Rastoke

Middelste dochter Harriët studeerde af in 2013; toen we vroegen waar zij met ons naar toe wilde voor haar afstudeervakantie wist ze het meteen: Kroatië.
Daar was ze met een band geweest om wat optredens te verzorgen en het was prachtig geweest daar.
Wat ze zich vooral herinnerde was de ongerepte natuur met rivieren en meren die diep blauw waren.

Voor het verblijf daar hadden we een deel van een huisje gehuurd van de familie Puscaric in Slunj.
Daar was een terras-achtig balkon bij, waar we ’s morgens in de zon zaten te ontbijten.
We zaten vlak bij het toeristische plaatsje Rastoke; hier komen twee rivieren samen, de Korana en de Slunjcica.
Het dorpje ligt gedeeltelijk in het water tussen de rivieren, watervallen, watermolens en kleine stroomversnellinkjes.
Rastoke is al meer dan 300 jaar oud en is helemaal aangepast aan het wonen zo vlak bij het snelstromende water.
Het was sprookjesachtig mooi.
We waren daar eind april en het weer viel mee voor de tijd van het jaar.

De tweede dag bezochten we Nationaal park Plitvicemeren.
De Koronarivier stroomt al duizenden jaren door dat gebied en in de loop van de eeuwen zijn er dammen van travertijn (een soort kalksteen)  ontstaan. Deze dammen hebben meren, grotten en watervallen gevormd. Het park bestaat uit 16 meren met daartussen 90 watervallen: het is de belangrijkste toeristische trekpleister van Kroatie.
Met bussen en boten word je naar de afzonderlijke delen van het park vervoerd en tussendoor loop je op houten vlonders en bospaden van meer naar meer.
Het is daar mooier dan in de folders: feeëriek en overweldigend tegelijk.

We gingen ook een dag apart op pad: Gerard ging met Harriët naar Karlovac.
Wat hen opviel dat er nog zoveel oorlogsschade was van de oorlog met Servië: kapotgeschoten huizen en gebouwen.
Ook onderweg zagen we regelmatig verpauperde, leegstaande panden waar de bewoners uit verjaagd of vertrokken waren: het zag er soms spookachtig uit.

Ondertussen ging ik uitzoeken wat voor kasteelruïne er op een uitstekende rots  stond boven één van de rivieren: het bleken de restanten te zijn van de Frankopanburcht uit 1323.
Toen ik daar aankwam ontdekte ik dat men bezig was met onderzoekswerkzaamheden: er was iemand bezig met het uitzoeken van potscherven en archeologische resten.
Het was jammer dat ik niet met die mensen daar kon praten: ze konden geen Duits, Engels of Frans.
Hoeveel er kan veranderen in tien jaar ontdekte ik op deze website: een stap terug naar zijn oude glorie.
Ook heb ik nog even een kijkje genomen bij het ‘museum’ van Rastoke, maar dat mocht de naam museum eigenlijk niet dragen: het was een schuur waar oude gereedschappen en karren in bewaard werden.

We zijn ook nog een dag naar de kust gereden: de havenplaats Senj.
Het was alsof we in een heel andere wereld terechtkwamen!
We picknickten op een bankje aan de Adriatische zee en vonden iets zuidelijker zelfs een strandje voor onszelf met kristalhelder water.

Vijf dagen is natuurlijk veel te kort om een land goed te leren kennen; we hebben er hooguit even van geproefd.
Het smaakte naar meer!

Ook iets lezen over de afstudeervakanties van onze andere dochters?
Granada met Frea in 2011
Gotland met Carlijn in 2021