De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

30 augustus: Een nieuw begin

Gewoonlijk begint een nieuwe agenda/kalender in januari, maar ik koop in de zomer altijd een 16 maanden-agenda. Die beslaat 5 kwartalen,  zodat je op 1 september al met je nieuwe agenda kunt beginnen.
In de laatste week van augustus ga ik altijd even een uurtje zitten voor de ‘agenda-wissel’.
Ik schrijf de werkdagen bij Team 290 er in,  de cantorij repetities,  Holy stitch-bijeenkomsten, Fysi-Yo-Lates lessen bij Trijntje en ik schrijf alle afspraken die in de oude agenda staan over. Ook dit jaar is de omslag weer mooi; het is een weergave van een omslag van een gedichtenbundel uit 1893 van William Shakespeare, ontworpen tijdens de hoogtijdagen van de Art Nouveau-beweging. Het laat de signatuur van die stijl zien met de sierlijke krullen en motieven uit de natuur.

En ja, ik kies in deze digitale tijd bewust voor een papieren boekje waar je zelf in moet schrijven.
Laat mij maar. (Zie Kvintniks van 28 augustus 2021)

Zondagmiddag hadden we pokkenweer in Westerbork,  regen- en onweersbuien trokken over Casa Grada: een fijn moment voor het invullen van de nieuwe agenda. Dan heb je gelijk weer overzicht over wat er de laatste vier maanden van het jaar allemaal op de rol staat.  Leuke dingen weer; zinnan!

Aan het einde van de zondagmiddag ruimden we het huis op, trokken de deur achter ons dicht  en sloten het weekend af met een patatje in Westerbork.
Gistermorgen, maandag 28 augustus was ook Gerards vakantie voorbij en begonnen we met frisse moed aan het laatste stuk van 2023.
Ik ben er helemaal klaar voor!
Op de afbeelding rechts zie je nog een klein stukje van de agenda van 2023 en de Art-Nouveau-omslag van 2024.

Reageren

29 augustus: An der schönen ….(4) – Treppelweg?

Al fietsend langs de Donau vroeg ik me voortdurend dingen af.

Eén van de eerste vragen was: Hoe lang ligt dit fietspad er eigenlijk al?
Toen ik met mijn ouders in Oostenrijk was in de jaren zeventig  zagen we bijna geen fietsers; nu was dat wel anders!
En een andere vraag: Is dit fietspad speciaal aangelegd?
En wat betekenen eigenlijk die bordjes ‘Treppelweg’?

Het boekje dat we op de 1e dag kregen met kaarten en informatie over de steden en dorpen langs de  Donau-Radweg (zie afbeelding links) was mijn bijbel voor die week; het zat standaard in mijn tas.  Na het dagelijkse diner kregen we informatie over de route van de volgende dag.  Dan bekeken we de kaartjes,  overlegden wat we in ieder geval wilden zien en waar we de rivier zouden oversteken. In dat boekje vond ik al lezend ook antwoord op de vragen die ik mezelf stelde uit de 1e alinea van dit blog.

Even een stukje geschiedenis.
In het blog over Passau schreef ik al over het Romeinse Rijk: aan de zuidelijke oever van de Donau hadden de Romeinen forten, castellums en kleine steden gebouwd die met elkaar verbonden waren met een verharde straatweg. Die weg vormde de noordgrens/limes van hun gebied. Die weg is eeuwenlang blijven bestaan en hoe meer de Donau werd bevaren, hoe meer die oude weg werd gebruikt.
In de 17e eeuw werd de rivier steeds meer gebruikt voor scheepvaart. Stroomafwaarts was natuurlijk geen probleem, maar er moest ook vervoer stroomopwaarts plaatsvinden. Deze inspanning kon alleen worden volbracht met behulp van paarden. Tot 40 paarden werden voor de schepen ingezet en trokken de vracht stroomopwaarts. De paarden bewogen zich over de jaagpaden, die in Oostenrijk treppelpaden worden genoemd.

Toen de stoomschepen hun intrede deden in de 19e eeuw waren die paarden en daarmee die jaagpaden niet meer nodig; de paden zijn wel grotendeels bewaard gebleven.
Aan het eind van de jaren ’70 besloot het bureau van Toerisme om die oude jaagpaden langs de rivier om te vormen tot fietspad.

Inmiddels is de Donau-Radweg een immens populaire vakantiebestemming.
Er worden heel veel verschillende ‘Donau-Fahrrad’-reizen aangeboden: op cruise-schepen, langs hotels, via campings, je kunt te kust en te keur.
Groepen, gezinnen, bepakt en bezakt of op een huurfiets, we kwamen van alles tegen en achterop.

Toen ik na drie dagen de geschiedenis van het fietspad langs de Donau had gelezen, werd de fietstocht nog bijzonderder.
We fietsten dus letterlijk over de Romeinse Limes van 2000 jaar geleden.
Een pad waarlangs de mensen in de vroege middeleeuwen al reisden.
En over een pad waar eeuwen geleden paarden de schepen voorttrokken.
Op de afbeelding links zie je aan de linkerkant het fietspad. Voor ons ligt een dorpje met links een kasteel. (klik op de afbeelding voor een vergroting).

Op die foto zie je ook dat we heel mooi weer hadden.
We hebben heel veel geluk gehad met onze reis.
In de week van 3 tm 10 augustus hadden onze voorgangers heel veel regen gehad en op het moment dat ik dit schrijf heeft dat gebied in Midden-Europa te kampen met noodweer, overstromingen en modderstromen.

Benieuwd naar andere blogs over deze reis?
Hierbij een link naar deel 1  onderaan dat blog vind je een overzicht van alle blogs in deze serie.

Reageren

28 augustus: Tante Wipkje op het toilet…?

Ter gelegenheid van onze jaarlijkse vriendendag hadden we Bea en Hans op Casa Grada uitgenodigd voor niet een dag, maar voor 24 uur. “Dan blijven jullie een nachtje slapen; kunnen we ’s avonds nog een boom klaverjassen!”

Zaterdagmorgen 26 augustus zaten we met z’n vieren  aan de koffie op het terras. Toen was het nog heerlijk weer. ’s Middags stapten we op de fiets voor een rondje Midden Drenthe; de eerste halte was Orvelte. We kochten kaartjes voor het Ottenshoes en kregen een rondleiding door de stijlkamers van de oude boerderij: we namen een kijkje in de woonkeuken, de pronkkamer en de bijkeuken.  Op de oude deel keken we naar een film over de Amerikaanse kleindochter van een schooljuf in Orvelte uit de jaren ’20 van de vorige eeuw. Die kleindochter had een dagboek van haar granny* en probeerde te achterhalen waarom oma destijds was geëmigreerd. Beetje warrig verhaal; maar wel mooie beelden en veel informatie over Orvelte van voor de oorlog.
Vreemde ervaring: ik herkende nogal wat dingen in het museum van vroeger uit mijn jeugd. Een bevestiging van het feit dat je ouder wordt. Zo herkende ik zelfs ‘het hoesien’ in de tuin; daar moest ik als kind naar toe toen we op bezoek waren bij tante Wipkje, een oudtante van mijn vader. Met een beetje verbeelding zag ik tante Wipkje zelfs op het wc-tje zitten.
Buiten zagen we nog van die mooie ingevlochten strorandjes onder een rieten dak.  Onze gids vertelde dat dat vroeger een teken van welstand was: dan had je geld om iemand in te huren die dat kon.
Ook benieuwd naar het Ottenshoes? Hierbij een link naar hun website.
Tip: op die website vind je een filmpje van een minuut of 5 waar je wordt rondgeleid over het erf en door de boerderij door Loek Wassen, de broer van mijn schoonzus.

….ingevlochten stro-randje…..

En toen…. stroomde het van de regen.
Flut ja.  In ons optimisme hadden we gedacht dat het wel mee zou vallen met de regen, maar dat bleek wishful thinking* te zijn.
Tussen twee buien door fietsten we weer terug naar Westerbork.  De fietstochthalte Oud Aalden  bekeken we vanuit de auto en bij de halte Meppen konden we onder een parasol even een ijsje eten bij Nona’s.
Voor het diner gingen we naar de Ar; daar hadden we helemaal geen last van de regen!

’s Avonds jasten we de beloofde boom klaver.
Zij (Gerard en Bea) wonnen, maar wij (Hans en Ada) vochten als leeuwen: pas in de laatste ronde tekende zich de overwinning af!
Hans wees mij trouwens op foutief taalgebruik. Ik zei dat ik iets ‘chill’ vond.
Dat was niet de bedoeling!  Waarom zou je zo’n Engels woord gebruiken!?
“Komt van mijn dochters… ” bracht ik in ter verdediging, maar hij had natuurlijk groot gelijk!

*sorry Hans.  granny=oma, wishful thinking=de wens was de vader van de gedachte.

Reageren

27 augustus: Eindresultaat van ondergeschikt belang.

Gerard had na onze Donaureis nog een week vakantie; ik niet.
Maandag 21 werd ik weer op kantoor in Groningen verwacht.
Casa Grada was van woensdagmiddag 23 tot maandag 28 niet geboekt.
“Zullen wij dan…..?”
Woensdagavond na mijn werk vertrokken we naar Westerbork. Donderdagmorgen was voor mij het lastigste moment van de week.
We zaten met een kop koffie in de zon aan het water.
Gerard had z’n hengeltje uitgegooid en zei: “Nou,  werkze vandaag! ” en ik vertrok met mijn broodtrommeltje en beker karnemelk.
“Veel plezier,  geniet van je vakantiedag!”
Maar dat was maar één dag; meestal is het andersom; dan zwaai ik hem uit en heb ik vrij.

We hadden nog een paar heerlijke dagen.  Vrienden Bea en Hans kwamen nog een nachtje logeren en er kwam nog een dochter langs.
Zomer in Drenthe.
Zaterdagmorgen zat ik in de zon te borduren.
Na het klaverjasscorebloc-hoesje (zie: Klaverjas-omslag) ben ik begonnen aan een nieuw project: een geborduurde bank -organizer.
Ik heb een gebreid exemplaar op mijn bankleuning liggen,  die wordt dus in de toekomst vervangen door een geborduurde versie.
Weet je niet wat een bank-organizer is? Zie Wat brei je..?

Het begin is er. (klik op de afbeelding voor een vergroting) Ik gebruik twee kleuren: rood en grijs met zilver-accenten. Uit mijn oude handwerktijdschriften haalde ik wat voorbeeldjes en ik ben maar gewoon begonnen. Hoe het er uit komt te zien als het klaar is, weet ik nu nog niet: mijn leidraad is meestal voortschrijdend inzicht.
Het eindresultaat is ook eigenlijk van ondergeschikt belang. Borduren is ontspanning, rust in het hoofd,  genieten dus.
Al dan niet met een muziekje /podcast op de oortjes.
Dit weekend had ik er weer even tijd voor.

Reageren

26 augustus: An der schönen…..(3) – Mijn hoofd als puntje op de i.

Zaterdagmorgen 12 augustus.
We fietsen met z’n tweeën de 1e etappe van de fiets-cruise op een breed, geasfalteerd fietspad langs de Donau even voorbij Schlögen.
“Dat wij hier nou fietsen….’ merkt Gerard op.
Het doet wat met me.
We hebben er heel lang naar uitgekeken en hebben ons er erg op verheugd.
We kijken elkaar maar even niet aan en we zeggen ook even niks.
Het is prachtig weer en we fietsen in de schaduw van de bomen met links van ons de machtige rivier.
Een ontroerend moment dat ik niet snel zal vergeten.

We hadden met een groepje kunnen fietsen, maar wij kozen er bewust voor om met z’n tweeën te fietsen.
We hebben met z’n tweeën al moeite genoeg om het eens te worden over waar we langs moeten, wat we wel en niet willen bekijken en waar we gaan pauzeren, dat wil ik niet met 6 of 8 mensen doen.
De eerste etappe voert naar Linz. Onderweg stappen we regelmatig van de fiets af; een beetje drinken, stukje fruit, onvermijdelijke informatiebordjes lezen, kaartje er bij voor de route.
In Aschach drinken we ons eerste kop koffie op een terrasje aan het water.
Als ik binnen even naar de wc ga ontdek ik in de gang van het etablissement een eeuwenoude muurschildering met het dorpje in de middeleeuwen tijdens een overstroming. De mensen leven hier met het water naast de deur; het water van de Donau stijgt regelmatig. In iedere stad is wel een muur waar de streepjes met jaartallen op staan ‘Toen kwam het water tot hier’.

We zijn mooi op tijd in Linz. We brengen onze fietsen nog niet naar de boot, maar zetten ze in de stad neer en zoeken het oude centrum op.
Daar vonden we zomaar zo’n vreselijk toeristisch treintje. Leuk ja! Dat gingen we doen; we lieten ons door de stad boemelen en kregen ondertussen alle wetenswaardigheden over Linz te horen.
Om 17.00 uur waren we uitgenodigd in de Stadtpfarrkirche. Daar was een orgelconcert op het Brücknerorgel, zat bij de reis in.
Wat een cadeautje!
Bijna drie kwartier zaten we in een mooie, oude kerk te genieten van afwisselende orgelmuziek.

Tenslotte maakten we zo’n typische toeristenfoto die iedereen in zijn fotoboek heeft.
Met mijn hoofd als het puntje op de i…….
Je bent toerist of je bent het niet!

Benieuwd naar andere blogs over deze reis?
Hierbij een link naar deel 1  onderaan dat blog vind je een overzicht van alle blogs in deze serie.

Reageren

25 augustus: Nederlands maar dan anders (31)

Samen met jullie verzamelde ik alweer een heel blog vol wonderlijke verschijningsvormen van onze Nederlandse taal:

Op het werk vertelde een collega dat ze hun vakantiereis moesten uitstellen: “Dat is heel vervelend als je er zo lang naar uitgeleefd hebt.”
Andere collega heeft eerst ergens anders gewerkt. Ze vertelt: “Ik heb er 3 maanden volledig ingedraaid.”
Ze werkte daar met een digitale plannings-app voor het maken van roosters: “Dat systeem beheerste ik in de vingers.”
Weer een andere collega werd aangesproken op een foutje in een brief.
Ze vond het gemiep. “Ja zeg, we kunnen overal wel slakken zout op leggen…

Carlijn hoorde iemand zeggen dat hij ‘goed geschoren ten ijs kwam’.

Frea maakte mij attent op de Instagram-pagina ‘Watikmisindesupermarkt‘.
Neem eens een kijkje op die site, erg leuk.
Daar staan bijvoorbeeld ook de voorgegaarde rapen op die je ziet op de afbeelding links.

Op kraambezoek bij neef Berry en zijn vrouw Annemiek hoorden we een mooie uitspraak van een kind.
Annemiek is juf van een kleutergroep; zij gaat af en toe even borstvoeding kolven in een andere ruimte.
“Waar is juf Annemiek?” vroeg een collega.
Kleutertje: “O, die is even aan het melken. Ja, niet van een koe, hoor!”

Een collega van Gerard in Brabant hangt ontslag boven het hoofd.
Gerard heeft het daarover met iemand van personeelszaken die over die collega zegt: “Ja, nu is hij de gebeten pineut.

In een supermarktfoldertje stond een plaatje van een recept, zie afbeelding rechts.
We zien een bord patat met drie soorten dipsaus.
Daarnaast staat ‘rustic fries met 3 kleuren dips’.
Rustic fries?
Ik zocht het op internet op.
De vertaling was: rustieke frietjes.
HAHAHAHA!
Ergens in de krochten van de kantoren van de reclamemakers in dienst van de supermarkt/patatmakers is er iemand die dit soort waanzin bedenkt.

Dit kwam ergens op de radio voorbij: iemand wil niets meer te maken hebben met het bedrijf waar hij vroeger voor gewerkt heeft. Dat zet kwaad bloed bij zijn vroegere collega’s. “Bij zulk afwerend gedrag is het lontje wel een keer op. Je kweekt op die manier iets los bij je vroegere maten”.

Tijdens onze Donaureis zaten we dagelijks aan tafel bij de Groningse Betty.
Zij vertelde dat ze als klein meisje ooit bij haar oom en tante aan tafel zat, omdat haar ouders op een begrafenis moesten. Op het menu stond rode kool. Maar dat lustte Betty niet, dus dat zei ze bedeesd tegen tante. Oom vond het gemiep. Nors zei hij: “Op of ien buus!” (op of in je broekzak).
Arme Betty. “Ik weet nog dat ik blauw jurkje aan had, waar van die kleine zakjes voorin zaten. Daar heb ik die rode kool toen maar onopvallend ingepropt….”.
Haar moeder was er achteraf niet zo blij mee.
Zij vertelde ook over een klein nichtje dat abrikozen steevast ‘fabriekozen’ noemde.

Klik hier voor het blog Nederlands maar dan anders deel 30, van daaruit kun je doorlinken naar voorgaande blogs in deze serie.

Hoop je op een snelle publicatie van deel 32 in deze serie? Stuur me dan versprekingen of verbasteringen van spreekwoorden die je hebt gehoord. Of grappige kinderpraat. Eén van onze dochters vroeg bijvoorbeeld eens nadat ik met de Zyliss blitzhakker (TSJAK! TSJAK! TSJAK!) zilveruitjes had gesnipperd: “Zijn ze nou dood…?”

Reageren

24 augustus: Wat voor ‘wyf’?

Op woensdag 19 juli stond op ons scheurkalenderblaadje de vraag: “Wie was ‘het Abbekerker wyf’?”
Nooit van gehoord.
Toen ik deze scheurkalender kreeg beloofde de voorkant 365 historische weetjes.
We zijn inmiddels over de helft van 2023 en we hebben dus al heel wat van die weetjes geconsumeerd en ik geniet er van. Soms heeft het onderwerp niet echt mijn interesse en laat ik het weetje voor wat het is, maar soms wil ik er meer over weten en zoek ik er iets over op; de informatie over het Abbekerker wyf was summier en intrigerend, dus daar wilde ik meer van weten.

Aagt Germonts was haar naam en ze werd in 1659 beschuldigd van hekserij; haar verhaal valt in de categorie ‘Zeventiende eeuw’
Maar waar heksen in die tijd bijna altijd werden veroordeeld tot de doodstraf door verbranding of verwurging, was haar straf opvallend mild en was de rechtsgang omtrent haar aanklacht een keerpunt in de geschiedenis. Na het vonnis dat over Aagt werd uitgesproken werden steeds minder heksen veroordeeld.

Wat was er dan gebeurd met Aagt? I november 1658 baarde ze een kind, dat kort daarop overleed. Maar niemand was getuige van de geboorte en het overlijden, ook de vroedvrouw niet. Als snel gonsde het van de roddels in het dorp. Het was niet de eerste keer dat haar kind overleed: er was iets niet in de haak met Aagt. Om de geruchten de kop in te  drukken stelde het gerecht een onderzoek in. De lijkkistjes werden opgegraven en wat bleek? Er lagen geen baby’s in, maar namaaklijkjes. Eén kistje bevatte een stokvis met gespleten staart, als twee voetjes omgebogen. De armpjes waren met gort gevulde bloedworstjes, het hoofd een rode kool overtrokken met een blaas. Dit moest wel hekserij zijn.

Bovenstaande informatie neem je tot je als je op de wc zit…..brrr.
Maar dan wil ik ook weten wat er precies is gebeurd en zo kwam ik op de website ‘Licht op legenden’ waar het hele verhaal van Aagt wordt verteld. Hele verhaal ook lezen? Hierbij een link naar ‘het Abbekerker wyf’  op die website.

Arme Aagt.
Je zou er als stadsbestuur van Abbekerk met terugwerkende kracht excuses voor moeten aanbieden.

Reageren

23 augustus: An der Schönen ….(2) – Drie rivieren, één stad.

Ons fietsavontuur langs de Donau begon in Passau.
Om 16.00 uur konden we inschepen in het MS Prima Donna, maar wij waren er al rond de middag: tijd om nog even de stad te verkennen.
Twee doelen stelden we ons: een bezoekje aan de sint Stephansdom en op zoek naar de zogenaamde ‘Drei flüsse eck’, het punt in de stad waar drie rivieren bij elkaar komen: de Inn, de Donau en de Ilz.
Die doelen werden ruimschoots gehaald. Er bleef zelfs nog tijd over voor een pizzapunt op een terrasje; konden we nog mooi een half uurtje ‘mensen kijken’. We zagen drommen toeristen aan ons voorbij trekken met koffers, in groepjes, al dan niet met gids en ook al veel fietsers.

In de dom vonden we de eerste martelaar Stephanus in het hoofdaltaar, omgeven met de gebruikelijke pracht en praal die we kennen van de katholieke kerken.
Het punt waar de drie rivieren bij elkaar komen vond ik fascinerend.
De Inn komt uit Oostenrijk en was een beetje bruin/gelig, de Donau was groen/grijs.
In ieder geval niet ‘schön blau’ zoals de wereldberoemde wals veronderstelt.
De Ilz is vergeleken met de andere twee rivieren maar een klein stroompje en voedt de Donau met helder water.
Bij het drie-rivieren-punt komen die drie kleuren bij elkaar; dat kun je goed zien op de foto hier links die ik maakte van het informatiebord: wij stonden op dat moment bij die rode punt.
Gerard maakte een filmpje: hierbij een link. (ik ben de mevrouw met de jurk en het witte vestje).

De geschiedenis van Passau begint al voor de Romeinse tijd, toen daar een nederzetting van een Keltische stam was. De samensmelting van de Donau en de Inn vormt al sinds de prehistorie een belangrijk knooppunt voor verkeer en handel. De Romeinen bouwden er het fort Boiodurum en maakten de stad onderdeel van hun ‘limes’: de grens/verdedigingslijn van hun rijk.
Op zulke plekjes maak ik altijd even deel uit van de geschiedenis en laat ik tot me doordringen hoe lang hier al mensen wonen, werken en leven.

Het zal je niet verbazen: ik had daar nog uuuuuren kunnen rondlopen, maar ‘het regime’* van de bootreis riep ons.
We reden naar de boot, zetten onze koffers en fietsen aan boord en brachten de auto vervolgens naar een parkeerplaats in Passau.
Van daaruit werden we met een bus weer naar de boot gereden  en installeerden we ons in onze hut.

Begonnen!

De reclamebeelden van deze reis lieten een cabine zien met grote ramen, zodat je vanuit je bed over de Donau keek, maar wij hadden iets minder betaald en zaten een dek lager met een patrijspoort in onze kamer. Dat was op zich niet zo erg, want je bent immers niet veel aan boord. Toen we ’s avonds aan het diner zaten voeren we Passau al uit: de fiets-cruise was begonnen!
* blog volgt.

Benieuwd naar andere blogs over deze reis?
Hierbij een link naar deel 1  onderaan dat blog vind je een overzicht van alle blogs in deze serie.

Reageren

22 augustus: Daar stond ie…… Ripperda!

Johan Willem Ripperda werd geboren in 1682 in Oldehove; hij was een roemruchte, ambitieuze maar berooide Groningse landjonker.
Zondagavond zagen we deze flamboyante Groninger op het podium staan, gestalte gegeven door Bert Visscher.
We zaten in de tuin van Enne Jans Heerd in Maarhuizen. Daar had ik al een boekje over gelezen, daar was ik vorig jaar geweest ( zie Mensingeweersterloopdiep van 19 juli 2022) , dus ik was razend nieuwsgierig.
De tuin stond helemaal vol met tribune, podium en stellages met lampen en geluidsapparatuur, opgesteld voor de openluchtvoorstelling ‘Ripperda’ in het kader van Zummerbühne.

Het verhaal van Ripperda* wordt niet historisch correct verteld, maar is gebruikt als leidraad.
We zien hoe hij ‘gunstig’ trouwt en met het geld van zijn schoonmoeder een plek op het politieke podium van Nederland verovert.
Op het moment dat het financieel mis dreigt te gaan wordt hij ambassadeur voor Nederland in Spanje, maar uiteindelijk belandt hij daar in de gevangenis. Met het dienstmeisje Josepha weet hij te ontvluchten en komt hij terecht in Marokko, waar hij gelijk al weer in schimmige dealtjes met de sultan verwikkeld raakt.

Achter het hoofdpodium stond een koor en een orkest dat de hele voorstelling actief was: complimenten!
Het koor verraste me met het ‘liiiiieeeef’, het gezongen woord dat Johan en en zijn vrouw op grote afstand met elkaar verbond.
Toen zijn vrouw in Nederland was overleden en hij in het verre Spanje het woord ‘lief’ zong, bleef het kippenvel-veroorzakend stil.

Toen het schemerig begon te worden, begonnen de kikkers in de vijver zich te roeren.
Ze kwaakten onbekommerd door de zinnen van de hoofdrolspelers heen en speelden onbedoeld een relativerende rol.
Dan had Johan Willem weer een fantastisch betoog gehouden/gebrald en in de betekenisvolle stilte daarna hoorde je …. KWWAAAK!
Alsof de regisseur het zo bedoeld had.

Het was een prachtige voorstelling.
Onderhoudend en afwisselend; het was hooguit een beetje te lang, want we liepen pas om 23.15 uur van het terrein af.
Bert Visscher geeft Johan Willem Ripperda met zijn persoonlijkheid een heel eigen gezicht.
Hij liegt, bedriegt, manipuleert, het is een charlatan, maar je houdt toch van hem.
Met z’n bosje nep-bloemen uit z’n sokken.
Hilarisch vond ik het laatste stukje van de voorstelling waarin Magere Hein hem komt halen en Johan Willem het daar nog niet aan toe heeft.
Een heerlijke Bert Visscher show waarin de dood hem verrast met een bosje nep-bloemen.

En dat allemaal op de wierde van Maarhuizen in de tuin van Enne Jans Heerd; met recht spraakmakend muziektheater!
Zummerbühne organiseert ieder jaar zo’n voorstelling, telkens op een andere plek in de provincie Groningen. Met verhalen die iets met Groningen te maken hebben. Er zijn ook al plannen voor 2024: een voorstelling op de wierde van Oosterwijtwerd.
Volg hun website als je daar bij wilt zijn, hierbij een link

*Meer weten over Johan Willem? Hierbij een link naar een blog over zijn geschiedenis op de website van Sanne Meijer
onder de titel ‘het korte maar fascinerende leven van Johan Willem Ripperda’.

Reageren

21 augustus: Hoe voed je een hond op?

Na de enerverende Donau-vakantie zaten we gistermorgen weer in de zondagse viering van onze PKN-gemeente.
We hoorden dat Paulus in zijn brief aan de Romeinen heel erg zijn best doet om de pas-bekeerde christenen in Rome ervan te overtuigen dat zij ‘vreemde’ takken zijn die geënt worden op de ‘goede’ stam van de Joodse olijfboom. Maar ze moesten zich niet verbeelden dat ze beter waren dan afgehakte Joodse takken. Als zij lieten zien hoe goed het christelijk geloof voor hen was, dan zouden de afgehakte Joodse takken misschien afgunstig worden en zich opnieuw laten enten op de goede stam.
Ja ja.
Die moeilijke Paulus….*
Verder hoorden we dat Jezus terughoudend en bot reageert op een Kanaänitische vrouw. Hij zegt: ‘Het brood is voor de kinderen (het volk Israël) bedoeld is en niet voor de honden (de buitenlanders)’.
Zelfs voor Jezus is het dus moeilijk om over de eigen muren heen te kijken.
Maar de vrouw komt met goede argumenten: de kruimels die van de tafel vallen zijn immers voor de honden?
Jezus laat zich vermurwen.

Buitenlanders. Wij en zij.
Wie horen er bij en wie niet?
Dominee Walter Meijles maakte het vanmorgen nóg ingewikkelder door de ontwikkelingen omtrent de genderneutraliteit er bij te halen én de cancelcultuur in de sociale media tegenwoordig.
Hij begon met een verhaal over het opvoeden van honden. Dat ze niet mogen schooien als mensen aan tafel zitten bijvoorbeeld.
Dat een hond met een strenge opvoeding zijn plaats weet.
Dat we in onze maatschappij ook een plaats hebben.
Dat je een sociale ordening in de wereld nodig hebt, omdat het anders chaos wordt.
Jezus behandelt de vrouw streng, doch rechtvaardig en met een zekere mildheid.
Wat is onze eigen houding als iemand anders is dan wij gewend zijn?
De voorganger wees ons erop dat de naam van God ‘Ik Ben’ is; wij zijn gemaakt naar zijn evenbeeld, dus ieder mens is een afspiegeling van Gods gelaat. Ik ben. Jij bent. 
Hou op met oordelen en kijken naar de buitenkant.
Wij zijn.
Een arm om de schouder, een luisterend oor.
Je hoeft het heus niet met alles eens te zijn, maar blijf in gesprek.

Maar het blijft een moeilijk en ingewikkeld onderwerp.
In 2020 hoorden we ook een verhaal van Walter Meijles over dit onderwerp; ik vond het interessant om dat met de preek van gistermorgen in mijn hoofd nog eens te lezen. Ook benieuwd naar de viering van toen? Hierbij een link naar 16 augustus 2020: Niemand heeft er voor gekozen.
Toen zaten we midden in ons eerste coronajaar; we zijn al haast weer vergeten hoe dat was.

In 2019 hoorden we een beschouwing op deze lastige schriftlezing over ‘de honden en de kruimels’ van Theo van Beijeren.
Dat vond ik toen een originele invalshoek. Ook even lezen? Hierbij een link naar 12 augustus 2019: Je krijgt de zegen mee.

* zie: ‘Die moeilijke Paulus‘ uit februari 2023.

Reageren

Pagina 53 van 367

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén