een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Alledag Pagina 112 van 263

16 november: Niet zingen, maar dansen!

De waarde van een zondag wordt vaak bepaald door de kerkdienst van de zondagmorgen,  maar gisteren draaiden we de volgorde van de dingen om. Omdat de zon rond tien uur uitbundig scheen besloten we om nog voor de koffie een wandeling te maken. We wandelden een klein uur; Roden ligt in een bosrijk gebied dus er lag heel veel dood blad,  al ritselend genoten we van het verrassend zachte herfstweer.  Eenmaal thuis wilden we de kerkdienst bekijken,  maar die stond nog niet op kerkomroep.  Achteraf was die dienst toen nog niet afgelopen….

De kerkdienst bekeken we pas aan het begin van de avond. Het was een Ik zie jou viering, speciaal voor gezinnen met kinderen.  Daar was ik graag bij geweest, maar wij ‘mochten’ vorige week al, dus gistermorgen niet.  De viering had als thema ‘Laat je licht schijnen’.
Wat vond ik het leukste in deze viering? De Jerusalema Challenge.
Net als dominee Walter Meijles heb ik wat dat betreft onder een steen geleefd, ik had er nog nooit van gehoord. Jij ook niet?
Dit staat er over op de website van de NOS:

Het is je vast niet ontgaan de afgelopen weken, de vele filmpjes van zorgmedewerkers die dansen en meedoen aan de zogenoemde Jerusalema-challenge.

Het lied, gebaseerd op het gospelnummer van de Zuid-Afrikaanse dj en producer Master KG, en het bijbehorende dansje werden enorm populair in de coronapandemie. De relatie met zorgmedewerkers ontstond toen Zuid-Afrikaanse artsen en verpleegkundigen ontspanning zochten en filmpjes van het dansje deelden.

Al snel werd het dansje ook door medewerkers van Nederlandse zorginstellingen en ziekenhuizen overgenomen. Inmiddels hebben de afgelopen weken al vele grote ziekenhuizen aan de challenge meegedaan. De ziekenhuizen wilden met de dans het groepsgevoel in het ziekenhuis laten zien en tegelijk een boost geven.

Ook ‘ons’ UMCG ging de uitdaging aan en maakte een prachtig filmpje, klik hier om het te bekijken.
Dat gingen ze dus in de kerk ook doen; Tamar Nauta deed voor hoe het moest en iedereen deed mee. Je mag dan wel niet zingen, maar dansen wel!
Dansje ook leren? Je kunt de hele viering terugkijken op kerkomroep. (15 november, 10.00 u, Op de Helte, Roden).
Je kunt de foto’s van de viering, gemaakt door Han Post, hier bekijken.
De viering was een lichtpuntje op een zondag met nieuws over illegale feesten georganiseerd door volwassen mensen en over Zwarte Piet-ruzies, uitgevochten door volwassen mensen.
En er is al zoveel naar nieuws over corona…..

Wat haalde ik uit de viering?
Als je je innerlijke licht laat schijnen bij alles wat je doet,  geef je de liefde,  de goedheid en de wijsheid van God door.
Als ik een liedje had mogen kiezen voor de viering van gistermorgen dan had ik deze gekozen.
Kun je ook best een dansje op doen!

Reageren

14 november: Mondkapjes en snoetschoeties (2)

Het blog over de mondkapjes en de snoetschoeties van eind oktober krijgt nog een deel 2.
In Nederland zijn we er inmiddels helemaal aan gewend.
Als ik in de supermarkt om me heen kijk is er bijna niemand meer zonder mondkapje.
Je ziet ze in allerlei uitvoeringen, wat zijn we dan toch ook een creatief volkje.
Afgelopen zondag in de Catharinakerk droeg koster Gerard het PKN-mondkapje.
Eén van de kerkgangers las het opschrift niet helemaal goed en dacht dat er stond: ‘Houd moed. Heb lef’.
Nu kun je onze koster niet betichten van te weinig lef, maar liefhebben kan ook zonder lef.

Op mijn werk doe ik mijn Drentse mondkapje niet op; daar doen ze niet aan ‘flauwekul-mondkapjes’, zoals een arts op de gang opmerkte.
Op dit moment werk ik in een kliniek en daar moeten we er erg serieus mee omgaan.
We mogen alleen medisch goedgekeurde mondkapjes op; als je binnenkomt ligt er al een stapeltje klaar.

Gerard moest deze week één dag naar zijn werk in Groningen en daar zijn ze wat minder streng.
Hij had zijn Drentse snoetschoetie voorgedaan op kantoor; dat leverde natuurlijk gelijk reacties op.
Een collega uit Friesland had een mondkapje met de Friese vlag.
Ze maakten een selfie en stuurden die naar andere collega’s met het bijschrift: ‘Het Drentse snoetschoetie en het Fryske mûlekapke. Verstaat elkaar prima?’ (klik op de foto voor een vergroting) .
Toen konden de Groningers natuurlijk niet achterblijven.
“Mot ik ok komm’n mit mien snoetlabbe?” reageerde iemand.
Die stuurde gelijk drie foto’s mee van Groningse snoetlabben…..
Als je nou denkt: “Wat staat er nou toch op die gele snoetlabbe?
Een aaierbaole!

Reageren

13 november: TBONTB 4: Nederlands maar dan anders – Gezinseditie.

De blogs in de serie ‘Nederlands maar dan anders’ verschijnen altijd in de categorie ‘Alledag’.
Voor het boek had ik een gezinseditie geschreven.

Drie keer mocht ik het beleven: het wonder van dichtbij meemaken dat een klein kindje gaat praten.
De eerste keer dat de baby niet huilt of schreeuwt, maar een lief geluidje tegen je probeert te maken is het eerste begin van praten.
Omdat ik tijdens de eerste jaren van onze dochters geen betaald werk deed kreeg ik bijna alles mee.
Vooral bij oudste Frea vond ik het fascinerend.
De ganzen in de walkant van de Drentse Hoofdvaart werden dagelijks blij begroet: KAKKAK!
In de dierentuin was ze diep onder de indruk van de olifanten. “OFIFA” zuchtte ze en ze bleef maar naar die kolossale dieren kijken.
Opa en oma werden als eenheid benoemd OPOMA.
En als ik haar sandaaltjes ophaalde dan wist ze dat we weg gingen: KOEN AAN, DAG!

Het boekje over ‘Jezus en de storm’ was favoriet.
Toen het een keer erg regende en waaide deed ze als twee-jarige peuter de achterdeur open en schreeuwde tegen de wind en de regen: TIL!
Ze was wel lichtelijk teleurgesteld dat haar woorden niet hetzelfde effect hadden als die van Jezus in het boekje.

Bij tweede dochter Harriët was het nieuwe van het leren praten er wat af, maar daarmee was het niet minder leuk.
Van haar is de legendarisch uitspraak SIPPIES IS OP, toen ze teleurgesteld opkeek uit een grote chipszak waarin ze verwachtte nog wat aan te treffen.
Zij was helemaal weg van mijn broer Henk, door haar OOMEK genoemd. Het feest was niet compleet als OOMEK niet was geweest.
Wij noemen hem nog wel eens zo.
Toen ze als vier-jarige voor het eerst naar school ging, vroegen we na een week wat ze er van vond.
“Wel leuk. Maar je moet de hele dag iets doen…”

Carlijn groeide op met twee grote zussen, die door haar steevast met één naam FEJAJET werden genoemd.
Zij noemde het kleingeld dat ze had gekregen bij het Sint Maarten lampionnenlopen GELTEN.
Papa was altijd een grote held, maar na een lange verbouwing van onze keuken/achterhuis was ze het helemaal zat.
Twee jaar was ze en met gebalde vuistjes riep ze stampvoetend: PAPA WAAI MAAKT! PAPA TOEP MAAKT! PAPA TOM!

Al deze bovengenoemde woorden/zinnen komen nog wel eens voorbij in onze gezinsgesprekken.
Laatst in de dierentuin nog. Gerard was weggelopen van de groep en Frea appte hem: “Papa, waar ben jij?” “Bij de ofifa” was het antwoord.
Niemand die ook maar één wenkbrauw optrekt: iedereen weet wat er wat bedoeld, de schone zonen inmiddels ook.
Elk gezin heeft zulke woorden.
Het voelt voor mij als een soort verbinding met het verleden, waarin je als gezin samen optrok.
Nederlands, maar dan anders.

Bovenstaande ‘gezinswoorden’ ontstonden tijdens het gewone leven van dag in, dag uit.
Kinderen groeien op, je wordt zelf ouder en naast de hoogte- en dieptepunten is er heel veel alledaagsheid in een mensenleven.
Door af en toe even expliciet stil te staan bij de charme van het gewone krijgt het meer betekenis.

De grote dichter Vondel zei het al:

Laat het kostelijkst van al
U niet reukeloos ontslippen
Dat’s de tijdt, die snel gaat glippen,
zonder dat hij keeren zal.
Och! Hoe dun is dit getal,
dat zijn uren meet bij stippen,
Eer de doodt den draadt komt knippen
van hun leven onverwacht.
Meest verlooren, minst geacht.

Meer lezen over het boek 1960 -2020?
Hierbij een link naar de verzamelpagina van de deze blogreeks ‘Te boek ….. of niet te boek’. 

Reageren

12 november: Afscheid van Tieme Meints.

Vorige week overleed de vader van onze schoonzus Annette, Tieme Meints.
Wij kennen hem van de verjaardagen bij mijn broer: vier keer per jaar zaten we in de familiekring.
Toen mijn vader nog leefde hadden de mannen het gezellig samen; ze konden genoeglijk praten over de meest uiteenlopende onderwerpen, ondertussen de aandacht verdelend tussen de kleinkinderen, koffie met gebak en de hapjes & drankjes.

Tieme was een markante persoonlijkheid.
Hij zat jaren als vertegenwoordiger van het CDA in de gemeenteraad van Assen en schreef regelmatig brieven naar de krant omdat hij het ergens niet mee eens was.
Dat ging bijna altijd over geloofszaken. Tien jaar geleden kon hij zich helemaal niet meer vinden in het toenmalige CDA en brak met de partij; hij stapte over naar de Christen Unie.
Vanmorgen vond zijn uitvaart plaats in Assen vanuit de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt ‘Het Lichtpunt’.
Als er geen coronavirus was geweest, hadden wij vanmorgen ook in de kerk gezeten, maar op de kaart die we kregen stond al aangegeven dat alleen de naaste familie en vrienden aanwezig konden zijn. Wij konden meekijken en luisteren via de website van de gemeente.
De familiekring waar wij anders het glas mee heffen zat nu verdrietig bij elkaar.

Er mocht natuurlijk niet gezongen worden; een drietal gemeenteleden zong liederen die Tieme had uitgezocht.
Verder hield hij erg van klassieke muziek.
Na de overdenking keken en luisterden we naar een aria uit de Matthäuspassion ‘Erbarme dich’, gezongen door Delphine Galou.
Hierbij een link naar die uitvoering.
Als je in een concertzaal zit waar het meesterwerk van Johann Sebastian wordt uitgevoerd, beleef je zo’n aria heel anders.
Dan wordt het gezongen nadat we hebben gehoord dat Petrus Jezus 3x heeft verloochend. Petrus heeft diep berouw en de evangelist zingt: ‘und er weinte bitterlich….
Vanmiddag kreeg het muziekstuk een heel andere betekenis.

Dat gold trouwens ook voor het lied; ‘Ga met God en hij zal met je zijn’.
‘……in zijn liefde jou bewaren, in de dood je leven sparen…’
Op een gewone zondagmorgen zing je daar gemakkelijk overheen, nu kregen de woorden extra betekenis.

De dochters lazen een ‘In memoriam’ voor over hun vader.
Daarin vertelden ze over zijn leven, maar ze waren ook eerlijk over zijn rol als vader: Tieme was eigenlijk altijd te druk geweest om zich met de opvoeding van de kinderen te bemoeien.
Ook was hij het lang niet altijd eens met de keuzes die de kinderen maakten, maar hij heeft zich daar uiteindelijk bij neer moeten leggen.
Er was ook nog een spreker namens de Christen Unie, de partij waar Tieme zich de laatste tien jaar erg voor had ingezet.
Hij citeerde uit een interview met Tieme aan het begin van dat dit jaar.
We hoorden de exacte woorden die hij gebruikte in het blog van 20 maart j.l. dat hij voor deze website schreef als lezer van de maand.
Wat bijzonder om zijn woorden, die nu klonken als een ‘statement’, terug te horen in de toespraak.

Wil je Tieme’s bijdrage als ‘Lezer van de maand’ nog eens nalezen?
Klik hier om naar dat blog te gaan.
Net als bij bovengenoemde liederen lees je het nu met heel andere ogen.

Tijdens het uitdragen klonk het slotkoor uit de Matthäuspassion: “Wir setzen uns, mit tränen nieder…..”
Het was een respectvol en indrukwekkend afscheid van een lieve echtgenoot, een trouwe vader en een trotse opa.
Wij zullen hem missen op zijn plekje in de familiekring.

Reageren

9 november: Kom, wij gaot d’r uut.

Och, wat giet dr veul niet deur in dizze tied.
Het helpt niet um het allemaole aal te benuumen,  dus dat gao ‘k niet doen.
Positief punt in het corona-verhaal is dat wij veul meer vrije tied hebt: wij huuft ja nargens meer hen.
Tied um samen een einde te fietsen bijveurbeeld. ‘Kom, wij gaot d’r uut.’

Gerard zee begun veurige weke dat het zaoterdag  mooi weer zol worden. “As wij nog een dag wilt fietsen moe we  zaoterdag  gaon” bedachten wij dunderdag en zo kwam het dat wij zaoterdagmörgen 7 november de fietsen achter op de auto zetten en een gevulde picknick-tasse op de achterbank.
Van verschillende kaanten  hadden wij al heurd dat het bij Sellingen in de gemiente Westerwolde zo mooi mus weden.

De verschillende kaanten hadden groot geliek: wij keken  oons de ogen uut.
Ie kunt je haost niet veurstellen da’j in Zuud-Oost  Grunn’n  fietst.
Ie komt deur dörpies waorvan wij niet wussen dat ze in Nederland ligt.  Barnflair bijveurbeeld. Of Ter Wisch. Of Munnekemoer.
Van Sellingen fietsten wij naor Sellingerbeetse; een gehucht, maor het schient d’r zomers hiel drok te weden.
Dat komp deur de ‘Sellingerkoel’n’, zandofgraovings die nou een soort Ronostrand vormt met veul recreatiemeugelijkheden, zoas campings en B&B d’r umhen.

Oonze eerste stop was in Ter Apel, op mien verzuuk bij ’t olle klooster, dus wij weken eem van de fietsknooppunten-route af.
We zaten op een bankie in de middagzunne met een thermoskanne rooibosthee en kedetties met ei en keze, met uutzicht op de ziedkaante van het klooster. Nou en dan reup de mevrouw van de fietsknooppunten-Tom-Tom bezorgd: “Klopt uw route nog?” Ja heur, komp goed.
Die mörgen haar d’r nog iene tegen mij zegd: “Ga je nu een dag fietsen? Door corona kun je niet eens op een terrasje zitten!”
Wij kunt ok wel zunder terrassie een dag fietsen.
Trouwens: ie kunt dan ok nargens eem hen de wc en dat mus ik wal.
In Sellingen vreug ik an meinsen die an’t blad harken waren: “Is hier argens in de buurte een openbaar toilet?”
“Kist wel eem mitkommen, kin hier wel eem!” Wat een vriendelijke Grunnegers.
Ok underweg groette warkelijk iederiene die wij tegen kwamen. ‘Moi!’
Gerard en ik vergeleken dizze fietstocht met die deur Laren en Blaricum; wij vuulden oons hier aordig meer op oons gemak.

Vanuut Ter Apel fietsten wij een stuk langs het RuutenA-kanaal en kwamen terechte in Ruutenbrock, in Duutslaand.
En ok al bi’j maor een paar kilometer over de grens: aandere verkeers- en plaotsnaomborden, aander soort huuzen, aandere sfeer.
Bij de tweede stop was de zunne al aordig zakt: op een bankie in het bos was het tied veur een banaan en nog een koppie thee.
Een paar keer kwamen wij over het kleine riviertie, de Ruiten Aa, hen.
Sellingen en Ter Apel ligt in het stroomdalgebied van dat riviertje dat deur verrassend divers landschap stroomt: bos, vennegies, kanalen, uutgestrekte weilanden, kleine dörpies en netuurlijk: joepserds van boerderijen en kleine arbeidershuussies.

Dik veertig kilometer legden wij of.
Wat mooi is ’t daor mensen.
Wij hebt al een blokhut op een camping zien: misschien maor ies wat langer as een zoaterdagmiddag hen Westerwolde.
Meer foto’s zien? Kiek dan eem op Instagram.

Reageren

8 november: Ik haalde al adem…

Een viering van onze PKN-gemeente in de Catharinakerk, dat was al even geleden.
Wij behoorden vanmorgen tot de dertig gemeenteleden die in de kerk aanwezig mochten zijn.
Wat mij het meest raakte was het orgelspel van Erwin Wiersinga voor de preek; later hoorde ik dat het een stuk van Mendelssohn was.
De sfeer in de oude kerk op de Brink, het feit dat we daar eindelijk weer eens waren en de ontroerende, omfloerste klanken van het Hinszorgel deden hun werk: tranen van ontroering.

We mogen nog steeds niet samen zingen.
We lazen met elkaar hardop Psalm 98 uit de bijbel.
Ik had de liedboekversie er bij opgeslagen; ‘Zing een nieuw lied voor God de Here’.
Halverwege het derde couplet zing je dan: ‘Hosanna voor de grote koning, verhef bazuin uw stem van goud…’
Van binnen voel ik dan hoe dat klinkt als je dat met de hele gemeente zingt.
Wat een gemis, dat niet zingen.
Dat gemis werd nog vergroot door de Prelude die Erwin speelde bij deze psalm nadat we hem hadden opgelezen.
In die Prelude werkt de componist met een soort voorspel toe naar het begin van de psalm, een soort Tatatataaaaah…..!
Toen het orgel stopte haalde ik al adem voor het eerste couplet; oh nee. Niet zingen.
Maar gelukkig was daar vanmorgen Karel, de cantor van onze cantorij.
Hij zong een zelfgecomponeerd Kyrië en twee toepasselijke liederen.
Verder kregen we een filmpje te zien van een aantal kinderen in onze gemeente die bezig waren met het versieren van een troostlichtje voor de laatste zondag van het kerkelijk jaar.
We zagen versierde glaasjes, lampjes en lampionnetjes. Wat leuk om de kinderen daar zo enthousiast mee bezig te zien: zo maken ze, zonder kindernevendienst, toch even deel uit van de kerkdienst.

Vanmorgen stond de gelijkenis centraal waarin Jezus vertelt over de talenten, het verhaal over de dienaren die geld kregen van hun meester en hoe ze daarmee omgingen.
Ken je het verhaal niet? Klik hier voor het verhaal zoals het in de basisbijbel staat, het begint bij vers 14.
Voorganger Sijbrand van Dijk drukte ons in zijn overdenking op het hart “Begraaf wat je hebt gekregen niet! Je hebt het gekregen, doe er wat mee. Met je positivisme, je enthousiasme, je creativiteit, je ‘luisterende oren’, je doeners-mentaliteit, kortom, doe iets met de olie die in jouw kruikje zit. Kijk niet naar wat anderen allemaal doen en kunnen, kijk naar wat jij kunt in jouw omstandigheden. Blijf niet staren op wat vroeger allemaal verkeerd is gegaan, maar doe iets.”
Ook nu was ik weer ontroerd. Ik doe Sijbrand te kort door zijn preek zo in te korten;  heb je de viering niet bij kunnen wonen en ben je toch benieuwd naar zijn verhaal, zoek de viering van vanmorgen op op Kerkomroep: Catharinakerk, 8 november, 10.00 u.

Gisteren kreeg ik een mail van nicht Lianne, actief in het nieuwe Jeugd Activiteiten Team van onze PKN gemeente.
‘Hierbij de flyer van de Ik-zie-jou-viering van 15 november. Geef het door, zegt het voort.’
De flyer zie je op de afbeelding hiernaast.
Als je er op klikt komt hij groot in beeld
Geef het door, zegt het voort!

Reageren

7 november: TBONTB 3: Alledag.

Voor de categorie ‘Alledag’ had ik een blog geschreven over zoiets simpels als een opgebakken aardappeltje bij het brood.

2020: Alledaagse aardappels.

In de koelkast staat een restje koude aardappels van gisteren.
Nieuwe aardappels uit eigen tuin.
Iedere keer als ik de koelkast open en het schaaltje zie verheug ik me op de broodmaaltijd.
Dan ga ik namelijk die aardappels opbakken en op een broodje doen.

Er is weinig zo alledaags als het opbakken van een restje aardappels, maar ik vind het ontzettend lekker.
Als mijn broer en ik tussen de middag uit school thuis kwamen voor de broodmaaltijd en mijn moeder had opgebakken aardappels dan was het feest.  Boter op je boterham en daar die warme schijfjes op; dan smelt die boter een beetje en die trekt dan in dat broodje. Samen met die warme aardappel met een bruin korstje…… YUM!

Ooit las ik een interview met een mevrouw  die in een modern zorgcentrum zat.  Het appartement was van alle gemakken voorzien,  maar ze had geen eigen kooktoestel meer. “Nou kan ik niet zelf meer een prakkie opbakken” zei ze.  Ik begreep precies wat ze bedoelde.
“Ik zou wel een campinggasstelletje regelen” zei ik tegen Gerard “je moet toch een keer een overgebleven aardappeltje op kunnen bakken!”

Vanmiddag genoot ik van mijn broodje tijdens de lunch, opgepimpt door zoiets simpels en alledaags  als een opgebakken aardappeltje. Een goed voorbeeld voor de rubriek Alledag op mijn website; het is een mooie combi van de rubrieken Koken, Alledag en Sweet memories.

Een mensenleven is een aaneenschakeling van hoogte en diepte punten, afgewisseld door korte of langere periodes waarin het leven voortkabbelt: werken, eten, slapen en liefhebben.
Het is de kunst om ook van die doodgewone periodes te genieten: a normal day is a lucky day.
Soms met een fijn compliment, soms met een mooie zonsopgang en soms met een opgebakken aardappeltje.

Als je op de categorie ‘Alledag’ klikt lees je daar een introductie van dit onderwerp met twee toepasselijke afbeeldingen.
Dat is het leuke van de nieuwe lay-out van deze website: als je op een ander menu klikt komt er ook een andere afbeelding in beeld.
Deze categorie kent vier onderdelen: 1. Kerk en gemeente 2. Muziek 3. Bloemen 4. Koken & Bakken.
Over die vier aparte onderdelen zal ik de komende maanden iets vertellen én een nieuw blog publiceren.

Een indruk krijgen wat je zoal leest in deze categorie ‘Alledag’?
Hierbij een selectie uit het archief:

10 februari 2016: Een koggeschip uit  de 15e eeuw”.
Een gesprek over geschiedenis tijdens de gezamenlijke soep met collega’s.

21 februari 2017: Manic monday.
Sjans op de vroege maandagmorgen en gratis bloemen.

4 mei 2018: Wachtkamer-ongemak.
Nummertjes trekken met hindernissen in de wachtkamer bij Certe.

29 september 2018:: Meneer Jansema, waar staat de stroop?
Mijn zoektocht naar de stroop in de Jumbo.

Meer lezen over het boek 1960 -2020?
Hierbij een link naar de verzamelpagina van de deze blogreeks ‘Te boek ….. of niet te boek’. 

Reageren

6 november: Een nieuwe kalender!

Eén van de leuke dingen van een nieuw jaar is de aanschaf van een nieuwe agenda en een kalender.
In verband met het coronavirus gaan veel dingen niet door, maar er wordt wél een nieuwe Kunstkalender uitgebracht door de ZWO van onze PKN-gemeente.
Dertien kunstenaars uit Roden en omgeving hebben een kunstwerk aangeleverd; zo heb je iedere maand een nieuwe afbeelding aan de muur.
Wij kopen die kalender altijd in november als hij wordt aangeboden na de erediensten in de kerken van Roden/Roderwolde, maar daar komt het in deze maanden niet echt van.
Hoe komen we nu aan de Kunstkalender van 2021?

Van ZWO-lid Dea Smith kreeg ik wat informatie over de kalender en de bestelmogelijkheden:

De wereld staat op zijn kop. Tante Corona legt in ons land  het leven van velen plat.
We houden 1,5 meter afstand, dragen mondkapjes, werken zoveel mogelijk thuis en ontvangen nog maar weinig bezoek.
Ook de kerkdiensten worden veel vanuit huis gevolgd. Dit is een vervelende situatie voor velen.

In de armste landen komt deze crisis extra hard aan.
Als je al bijna niets hebt en van dat wat je hebt ook nog veel wordt afgenomen, dan wordt de situatie wel heel nijpend.
Vanuit de ZWO van de kerk te Roden proberen we de stichting Dwelling Places in Kampala in Oeganda te ondersteunen.
Zij vangen straatkinderen en jonge moeders met hun kinderen op. Ze krijgen een veilig onderkomen en een opleiding.
Veel mensen die door Dwelling Places zijn geholpen hebben nu geen inkomsten meer en dreigen in handen te vallen van uitbuiters.
Dwelling Places heeft al ruim 300 voedselpakketten kunnen uitreiken met hulp vanuit Nederland. 
Ook wij willen hen hierbij graag helpen.

Ieder jaar maken wij een kalender met 13 afbeeldingen van kunstwerken gemaakt door gemeenteleden.
Het thema voor de kalender voor 2021 is : Deze wereld nieuw. 
Dat is natuurlijk wat we op dit moment allemaal wel willen.
Op de afbeelding op dit blog zie je het kunstwerk dat Han Post heeft gemaakt, zijn bijdrage prijkt op de kalender in de maand mei . 

Dit jaar kunnen we de kalender niet zoals gebruikelijk in de kerk verkopen.
Daarom kun je hem dit jaar voor 25 november bestellen bij:

Jan Rusch (email: jwrusch@home.nl, tel.nr. 5012866 of Dea Smith 050-5013986).
De kosten zijn, nog steeds, €8,00 per stuk.
Wij bezorgen de kalender(s) dan voor 5 december (in de omgeving van Roden) bij je thuis.
Het geld maak je dan over op rekeningnummer NL39RABO1262879698 ten name van de Diaconie van de Protestantse kerk te Roden onder vermelding van kunstkalender 2021.

OK!
Dank je wel, Dea.
Gaan we doen.

Reageren

5 november: Alles.

Vanmorgen lag mijn standaard-boodschappenbriefje al op het aanrecht.
Dat hangt altijd op het prikbord in onze keuken en daar schrijf ik in de loop van de week de dingen bij op die op zijn of die me te binnen schieten.
Wat ik eigenlijk altijd vergeet zijn de zoete dingen: hagelslag, jam, snoep etc.; daar ben ik zelf niet zo van.
Maar Gerard wel, dus hij zet ook dingen op het briefje.
Twee weken geleden nog: ‘chocolade flikken puur’; die neem ik dan braaf mee.
Vanmorgen had hij op het briefje gezet ‘pepernoten’.

Hm.
Eigenlijk huldig ik al jaren het standpunt “geen Sinterklaasspul in huis voordat de goedheiligman is gearriveerd”.
Dat was vooral aan de orde toen de kinderen nog thuis woonden,  want die konden wat aan op dat gebied.
Ik maakte een foto van het briefje en gooide mijn dilemma in de gezinsapp.
Hoon was mijn deel.

“We hebben al weken pepernoten in huis!”
Iemand stuurde een foto met een pepernoot.
Verder stuurde iedereen dezelfde suggestie: “En ook chocoladepepernoten!”
Om mijn bezwaren weg te vegen stuurde een dochter bijgaande bewerkte foto.
Bijschrift: ‘Ik ben er. Nu mag het. Bam.”

Ok.
Maar dan wil ik ook suikerbeesten.
Want ik ben dan eigenlijk niet zo van ‘zoet’, maar suikerbeesten….!
Terug van het boodschappendoen stuurde ik de dames en heren een foto van wat ik had meegenomen.
Een megazak kruidnoten, chocolade-pepernotenmix en suikerbeesten.
En Sint-schuimpjes.
Alles.

Vanmiddag hadden we thee met pepernoten.
De waarde van de dag kan zoiets simpels zijn…

Reageren

4 november: Een baby uit 1932.

Vorige week schreef ik al dat ik met de foto-erfenis van mijn ouders aan het werk ging. (zie ‘Foto’s en melancholie‘)

…album voor album ging ik bij langs….

‘Werk’ is een goed woord in dit geval.
Wàt een werk.
Maar ook: wat ontzettend leuk om te doen.

Door corona heb ik meer tijd om zo’n omvangrijke klus aan te pakken en van te voren bedacht ik een systeem hoe ik het best kon beginnen.
Op mijn keukentafel zette ik 9 plastic bakjes; ieder bakje vertegenwoordigde een decennium.
Album voor album ging ik bij langs, haalde alle foto’s er uit en vulde daarmee de decennium-bakjes.
Maar lang niet alle foto’s kwamen in die bakjes.
De albums die ik ga maken zijn voor in het familiearchief.

Decenniumbakjes

Mijn vader had daar al een begin mee gemaakt, dus alle foto’s die al in het archief van mijn vader zitten hoeven sowieso niet in die albums.
Ook niet alle honderdvierentachtigduizend foto’s van de door mijn ouders zeer geliefde kleinkinderen hoeven te worden bewaard: die zitten immers al in onze eigen boeken; daarvan maak ik een kleine selectie.

Foto’s van het 25-jarig jubileum van een collega op de steenfabriek, besneeuwde bergen in Oostenrijk en oude boten in havens worden ook niet allemaal bewaard. Na de eerste schifting zat ik met 9 bakjes, waarvan er 5 alsnog tjokvol zaten.
Je kunt trouwens ook precies zien wanneer mijn vader een super8-filmcamera kocht: het bakje van 1970 – 1980 zit lang niet vol.
In dit deel van deze klus kwam ik één van de mooiste foto’s uit het archief tegen.
Het is een baby-foto van mijn vader, geboren in 1932.
Als mijn broer en ik die foto vroeger zagen lagen we dubbel van het lachen.
Ook onze kinderen vonden het wel een komische foto.
Toen ik hem verstuurde in de app reageerde er één: ‘Met een scheel oogje….’.
Wat mij nu opvalt zijn de familietrekjes.
Dat het dochtertje van mijn neef net zo kijkt, maar dan zonder scheel oogje.
Het hoogblonde haar dat mijn dochters, mijn broer en ik ook hadden in de kindertijd. (het befaamde Vrieswijk-melkboeren-honden-haar)
Dat ik zelf de bovenkant van mijn gezicht van mijn moeder heb geërfd en de onderkant van mijn vader, inclusief onderkin.
Een baby uit 1932 kijkt je aan.
Toen moest de Tweede Wereldoorlog nog beginnen.
In 2020 was deze baby 88 geworden, als hij al niet in 2008 was overleden na een vol en rijk leven.
Ik lig niet meer dubbel van het lachen bij het zien van deze foto; ik ben blij dat ik hem heb.

Reageren

Pagina 112 van 263

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén