kreeg ik een hoed, heel toepasselijk in de vorm van een mijter en een bijbehorend gidsen-vlaggetje.
En omdat ik kennelijk vaak zit te drammen over de kaas die niet goed wordt gesneden (zie Keze snieden >>>) kreeg ik voorgesneden plakken kaas.

Vier uren duurde de pret.  Surprises, cadeautjes, gedichten: iedereen kreeg wel een veeg uit de pan. We hebben ons er in ondergedompeld.

Het lekkers ging overigens niet allemaal op; op 2 januari hadden we nog pepernoten bij de koffie…..

Reageren

4 januari: Murder on the Oriënt Express

Op tweede Kerstdag gingen Gerard en ik ’s avonds naar de bioscoop.
Op mijn verzoek bezochten we de film “Murder in the Oriënt Express’.
Die was in november al uitgekomen: in Elst/Arnhem zag ik destijds een grote filmposter in een bushokje.
Als je van actie, science fiction en spectaculaire stunts houdt moet je niet naar deze film gaan.
Het boek van Agatha Christie had ik al gelezen en de film-versie van 1974 had ik ook al gezien, dus voor het onverwachte plot hoefde ik ook niet te gaan.

Maar ik ging voor de nostalgie.
Ik heb er van genoten.
Prachtige beelden van de luxe Oriënt Express, verzorgde kostuums, alles uitgevoerd in de sfeer van 1932.
Goede acteurs, goede grime.
(klik op de foto: alle acteurs komen mooi in beeld).
Vooral wat schmink doet viel me op in deze film.
In het begin ziet iedereen er keurig gepolijst uit; geen rimpeltje, alles even keurig en netjes.
Maar in de loop van het verhaal zie je de karakters veranderen: iedereen draagt een geheim met zich mee en heel langzaam gaat het laagje chroom eraf.
Mooi.

Hercule Poirot is al heel vaak gespeeld door veel verschillende acteurs.
De Hercule die Kenneth Branagh speelt is geloofwaardig, hij wordt niet geridiculiseerd.
De film doet recht aan het verhaal van Agatha Christie, al vind ik wel dat in het boek de karakters veel meer worden uitgediept, je weet veel meer van de mensen.

Aan het eind van het verhaal wordt Poirot opgewacht door een functionaris die hem vraagt direct met hem mee te gaan; er is een gevaarlijke situatie op de Nijl.
“Death on the Nile” is ook een heel bekend boek van Agatha Christie.
Zou het…!? Dan ben ik weer van de partij!

Reageren

3 januari: For auld lang syne

De laatste week van het jaar stemmen wij af op Radio 2 voor de Top 2000.

Het viel me niet mee eind 2017.
Steeds meer muziek die ik niet ken en veel muziek in de categorieën Gerag, Herrie en Kan dit weg.

Maar de laatste twee dagen waren onze dochters met hun aanhang thuis en ik zag en hoorde hen tot mijn stomme verbazing vrolijk meezingen met muziek uit de drie bovengenoemde categorieën. Heel duidelijk voelde ik de generatiekloof; bij sommige liedjes  was er in mijn beleving zelfs sprake van een ravijn.

Maar er was ook sprake van verbinding.  Tijdens een potje klaverjassen met één dochter en twee schoonzonen klonk ineens uit vier monden ‘THEY CALLED THE RISING SUN! ”

Op Oudejaarsavond, na Youp van het Hek, hadden we allemaal nog twee gloeiend hete Vietnamese loempia’s en gingen we tegelijkertijd meezingen met Bohemian Rapsodie van Queen; dat resulteerde in een vrolijke chaos.

Na het toasten, omhelzen en zoenen introduceerden we een nieuwe traditie. Frea en Jon vertelden over de Engelse gewoonte om samen ‘For auld lang syne’ te zingen.
(meer info zie >>>)
’s Middags hadden we dat al even geoefend en om vijf over twaalf zongen we met z’n achten hand in hand  dit oude Schotse lied. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat de tekst niet helemaal goed uit de verf kwam.

Frea maakte een tekening van dit gebeuren: klik op de afbeelding voor een vergroting.

Zo’n oud lied. Het ontroerde me om het met ons gezin te zingen. Het loste de generatiekloof op.
Samen zingend 2018 in; beter kun je een jaar niet beginnen.

Reageren

2 januari: Janus

Januari,  de eerste maand van het nieuwe jaar.
Op het moment dat ik dit blog zit te schrijven is het nieuwjaarsdag 21.30 uur.
Vanmiddag heb ik de kerstbomen afgetuigd en alle andere kerst-dingen opgeruimd en/of weggegooid.
Met nog een paar vakantiedagen voor de boeg heb ik vandaag heel erg zitten nagenieten van de afgelopen week.
Donderdagmiddag haalden we Frea en Jon van Schiphol voor een week kerstvakantie aan de Boskamp.  Zaterdagmiddag kwamen ook de andere dochters met hun vrienden bij ons en gingen we met elkaar ‘op petret’: Fokke maakte een familie-foto-reportage.
Zaterdagavond vierden met elkaar het uitgestelde Sinterklaasfeest.
Zondagmiddag ging Gerard oliebollen bakken die ook gelijk allemaal werden opgegeten, zondagmiddag genoten we van de tuinhaard, glühwein, soep en warme broodjes en zondagavond zaten we met onze club het oude jaar uit.
Maandagmorgen kwam ook mijn broer nog langs met zijn gezin en toen was mijn voorraad chips, drinken, kaas, worst en andere lekkere dingen helemaal op.
Wel 8 blogs had ik erover kunnen schrijven!
Maar ik heb mijn tijd bewust besteed aan ons gezin: het was onvergetelijk.
Maar ik maakte natuurlijk wel aantekeningen, misschien deel ik nog iets in de komende weken…….

Zondagmorgen, Oudejaarsdag, zaten Gerard en ik in de Catharinakerk voor de laatste viering van het jaar.  Daar maakten we kennis met Janus, de Romeinse god van het begin en het einde.  Naar hem is de maand januari genoemd. Janus heeft twee gezichten: de ene kant van het beeld is een jong gezicht dat vooruit  kijkt naar het nieuwe jaar; de andere kant is van een oude man die terugkijkt op het afgelopen jaar.

We werden in de viering opgeroepen om goed om ons heen te kijken, zelf na te denken en vervolgens aan de slag te gaan.

De overdenking werd afgesloten met een video van Wende Snijders. Zij zong op heel indringende wijze het lied, ‘Mens, durf te leven.’ Eigenlijk was dat de preek in een notendop. De dominee noemde het een klassieker van Ramses Shaffy, maar dat is niet de hele waarheid. Ramses heeft het lied gezongen, maar het is in 1917 al geschreven  door Dirk Witte en destijds uitgevoerd door Jean Louis Puisisse.

De tekst is dus al honderd jaar oud, maar het heeft nog niets aan zeggingskracht ingeboet.
Meer weten over dit lied?  Zie Wikipedia>>>
Klik hier  Mens, durf te leven  voor een PDF met de tekst.
Als je klikt op deze link >>> zie je de versie van Wende Snijders die wij in de viering hoorden.

Daarmee gaan we het nieuwe jaar in!

Reageren

24 december: Een kerst- en nieuwjaarsgroet.

2017

het jaor vleug weer veurbij
met vrieskolle en lentedauw,
met zummerzunne en harfstmist.

de jaorgetieden namen van alles met
dikke lol
zörgen
mooie reizen
afscheid en verdriet
onzekerheid
vertrouwen
vriendschap
liefde
geluk

de jaorgetieden komt weer trugge
de jaoren niet

vier het leven, wat de seizoenen oons ok brengt.
wij wenst jullie een goed 2018!

Gerard en Ada

Reageren

23 december: De seizoenen komen terug, de jaren niet.

Afgelopen jaar hoorde ik op de radio een lied dat ik in eerste instantie niet goed hoorde.
Eén zin hoorde ik wel en die bleef hangen “Maar de seizoenen komen terug, de jaren niet.”
De laatste zin was: “Er zal bloesem komen die je niet meer ziet”.
Tegenwoordig kun je op internet alles vinden, dus in no-time had ik het lied gevonden.
Het is geschreven door Ivo de Wijs en de muziek is gecomponeerd door Joop Stokkermans.

Wat een mooi lied.
Ik downloadde een versie van Simone Kleinsma en af en toe komt het voorbij als ik mijn favoriete muziek beluister.  Hierbij een link naar een YouTube video van het lied.

Wil je tekst er bij lezen? Klik hier De seizoenen voor een PDF met de tekst.

Aan het einde van dit jaar wilde ik iets bijzonders maken van onze kerst- en nieuwjaarsgroet. Ik zocht naar een passend gedichtje dat aansloot bij mijn gevoel, maar ik vond niets.
Toen besloot ik om zelf iets te schrijven; dan kun je immers je eigen gevoel gewoon benoemen.
Als uitgangspunt nam ik de zin ‘de seizoenen komen terug, de jaren niet.’
In mijn eigen streektaal schreef ik een kort gedicht.
Dat hebben we voor onze kerst- en nieuwjaarsgroet voor vrienden en familie dit jaar gecombineerd met het prachtige schilderij dat we hebben gekocht van Wimmy Barf, het kunstwerk waar ik gisteren over schreef.

Morgen sluit ik mijn verhalen voor dit jaar af met dat gedicht. Het heet ‘2017’ en is bedoeld als kerst- en nieuwjaarsgroet voor alle lezers van mijn blog.
Daarna neem ik, net als vorig jaar, een weekje vakantie van de dagelijkse schrijverij.
Tot ziens in 2018!

Reageren

22 december: Vier het leven

Op 9 oktober (zie >>>) schreef ik dat Gerard en ik een schilderij hadden gekocht.
Toen vertelde ik nog niet wat het was, inmiddels is het echt in ons bezit en hangt het in onze woonkamer.

Het is een schilderij dat gemaakt is door Wimmy Barf, één van de kunstenaars die dit jaar een kunstwerk aanleverde voor de Kunstkalender van de ZWO van onze PKN-gemeente.
Het werk heet “Op het leven” met als ondertitel: “Vier het leven…… vandaag!”
Het past bij ons en het past bij ons huis.
Het plaatje op dit blog is wat klein, maar als je op de foto klikt komt hij groter in beeld.

Wimmy: bedankt voor het delen van je talenten en het verkopen van dit werk aan ons.

Reageren

21 december: It’s beginning to look a lot….

De donkere dagen voor kerst.
Steeds meer kerstmuziek op de radio, Engelse kerstmuziek vooral.
“It’s beginning to look a lot like Christmas!” zingt Bing Crosby.

En inderdaad, het begint steeds meer op kerst te lijken.
Zelfs de immer ernstig kijkende stichter van het verzorgingshuis waar ik werk staat jolig met een muts op in de gang.
Op diezelfde gang klinkt “Nu sijt wellecome”, gezongen door het koor van het huis.
Oude stemmen, maar in mijn oren klinkt het mooier dan de zoetgevooisde Crosby.
Gistermiddag om kwart voor drie wenste ik mijn collega’s allemaal fijne kerstdagen: op vrijdag 5 januari ben ik er weer.
Kerstvakantie.

Eenmaal thuis zat ik met een kopje thee dit blog te schrijven, Radio 5 zachtjes aan. André Hazes zong over zijn ‘eensame kerst’; “Ik foel mij as een kerstboom sonder piek…!
Heerlijk. Dat hoort ook bij kerst.

De brievenbus klepperde en ‘het Roder Journaal’ lag op de mat met een verrassing: ‘onze dominee’ Bart Elbert stond met z’n kop in de krant!
Onder de kop ’n Prachtig mooi verhaal werd hij geïnterviewd over Kerst.
Het legde de kern van het kerstfeest even weer bloot:
Journalist: “Maar is het niet een beetje zoet allemaal, zo met die os, ezel en engeltjes?” “Die os en ezel worden in de Bijbel niet genoemd”, corrigeert de theoloog. “De stal of herberg staat trouwens ook alleen in het Lucas evangelie.”
Vooruit dan maar. Tenslotte raakt de aanblik van een baby bij iedereen een snaar.
“Het roept verwondering op. Het raakt natuurlijk ook aan het kind in onszelf. Zoals Huub Oosterhuis dicht: wek mijn zachtheid weer/geef mij terug de ogen van een kind/ dat ik zie wat is/en mij toevertrouw/en het licht niet haat.
Het hele artikel lezen? zie >>>

Gisteravond ging ik naar het kerstconcert van InBetween en genoot van de sfeer en van de goed uitgevoerde liederen. Ze zongen veel mooie muziek, maar ik was het meest onder de indruk van hun uitvoering van ‘Silent night’. Het derde couplet werd fluisterzacht ingezet. Dat maakt op mij altijd meer indruk dan hele bombastische muziek met toeters en bellen.

Dit blog sluit ik af met een filmpje uit de categorie ‘Sweet memories’.
Vroeger, toen de kinderen klein waren, konden we altijd erg genieten van korte tekenfilmpjes van Walt Disney.
Deze heet  ‘Pluto’s christmas tree”.
Mickey  Mouse haalt een boom uit het bos, waar per ongeluk nog de twee eekhoorntjes Knabbel & Babbel in zitten. Het is een vermakelijk filmpje; vooral het moment waarop een eekhoorntje heeft ontdekt dat als je steeds aan een lampje draait, dat dan de lichtjes steeds aan en uit gaan. Het slot is zo lief: ze eindigen zingend.
Ook even onbekommerd genieten van de avonturen van Pluto, Knabbel & Babbel?
Hierbij een link naar het filmpje op YouTube: Pluto’s christmas tree >>

Reageren

20 december: Echte keerzen. En een échte boom.

Vrogger verheugde ik mij altied slim op de karstdagen. Toen vun ik die glitter en glim al prachtig um naor te kieken. Bij het karstfeest van de Zundagschoele stun een kolossale bome tot an het plafond! Mét hiel veul lochies, hiele grote ballen en gekleurde slingers.

Bij oons thuus was d’r toen ik klein was ok altied een echte karstboom. Een sparregie. Die boom stun in huus veur oons kinder, zoveul was mij as zesjaorige wal duudelijk.
Mien moe was zo schoon as sukker en haar eigenlijk een hekel an het gedoe rond karst. Keersen branden gaf maor zwarte aanslag, um over de naalden van het sparregie in de vloerbedekking maor te zwiegen.
Mien va vun alle spatzen rond de karstdagen maor flauwekul. Daor huufden  wij trouwens ok niet naor te raoden, dat leut e ok wal duudelijk blieken.

Maor ze deuden heur best veur oons. Toen ha’j nog niet van die mooie standers um een boom in te zetten, dus mien va gung gangs met een groot holten kruus. Daor mus de boom op spiekerd worden. Alny Bolding, mien buurwichie uut die tied en ik dartelden in opperste staat van opwinding um mien va hen. De karstboom weur optuugd! Wij hadden al wat spullegies uut de deus haald die wij alvast in de boom wollen hangen, maor dat kun nog niet, want de lochies mussen d’r nog in. Wij leupen mien va danig in de weg met oonze kleuterpraot. “Kiek” zee ik ik tegen Alny “een engeltie. Ik wol ok wel een engeltie wezen, ie dan?” Mien va was nog an het worstelen met het kruus under de bome en bromde vanunder de boom “Nou, daor kan ik aans wel veur zorgen!”
Mien moe stun as versteend bij ’t aanrecht. “Kéés toch!!!”
D’r kwam een daverende lach under de karstboom vot.
“Ja. Kan niet, ik weet het. Maor ik was ’t eem zat. Haal die kinder hier maor eem vot, as de lampies d’r in zit mucht ze d’r wel weer bij.”
(Op de foto: Henk en ik under het sparregie)

Toen wij pubers waren kochten mien olders een kunstboom, ien van de eersten.
LILLUK! Hij hef d’r twee jaor staon geleuf ik. Toen zeden mien breur en ik: “A’j dat lillukke ding veur oons in de kamer zet dan huuft het niet.’
Ie können nog beter lochies in de ficus hangen dan die afzichtwekkelijke boom optuugen.

Keersen branden deu mien moe bijna nooit. Allent op 1e Karstdag, bij het diner, dan weuden de keersen ansteuken.
Mien moe haar de leste jaoren toen ze weduwe worden was een klein kunstboompie in de kamer staon en veul sfeerlochies. Geen echte waxinelochies, maar nep-lochies met batterijen in.
Diepgelukkig was ze d’r met. Gien zwarte aanslag en toch sfeervolle karstlochies.
Jaorenlang maakte ik met karst veur de moeders een karststuk met vers dennegruun  en netuurlijk een keerze d’r in.
Dat karststukkie stun bij mien schoonmoeder nog tot over neijoar, maor bij mien moe was het op darde karstdag al weg.
Toen ik nao heur overlieden heur huus leeghaalde vun ik een grote deuze met karstspullegies. Allemaol plastic grune takkies, plastic hulst en de wereld an elektrische waxinelochies .
Underin de deuze lagen allemaol keerzen. Uut mien karststukkies……

Gelukkig hangt het vieren van het karstfeest niet of van de versiering.
Ik bewaar hiele goeie herinnerings an de karstdagen bij oons thuus: hen de karke, veul karstliedties zingen, spellegies doen en gezellig samen eten.
Bij mij in de boom hangt nou een paar karstversierings die vrogger bij oons thuus in de boom hungen.  Die had ik een paar joar geleden al van mien moe kregen, zij deu d’r toch niks meer met. Het engeltie is d’r niet meer bij. Maor as ik die olle spullegies in de boom hang moet ik altied nog eem denken an die ene keer…..Kéés toch!

Reageren

19 december: Met je kop in de krant.

‘Zo wil ik niet met m’n kop in de krant!’ is een gevleugelde uitdrukking op mijn werk. Dan gaat het vaak om een bedrijf met frauderende medewerkers, slechte arbeidsomstandigheden of belabberde financiële resultaten. Een horror-scenario voor elke manager.
Maar vorige week stond mijn kop wel in krant…..
in ‘de Krant’ wel te verstaan, met foto en al.

Leuk! Albert Boelen (zie Olde mannen in Rowol >>>…) had een aantal weken geleden in diezelfde Krant gevraagd of mensen een stukje wilden schrijven voor de streektaal rubriek ‘Moi Noordenveld’, daar had ik gehoor aan gegeven. Ik stuurde het blog ‘Naor Roden lokt met de Mensinge >>>‘ in dat ik twee jaar geleden al had geschreven om hem een idee te geven van mijn schrijverij. Dat was eigenlijk gelijk al goed; afgelopen dinsdag werd het  geplaatst. Daar kreeg ik in eerste instantie niks van mee, want ik zat in Nottingham.

Leuke reacties kreeg ik. De Fries Piet (die ook goed Frans spreekt) reageerde: “We bin ok bliede dat we in Roden wone en Fryslan is ek flak by!” 
Dirk, met roots in Noord Groningen, kon zich niet voorstellen dat ik heimwee had naar Smilde.
Als je toch in Roden woont!
Als voorbeeld haalde hij aan dat hij vroeger voor een schroefje 15 kilometer moest rijden, terwijl hij nu even naar de gebroeders De Wit kon fietsen.
Nou. Niet direct een voorbeeld waar ik nou warm voor loop, maar Roden heeft inderdaad een heleboel andere voordelen.

Nou realiseer ik mij iniens dat dit blog eigenlijk in de streektaol haar moeten.
Morgen maak ik het goed.
Want, lieve meinsen, blief praoten in je eigen streektaol.
Of ie nou in Smilde, in Friesland, in Noordpolderziel of in Roden woont!

Reageren

Pagina 279 van 396

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén