een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Alledag Pagina 101 van 263

12 april: Sloeg.

“Heb je ook last van bijwerkingen van die AstraZeneca-prik?” appte iemand zondag.
Ja. Ik had het gevoel dat ik griep kreeg: stijf in de botten/spieren, ik ‘voelde’ het haar op mijn hoofd zitten en had het beurtelings koud en warm.
Fleecetrui aan, warme sjaal om…….om vervolgens met een rood hoofd en ‘zwait veur de kop’ alles weer uit te doen en een kwartier later weer aan te doen.
En moe, ontzettend moe.
‘Sloeg’ was ik. Een Drents woord voor ‘sloom’, niet helemaal bij de les.

Dus ook niet bij de zondagse ‘les’ vanuit de Catharinakerk.
Vanaf de bank heb ik wel de hele viering gezien en gehoord.
De overdenking ging over Johannes, zijn overtuigingen en hoe die na de oorlog nogal dwingend werd verkondigd vanaf de Nederlandse preekstoelen.
O ja. Dat was in Hoogersmilde in de jaren ’80 nog zo. Voorganger Walter Meijles had het over de ‘onderbuikgevoelens’ die dat opriep.
Die gevoelens gingen met mijn gedachten op de loop…..toen ik weer bij de les was ging het al weer ergens anders over.

Maar een viering is meer dan alleen de preek.
Twee liederen werden ons getoond op een video en twee keer dacht ik: “Oooo, dit is mooi!”
Psalm 133 bijvoorbeeld .
Die zingen we in de kerk altijd met orgelbegeleiding; daar is niks mis mee, maar dat doen we al meer dan honderd jaar en het voelt zo oud en afgedraaid.
Zoek Psalm 133 eens op in het liedboek en leg onderstaande tekst er naast. Luister daarbij naar deze prachtige uitvoering die we hoorden gistermorgen.

Zo mooi, als mensen die familie zijn

de vrede onderling kunnen bewaren.
Zoals de olie uit Aärons baard
die in zijn kleren druipt, en heerlijk ruikt,
zoals de dauw die op de berg ligt bij Jeruzalem:
van boven naar beneden,
zo geeft de HEER zijn zegen:
hier gaat het leven nooit voorbij

Het tweede mooie lied was lied 1000 uit het Liedboek: Wij zagen hoe het spoor van God.
We keken naar een uitvoering van Elske de Wal, begeleid door vier musici, op o.a. gitaar, fluit en percussie.
Mat open mond heb ik zitten luisteren: zo kan het ook.
Op YouTube vond ik  de versie die wij hebben gezien.

Komt Hij terug op onze weg, keert Hij verharde harten?
Wanneer komt Hij met licht en lef, zaaigoed in onze handen?’

Balsem voor de ziel.
Misschien wel vooral als je sloeg bent.

Reageren

11 april: Bier, kaas en nog wat (1)

Vorige week kreeg ik een mail van Lootjes-trekken.nl.
“Nog 10 dagen, dan is het Sinter-Paasfeest!”
O ja.
Op 5 december hadden we Sinterklaas uitgesteld naar de kerstvakantie: SinterOud&Nieuw.
Toen hadden we het uitgesteld naar de datum van ‘Het Februari Is Stom-feest’ en daarna hadden we het over de Paasdagen heengetild.
Maar ook nu geen surprises, cadeautjes en gedichten met z’n allen: we slaan Sinterklaas 2020 maar gewoon over.

“Dan gaan we op 10 april iets anders leuks doen met z’n achten, iets digitaals!’
Zo gezegd, zo gedaan. Onze trouwdag in maart konden we ook al niet vieren, dus wij hebben ons gezin getrakteerd op een ‘Bier & Kaas-proeverij’.
Wij zagen alle stellen afzonderlijk rond de paasdagen, dus wij hadden vier pakketjes samengesteld die ze konden meenemen.

De kaas had ik voor Pasen al gehaald bij de Zuivelhoeve hier in Roden.
“Vier soorten kaas om te proeven bij bier: bedenk jij maar wat!” stelde ik de de kaasboer voor.
Hij maakte 4×4 pakketjes, allemaal apart gesealde stukjes van Blue de Wolvega (blauwaderkaas), Twentse Bunkerkaas, Franse Morbier Cru (askaas) en Boeren Tynjetaler.

We hadden iedereen zelf een biertje laten kiezen: ze konden een soort uitzoeken op de website van Bax-bier in Groningen, waar we vorig jaar die bierproeverij voor Gerards verjaardag hadden gehad. (zie Bob & de bierproeverij in Groningen.)
Het kon minder, Abels ale, Boris en Koud vuur waren de vier soorten die we bij de plaatselijke slijter Van Erp hadden gehaald en gisteravond proefden.  Om 21.00 u zat ieder achter zijn scherm en kon het on-line feest beginnen. 

Wat een succes was het.  We begonnen met het lichtste biertje;  achteraf vond ik die het lekkerst.  (Het kon minder)  Naarmate het alcohol percentage opliep vond ik het bier minder lekker, maar mijn mening doet er op het gebied van bier helemaal niet toe: er werden complimenten gegeven over de andere biertjes die op grote instemming van de anderen konden rekenen. Gerard vertelde steeds wat over de achtergrond van de biertjes,  maar bij de laatste soort,  Boris,  deed Jon ook nog een duit in het zakje.  “Het eerste jaar dat ik in Nederland was zag ik in de supermarkt ‘Boris-bier’. Ik was in de veronderstelling dat dat bier genoemd was naar Boris Johnson,  toen de nieuwe,  nogal omstreden premier van Engeland. Waarom zou je nou bier naar zo’n gast noemen!” Maar dat bleek een misverstand. Deze zware biersoort (10.5 %) is genoemd naar Boris Jeltsin. Je krijgt er van de Bax Bierbrouwerij een waarschuwing bij: ‘Pas op voor de man met de hamer. En sikkel…  Na zdorovje!’

De vier kazen waren een grote verrassing.  Onze kaasboer had bij iedere kaas een korte beschrijving gedaan: waar komt het vandaan,  hoe wordt het bereid en hoe verloopt het rijpingsproces. De blauwaderkaas uit Wolvega en de Tynjetaler ga ik nog eens halen: wat lekker!  De Twentse bunkerkaas was ook prima,  maar de vertrouwde oude Wapenaer vind ik lekkerder. Over de askaas was ik niet te spreken: het rook niet lekker en ik vond de smaak te sterk. Er was maar één  stel dat die kaas lekker vond.  We gaan de rest van die kaas allemaal naar Almelo sturen….

Maar hiermee  is nog niet alles verteld over deze avond.  Dinsdag deel 2 over het ‘nog wat’ uit de titel.

Reageren

10 april: AstraZeneca

Afgelopen dinsdag kreeg ik onderstaande mail van onze huisarts.

Goedemiddag mevrouw Waninge,
We gaan deze week starten met het geven van de corona-vaccins.
In principe starten we met de mensen die geboren zijn in 1956 en 1957; vanwege een kleine hoeveelheid die we extra hebben gekregen plus een aantal afmeldingen kan ik u bij deze inplannen voor het vaccin. Dit zal het Astra Zeneca vaccin zijn.

U mag komen op zaterdag 10 april om 16.35 uur  ( vaccin wordt op deo praktijk gegeven).
Indien dit niet schikt laat u het dan weten?

Natuurlijk schikt het; en anders maken we het schikkend.
Het verliep vanmiddag allemaal erg rustig en kalm.  Ik kreeg de prik van mijn eigen huisarts, we maakten nog even een praatje en moesten daarna nog een kwartiertje  wachten of er niks geks gebeurde. Van te voren had ik al een bedankkaartje geschreven voor het huisartsenteam,  dat liet ik achter op de balie.  Zij staan op hun vrije zaterdagmiddag klaar om ons van een vaccin te voorzien.  Het lijkt allemaal zo vanzelfsprekend en gewoon,  maar dat is het niet: een bedankje is wel zo aardig.

Natuurlijk kreeg ik deze week reacties: “Doe je dat wel, joh? ’t Is AstraZeneca!”
Ja. Wat mij betreft geen discussie.
Deze week vertelde een trombosespecialist in de media dat het krijgen van corona ernstiger is dan de bijwerkingen van AstraZeneca.
De kans dat je overlijdt is net zo groot als de kans dat je door de bliksem wordt getroffen en als je in de auto achter het stuur stapt heb je zelfs meer kans op een ongeluk met dodelijke afloop.
Niet te veel over nadenken, gewoon doen.

Dit blog sluit ik af met een quote van Martin Luther King: “Als je vertrouwen hebt hoef je niet de hele trap te zien om de eerste stap te zetten.”
Eerste stap vanmiddag gezet.  Ergens op de trap staat weer een stap,  2 juni krijg ik de tweede prik.

Reageren

8 april: Grui en blui

Sinds ik veurig jaor een pries wun in een streektaolwedstried van ‘het Huus van de Taol’ mag ik ok copy inleveren veur het blad ‘Zinnig’. Spannend vin ik dat.
Veur het april-nummer was het thema ‘Grui en blui’. Het is dan de bedoeling da’j wat instuurt dat met dat underwarp te maken hef. Netuurlijk hoop ik dan dat mien stukkie opnummen wordt in Zinnig, maor dat is lang niet altied zo; d’r is wat dat betreft veul talent in Drenthe, dus d’r wordt ook veul instuurd.
Mien bijdrage veur het april-nummer komp niet uut op papier, maor kan ik wel gewoon in mijn eigen rubriek ‘Streektaol’ publiceren.
Het was een persoonlijk verhaol dat ik instuurd had; a’j mien blog al langer leest zult je sommige passages bekend veurkommen.

Febrewaori 2018
Een kwakkelwinter; op een sombere vrijdag loop ik eem Roden in.
As ik op de terugweg deur de tuun loop ontwaar ik tussen de wasliendepaol en de terrastegels een hiel klein, maor dapper viooltie.
Ik knap d’r haost lichamelijk van op.
Kiek nou! Bijna lente!

Meert 2018. 
Halverwege meert wor ik met complexe hartklachten opnummen in het Martiniziekenhuus in Grunn.
Nao twee weken wachten undergao ik een open hartoperatie en mag ik, nog mal in de kreukels,  naor huus um te revalideren.

April 2018. 
Thuus.
Mien eigen ritme, mien eigen dinge.
D’r komp een rust over mij die d’r al meer as een maond niet meer was.
Nog wel pien en ongewoonte, maor gien witte jassen, gien controles, gien metings van bloeddruk en temperatuur.

Tied um alles wat mij is overkommen de revue te laoten passeren.
Een ballenspel doen op de computer.
Een kleine wandeling in de lentezunne met Gerard.
Genieten van de narcissen en krokies in de tuun, van de uutlopende perenboom en de hortensia’s.

Under de wasliende gruit nog aal het dappere viooltie van februari. D’r bint twee vioolties bijkommen.
Tegen de verdrukking in (het haar begun meert nog streng vreuren) en inklemd tussen tegels en liendepaol stiet het te stralen in de aprilzunne.

Ik vuul mij een beetie as dat viooltie.
Ok ik wil weer stralen in de aprilzunne; met hulp van mien lieve thuusfront, vrienden en femilie en oons warme ‘netwark’ gao ik mien best doen.

Jannewaori 2021. 
Wij zit midden in een lockdown als gevolg van de coronapandemie.
Lichamelijk giet het met mij een stuk beter as in april 2018, maor ik moet dizze maonden wel slim mien best doen um het moreel hoog te holden.
Het viooltie dat mij destieds zo opkikkerde stiet niet meer under de wasliende, maor het stiet mij nog helder veur de geest.
‘Koezen op mekaar, kop d’r veur’ zee dat viooltie tegen mij.
Dus: niet sikkeneuren, zeuren en zielig doen.
Daorum kiek ik naor wat d’r nog wal kan en realiseer mij dat ik in dizze crisistied nog hiel best of bin um de doodeenvoudige reden dat ik in Nederland woon.
En gelukkig ok nog in Drenthe!

Alles wa’j voedt dat gruit, inclusief je zörgen,
richt je op wat a’j wilt dat bluit, dan he’j wat te plukken mörgen.

Reageren

7 april: A.s. vrijdag van 09.00 – 12.00!

Weet je nog wanneer ik onderstaande zin schreef?
Als ‘ons’ lijstje wordt uitgezonden zal ik daar zeker op dit blog melding van maken!
Dat was op het blog over de Arbeidsvitaminen (zie Radio 5-publiek’ kan niet stemmen.)

Inmiddels kan ik melden: ONS LIJSTJE WORDT UITGEZONDEN!
Deze week kreeg ik een mail van Wannes Dirven.
Ik wilde hem al bijna wegklikken: ‘Ken ik niet. Spam zeker.’ maar toen zag ik het woord Arbeidsvitaminen staan.
Dit stond er in:

Beste Ada Waninge,

 

Vrijdag 9 april wordt er een selectie van jullie verzoeken verwerkt in de muziekmix van Arbeidsvitaminen.

De uitzending is van 09.00u tot 12.00u op NPO Radio5.

Informatie vind je op arbeidsvitaminen.nl 

 

Met vriendelijke groet,

 

Wannes Dirven

Redacteur Radio

 

Leuk, leuk, leuk!
Gelijk stuurde ik de leveranciers van de nummers op ons lijstje een app: ons lijstje wordt uitgezonden, allemaal luisteren.
Dat geldt natuurlijk ook voor mijn bloglezers: a.s. vrijdag 9 april allemaal luisteren naar de Arbeidvitaminen!
Ben je niet in de gelegenheid om te luisteren?
Je kunt ook terugluisteren via de pagina van Arbeidsvitaminen op de website van van Radio 5.

Wannes heeft het in zijn mail over een selectie van onze verzoeken.
Ben je benieuwd hoe het definitieve lijstje eruit ziet?
Klik dan hier: Arbeidsvitaminen Gezin, familie en vrienden
Dan kom je op een PDF met het lijstje van onze dochters & schoonzonen, broers, zussen, zwagers en schoonzussen en ‘de vriendenclub van 8’ uit Hoogersmilde.
Ben benieuwd welke nummers daadwerkelijk gedraaid worden……

Reageren

6 april: Olijk asen.

Op de avond van eerste paasdag kreeg ik een mail van een trouwe lezer c.q. mede PKN-gemeentelid:
Ada, ik heb een blog over “De Heer is waarlijk opgestaan” gemist. Vond je de paascyclus van dit jaar niet zo boeiend?
De reden dat er nog geen blog was over de vieringen in de paascyclus heeft te maken met de verdeling van mijn energie.
Op zaterdag, zondag én maandag zagen we steeds één stel van onze kinderen.
Reuze gezellig allemaal, maar dat vergt natuurlijk enige voorbereiding (qua boodschappen enzo), want met ieder stel gingen we eten en spelletjes doen, dus ik voorzag donderdag al: dan blijft er niet veel tijd en puf over voor het schrijven van een blog. Dus ik zette alvast drie blogs klaar voor over de paasdagen, dinsdag is er weer een dag.

Over het tweede deel van de mail kan ik volmondig zeggen: ja, het was boeiend.
Na een jaar coronabeperkingen zijn onze voorgangers gepokt en gemazeld in het verzorgen van ‘on-line’-vieringen, evenals het beamteam.
De kerkdiensten tijdens in de paascyclus hebben veel vaste onderdelen en er worden overbekende schriftlezingen voorgelezen, maar ook dan zijn er nog verrassingen.

Op Witte Donderdag werd er aandacht besteed aan het avondmaal.
Geen brood en geen wijn geproefd en toch deelgenomen: we werden als kijker op een mooie manier betrokken bij het sacrament.

Bij de Goede Vrijdag viering maakte de voorganger gebruik van de ‘kruisweg-statiën’ van Aad de Haas: 16 schilderijen van de weg die Jezus aflegde op weg naar zijn kruis.
Meer weten? Hierbij een link naar de zestien schilderijen van Aad de Haas met uitleg.
De muziek in deze viering was zorgvuldig uitgezocht; organist Arjan Schippers ontroerde al aan het begin met een prachtig uitgevoerde, ingetogen orgeluitvoering van het ‘Stabat Mater’ van Pergolesi.

Op Stille Zaterdag werd de paaskaars buiten aangestoken bij een vuurkorf.
In die viering waren drie video’s opgenomen van gemeenteleden die iets vertelden over hun beleving bij ‘het licht’.
We zagen Dick en Janny , Wim en Joke en Gerda, die allemaal met een kaars in hun hand een eigen verhaal vertelden.
Zo ben je toch een beetje samen als gemeente: erg fijn om naar te kijken.

Zondagmorgen, 1e paasdag, was wat mij betreft de kers op de paascyclus-taart.
Dat komt omdat ik erg gecharmeerd  was van het kwartet dat meewerkte aan de viering: onze cantor Karel Stegeman had drie medestudenten  van het Prins Claus Conservatorium bereid gevonden met hem mee te zingen in deze kerkdienst.
En dan ook nog met Erwin Wiersinga als organist.
“Mooier wordt het niet” zei ik tegen Gerard zondagmorgen.
Wat nog steeds schrijnt is dat we niet met onze cantorij kunnen meewerken aan de vieringen.
De paascyclus is één van de hoogtepunten in een cantorijseizoen, voor het tweede jaar op rij is ons koor er niet bij.
Wij zingen niet zo mooi als deze vier jonge mensen, maar qua beleving had ik daar liever met alle cantorijleden om me heen zelf gestaan.

Het was heerlijk om onze dochters en hun mannen weer te zien.
Het is nu maandagavond en ik ben inderdaad blij dat de blogs voor de paasdagen al klaar stonden.

En….wat is de betekenis van de titel van dit blog?
Van zijn werkgever kreeg Gerard via de post een paas-attentie: een plak handgemaakte chocolade uit Brabant.
Na het bezoek van  dochter 1 met haar  Engelsman was het  ‘olijk asen’ geworden. Hoe het er nu uitziet behoeft vast geen verdere uitleg.

Reageren

3 april: Ruinen 6 – Ommetje met Bram de Ram.

Vanaf begin februari maken wij iedere dag een ommetje. Waarom dat moet van Erik schreef ik al op 10 februari.
Om in de gezinscompetitie een beetje mee te doen moeten we wel elke dag een ommetje maken, ook als je die dag ook al 35 kilometer gaat fietsen.
In Ruinen was dat geen enkel probleem, sterker nog: het werd ons erg gemakkelijk gemaakt.
Je kon daar een ommetje maken met ‘Bram de Ram’. Als je Ruinen binnenkomt staart Bram je vanaf de reclameborden al aan en er staat een prachtig beeld van hem op de oude brink.
Bram heeft zijn beeltenis geleend aan de bewegwijzering van een vijftal ommetjes, die zijn samengesteld door de inwoners van Ruinen: op deze manier willen ze al het moois van Ruinen naar voren brengen.
De ommetjes starten en eindigen allemaal op de Brink.
De routes hebben een lengte van 2, 3, 4, 5 of 10 kilometer en ze leiden je langs de verschillende bezienswaardigheden van het dorp.
Wij kozen op zaterdag voor ‘De kleine padties route’ (3 km), waarbij we langs het riviertje ‘de oude Aa’ kwamen.

Op zondag combineerden we twee routes: de gele ‘Van Lissabon naar Engeland’ (2 km) en de rode ‘Molenroute’ (4 km). Om de afstand tussen tussen Lissabon en Engeland te overbruggen leek ons 2 kilometer niet voldoende, maar het bleek dat je over straten kwam die zo heetten. De routes waren heel divers en er was van alles te zien onderweg. We kwamen natuurlijk de molen tegen, maar wat vooral indruk maakte tijdens de wandeling was het gebied om Ruinen heen. We wandelden bijvoorbeeld door de buurtschap Oldenhave. De essen en de oude boerderijen met mooi onderhouden erven (met boomgaarden en moestuinen) laten het cultuurhistorische coulisselandschap zien. Je kon diverse landschapselementen terugvinden: houtwallen en houtsingels, poelen en boerenerven kenmerken de streek. Deze elementen hadden vroeger een belangrijke functie in het boerenbedrijf. Singels leverden hout, een dichte houtwal hield het vee in de wei en een poel diende als drinkwater voor de dieren. Toen deze elementen hun economische waarde verloren verdwenen ze op grote schaal; Landschapsbeheer Drenthe zet zich in om deze landschapselementen te behouden of terug te brengen. We zagen met eigen ogen wat dat doet met een buurtschap als Oldenhave en genoten van dit ommetje.
In de dagen daarvoor tijdens onze fietstochten waren we al meer van zulke gehuchten tegengekomen, zoals Kraloo en Hees, die hetzelfde beeld lieten zien.

We ontdekten ook nog een klein stukje geschiedenis: in deze buurtschap stond tot 1816 de havezate De Oldenhof, die in de 16e eeuw werd ingezet als militair steunpunt. Het ‘Huis te Ruinen’,  zoals het ook wel genoemd werd, lag op de weg van Steenwijk naar Coevorden én aan de weg van Meppel naar Groningen en was dus van groot strategisch belang. Helaas is er niets van overgebleven.

Na de ommetjes haalden we een heerlijke beker ‘Cappucino-to-go’ bij een café aan de Brink.
Ook eens op pad met Bram de Ram?
Hij wacht op je midden op de Brink in Ruinen; daar vind je ook een grote kaart met alle routes aangegeven.

Benieuwd naar de andere delen uit de ‘Ruinen-blogreeks’?
1. Van schaatsijs naar softijs.  
2. B&B ‘de Beddestee’
3. Wel honderd lammetjes! 
4. Fietstocht Dwingelderveld
5. Allemaal familie
6. Ommetje met Bram de Ram
7. Coucangé 

Wat in het vat zit:

8. Van landgoed naar plaggenhut
9. Gehaakt lampionnetje

Reageren

2 april: Boerenkool, prei, sla, spinazie en andijvie.

Gerard verbouwt ieder jaar boerenkool in onze moestuin.
Het afgelopen seizoen hebben we daar flink van gegeten, al was dat tot onze spijt niet zo vaak met de kinderen vanwege de corobeperkingen, maar we deelden ruimhartig diepvriesbakjes stamppot en verse boerenkool als ze voor een bliksembezoek even langs kwamen.

“’t Is gebeurd met de boerenkool!” riep Gerard vorige week.
Dat betekent meestal dat alles wat er nog staat wordt gerooid en weggegooid.
Dat vond ik nogal rigoureus en kort door de bocht.
“Daar kunnen we nog wel een keer van eten” zei ik “laat nog maar even staan.”
Deze week haalde ik van alle stronken die er nog stonden de goede delen af en verzamelde zo nog een emmer vol boerenkool.
Daar hadden wij nog een heerlijke maaltijd aan.
Op de afbeelding links zie je emmer, met bovenop twee preien.
De rest van de prei zie je op de foto rechts tussen de kale boerenkoolstronken staan; binnenkort maar eens prei-ovenschotel eten, voordat de mededeling komt dat ‘het met de prei gebeurd is’.
Op de foto zie je dat het voorste gedeelte al is omgespit, daar staat inmiddels al een mini-kasje van plastic.
Daar zit nieuwe sla, spinazie en andijvie onder. En ook al weer prei.

Als je een moestuin aanlegt en onderhoudt, geloof je in morgen.
Maar eerst de prei van vorig jaar nog……

Reageren

1 april: Grapjesdag – toen en nu.

Vanmorgen werd mij op de radio al verteld dat het 1 april was; ‘weest op uw hoede, mensen’.
Maar er gebeurde niets, tenminste niet met mij persoonlijk.
Er waren wel nogal wat grappen die de landelijke pers haalden: Volkswagen wordt toch geen Voltswagen in de toekomst, geen nachtcrème van Boer’nyoghurt, de winkels van Meneer Jamin gaan in de toekomst niet Japlus heten en er komt geen muurverf die zich aanpast aan je gemoedstoestand.

Wat ik uit mijn jeugd nog weet is de landelijke actie in 1969 om televisiekijkers die geen kijk- en luistergeld hadden betaald op te sporen.
Dit is wat er gebeurde: het NOS-journaal had gemeld dat er op 1 april een landelijke ‘zwartkijkers’-actie gehouden zou worden. Er zouden controleurs met een scanner door de straten gaan om overtreders te betrappen. Een journalist vroeg; “Is daar dan niets aan te doen?” waarop één van de controleurs antwoordde: “Nee. Alleen als de televisie helemaal wordt ingepakt in aluminiumfolie kunnen de voorbijrijdende controleurs met hun scanners niets uitrichten. Maar ik kan me niet voorstellen dat mensen dat gaan doen.”
De volgende dag was in alle winkels het aluminiumfolie binnen enkele uren uitverkocht.
Ik weet het nog omdat mijn ouders dikke lol hadden omdat er bij ons in de familie ook iemand heel zenuwachtig was geworden……

Onze kinderen vonden 1 april vroeger een ontzettend leuke dag.
Ze haalden de hele dag grapjes uit op school, soms samen met de juf/meester en ook thuis werden wij als ouders regelmatig voor het lapje gehouden.
Meestal hadden we dat wel door, maar één keer had Frea Gerard echt even op de kast.
Wij hadden in die tijd bij overvloedige regenval nog wel eens grondwater in onze kelder.
Heel vervelend, want dat er moest er weer uit en dat moest gewoon met dweilen en emmers.
Gerard had hier allerlei maatregelen tegen getroffen en hoopte dat het afgelopen zou zijn met de overstromingen; het ging al een paar maanden goed.
1 april viel die dag op een zondag en we zaten in de huiskamer de krant te lezen.
Frea zou iets uit de kelder ophalen en riep met een zielig stemmetje: “Papa…… er staat weer water in de kelder…..’
“NEE TOCH HÈ!!” Gerard sprong op uit zijn stoel en haastte zich naar de kelder.
Waar Frea hem geruststelde. “1 april papa!”

Toen ik Gerard vanmorgen vroeg wat hij nog wist van 1 aprilgrappen van vroeger, vertelde hij dat zijn jongste broer Roelof hun moeder de stuipen op het lijf had gejaagd.
Ze was in de stallen bezig en Roelof kwam haar ophalen: “Moe! Ie moet snel kommen, het huus stiet in braand!”
Moeder schrok zich een ongeluk en kon de grap allerminst waarderen……de destijds 7- jarige Roelof zag de ernst van de mededeling nog niet helemaal in en schrok op zijn beurt van moeders geschokte reactie.

Dit jaar horen we vast ook wel weer genoeg over al dan niet geslaagde grappen.
Want die visdeurbel in Utrecht…….
Niks over gehoord? Hierbij een link naar een artikel op Nu.nl.
Is dat echt? Of toch een grap?

Voor de liefhebber: vorig jaar schreef ik op deze dag ook iets over 1 april;  (zie Is dit een grap…..of om te huilen)  toen hadden we net twee weken corona-lockdown achter de rug.
Vreemd om zo’n  blog een jaar later te lezen met de wetenschap van nu dat het toen nog meer dan een jaar ging duren.

Reageren

31 maart: O…..áls.

Iedere dag maken we een ommetje; meestal in Roden, maar als we tijd hebben wil ik wel even ergens anders heen.
Verandering van spijs doet eten, niet waar?
Ooit had ik ergens gelezen dat je bij Marum het ‘Witte Nonnen-pad’ kon lopen; zondag de 20e maart gingen we op onderzoek uit.
Het begon bij de kerk, dus  die gingen we eerst opzoeken. We vonden wel een gereformeerde kerk, maar geen 12e eeuws kerkje dat op de foto’s staat.
“We toetsen gewoon ‘Kerkstraat’ of ‘Kerkweg’ in op de TomTom, dan komen we er vanzelf wel”.

We vonden ‘Kerkpad’. “Dan zal het daar wel zijn” en we liepen het Kerkpad af.
In tegenstelling tot wat het spreekwoord zegt over kerken die je midden in het dorp moet laten staan stond deze kerk tussen het dorp en de snelweg in.
Dat pad leidde ons naar de rand van het dorp Marum; een stuk verderop zagen we de kerk inderdaad staan achter een grote zuivelfabriek.

Het was koud en winderig.
We liepen om de kerk heen en vonden een wegwijzertje naar het ‘Witte Nonnen-pad’; het wees naar de deur van een lijkhuisje dat tegen de zijbeuk van de kerk was gebouwd.  (zie afbeelding. Lijkhuisje staat links van de toren).
Aarzelend openden we de deur. Wat we daar aantroffen was op z’n minst verrassend: er stond een lessenaar met een gastenboek en het was ingericht als een kloostercel. Er stonden middeleeuwse nonnenklompjes en je kon op een knopje drukken. Dan ging er een lichtje aan en begon er een gregoriaans koor te zingen.
Een stem heette ons welkom en vertelde dat ze een non was die tijdens de Tachtigjarige oorlog bij Marum/Trimunt in een klooster woonde.
Ze vertelde alles over de geschiedenis van het klooster In Tribus Montibus dat daar in de middeleeuwen heeft gestaan.
Dat het onder bewind stond van de abt van Aduard.
Dat het leven in het klooster zwaar was.
Dat het klooster door de aanhang van de watergeuzen en de prinse van Oranje was gesloopt, samen met het klooster in Aduard.

In het huisje was ook een houten doosje waar de beschrijving van de wandeling in zit, in meerdere talen zelfs.
Hebben wij de wandeling gedaan?
Nee.
Die was 15 kilometer en dat gaan wij niet op een koude, winderige zondagmiddag in maart doen.
Misschien gaan we dat wel helemaal niet doen, want 15 kilometer is best veel voor niet geoefende wandelaars.
Het ging mij vooral om het verhaal, want o, wat hou ik van dit soort dingen!

Als we de wandeling wel hadden gedaan, hadden we een brief gevonden die moeder-overste van het klooster had onderschept.
Een liefdesbrief van ‘onze’ witte non aan een Spaanse soldaat die in een ziekenzaal van het klooster werd verpleegd omdat hij gewond was in de oorlog.
De non was voor straf uit het klooster gezet en haar ziel dwaalt nog altijd in omgeving rond.
Misschien hadden we het ruisen van haar witte habijt nog wel gehoord….áls we die wandeling hadden gemaakt.
Heerlijk, zulke verhalen.

Benieuwd naar het Witte Nonnenpad?
Hierbij een link naar de website van de Stichting Groningen Kerken. 

Reageren

Pagina 101 van 263

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén