Schor.
Dat was ik vanmorgen toen ik opstond.
Schor van het praten van vrijdagmiddag tot zaterdagavond.
Had ik een vergaderweekend?
Nee hoor, ik had ‘vriendinnenweekend’ met Jeannette, mijn boekenvriendin.

We logeerden één nacht in het Stadhouderlijk Paleis in Leeuwarden, een historisch gebouw in de binnenstad, omgetoverd tot hotel-restaurant.
Een rode loper op de portaaltrappen. Enorme ruimtes met oude schilderijen en ornamenten.
Op internet las ik dat het gebouw in de loop der eeuwen vaak is verbouwd en aangepast aan de eisen des tijds.
Het begon in 1564 als huis voor de rentmeester-generaal van Filips II van Spanje en in 1587 werd het de woning van stadhouder Willem Lodewijk van Nassau-Dillenburg.
Hij legde de nog steeds bestaande Prinsentuin aan.
Later werden er gebouwen toegevoegd.
Toen de stadhouder vertrok uit Leeuwarden en elders in het land ging wonen bleef het pand eigendom van de familie .
Later werd het de ambtswoning van de Friese Commissaris van de koningin en in 1971 kwam het in handen van de gemeente Leeuwarden; sinds 1996 is het dus een hotel, met onderdelen die nog stammen uit de 18e en 19e eeuw.

Wij zaten in een nieuwer gedeelte, dus in onze slaapkamer geen hoge plafonds, geen kroonluchters en geen portretten van de familie.
Hoefde ook niet, die hadden wij waarschijnlijk niet eens gezien.
Het was winter in maart.
Door de sneeuw liepen we vrijdagavond naar een pandje even verderop: ‘de Walrus’.
Wijn en bitterballen.
Een etentje met heerlijke proeverijen.

Het is allemaal niet heel bijzonder wat we doen.
Uitgebreid ontbijten in het hotel en daarna de stad in.
We bezochten het Keramiekmuseum, daarover schrijf ik binnenkort een blog.
En ’s middags?
Met z’n tweeën aan de boemel in Leeuwarden, af en toe geconfronteerd met verkiezingcampagnes.
“Dames! Mag ik u een flyer aanbieden van de Partij voor de dieren?”
Nee.
Bij de kookaccessoires bij de Dille & Kamille: “Heb jij nog geen nootmuskaat-rasp?”
Nee, ik heb zo’n potje.
“Dit is 10 keer lekkerder!”
Ik kreeg een rasp en een zakje met vier hele muskaatnoten.
“Wilt u informatie over JA 21?”
Nee.

Verder kwam ik er weer eens achter waarom ze mijn ‘boeken-vriendin’ is: het hele weekend zaten we als het ware aan elkaar vast geplakt, maar in een grote boekhandel mét tweede-handsafdeling waren we elkaar even kwijt.
Allebei verdiept in onze eigen smaak, allebei ‘iets leuks’ op de kop getikt.
In de grachten voer een bootje met vertegenwoordigers van de BBB.
“Dames, mogen we…..”
Nee.
“U gaat toch wel stemmen?”
Jazeker.

Aan het eind van de middag vertrokken we naar Heerenveen, waar we hadden afgesproken met onze mannen.
We genoten met z’n vieren van een heerlijk avondje tapas eten en maakten alweer plannen voor een volgend weekend in 2024.
Want we wachten niet weer drie jaar.
Door de pandemie was ons laatste weekend in 2019…