Gistermorgen stond mijn wekker om 07.45 uur: om 08.45 uur moesten we inzingen met de Cantorij Roden voor de viering gistermorgen in Op de Helte.
Toen ik mijn wekker zette die avond ervoor kreeg ik een melding: ‘Alarm ingesteld voor 5 uur en 45 minuten vanaf nu.’
Oeps. Kort ja.
Het was té gezellig geweest met een paar Havenstappers die zaterdagavond.
Maar ik stond er: gewassen en gestreken.
En het zingen in het koor maakt alles goed; de stukken zaten er goed in.

Op de achterste rij van de cantorij beleef je een viering anders dan als gemeentelid op een willekeurige zondagmorgen.
Ten eerste heb je voor de viering aan al een uur gezongen en ben je om kwart voor tien dringend aan koffie toe, die ook gistermorgen gelukkig weer voor ons klaarstond.
Verder ben je gefocusd op de liederen die je gaat zingen: gaat de inzet gelijk, welke noot moet ik pakken en hoe gaat het 2e couplet ook maar weer?
Als je drie weken de liederen bij het thema van een viering hebt gezongen, valt tijdens de dienst alles op zijn plaats. Ook gistermorgen pasten de muziek en het gesproken woord weer mooi bij elkaar.

In de viering stond de tegenstelling tussen arm en rijk centraal: de rijke en de arme Lazarus.
Ken je het verhaal niet? Lees het via deze link in de basisbijbel on line; beginnen bij vers 19.
In de overdenking wees voorganger Sijbrand van Dijk ons er op dat rijk of arm zijn voor een groot deel bepaald wordt door kans, toeval en geluk.
Waar stond je wieg? Dat maakt een wereld van verschil.
De rijke toont geen enkele empathie met de arme Lazarus die op zijn stoep ligt; hij ziet de man niet eens.
Zelfs in het dodenrijk ziet hij Lazarus niet; hij beschouwt hem nog steeds als zijn hulpje.
“Kan Lazarus niet zijn vinger in water dopen en mijn tong daarmee afkoelen? Kan hij niet naar mijn broers op aarde gaan om te vertellen dat ze het anders moeten doen? Kan hij niet uit de dood opstaan om hen te waarschuwen?” De rijke blijft alleen maar bezig met zijn eigen leven en zijn eigen familie.
Daarom krijgt die rijke in dit verhaal ook geen naam.
Wie zich niet bekommert om zijn naaste is een Dinges……hoe-heet-ie-ook-alweer, doet-er-niet-toe.
De onderliggende boodschap gistermorgen was: eindig niet zonder naam; geef antwoord op de roep van mensen die het minder hebben dan jij.

Wat weer een indringend verhaal.
Wil je het ook horen?
Of wil je onze cantorij horen zingen?
Je kunt de viering terugluisteren via het YouTubekanaal van onze PKN-gemeente.

Na de koffie sprak ik een mannelijk gemeentelid.
“Heb jij nog geen zin om bij onze cantorij te komen zingen?’
Hij antwoordde met een twinkeling in de ogen: “As julle allent maor psaalms zingt gao ik ok met doen!”
Niet dus….
Ben je man of ken je een man die laag zingt en bij ons de baspartij wil komen versterken?
Welkom!