De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

1 maart: Shit happens.

Onze oude vriendenclub vanuit onze jeugd in Hoogersmilde zien we maandelijks.
In februari zijn er geen verjaardagen te vieren, dan doen we een spel.
Zaterdagavond zagen we elkaar weer.
Vriendin Sinet had Monopoly meegenomen, de Rotterdamse versie, haar geboortestad.
Dat riep gelijk bezwaren op bij de oer-Drentse gastheer: “Rotterdam komp bij oons niet op taovel!”
De toon is dan al weer gezet.

Het gastgezin had zelf een spel aangeschaft dat we gingen spelen: ‘Shit happens’.
Het spel heeft weinig spelregels en is daardoor snel te begrijpen.
Het werkt als volgt: iedere speler start met twee kaarten, die je op tafel neerlegt in gerangschikte volgorde (de minst erge kaart links en de ergste kaart rechts).
Op iedere kaart staat een ongewenste/ongemakkelijke situatie met een score van 1 tot 100, oftewel de ‘ellende index’.
Vervolgens wordt door de speler rechts van je een nieuwe kaart voorgelezen, maar de score blijft nog geheim.
Jij moet raden waar deze kaart thuis hoort in jouw rijtje.
Goed geraden? Dan leg je de kaart op de juiste plek in het rijtje.
Niet geraden? Dan mag de volgende in de rij raden.
Degene die het eerste 10 kaarten compleet heeft, wint Shit Happens!

De organisatoren hadden de spelregels kennelijk niet helemaal goed gelezen, want wij kregen allemaal drie kaarten.
Op de kaartjes die je krijgt staan allemaal nare situaties die je dus moet beoordelen op de schaal van 1 tot 100, maar dat is natuurlijk erg persoonlijk
Hoe erg is het als je je portemonnee kwijt raakt? Hoe erg is het als je levend begraven wordt? Hoe erg is het als een banaan gedoopt in diarree moet opeten?
De voorgelezen situaties riepen afgrijzen en afschuw op, maar werden soms ook afgedaan met “Is dat nou zo erg”?
Hoe erg is het als je ziet dat je ouders seks hebben? Die vraag werd voorgelezen voor degene wiens hoogbejaarde ouders nog allebei in leven zijn; de vraag alleen nog maar stellen levert dan al hilarische reacties op.
Eén deelnemer gaf het spel een geheel nieuwe dimensie door een verhaaltje te maken van de kaartjes die ze voor zich had liggen.
“Stel je voor, dan gaat je boiler stuk, heb je een ramp-kapsel en dan scheurt je condoom…”.

Meer hoef ik vast niet uit te leggen om een voorstelling te kunnen maken van onze spelletjes avond.
Wat hebben we gelachen.
Toen het spel al was afgelopen kwam het gesprek nog even op een oud zondagschoolliedje.
“Hoe kwam Mozes door de Rode Zee?”
Het kwam zelfs zover dat het even voor werd gezongen.
“Met een boot? Nee nee. God blies met zijn wind, pfff pfff pffff…’
Iemand  zei nuchter: “Waar heb je dat geleerd. Op zwangerschapsgymnastiek?”

Toen kwam het gesprek nog op ‘dat andere liedje’ dat je kunt gebruiken voor hartreanimatie.
“HA HA HA Staying alive, staying alive’ waarbij ook even werd voorgedaan hoe dat moet.
Kon zo een kaartje worden in het spel.
Hoe erg is het op de ellende index als je door deze hulpverlener wordt gereanimeerd….?

Benieuwd naar vorige spelletjesavonden?
2020 Billen Bloot 
2019 Hints
2018 Geen spelletje, maar stamppot eten.
2017 Thirty seconds
2016 Ik hou van Holland
2015 Uno

Reageren

28 februari: Waar gaat het om?

De waarde van de zondag zat voor mij voornamelijk in de vesperviering gisteravond in Op de Helte; hoe ik me daar op verheugde schreef ik vorige week donderdag. (Zie ‘We? Ik niet.’)
Jolanda de Lange zou dwarsfluit spelen,  maar voorafgaand aan de repetitie om 18.00 uur werd Monique Evertz welkom geheten.  Huh? Het bleek dat Jolanda zaterdag had afgebeld en dat Monique ons gelukkig uit de brand wilde helpen.

Wekenlang hadden we de muziek geoefend; de meerstemmigheid en de mooie melodieën werden nu begeleid door orgel en fluit en dat maakt het natuurlijk nog mooier. Na een week met zoveel dreiging en mondiale onrust was de vesper een hoopvol rustpunt. En ook al zit ik op de altenrij niet zo ontspannen in de viering als anders,  ook nu ontroerden me de melodieën en boden de teksten troost.
Ging het allemaal goed?  Niet helemaal.
Sommige inzetten waren wat onzeker en het tempo van het orgel en het koor stond soms niet goed onder elkaar. Toen ik na de viering nog even met iemand napraatte kwam er een ontevreden tenor langs lopen.  “Het was niet goed!” sprak hij streng.

Ja.
Dat kun je vinden en kenbaar maken, maar daarbij maak ik graag een kanttekening.
Wij zijn als cantorij zingende amateurs en geen professionals.
Als wij meewerken aan een viering is dat ter ondersteuning van de gemeentezang.
Als ik hoor dat mensen zijn geroerd door de vesper en hebben genoten van de mooie muziek,  dan is wat mij betreft onze missie geslaagd.
Het gaat in de kerk namelijk om gezamenlijke geloofsbeleving,  hoop,  troost en verbinding ondervinden door samenzang.
Als je het mij vraagt hoeft dat niet perfect. We hebben er hard voor gewerkt,  thuis geoefend en samen gerepeteerd. Voor de uitvoering hebben we ons uiterste best gedaan en volgens mij was het mooi. Voor een perfecte uitvoering moet je naar een concert gaan of een CD opzetten.

Tijdens het zingen trof mij de zin in een lied:
Heeft onze nacht geen horizon
en grijpt het duister naar de macht…’
Dan schiet die kop van Poetin door mijn gedachten, de verpersoonlijking van het duister.
Vervolgens zing je dan:
‘….roep, zoals ooit het licht begon,
opnieuw de dag en straal met kracht,
wees zelf voor ons de zon.’

Na de viering keek ik met Gerard naar het journaal.
Oorlogsbeelden. Dreiging met nucleaire wapens.
Ik hoop zo dat het waar wordt wat wij zongen.

Reageren

27 februari: Derde oma-dag.

Tegenwoordig zijn er kinderen die meer dan twee oma’s hebben.
Dan zijn de ouders of grootouders gescheiden en zijn er bonus-oma’s.
Onze dochters hebben ook een derde oma, maar dat is niet door een scheiding ontstaan; hun derde oma is de jongste zus van mijn vader, mijn tante Trijn.
Op deze website komt ze regelmatig voorbij; ik zoek haar bijna maandelijks op en mede omdat mijn ouders er allebei niet meer zijn is ze voor mij erg belangrijk.
“Zij is toch een beetje onze derde oma” zei één van de dochters ooit.
De laatste zaterdag van februari is in onze agenda’s gereserveerd voor deze dag; vorig jaar kon het op dat moment niet vanwege de lockdown, toen hebben we elkaar eind augustus ontmoet.

Gistermorgen sprak ik met de dames af op de carpoolparkeerplaats bij Zuidlaren: vandaaruit reden we met onze auto naar Klazienaveen en rond 10.00 uur zaten we aan de gezamenlijke koffie.
Voor het eerst sinds twee jaar hebben we elkaar weer omhelsd en vastgehouden.
Op zo’n dag ontmoeten drie generaties elkaar.
Waar tante Trijn en ik anders de dag vullen met gesprekken over vroeger, over onze familie, het laatste nieuws over de royals en de kinderen, zijn de gesprekken op derde 0ma-dag anders van toon.
De dames leven in een heel andere wereld dan tante Trijn en ik zit er wat tussenin.
Zij vertellen bijvoorbeeld over hun werk en over hun beleving van wat er allemaal in de maatschappij gebeurt.
Hoe de telefoon een hoofdrol speelt in hun leven, nog meer dan bij mij het geval is.
De gesprekken verlopen ongecontroleerd en we springen de hele dag van de hak op de tak.
Over cremeren of begraven en dat je het daar van te voren met elkaar 0ver moet hebben.
Over het zelf maken van een trouwjurk en over een staaroperatie.
Neef Paul komt nog even langs en doet ook een duit in het ‘hak op de tak’-zakje: dat de voetbalclub FC Klazienaveen is samengegaan met de Zwartemeerseboys en of dat wel zo’n goed idee is…

Maar het is voornamelijk erg gezellig.
Rond half één gingen we lunchen bij ‘de Witte Olifant’ midden in het winkelcentrum van Klazienaveen.
Naast het elkaar weer knuffelen is het weer uit eten kunnen, zonder QR-code deze keer, toch wel iets om na de coronapandemie even bij stil te staan; we genoten gisteren van onze nieuw herwonnen vrijheid.

Toen we na de thee tevreden over de erg gezellige dag afscheid namen bleek dat we onze royalty gesprekken wel gemist hadden.
‘Wat is er aan de hand met Marc van der Linden?’ vroeg tante Trijn.
Daar bellen we dan binnenkort wel even weer over.

Meer lezen over voorgaande edities van deze dag?
Hierbij twee links:
30 augustus 2021 Een porkie van bijna twee
1 maart 2o2o Derde oma-dag.

Reageren

26 februari: Auto-kussen.

Sinds 2010 ben ik in het bezit van een eigen auto.
Hoe dat zo kwam schreef ik al in 2014 in het blog onder de titel ‘Auto met een gehaakt kussentje’.
Sinds 2010 ligt er op de hoedenplank van mijn auto een gehaakt kussentje van vrolijk gekleurde granny squares;  over dat kussentje gaat dit blog.
Gedurende die bijna 12 jaar op de hoedenplank werd het kussentje uitbundig beschenen door de de zon; het was heel vaal geworden en van de vrolijke kleuren was niet veel meer te  zien.
Deze week haalde ik het uit de auto, want ik ging er een nieuw hoesje omheen haken.
Toen ik het hoesje er af knipte kwamen aan de achterkant de originele kleuren weer tevoorschijn: wát een verschil!

Er was nog wat grijs garen over van de stoelkussenhoes die ik maakte voor de buitenstoelen bij ons achter het huis (zie het blog Niet aan beginnen) dat ging ik gebruiken.
Verder waren er ook nog wat roze/rode/paarse tinten over van de sprei waarover ik schreef in ‘Een chique vierkantje deel 3‘).
In mijn enthousiasme had ik zelfs vier vierkanten te veel gehaakt, van al die restanten ging ik dus een kussenhoes haken.

Dan verzin ik maar wat.
Ik haakte kleine vierkantjes, waarvan er precies twee langs de kant van de grote Victorian Lattice Square pasten.
Met 12 kleine vierkantjes kwam er een hele rand om het grote blok heen.
Daarna haakte ik nog twee toeren stokjes: klaar.
Ik maakte een paarse en een oud-roze versie en naaide vervolgens de twee delen aan elkaar.
Het kussentje ligt nu weer in mijn auto.
Niet op de hoedenplank maar op de achterbank.
Zon is fijn, maar niet op een gehaakt kussentje.

De restanten zijn nog niet op.
Ik heb nóg twee blokken en kleinere restjes katoen: er komt nog zo’n soort kussen, maar dan anders.
Wordt vervolgd.

Reageren

25 februari: Machteloosheid van velen.

Donderdagmorgen.
Ik lig nog in bed en check op mijn telefoon het nieuws.
Oorlog: Rusland valt Oekraïne binnen.
De onrust die toen over me heen viel en de hele dag in mijn maag kriebelde ging niet weg.
De dag verliep zoals anders.
’s Morgens gewerkt.
Af en toe even op mijn telefoon kijken.
O nee. Niet goed. O man.

’s Middag vrij, maar ik kon mijn draai niet vinden.
Zag foto’s van radeloze, bepakte en bezakte mensen.
Hoorde van vergaderingen van Europese hotemetoten, hoorde deskundigen de toestand bespreken.
De onrust ging niet weg, werd alleen maar erger; ik kon het niet van me af zetten.
Op de radio zei iemand: “Ik verlang gewoon naar komkommertijd…”

Merel Morre twitterde: “De macht van de één is de machteloosheid van velen.”

Reageren

24 februari: ‘We’? Ik niet….

Er kan en mag weer van alles; zo langzamerhand laten we in Nederland de meeste coronaregels los.  Eerlijk gezegd moet ik er nog wel aan wennen.  Het mondkapje hoort nog in het standaard ‘heb-ik-alles-bij-me’-rijtje: portemonnee, sleutels, telefoon, mondkapje. Op mijn werk doen we nog voorzichtig en ik voel dat ik automatisch een stap achteruit  doe als mensen te dichtbij komen.  We geven geen handen en knuffelen nog niet.

Maar er is één bijeenkomst waar ik weer iedere week met veel plezier naar toe ga en dat is de cantorij-repetitie op dinsdagavond.
De eerste repetities nog in de kou vanwege de ventilatie, ook nog met flink wat ruimte tussen de stoelen,  maar we zingen weer met het hele koor!
Wat heb ik het gemist en wat is het weer heerlijk om op mijn plekje op de achterste rij mijn altpartij mee te zingen.  Dinsdagavond kreeg ik er gewoon even kippenvel van.
Aanstaande zondagavond werken we mee aan een vesper, die helemaal wordt gevuld met de vesperliturgie ‘Tussen licht en donker’ van Sytze de Vries en Dirk Zwart.
De muziek zit er goed in; dat zijn de fijnste repetities omdat je dan de noten niet meer hoeft in te studeren.

Dat instuderen was nog wel een gedoe.
Toen we de muziek kregen riep een groot aantal cantorijleden: “O, dat kennen we al! Dat hebben we al zo vaak gezongen…”
Maar ‘we’ staat in dit geval niet voor iedereen.
‘We’ staat voor de grefo’s, om de oude bloedgroepen nog maar eens te benoemen.
De hervo’s, die na het opheffen van de Catharinacantorij het koor kwamen versterken, hadden nog maar één deeltje van de liturgie gezongen.
Maar dat is allemaal verleden tijd; we zijn al jaren samen op weg, dus we zetten samen de schouders onder het instuderen.
Cantor Karel stuurde ons oefen-bestandjes zodat we thuis konden oefenen en dinsdagavond zetten we gezamenlijk, protestanten onder elkaar, de puntjes op de i.

In de pauze vroeg ik Karel of het nog gelukt was om een fluitiste te krijgen voor zondagavond.
Ja man! Jolanda de Lange, die we kennen van het combo dat de Taizé-vieringen begeleidt, gaat ons die avond begeleiden.
“Dat zijn zulke mooie partijen!” vertelde Karel enthousiast.
Hij speelde even wat voor en zat zelf enorm te genieten van hoe mooi hoe allemaal was “Luister hier maar eens naar!”

En nu zitten we ons allemaal te verheugen op zondagavond.
Naast de medewerking van fluitiste Jolanda speelt Erwin Wiersinga die avond op het orgel.
Het belooft een mooie vesperviering te worden.
In die vesperliturgie ‘Tussen licht en donker’ is ook een rol weggelegd voor de gemeente: we hopen dat er veel mensen met ons mee komen zingen.

Toen de repetitie was afgelopen liep ik samen met een bas naar de uitgang.
Hij vertrouwde me toe: “Wat een mooie muziek dit. Het deed me echt iets vanavond.”
Wij hopen dat de aanwezigen op zondagavond met datzelfde gevoel naar huis gaan.
Welkom!
Zondag 27 februari, 19.00 uur, Op de Helte, Touwslager, Roden.

Reageren

23 februari: Hoog water.

Toen ik maandagmiddag naar huis reed vanuit Groningen zag ik het al: de sloten hadden niet genoeg ruimte, het water stroomde overal de weilanden in.
Dan is het tijd om even te gaan kijken bij het Lieverse diepje.
Als je van Roden naar Lieveren fietst kom je na het Mensingebos over een klein riviertje.
Tenminste….het grootste deel van het jaar is het een klein riviertje; het kronkelt door het stroomdal tussen de dorpen Lieveren, Roden en Peize.
In de zomer stelt het niet zo veel voor, dan groeit het haast wat dicht met gras en riet.

Maar als er veel regen valt, zoals in de afgelopen periode, dan treedt het beekje buiten zijn oevers.
Natuurlijk.
Als je dit verschijnsel aan de oevers van de Maas of de IJssel bekijkt, dat is dat meer spectaculair dan bij ons in Drenthe, maar ook dit vind ik altijd weer fascinerend.
Van het riviertje was gisteren niets meer te zien: het was één grote watervlakte.
Het mooie is dat het niet erg is als het gebied daar overstroomt, want dat is de bedoeling.
De landerijen rondom het beekje kunnen zo dienen als waterberging zonder dat de omgeving hier last van heeft.
Als je op de afbeelding rechts klikt krijg je een grote weergave.
Dan zie je hoe smal het riviertje anders is, want in het meer zie je de bomen en rietkragen, die normaal aan de oever staan.
De rietkragen op de voorgrond staan langs de kant van de weg.

Vanaf het bruggetje maakte ik een video-opname.
In het begin heb ik wat last van de wind en is het beeld niet helemaal scherp, maar als ik verder loop komt het goed.
Ook dan kun je de oeverbomen en -rietkragen zien en zie je waar het riviertje anders stroomt.
En dat het nu zo hard stroomt!
Ik kreeg er geen genoeg van.
Het mooiste beeld krijg je als het beeld op het hele scherm bekijkt.
Ik had iets langzamer moeten filmen…….maar ik hoop dat ik mijn enthousiasme kan overbrengen.

 

 

Reageren

22 februari: De liefde van nu.

Op zaterdagmiddag van 12.00 – 14.00 u kon je tot voor kort op Radio 5 luisteren naar ‘Tineke’.
Maar Tineke realiseerde zich dat ze al 80 was en dat ze nog wilde reizen en genieten van het leven, dus ze stopte abrupt met het programma.
Sinds een paar weken kunnen we op dat tijdstip luisteren naar Angela Groothuizen.
Anders, maar ook leuk.

In één van haar eerste uitzendingen voerde ze een telefoongesprek met Corine Koole.
Zij interviewt al jarenlang gewone Nederlanders over de liefde voor de Volkskrant; volgens dezelfde aanpak maakt ze een podcastserie onder de titel ‘De liefde van nu.’
Ze voert intieme gesprekken over liefde, van platonisch tot romantisch en seksueel.
Angela liet een klein stukje horen; het daarop volgende gesprekje over die podcast maakte me nieuwsgierig.

Corine heeft volgens eigen zeggen gesprekken met gewone mannen en vrouwen, maar sommige geïnterviewden zijn beslist niet gewoon.
Alle aspecten van de liefde komen aan bod.
Koole is een interviewer die lastige vragen niet uit de weg gaat.
Ze vraagt wat ik ook zou vragen.

Luisterend naar de gesprekken voel ik me oud en hopeloos ouderwets.
Bijna 40 jaar getrouwd, altijd binnen de lijntjes gekleurd bij wijze van spreken.
Heb ik daar last van?
Geenszins.
Geboren in 1960, jeugd doorgebracht in Hoogersmilde, keurig getrouwd, drie dochters grootgebracht, hele leven in Drenthe gewoond: ik ben een product van mijn opvoeding en ben beïnvloed door mijn omgeving.
Mijn leven verloopt niet groots en meeslepend, maar het is voor mij helemaal goed.
Sommige levenskeuzes heb ik niet eens bewust gemaakt.
Ik dacht bijvoorbeeld dat ik nooit kinderen zou krijgen omdat ik dacht dat ik niet geschikt zou zijn als moeder, maar ‘in de lijn verwachting’ kwamen de kinderen toch en dat bepaalde mijn leven voor een groot deel.
Gerard kreeg werk in Roden en ik ‘emigreerde’ met hem mee naar Noord Drenthe, wat ook weer heel bepalend was voor mijn verdere leven.

Geen stof voor een interessant interview.
Geen nieuwe, maar oude liefde.
Voor mij spannend genoeg.

Ook benieuwd naar de podcast ‘De liefde van nu?’
Hierbij een link naar de website van ‘de Volkskrant’.

Reageren

21 februari: Donald en Vincent.

1966, Hoogersmilde.

Een kerkdienst met Donald Duck.
Mijn vader kon het Vrolijke weekblad met de Duckstadfiguren erg waarderen, maar heeft ‘kerk’ en ‘Donald Duck’ nooit met elkaar in verband gebracht.
De onhandige eend werd gistermorgen ten tonele gevoerd om uit te leggen dat vragen stellen bij een verhaal soms geen zin heeft.
Waarom is Pluto de hond het huisdier van de muis Mickey en is de politiecommissaris O’Hara ook een hond?
Waarom melkt oma Duck de koeien en komt Clarabella Koe bij haar op theevisite met een hoedje op en een jurkje aan?
Waarom loopt Donald Duck altijd in zijn blote kont en heeft hij als hij gaat zwemmen een zwembroek aan?
Hilarische vragen in een kerkdienst.
Niemand stelt die vragen, omdat het in de Donald Duck om de verhalen gaat.
Omdat mensen zichzelf herkennen in de stoethaspels, de onhandige boeven en de sukkels.
Sommigen onder ons herkenden zichzelf in de snaterende Katrien Duck.

En tegelijkertijd een kerkdienst met Vincent van Gogh.
We zagen het schilderij ‘De opwekking van Lazarus’ op de beamer.
De schilder heeft het gemaakt met het schilderij dat Rembrandt over dit bijbelverhaal maakte voor ogen.
Beide schilderijen zijn te vinden op deze Wikipedia pagina
Als je op de afbeeldingen klikt, komen ze groot in beeld.
Dan zie je duidelijk de overeenkomsten, maar ook de grote verschillen: Jezus bijvoorbeeld komt op het schilderij van Van Gogh helemaal niet voor.
Als je goed kijkt lijkt Lazarus op Vincent van Gogh.
De schilder identificeert zichzelf met de dode die weer tot leven wordt gewekt.
We hoorden gistermorgen dat hij, toen hij het doek schilderde, in een ziekenhuis was opgenomen vanwege ernstige psychische problemen.

De voorganger schetste dat in een mensenleven zulke periodes voorkomen.
Dat je lamgeslagen bent door verdriet, of in de put zit om wat je overkomt.
Van Van Gogh weten we dat hij er niet meer bovenop kwam.
De onderliggende boodschap in de overdenking was: blijf niet bij de pakken neerzitten.
De laatste zin van de preek was: ‘Van Gogh schildert hier: Je leven is zo kostbaar, laat het niet vastlopen’.

Ken je het verhaal van de opwekking van Lazarus niet?
Hierbij een link naar het verhaal in ‘de basisbijbel on line‘.

Het orgelspel was gistermorgen, zoals zo vaak, van toegevoegde waarde.
Voor de overdenking hoorden we ‘I don’t know how to love him’ uit Jesus Christ Superstar en aan het einde van de viering als toetje het ‘Halleluja’ van Händel, uitgevoerd door Arjan Schippers op het orgel. Enthousiast meegezoemd door een deel van de gemeente dat nog even in de kerkzaal bleef om te genieten van het stuk.
Met mondkapje.
Nóg wel.
Maar vanaf volgende week is er weer kerk zonder beperkingen!

Reageren

20 februari: Lezer van de maand – Tineke Vonk

Hoe kennen wij elkaar?
Een dochter van Ada en Gerard en een zoon van ons, zaten bij elkaar in de klas en zijn nog steeds vrienden. En onze dochter en hun dochters zongen jaren geleden bij jongerenkoor Enthousiasmos. Ook kennen wij Ada en Gerard van de kerk en Ada zingt net als wij bij de cantorij.

Waar en wanneer ben je geboren?
Geboren op 11 juni 1957 te Paasloo, een klein dorpje in de kop van Overijsel nabij de prachtige Weerribben.  Vijf jaar was ik toen we verhuisden naar Emmeloord in de Noordoostpolder, waar mijn 6 jaar jongere broer is geboren.

Verliefd, verloofd, getrouwd.
In Emmeloord kwam ik naast Wieger Vonk te wonen die ook bij mij op de middelbare school in de klas zat. De vonk sloeg over, we werden verliefd, gingen verloven en zijn getrouwd toen we 22 jaar waren. We gingen in Enschede wonen. Ik had een baan als verpleegkundige op de poli van het ziekenhuis in Enschede. Wieger kreeg na de studie een baan in Almelo en we gingen in Wierden wonen waar onze dochter en 2 zonen geboren zijn. Na 16 jaar Twente zijn we in Roden komen wonen, nu alweer 27 jaar geleden. We hebben inmiddels 6 kleinkinderen en zijn al 42 jaar gelukkig getrouwd! (Wieger was lezer van de maand in april vorig jaar. Benieuwd naar zijn verhaal? Hierbij een link.)

In welke levensfase zit je nu en hoe vul je de dagen?
Omdat ik mijn baan als zelfstandige in de kraamzorg helaas  moest opgeven wegens gezondheidsproblemen,  ben ik alweer 11 jaar thuis. Eerst was dat erg moeilijk, maar de dagen vullen zich met andere bezigheden die ook veel voldoening geven.  Ik kan mijn tijd meestal  indelen zoals ik het wil, en dat doet mij goed. Ik heb mijn oppasdagen op de kleinkinderen, heel gezellig en het schept een fijne band met hen. Één keer per week ga ik naar schilderles en thuis schilder ik wanneer ik tijd heb. Ook doe ik al heel lang wijkteamwerk bij de kerk en breng kerknieuws rond. Samen met Wieger zing ik bij de cantorij. Helaas kwam door corona de klad erin maar binnenkort beginnen we weer met ons allen. Heel fijn!  Ik voel me een gezegend mens.

Wat wil je delen met de lezers?
Liefde voor muziek is iets wat ik van mijn vader heb meegekregen en wat als een rode draad in mijn leven met mij meegaat. Mijn vader was zeer muzikaal en bespeelde vele instrumenten. Ik zie nog voor me hoe hij voor een optreden zijn trombone zorgvuldig poetste met spiritus en krijt tot hij glom! Ik kan de geur nog oproepen. Op oudere leeftijd ging hij panfluiten maken en bespelen. Er was vaak muziek in huis en op zondag stond er klassieke muziek aan. Als kind kon ik aardig zingen en op de lagere school bij de kerstvieringen mochten mijn vriendinnetje en ik kerstliederen zingen. Zij de melodie en ik zong er vlot een tweede stem bij. Heel spannend! We stonden dan op de trap in de grote hal van de school.

Op de middelbare school kregen we muziekles van de bekende dirigent Frits Bode uit Urk en klassieke muziek begon me toch langzamerhand wat te boeien. Bij een wedstrijd klassieke muziekstukken herkennen, won ik, maar koos een mooie LP met country en western muziek uit. Lang bleef het bij  popmuziek beluisteren en ging ik op dansles met vriendinnen wat ik heerlijk vond! Ook bewegen op muziek is fijn en je kunt goed je energie kwijt.

Eenmaal getrouwd en wonend in Wierden, ging ik voor het eerst bij een koor zingen, een gospelkoor. Samen meerstemmig zingen was een geweldige ontdekking, en dat je bij gospels vaak niet stil kunt blijven staan! Zingen werd echt mijn ding en eenmaal in  Roden zong ik eerst bij gemengd koor ‘Van Bach tot Beatles’ in Leek en nam ik zanglessen. Daar werd mij zangtechniek geleerd om mijn stem optimaal te gebruiken. Dat gaf resultaat en ik wilde klassieke muziek gaan zingen bij het Roden Handelchorus van dirigent Bouwe Dijkstra. Ik kwam binnen bij de repetitie voor het Requiem van Andrew Loyd Webber. Zo moeilijk, het was heel zwaar! Het ligt ook niet gemakkelijk in het gehoor. Toen de uitvoering in de Oosterpoort Groningen daar was, had ik het onder de knie. Wat een ervaring was dat, voor zo’n groot publiek te zingen met orkest. Groots! Maar ook zingen in kleine kerkjes had mijn bekoring, zoals met kerst de jaarlijkse Lessons and Carols in Garmerwolde. Dirigent Rintje te Wies (hij volgde Dijkstra op) zei eens: “Denk eraan, we zingen ter meerdere glorie van onze God”. Dat is me altijd bijgebleven! Het laatste wat ik heb meegezongen was de jaarlijkse Crucifixion van Stainer op Goede Vrijdag in de Martinikerk in Groningen.

De kast op zolder staat vol met de mooiste muziekstukken, van Händel en vele andere componisten.  Ik zal ze  waarschijnlijk niet meer zingen. Maar ik heb het meegemaakt en het is onvergetelijk! Bij de cantorij zingen is weer een heel andere beleving, minder groots, maar heel fijn en het geeft een boost aan mijn geloofsleven.  Ik kan iedereen aanraden om te gaan zingen! Het geeft ontspanning door inspanning, emotie, ontroering, verbinding. Kortom, zingen is een verrijking in mijn leven!

Bij de afbeelding:
Dit schilderij met de titel ‘Verbonden’ heb ik geschilderd na het overlijden van onze vader, voor mijn broer, schoonzus en drie kinderen.
Het is een herinnering aan het vele musiceren samen. Broer op zijn vleugel en vader op de panfluit, en ook werd er wel bij gezongen. De rozen verbeelden het gezin met drie kinderen, de rozenknoppen de toekomst, in liefde verbonden met opa en oma. Dit alles op een blauw grijze achtergrond met vegen, wat de altijd waaiende polderwind in de Noordoostpolder symboliseert.

En de muziek gaat door.
Anders, maar het blijft doorgaan!

Reageren

Pagina 91 van 353

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén