Deze week ben ik eens in mijn foto-archief gedoken en heb wat oud materiaal opgezocht waarop onze kinderwagen een hoofdrol speelt.

1961.
De eerste foto van de wagen staat in mijn eigen fotoboek; hij is destijds gemaakt door mijn vader.
Later ben ik er nog heel vaak mee geplaagd: “Toen kon je die lange benen al niet binnenboord houden!”
De kinderwagen kochten mijn ouders in 1960. Het was één van de eerste modellen waar je de bak van het onderstel af kon halen.
Er zaten van die grote vleugelmoeren aan de zijkant, als je die losdraaide kon je de bak er zo af tillen.
1964
In augustus 1964 werd mijn broer Henk geboren. Ook hij stond regelmatig in de kinderwagen buiten; dat was toen heel gewoon. Een stukje vitrage erover tegen de insecten en de baby’s stonden de hele zomer lekker in de tuin. Was gezond. 
Op de foto staat de kinderwagen met Henk er in achter ons huis aan de Servatiusstraat.
Van mijn moeder weet ik, dat ik (destijds bijna 4) als een cerberus waakte over de wagen.
Je kwam maar zo niet langs de wagen en erin kijken mocht alleen als het van mijn moeder ook mocht. Naast mij staat mijn toenmalige buurmeisje René Bleisi.

1986
Toen Frea werd geboren in 1986 kregen wij de kinderwagen, mét mooie lakensetjes, dekentjes  waar ik zelf ook onder had gelegen.
We hebben er heel veel gebruik van gemaakt. Ik liep zelfs met haar van ons huis aan de Vaartweg naar mijn moeder in Hoogersmilde, het zal een kilometer of drie geweest zijn.
Ook zetten we de losse bak op de achterbank van onze auto als we met haar ergens op visite gingen.
De foto is gemaakt op de dag dat we met haar thuiskwamen uit het ziekenhuis.

1989
In het begin van Harriët’s leven heb ik niet zo heel veel met haar gewandeld, want we waren toen al druk bezig met de verhuizing naar Roden. Welgeteld één foto is er van die periode, alleen Harriët zien we niet, die ligt lekker verstopt in de ruime bak. Frea, destijds bijna 3, had haar eigen kinderwagentje waarin haar baby-pop Susan lekker lag te slapen. Wat ik me nog herinner van dit tafereel dat het bijna niet te doen was. De auto’s suisden je op de Vaartweg voorbij en Frea was eigenlijk nog te jong om zelf het wagentje te besturen.
Ook Harriët zetten we, als we op visite gingen, in de kinderwagenbak los op de achterbank van de auto, maar er bereikten ons al wel verontrustende verhalen dat dat eigenlijk niet mocht. Dat dat eigenlijk gevaarlijk was. Gelukkig is er nooit iets ernstigs gebeurd.

1994
Carlijn werd vijf jaar na Harriët geboren en toen zag de wereld van ‘kinderen in de auto vervoeren’ er heel anders uit. We kochten een maxi-cosi en Carlijn zat in haar eigen baby-stoeltje tussen Harriët en Frea in op de achterbank van onze auto, helemaal shock&klem in de gordels. Veiliger. De kinderwagen ging niet meer mee op visite, maar is in Roden wel heel veel gebruikt. We reden Carlijn er in naar de oppasdienst van de kerk, ik haalde wandelend met de baby Frea en Harriët van school en ze stond in de zomer van 1994 heel veel buiten in haar wagen met een stukje vitrage over de kap tegen de insecten. Van mijn moeder geleerd.
Wat we ook ontdekten: Carlijn kon met haar maxi-cosi in de kinderwagen gewoon in de kring bij ons aan tafel buiten zitten. Dan zat ze lekker in de schaduw van de kap en had ze ook meer rust, want haar zusjes Frea en Harriët waren altijd wel heel erg met haar bezig…….
Sweet memories.