een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Breien

8 oktober: Colsjaal & muts

Het wordt kouder. Na een heeeeeele lange zomer liep ik gisteravond in mijn zomerjasje naar franse les en dat was niet slim. Koud was het. Het waaide hard en ik had mijn winterjas aan moeten doen. Vanmorgen heb ik de winterjas uit de kast gehaald met daarbij het doosje met de sjaals en mutsen. Twee jaar geleden (lange koude winter van 2012/2013) heb ik een colsjaal en een muts gebreid van hele kleurige elastische wol. Die zijn zo warm, die kun je alleen maar aan als het echt hartstikke koud is. Heel effectief dus.

Deze wol kocht ik destijds bij ’t Spinnewiel in Roden en de eigenaresse van het zaakje gaf mij een goede tip: “Niet in boordsteek breien” zei ze “maar met een variant daarop.”

Het gaat zo: je zet een veelvoud op van vier steken + 1.

Dus 81. Of 85. Dan brei je de eerste naald 2 steken recht, 2 steken averecht en zo steeds door. Aan het einde van de toer heb je dan 1 over, die brei je recht. Op de terugweg, de tweede toer, doe je hetzelfde. De derde toer ook. Zo komt er aan elke kant steeds maar één rij “V-tjes” onder elkaar en daar tussenin verspringt het steeds van recht naar averecht. Het was een simpele tip, maar het effect is verbluffend: het geeft een heel ‘los’ effect. Brei je je col dan ook ook nog op een naald groter dan op het papiertje rond de wol is aangegeven, dan wordt het dus een hele warme col.

Vanmorgen heb ik de col en de muts nog maar even terug in het doosje gedaan. Eerlijk gezegd heb ik nog geen zin in sneeuw en ijs.

Reageren

7 oktober: Uiltjes-wanten

Vorig jaar kwam dochter Carlijn met een breiboek waarin gebreide wanten stonden met een uiltje er op. ‘Skattie-wattie”  waren ze volgens haar. Of ik ze kon breien?

Een uitdaging. Want het patroon bleef wat vaag over de dikte van het garen en de grootte van de breipennen. Dus eerst maar wat uitproberen. Deze handschoenen brei je als sokken op vier pennen. En de boordsteek was heel bijzonder, want 1 toer brei je 2 recht 1 averecht en in de volgende toer haal je de tweede rechte steek eerst over de eerste heen en dan brei je hem. Het geeft een heel apart effect en de boord wordt zo heel elastisch.
beschrijving deel 1 >>>
beschrijving deel 2 >>>

Beschrijving deel 3: De duim: Neem 3 steken van de stekenhouder op een breinaald zonder knop en leg de andere 3 steken van stekenhouder op een tweede breinaald zonder knop. Neem met de 3e breinaald zonder knop 3 steken op bij de opening van de duim. Brei nu 5 toeren tricotsteek. Dan steken afkanten.

Afwerking: de zwarte knoopjes bij de averechte steken van de kabels bij het gezicht van de uil vastnaaien. De tweede polswarmer in spiegelbeeld maken, zodat de duim op de goede plaats komt te zitten.

(Opmerking:uiltjes-wanten ik heb de polswarmers met dunner garen gebreid (en dus ook op dunnere pennen) en heb het patroon hier en daar wat aangepast.  De polswarmers gebreid volgens dit patroon zullen er dus iets anders uitzien als op dit plaatje. )

 

De handschoenen zijn bijzonder goed gelukt. Zo goed, dat ik al vier paren heb gebreid voor liefhebbers hier en daar. Onder andere voor mezelf.

Mocht je ze ook willen breien, het patroon deel 1 en 2 vind je op de linkjes boven de foto, deel 3 (de duim) staat beschreven onder de linkjes.

Reageren

18 september: Gewond door een breinaald

Breien is op zich een ongevaarlijke hobby. Ja, je moet uitkijken hoe je je breiwerk vervoert. Als de pennen uit je tas steken zonder beschermend dopje kun je iemand akelig verwonden.

Verder is het lastig als iemand heel dicht naast je wil zitten. Je hebt namelijk ruimte nodig om je armen te bewegen en af toen het werk om te draaien. “Ik kom even gezellig naast je zitten!” is voor een breister dus niet altijd een wederzijds genoegen. Maar in overleg kan er veel.

Eén keer heb ik een ongelukje gehad met een breipen. Ik breide een sok op vrij dunne, metalen pennen (met van die scherpe punten) en liet een steek vallen. Geschrokken boog ik me snel over m’n breiwerk om de schade te beperken. Daarbij vergat ik pen die recht omhoog stond…..en prikte daarmee in mijn oog. Een uur later zat ik bij de huisarts met een oog dat maar bleef tranen: kijken deed pijn.

Ik kreeg een oog-creme en een oog-lapje en zag er één dag uit als Moshe Dayan >>>. (Grapje uit de jaren ’70: Moshe Dayan heeft wel oog voor de Palestijnen, maar er zit een lapje voor.)    Mijn lapje was niet zwart maar wit en baarde nogal wat opzien. Maar het hielp wel! 24 uur rust en en mijn oog deed het weer prima. Nog maanden daarna dreven mijn familie en vrienden de spot met mij. Dieptepunt was mijn toenmalige schoonzoon, die met een grote plastic veiligheidsbril naast mij op de bank kwam zitten. Hij kreeg geen sokken.

Reageren

15 september: Regenboogsokken

Breien/haken is iets dat zo bij mijn leven hoort, dat mensen die mij een beetje kennen weten dat ik altijd wel een handwerkje in mijn tas heb. In de wachtkamer in het ziekenhuis, op verjaardagen & visite’s en in de pauze op het werk zit ik altijd met een brei- of haakwerkje mijn broodje op te eten. Bij wisseling van werkkring levert dat in het begin heel veel commentaar op. Iedereen vindt er wel wat van. Je hoort verhalen over vervelende handwerkRegenboogsokkenjuffen, over oma’s die altijd sokken breiden, over mislukte projecten en de zelfgebreide truien van tante Albertje die altijd prikten. En soms hoor je heel verrassend mannen met enige gêne vertellen dat ze ook kunnen breien. Het voordeel van het ‘altijd zichtbare handwerkje’ is dat mensen mij weten te vinden als ze resten garen hebben.
Een ander voordeel is dat Sinterklaas altijd wel een passend kadootje weet te vinden.
Ook de manager wiens agenda ik beheer verraste mij na een ziekenhuisopname. Ze kwam op ziekenbezoek en nam twee grote bollen ‘regenboogsokkenwol’ mee. Dan had ik mooi wat te doen. Blij verrast ben ik met zo´n kado, want ik koop niet zo vaak zulke dure wol! Twee bollen waren ruim genoeg voor één paar. “Kun je misschien voor Gerard ook nog een paar breien!”
Maar die vond het ‘meidensokken’. Is ook zo.

De sokken zijn inmiddels allang klaar en ze zijn heerlijk warm: lekker ’s avonds op de camping!

Reageren

11 september: Trui voor Leonie

Al eerder schreef ik over de gebreide babytruitjes die ik als kraamkadootje geef aan in de familie geboren baby’s. Vijf jaar geleden breide ik een truitje (met bijbehorende sokjes) voor ons mini-buurmeisje Leonie. Bertha en René, haar ouders, woonden in het blok naast ons. Toen Leonie oud genoeg was voor het gebreide truitje kwam Bertha met haar op bezoek en plantte haar mét truitje én sokjes op onze bank.

Babytruitje Leonie

Je kunt op de foto al zien dat Leonie een enorme ‘pretletter’ was. Tot onze grote spijt ging Leonie twee jaar later met haar papa en mama en broertje Jesper verhuizen. Dat moest ook wel, want hun huis werd afgebroken. Gelukkig verhuisden ze niet zo ver weg: ze bleven aan de Boskamp wonen en dus zien we dit lachebekje nog regelmatig voor ons huis langs fietsen op weg naar school. Vanaf oktober fietst broertje Jesper ook elke dag die kant op.
De tijd vliegt.

Reageren

22 augustus: kraamkadootje – gebreid truitje

Als er bij ons in de familie- of vriendenkring een kindje wordt geboren (en dat gebeurt nog al eens met zo’n grote familie) dan brei ik altijd zelf een truitje in de maat van 1 jaar. Dat maak ik van die lekkere zachte katoen gemengd met wol, zodat je zeker weet dat het niet prikt.  truuitje troyAls het kindje niet een te lange naam heeft, borduur ik aan de voorkant de naam erop. Paar leuke knoopjes erop en je hebt een persoonlijk kraamkadootje . Omdat ik zelf erg van het (voor)lezen ben, krijgt het ouderpaar van ons daarbij altijd een prentenboek. Het liefst “Monkie”, dat is een prentenboek zonder woorden dat heel handig is als men het kind meertalig of met een streektaal wil opvoeden. Is dat niet voorradig, dan is “Het mooiste visje van de zee” een prima alternatief: een boekje met als achterliggende gedachte: als je deelt wordt het meer.

Reageren

15 augustus: Gebreide hoes om tassen

gebreide vierkantjes

Zoals je een hoesje maakt van gehaakte Granny Square vierkantjes, zo kun je natuurlijk ook vierkantjes breien. Op de foto hiernaast zie je een tas die ik heb gemaakt met allemaal losse vierkantjes. Een leuke manier om eens wat steken uit te proberen. Je moet zorgen dat de vierkantjes ongeveer even groot zijn. Als je resten wol/katoen niet allemaal even dik zijn, kun je dus niet blindelings hetzelfde aantal steken opzetten. Even een proeflapje breien dus. Je kunt ze op verschillende manieren aan elkaar zetten:

– je breit eerst alle lapjes, neemt vervolgens aan een kant van een lapje de steken op. Dan brei je 6 naalden recht. Afhechten. Dan naai je het volgende lapje aan het zwarte randje en neem je langs de tegenovergestelde rand van het lapje de steken weer op. Weer 6 naalden recht breien. Afhechten. Lapje er aan naaien. Nu heb je drie lapjes met twee zwarte lijntjes er tussen. Nu neem je langs de hele bovenrand van deze ‘drie-aan-elkaar’ alle steken op en je breit weer 6 naalden recht.

Dit hele proces doe je nog een keer met drie nieuwe lapjes.

Nu heb je twee ‘drie-aan-elkaar’ die je aan elkaar kunt naaien. De randen om de hele tas heen kun je het gemakkelijkst in één keer er aan zetten.

– Je kunt ook steeds drie lapjes aan elkaar breien met een zwart randje ertussen.

De grootte van de vierkantjes hangt af van de grootte van de tas waar je het omheen wilt maken. Moet je zelf uitproberen. Je kunt nog wat smokkelen met de zwarte randjes die je er omheen breit, maar kijk wel uit dat die niet te fors worden.

Hieronder vind je een foto van nog zo’n tas, nu in een grijs/blauwe variant.

gebreide tas met grijs/blauwe tinten

 

Reageren

Pagina 7 van 7

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén