Gisteren vertelde ik over onze muziekmakende kinderen. Vandaag deel 2 van ‘the continuing story’. Door de jaren heen hebben we genoten van alle uitingen op muzikaal gebied van onze kinderen. Maar soms was het wel eens wat te veel van het goede. Drie korte anecdotes.

Frea kon nog maar net fietsen op haar fiets met zijwieltjes toen ze een heel toepasselijk liedje op haar fietsje kon zingen:

“Maak een vrolijk geluid voor de Heer,
Of je thuis bent of buiten op straat.
Maak een vrolijk geluid voor de Heer,
met de bel van je fiets op de maat!”

Luid evangeliserend tetterde ze door de buurt, ondertussen druk bellend met de nieuwe fietsbel. De buren dachten er het hunne van.

Harriët oefende hééél veel op haar saxofoon, uren achteréén. Niet altijd even melodieuze jazz-muziek. Het ontlokte onze toenmalige buurvrouw de uitspraak: “As ze laoter beroemd is, wil ik minstens ien keer gratis kaorten op de eerste rij! Dat heb ik dan wel verdiend……”

Carlijn hield als klein meisje helemaal niet van zingen. Van haar hoefde het niet. Als ze jarig was en wij zongen voor haar, dan zat ze het liefst achter de bank. Maar toen ze naar de basisschool ging leerde ze zingen en dat ging haar goed af. Op een dag zong ze keer op keer een liedje dat wij al genoeg gehoord hadden, dus ik zei: “Carlijn, zing je voor ons? Want dan hoeft het niet.” Hoogst beledigd was ze. “Nou, dan zing ik wel voor God” en ze zong gewoon door.

Vandaag link ik naar een lied dat Frea zingt met haar groep ‘Babelfish’, namelijk Vincent >>>.

Er komt in deze categorie nog een deel drie en dat zal zijn als ik een opname krijg van dochter Harriët. Zij heeft namelijk ook zangles genomen en hoopt binnenkort met een opname daarvan te komen. Wordt vervolgd dus.