een alternatief voor 'de waan van de dag'

Maand: juni 2017 Pagina 1 van 3

30 juni: Canada 10 – Nederland in Canada.

Op reis door het immense Canada in juni leek Nederland heel ver weg. Maar door onze uitspraak van het Engels of het onderlinge Drents hadden de Canadezen al gauw door dat we ergens anders vandaan kwamen.
“Where are you from?” werd ons regelmatig gevraagd.
‘The Netherlands’ is kennelijk een bijster interessant onderwerp.

Goedha cheese, the Koikenhoof, Emsterdem, het kwam in vele gesprekken voorbij. Of ze hadden Nederlandse roots, of ze waren voor hun werk of met vakantie al eens in Nederland geweest; we hadden vele ontmoetingen en voerden evenzoveel leuke gesprekken.
Op zondag na een kerkdienst kwam ik in gesprek met de vrouw van meneer Wiersema, een Canadees met Friese roots. Zij had haar man opgegeven voor het koninklijke diner met Willem Alexander, omdat hij ook 50 werd op 27 april. Tot haar stomme verbazing werd hij uitgenodigd; apetrots waren ze!

In Toronto zaten we aan het ontbijt met een studente uit Colombia die Frans studeerde en vond dat de Canadezen lelijk Frans spraken. We hebben het maar niet doorverteld……
Een dag later ontmoetten we in het hotel een grote donkere mevrouw uit Jamaica die het mooi vond dat wij alle vier net zo lang waren als zij.
Wij vielen inderdaad wel op door onze lengte. Alles is groter in Canada, behalve de mensen!
Verder troffen we een hele vriendelijke ober in een pizzeria die ons enthousiast iets vertelde over Toronto en ons haarfijn uit de doeken deed waar we een flesje port konden kopen. Schoonzus en ik konden de man wel zoenen! In tegenstellling tot Nederland verkopen de supermarkten in Canada namelijk geen wijn enzo, daarvoor moet je naar speciale liquor-shops.

Nederland was ook niet ver weg door het alom aanwezige wifi. We hadden veelvuldig WhatsApp contact met kinderen, familie en vrienden en we hielden Nu.nl en Buienrader ook een beetje in het oog.
Na een week Canada constateerde Gerard blij dat het goed weer was op zijn bonen.
En toen wij op vrijdag 9 juni incheckten in een hotel in Gananoque riep hij opgelucht  nadat wifi was geïnstalleerd: “Ze staan met 2-0 voor!”
Het Nederlands elftal  speelde een kwalificatie wedstrijd tegen Luxemburg……..

Reageren

29 juni: “Wattig” op de bank met Sonneveld.

We zijn nu bijna een week thuis. We dachten met één goed geslapen nacht al van onze jetlag af te zijn, maar het blijkt nogal even door te werken. Wat ook niet echt hielp om weer in balans te komen was Gerard’s verjaardag afgelopen zondag: kinderen, aanhang, moeder en alle familie kwam hem feliciteren, taart eten en een borrel drinken. Gezellig!
Gerard en ik constateerden gisteravond allebei dat we deze week wat ‘wattig’ functioneren; ’s avonds zijn we moe en duf en zitten het liefst op de bank. Gisteravond kwam dat goed uit want er was een fantastisch nieuw televisieprogramma over Wim Sonneveld.

Sonneveld overleed in maart 1974.
Dertien was ik toen; het werk van Sonneveld kende ik omdat mijn vader quote’s van hem gebruikte.
“Ik heb als kind al so geleeë…..”
“Niet op reagere, Lena!”
“Een opvoeder is een stakker die in het duister tast.”
“En allemaal mee ete!” (lees hierbij het blog ‘Schone zonen’>>> van 28 maart 2016)
Complete liedjes zing ik mee en hele stukken uit zijn conferences ken ik uit mijn hoofd omdat mijn vader die opnam op zijn onvolprezen bandrecorder.

Deze week is op Nederland 2 de serie ‘100 jaar Sonneveld’ begonnen; gisteravond werd deel 1 uitgezonden en ik zat aan de buis gekluisterd.
Het overtrof mijn verwachtingen. Ik heb hem alleen maar als artiest gezien en gehoord, maar in deze serie komt hij zelf aan het woord. We zagen stukjes uit interviews met hem en horen meer over zijn leven en zijn achtergrond.
Maar ook frater Venantius kwam voorbij en het zielige liedje over kleine Dirkie en zijn hondje Hekkie.
Geen idee wat ik bedoel? Hierbij een link >>> naar een YouTube video van ‘de zingende frater’.

Richard Groenendijk presenteert het programma. Hij is minstens tien jaar jonger dan ik en kent Sonneveld ook alleen maar van het beeld/geluidsmateriaal en de verhalen. De komende drie weken zit ik op woensdagavond om 20.35 uur voor de televisie. In ieder geval neem ik alle afleveringen op.

De quote’s van mijn vader nam ik in de loop van de jaren over.
Onze dochters kenden dus wel bepaalde zinnetjes, maar niet de achtergrond. Toen oudste dochter Frea verkering kreeg met een jongen uit Alkmaar vertrouwde ze me toe dat hij leuke ouders had.
“En heel gek! Die vader zegt soms dezelfde teksten die jij ook altijd roept!”
“….ijzere-heinig-typ……”  

Reageren

28 juni: Canada 5 – Geen stadsmensen.

Toen we plannen maakten voor onze reis naar Canada hadden we bedacht dat we vijf grote steden gingen bezoeken: Toronto, Kingston, Montreal, Quebec en Ottawa. Maar na twee dagen Toronto dachten we daar inmiddels heel anders over. Als je de rust en de ruimte van het Drentse platteland gewend bent en je vindt Groningen een grote stad, dan moet je niet je hele vakantie in grote Canadese steden doorbrengen.

Thousand Islands in de St. Lawrence-river

We streepten Montreal alvast door.
Max Verstappen, the Grand Prix en heel veel drukte en lawaai gemist…… vonden we niet erg.
Kingston bleef op ons lijstje staan, maar we kozen niet voor de stad, maar boekten een hotel in Gananoque, een dorp 20 kilometer van Kingston verwijderd.
Vijf dagen waren we daar; het was er heerlijk.

Fort Henry

We verkenden de omgeving op ons dooie akkertje, maakten een boottocht op St. Lawrence river rondom the Thousand Islands en deden één dagje Kingston.
Daar kon ik een klein stukje geschiedenis meepikken: ik bezocht het museum Fort Henry >>>.

Charlestonlake Park

Verder bezochten we Charleston Lake Park, één van die prachtige parken die Canada rijk is; daar maakten we een wandeling door de bossen en langs meren en genoten aan een klein strandje van het water en het mooie weer.
Als klap op vuurpijl huurden we op de laatste dag twee tweepersoons kayak – kano’s en voeren heel eigenwijs op St. Lawrence river in de buurt van Gananoque. Dat was zo enerverend, daarover vertel ik meer in een volgend blog. Mét foto’s.

Toen we op een avond zaten te eten in een restaurant ontmoetten we een echtpaar uit de buurt. Ze vroegen zich af waar wij vandaan kwamen. “Your language is so simular to German. …”
Zij legden ons uit dat de naam Gananoque stamt van het native indiaans; het betekent “waar twee rivieren samen komen”. Je spreekt het uit als Kennonokwee.
Moeilijk heee.

Met ons hoofd nog in de wolken van alles wat we beleefden, spraken we de volgende morgen aan het ontbijt een zelfingenomen Amerikaan uit New York.
Hij vond Canada helemaal niks.
Hij stond te blazen dat alles in Amerika beter en groter en mooier was.
“Canada has no culture and no history, nothing interesting at all, just nature.”
Hij verbeeldde zich heel wat.

Wij lieten hem in de waan.
Onze ervaringen zijn heel anders.
De Canadezen zijn ongelooflijk gastvrij en in ieder geval al veel vriendelijker dan deze Amerikaan die ondanks zijn snoevende woorden geen goede reclame was voor zijn eigen land……

Reageren

27 juni: Canada 4 – Vier Drenten in wereldstad Toronto.

Na het verblijf bij onze Canadese familie in Elora/Fergus gingen we na zes dagen ‘op eigen benen’ op reis. Ons eerste reisdoel was Toronto. In onze gehuurde SUV met de geleende Tom Tom  (van Luuk) zochten we het hotel op dat we hadden geboekt en daarna reisden we met de bus naar het centrum van de stad.
We kochten een ticket voor de ‘hop-on-hop-off’ tourbus; je bent toerist of je bent het niet.
De gids wees ons trots op een appartement boven in een wolkenkrabber dat 28 miljoen dollar had gekost. Zwager Jan was niet onder de indruk.
“Nou, dan zit ie daor bovenin. Ie kunt d’r niet iens een pony holden…”
Vier Drenten in een wereldstad.

Hop-on-hop-of in Toronto

Twee dagen waren die tickets geldig en twee dagen maakten we Toronto onveilig. Natuurlijk bezochten we de CN-tower, we maakten een boottocht over the inner harbour van het lake Ontario, de overdekte St. Lawrence market en nog een aantal highlights. Maar ik geniet net zo erg van ‘de kleine dingen in een grote stad’. Op een muurtje bij de haven zitten en grote groepen mensen aan je voorbij zien trekken. Toeristen met allemaal dezelfde gele fluorescerende key-coard om die braaf achter hun gids aansjokken. Ganzen, meeuwen en eenden in de haven die precies weten wanneer de volgende boot weer aanmeert. Haastige inwoners van Toronto (fietsend, hardlopend) die met oortjes in slalommend om de toeristen heen bewegen.
Mensen in alle soorten, maten en kleuren, al dan niet zelf aangebracht in de vorm van soms lichaamsbedekkende tattoos. Soms met kapsels waarover mijn schoonzus opmerkte: “Als ik zulk haar had ging ik er naast lopen!”

Er is echt sprake van een toeristen-industrie. Bij het havencentrum was the Amsterdam Brewhouse (Toronto  en Amsterdam hebben een stedenband) met een replica van de Magere Brug. Daar lieten mensen zich op een wachtlijst zetten om op dat terras te mogen zitten; daarvoor sta je dan eerst in de brandende zon te wachten.
Daar zijn wij dan echt te nuchter voor. “Bi’j nou wiezer….”
Er was trouwens niet veel voor publiek toegankelijk strand langs de kust van Lake Ontario in de stad: we wilden een kop koffie drinken aan het water, maar we stuitten steeds op exclusieve Beach Clubs waar je lid van moest zijn.

Van ons hotel naar de binnenstad reisden we met de stadsbus. Meestal propvol, we waren blij als we konden zitten.
Naast mij zat op een avond een Chinese mevrouw. Dat kon ik zien, want ze las een Chinese krant. “Niet meelezen hė” riep mijn schoonzus vanaf de andere kant van het gangpad.
“What is that language you guys are talking?” vroeg de mevrouw aan mij.
Het bleek een tolk te zijn. Ze kwam uit Shanghai en ze sprak Engels, Duits, Frans en drie soorten Chinees. We kregen het over Germaanse talen (Engels, Duits, Nederland) en het verschil met Romaanse talen (Frans bijvoorbeeld).
Achteraf vind ik het bijna niet te geloven dat ik zo’n gesprek heb gevoerd.
Bere-interessant. Vond zij ook.
Zij had nog nooit mensen Drents horen praten en hoorde soms iets bekends in onze gesprekken.
“How do you say good morning in Dutch? Goede morgen? And in German? Guten Morgen?”

Jammer dat we al zo snel bij ons hotel waren…

Reageren

26 juni: Acclimatiseren

Afgelopen vrijdag waren we om 13.00 uur thuis; de terugreis vanuit Canada was begonnen op donderdagmiddag om 12.00 uur. Dan heb je dus een nacht gemist. In een vliegtuig doen ze erg hun best om je te laten slapen, maar dat was niet zo goed gelukt.
Hoe om te gaan met een jetlag? Wij waren gewaarschuwd. “Je moet de dag gewoon afmaken. Hoe moe je ook bent, pas ’s avonds gaan slapen!” Dus dat deden we. Tollend van vermoeidheid lieten we ons om 21.30 uur in bed vallen. We sliepen tot de volgende morgen 09.00 uur.

Eigenlijk was het toen al weer goed.
Gistermorgen zaten we weer voor het eerst sinds tijden in de Catharinakerk voor de viering van 09.30 uur. Het was een verademing na vier volle weken vakantie-drukte.
Ook in Canada waren we met de familie naar een kerkdienst geweest, maar dat is niet te vergelijken met wat we hier gewend zijn.

Toch moest ik daar gistermorgen weer even  aan terugdenken. De voorganger in Canada besprak met ons vier voorbeelden uit de bijbel die werden geroepen om iets voor God te doen; Mozes, Gideon, Jeremia en Paulus. Allemaal mensen die zichzelf absoluut niet geschikt vonden.
Gistermorgen kwam Jeremia weer voorbij. We zagen twee schilderijen die de profeet verbeeldden, één van Rembrandt en één van Michel Angelo.
Nu zagen we een vermoeide Jeremia. De schilders laten hem in overpeinzing treuren over de verwoesting van Jeruzalem.

Maar deze Jeremia heeft de boodschap van God wel van de daken geschreeuwd en dat was ook voor ons gistermorgen de boodschap: laat zien en horen wat de verhalen uit de bijbel voor je betekenen, wat de stem van God in jouw leven doet. De overdenking werd vervolgens door de voorganger  in twee zinnen samengevat in het dankgebed.
Dank u voor Uw woord van liefde. Dank dat daarin Uw stem te horen is die het goede met ons wil delen. De zegeningen van de gewone dingen van alledag die ons hoop geven, de liefde en het vertrouwen dat we met elkaar delen.

Na vier fantastische, enerverende weken beginnen wij vandaag weer aan de gewone dingen van alledag. We zijn dankbaar dat we veilig zijn teruggekeerd op Nederlandse bodem. Dat we ons ‘Canada-avontuur’ mochten beleven zonder moeilijkheden en dat we de banden met de familie mochten aanhalen.

Vanmorgen zat ik in m’n eentje aan de maandagmorgenkoffie en schreef dit blog.
Eén van de kleine zegeningen van de gewone dingen van alledag.

Reageren

25 juni: Canada 3 – Overdonderend.

Tijdens onze reis door Canada werden we door Margaret en Luuk meegenomen naar de Niagara watervallen.
We begonnen de dag met het bezoeken van een sluis in het Wellandkanaal tussen het Lake Ontario en het Lake Erie. Dat is begin vorige eeuw gegraven omdat men niet over de natuurlijke waterwegen kon vanwege de enorme watervallen. Negen sluizen zitten er maar liefst in.

Daarna zochten we de rivier op, enkele kilometers na de waterval. Luuk liet ons zien hoe sterk de stroming daar nog was.

….whirlpool….

Daarna gingen we kijken bij de whirlpool. Nadat het water zich in grote hoeveelheden van de waterval heeft gestort, moet het zich door een ravijn wurmen. Dat gaat gepaard met zoveel kracht, dat zich een draaikolk heeft gevormd waar de rivier een bocht van 90 graden maakt.

Twee kilometer voor de watervallen bezochten we ’the White Water Walk’. De rivier kolkt daar met zoveel kracht door het smalle ravijn dat het water wild en woest alle kanten op spat. Door de rotsen die in de bedding liggen vormen zich soms golven van wel twee meter hoog. We wandelden op houten vlonders langs de rivier en verbaasden ons over de snelheid van het water. Bekijk het filmpje hieronder maar eens (op het driehoekje klikken)

Dan denk je dat je al heel wat natuurgeweld hebt gezien.
But we ain’t seen nothing yet.

Uiteindelijk kwamen we aan bij de Niagara Falls. Wat een belevenis. Je ziet plaatjes, je ziet filmpjes, maar het is niet onder woorden te brengen hoe mooi en overweldigend het is. Ademloos hingen we over het hek.
Eén  van de mooiste dingen die dag was was de boottocht naar de watervallen toe.
We kregen allemaal een regenjas aan, want (zo bleek later) je wordt klets-kliedernat.  Maar het was zo mooi.
Je krijgt een idee bij het filmpje hieronder.

Het vlekje voor de waterval is de boot……

Als klap op de vuurpijl gingen we chique dineren helemaal bovenin het restaurant van de Skylon Tower, dat heel langzaam ronddraait. We zagen de zon ondergaan, we zagen de lichtjes in de stad langzaam aangaan en we zagen de watervallen drie keer voorbij komen: één keer in het licht, één keer in schemering en één keer in het donker.
“Het lijkt wel of ik droom ” zei schoonzus Lammie.

Precies.
Zulke dagen heb je niet zo vaak…….
‘Overwhelming’ is de Engelse term hiervoor.
Overdonderend; letterlijk en figuurlijk.

Reageren

24 juni: Canada 2 – Slordig Nederlands…?!?

Drie weken in waren wij in Canada. De eerste dagen werden we gastvrij onthaald door familie van Gerard: in de jaren  ’50 emigreerden tante Roelie (een zus van Gerards vader) en ome Rieks naar Canada.
Zij kregen vier kinderen. De eerste jaren leefde het gezin redelijk afgezonderd van de buitenwereld en de ouders spraken Drents met elkaar en met hun kinderen. Oudste dochter Margaret vertelde dat ze in het begin op de lagere school heel weinig begreep van wat de juf zei omdat ze nog haast geen Engels had geleerd.

Door het Drents dat wij onderling spraken kwam bij de familie de taal uit hun jeugd ook weer naar boven. Derde zoon Fred spreekt nog echt Drents, compleet met het inslikken van de e; ‘He’j al eet’n?’
Margaret is getrouwd met Luuk. Hij weet nog dat zijn ouders destijds (hij was toen 5) verhuisden van Limburg naar Canada. Luuk spreekt dus Nederlands met een prachtig Limburgs accent.

Het was een heerlijk koeterwaals dat we met elkaar spraken, Drents, Nederlands en Engels. Maar we begrepen elkaar heel goed; na een dag of twee maakten we zelfs grapjes. Wij gebruiken nogal wat spreekwoorden en gezegden maar als je die letterlijk vertaalt kom je voor verrassingen te staan. “Hij valt door de mand”, letterlijk vertaald als “He falls through de basket” bijvoorbeeld.
Het duurt tien minuten voordat je hebt uitgelegd wat dat betekent…….
‘Ie lacht je de buze uut’ vonden wij na weer een misverstand over oude koeien. “We laugh ourselves the pocket out” riepen de Canadezen en lachten zich vervolgens inderdaad de buze uut.
“Dat doet hij met twee vingers in de neus!” riep één van ons tijdens een gesprek. Met afgrijzen werd het door de Canadezen aangehoord. “Two fingers in the nose!?!”
Schoonzus Lammie vertelde dat zij en ik tot de ‘koude kant’ van de familie behoren. Dat leverde opgetrokken wenkbrauwen op. Neef Fred constateerde dat dat wel wat meeviel: hij vond de onderlinge contacten allesbehalve koud , hij merkte er helemaal niks van.
Andersom leerden we ook een Canadees spreekwoord: ’the nice guy allways finishes last’: als je te aardig bent bereik je minder.

een Schotse winkel naast een Nederlandse winkel

Bijna iedere Canadees heeft roots in een ander land. Hun nationaliteit is Canadees, maar daarnaast zijn ze bijvoorbeeld Schots, Engels, Italiaans, Frans of Nederlands, waar hun voorouders dan ook maar vandaan kwamen. Daarom zijn er in iedere grote stad ‘specialiteiten-winkels, met alleen producten uit een bepaald land.
In een winkel met enkel Nederlandse producten (we keken onze ogen uit) werden mijn schoonzus en ik aangesproken op ons taalgebruik; de mevrouw achter de toonbank vond dat wij ‘slordig Nederlands’ spraken.
Pardon?!? Drents slordig Nederlands?
Wij dachten: “Slordig Nederlands? Wat ’n verstaand!
He’j joezelf wel ies heuren praoten mit joen big fat Canadian accent!”
Maar dat zeiden wij niet.
Wij zijn per slot van rekening beleefde Drenten.

Nog even een klein grapje uit de Nederlandse winkel:

Reageren

23 juni: Canada! (1)

De afgelopen drie weken verbleven wij in Canada.
(Daar hebben de blog lezers niets van gemerkt, want ik had het afgelopen jaar af en toe wat verhalen ‘gespaard’.)
Wij gingen naar Canada met Gerards broer Jan en schoonzus Lammie.
‘Spannend’ is een understatement; we vonden het één groot avontuur; de vliegreis heen en terug, het huren van ‘een dikke SUV’, daarmee rijden in een vreemd land, het logeren bij familieleden die we niet zo goed kennen, het past allemaal niet zo goed bij mij. Ik ben niet zo goed in ‘loslaten’ en heb graag alle touwtjes zelf in handen.

Tijdens onze reis heb ik een klein dagboekje bijgehouden en we hebben foto’s gemaakt. De komende tijd zal ik regelmatig een blog vullen met een ‘Canada-verhaal’, een beschrijving van de waarde van onze vakantiedagen.

De eerste vijf dagen verbleven we bij de familie: kinderen van tante Roelie, de zus van Gerards vader. Jan en Lammie logeerden bij Margaret en Luuk in Elora, wij bij Henri en Lynn in Fergus (onder de rook van Toronto).
We praatten over de familiebanden, over de ouders, de familiegeschiedenis en over wat ze nog wisten van vroeger. We leerden ze op deze manier echt beter kennen.

Henri en Margaret namen ons op één van de eerste dagen mee naar ’the Gorge’, (het ravijn) bij Elora. Dat is een toeristische trekpleister: de rivier Grand River heeft daar tussen twee rotspartijen een bedding uitgesleten; helemaal onder in het ravijn stroomt de rivier met kleine stroomversnellingen.
Eén rotspunt die boven de rivier uittorent heet ‘Lovers leap’. De legende vertelt dat een indianenmeisje zich van deze rots naar beneden stortte toen ze hoorde dat haar verloofde door de vijand was gedood.

Je kunt met trappen en rots-treden helemaal afdalen en onder bij de rivier op de rotsblokken klimmen.
Het was prachtig. Maar het kwam nog meer tot leven door de verhalen van Margaret en Henri die daar als kind hadden gespeeld, in bomen hadden geklommen die gevaarlijk over het ravijn heenbogen en heuvels waar ze vanaf hadden gesleed.

Op dat moment was ik ‘de touwtjes in mijn handen’  al lang kwijt.
Het voelde heel vrij, de drukte van Nederland was helemaal weg.
Ik zat op een rotsblok in de rivier en hoefde alleen maar te genieten……

Hierbij een overzicht van alle blogs die ik schreef over deze vakantie in Canada:
1. Canada!
2. Slordig Nederlands?!?
3. Overdonderend – over de Niagarawatervallen.
4.  4 Drenten in Toronto
5. Geen stadsmensen.  niet een grote stad maar Gananoque
6. In de boot – een spannend kanoavontuur.
7. Rabarbermuffins – recept van Lynn
8. Parkeerplaats voor koetsjes
9. Dieren in Canada
10. Nederland in Canada
11. Niet met de bus – Quebec
12. My way
13. Doedelzakken en kippenvel  – onze avonturen in Ottawa
14. Zo zijn onze manieren – over verschillende gewoontes
15. Kerst in de zomer een winkel waar het altijd kerstfeest is….

Reageren

22 juni: Lucky Chops

Dochter Harriet zat zich een tijdje geleden heel erg te verheugen op een concert waar ze heen ging,
Ze zat bij ons op de bank en was enthousiast aan het vertellen wat er zo leuk was aan de Lucky Chops, want zo heten ze. “Het zijn blazers en ze spelen heel dynamisch, de zaal gaat helemaal uit z’n dak als ze op het podium staan. Het is beetje jazzy, maar ook weer niet, het is gewoon hartstikke leuk!”
Ik was er wel benieuwd naar; ze liet me op mijn tablet zien wat ik me daar bij voor moest stellen.
Ze liet me luisteren en kijken naar het nummer “I’m not the only one”.

Wat ik niet had verwacht: ik vond het ook leuk!
Ongebruikelijk, want Harriët en ik hebben niet dezelfde muzieksmaak.

Ook benieuwd naar de Lucky Chops?
Klik hier >>>  om het te beluisteren.

“Is het een bestaand lied of hebben ze het zelf geschreven?”  vroeg ik.
Nee, het was een nummer van Sam Smith.
Daar heb ik  een videoclip van gevonden. zie >>>

Harriët constateerde dat in de instrumentale versie de melodie en de onderliggende muzieklijnen veel mooier uitkomen. Vind ik ook.
Omdat ik veel naar Radio 5 luister hoor ik niet meer zo veel nieuwe muziek.
Cruyff zou zeggen: “Ellek voordeel hep se nadeel”.
Gelukkig heb ik dochters die mij zo af en toe even bij de les houden.

Reageren

21 juni: Ome Jo en Rudolf Schock

Vandaag een blog over een femilielid van vaderskant, de Vrieswijken. De breurs en zusters van mien va en moe waren allemaol  trouwd, behalve de jongste breur van mien va; de ienigste vrijgezel in tussen allemaol echtparen. Hij hiette Johannes, ofkört as Jo.

Hij speulde een geheel eigen rol in oonze femilie. Hij haar niet veul op met wichter. Ik kreeg van ome Jo bijveurbeeld nooit een kussie as wij kwamen of afscheid namen.
Wichter hadden het kennelijk vrogger behoorlijk verbruid bij ome Jo. Het was wat een onverschillige man; tenminste, zo leek het. Hij at en drunk wat e lekker vun. Dat had natuurlijk gevolgen veur zien omvang, maor ok dat kun hum nie veul schelen.

Hij zee dat verjaordagen flauwekul waren. Maor hij was d’r altied. Altied wat mopperig en altied wel wat plaogerige steken under water veur deze of gene.
Hij haar ok niks op met familiedagen. Maor hij hef in al die jaren niet ien familiedag mist. Hij zat d’r bij, geneut van het eten en het drinken en uutte tussendeur graanzerig zien ongenoegen over van alles en nog wat.

1964: bij Ome Jo achterop de brommer

Het lek nou as of het een onaangename man was, maor dat was beslist niet het geval. Het was gewoon ome Jo; hij heurde d’r bij en ie kunnen ok verschrikkelijk  met hum lachen. Vrogger, toen hij nog bij opa en oma thuus woonde en ik as kleinkind daor was te logeren, mug ik wel ies wat van zien plaaties draaien. Rudolf Schock bijveurbeeld . Het Wolgalied van Franz Lehar. Eerst vun ik het hielemaol niks. Maor ome Jo vertaalde de tekst veur mij en vertelde over de soldaat die an het Wolgastrand stiet en zo eenzaam is dat e vrag of God een engel naor hum toe wil sturen. Zielig vun ik. De muziek weur d’r mooier van toen ik begreep waor het over gung.

Ome Jo is niet old worden. Op zien 62e is e overleden an de gevolgen van zien levensstijl. Hij was de eerste van de vief en zien overlieden veroorzaakte groot verdriet bij zien femilie. Toen wij op de dag van de crematie bij de aula ankwamen was d’r al behoorlijk wat volk. “Zollen die allemaol veur ome Jo kommen?” vreugen wij oons of.
Dat bleek Inderdaod het geval. Vrienden, collega’s en een groep mensen uut Noord Duutsland die hum kenden as Jan. Hij had zien hiel eigen plek in dizze wereld, de femilie maakte daor maor een klein onderdiel van uut.
Of en toe komp Rudolf Schock nog wel ies veurbij op mien MP3-speuler en daormet de herinnerings an ome Jo.

Hierbij een link >>> naor een muziekfragment van het Wolgalied van Lehar in de uutvoering van Rudolf Schock.
Ik vin het nog steeds zielig……

Reageren

Pagina 1 van 3

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén