Hoe kennen wij elkaar?
Wij zijn familie, Gerard is het jongere broertje van mijn vader en als kind kwam ik in Roden om bij mijn nichtjes te logeren.
Wat ik daar nog van weet? Ada maakte Disney kleurboekjes voor ons en we gingen in de zomer graag naar het Ronostrand.
Tegenwoordig wonen we in hetzelfde dorp en spreken we graag af om te klaverjassen.
Daarnaast lopen we ook wel eens gezellig langs, wanneer iemand jarig is of gewoon om bij te kletsen.
Waar en wanneer ben je geboren?
Ik ben geboren op 1 oktober 1983 in Rolde. Daar heb ik ongeveer twee jaren gewoond. Mijn ouders verhuisden daarna naar Hoogersmilde, daar ben ik opgegroeid.
Verliefd? Verloofd? Getrouwd?
Verliefd op Han en inmiddels al bijna tien jaren getrouwd.
In welke levensfase zit je nu, hoe vul je je dagen?
Wij hebben een actief en sociaal leven, onze kinderen zijn vijf en zeven jaar. Mijn man heeft zijn eigen bedrijf en is gespecialiseerd in voegapplicaties, oftewel hij is kitspecialist. Ik werk parttime en inmiddels al vijftien jaren in het basisonderwijs. Na twaalf jaren op een basisschool in Assen gewerkt te hebben, kreeg ik drie jaar geleden de mogelijkheid om in Roden te komen werken. Ik werk op CBS De Hoeksteen en dat doe ik met veel plezier. Mijn vrije dagen vul ik mijn tijd met sporten, creatief schrijven en natuurlijk het huishouden.
Wat wil je graag met de lezers delen?
Ik neem jullie graag mee het klaslokaal in. Wanneer ik naar mijn werk fiets, staat mijn hoofd al aan en weet ik al goed hoe mijn dagplanning eruit ziet. De slogan; ‘leerkracht, elke dag anders!’ heb je vast wel eens voorbij zien komen. Hoe goed we de dag ook voorbereiden, er gebeuren altijd onverwachte situaties. Daarom zit mijn tas vol met leuke spelletjes voor de tussen de lessen door, kleine plakkers om complimenten op te schrijven en uit te delen, dropjes en hoestsnoepjes voor kinderen met een zere keel en een goed voorleesboek. De verhalen van kinderen lopen uitéén van paardrijlessen en voetbalwedstrijden tot ‘mijn moeder was chagrijnig en gooide met de bibliotheekboeken’. Het is allemaal goed, de verhalen zijn realistisch en kinderen spreken hun waarheid. Het is de kunst om goed te luisteren en het kind te laten weten dat je hen begrijpt. Ondertussen moet er ook les worden gegeven en dat lukt het beste als je zelf plezier hebt en de lesopbouw goed weet in te delen. Het onderwijs is veranderd en verandert aldoor. We leren dan ook van elkaar en proberen hier en daar spelenderwijs, kinderen lessen aan te bieden.
Elke ochtend wanneer de kinderen de klas binnenlopen, staat er een dagstarter op het bord waar de kinderen een raadsel, rebus of puzzel mogen oplossen. Voor half negen wordt er al actief gepuzzeld.
En ken je bijvoorbeeld het propjesdictee? Of de verliefde harten? Verliefde harten zijn getallen die samen opgeteld 10 zijn. Zoals 8 + 2 en 3+ 7. Tijdens het propjesdictee staan de belangrijkste spellingwoorden van die week op kleine papiertjes, deze mogen we verfrommelen en door de klas gooien. Nou ja, de juf geeft aan wie dat mag doen en wie een propje mag oppakken. Het woord wordt voorgelezen en opgeschreven en zo doorlopen we een dictee.
Maar één van de belangrijkste normen om goed te kunnen werken en leren is: zit je lekker in je vel, ga je met plezier naar school, heb je een leuke klas en durf je op de juiste manier voor jezelf op te komen. Allemaal onderwerpen die belangrijk zijn voor de groepsdynamiek. We zetten dan ook na elke vakantie in op sociale en emotionele gesprekken en spelletjes.
Wat mijn werk zo leuk maakt?
Het zit in de kleine dingen. Zoals een rekenstrategie die eindelijk op zijn plek valt of een spellingregel die steeds vaker goed wordt toegepast. Maar ook wanneer kinderen moeten wachten op de PCR-test en dat ik dan één van deze leerlingen om half 2 buiten rondjes om school zie fietsen. Wetende dat zijn uitslag negatief moet zijn, omdat hij buiten is. Wanneer hij rond 13.50 uur op het plein staat om zijn klasgenoten op te wachten (de school is om 14 uur uit) doe ik het raam open en roep hem bij me. Inderdaad zijn test was negatief en eigenlijk vertelt alles wat hij uitstraalt, hoe graag hij op school wilde zijn. Natuurlijk nodig ik hem dan uit om de laatste tien minuten nog mee te doen in de klas. En…hij had geluk, na een dag geen school voor hem, komen we er om 14 uur achter dat hij klassendienst heeft. Hij heeft met veel plezier de klas opgeruimd.
Kinderen zien en laten voelen dat ze gezien worden. Dat telt. En dat begint al voor half negen wanneer iedereen het lokaal binnendruppelt.
Hieronder een voorbeeld van een dagstarter. Zoek de zevende dwerg. Weet jij het antwoord?