een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Handwerken Pagina 21 van 23

8 oktober: Colsjaal & muts

Het wordt kouder. Na een heeeeeele lange zomer liep ik gisteravond in mijn zomerjasje naar franse les en dat was niet slim. Koud was het. Het waaide hard en ik had mijn winterjas aan moeten doen. Vanmorgen heb ik de winterjas uit de kast gehaald met daarbij het doosje met de sjaals en mutsen. Twee jaar geleden (lange koude winter van 2012/2013) heb ik een colsjaal en een muts gebreid van hele kleurige elastische wol. Die zijn zo warm, die kun je alleen maar aan als het echt hartstikke koud is. Heel effectief dus.

Deze wol kocht ik destijds bij ’t Spinnewiel in Roden en de eigenaresse van het zaakje gaf mij een goede tip: “Niet in boordsteek breien” zei ze “maar met een variant daarop.”

Het gaat zo: je zet een veelvoud op van vier steken + 1.

Dus 81. Of 85. Dan brei je de eerste naald 2 steken recht, 2 steken averecht en zo steeds door. Aan het einde van de toer heb je dan 1 over, die brei je recht. Op de terugweg, de tweede toer, doe je hetzelfde. De derde toer ook. Zo komt er aan elke kant steeds maar één rij “V-tjes” onder elkaar en daar tussenin verspringt het steeds van recht naar averecht. Het was een simpele tip, maar het effect is verbluffend: het geeft een heel ‘los’ effect. Brei je je col dan ook ook nog op een naald groter dan op het papiertje rond de wol is aangegeven, dan wordt het dus een hele warme col.

Vanmorgen heb ik de col en de muts nog maar even terug in het doosje gedaan. Eerlijk gezegd heb ik nog geen zin in sneeuw en ijs.

Reageren

7 oktober: Uiltjes-wanten

Vorig jaar kwam dochter Carlijn met een breiboek waarin gebreide wanten stonden met een uiltje er op. ‘Skattie-wattie”  waren ze volgens haar. Of ik ze kon breien?

Een uitdaging. Want het patroon bleef wat vaag over de dikte van het garen en de grootte van de breipennen. Dus eerst maar wat uitproberen. Deze handschoenen brei je als sokken op vier pennen. En de boordsteek was heel bijzonder, want 1 toer brei je 2 recht 1 averecht en in de volgende toer haal je de tweede rechte steek eerst over de eerste heen en dan brei je hem. Het geeft een heel apart effect en de boord wordt zo heel elastisch.
beschrijving deel 1 >>>
beschrijving deel 2 >>>

Beschrijving deel 3: De duim: Neem 3 steken van de stekenhouder op een breinaald zonder knop en leg de andere 3 steken van stekenhouder op een tweede breinaald zonder knop. Neem met de 3e breinaald zonder knop 3 steken op bij de opening van de duim. Brei nu 5 toeren tricotsteek. Dan steken afkanten.

Afwerking: de zwarte knoopjes bij de averechte steken van de kabels bij het gezicht van de uil vastnaaien. De tweede polswarmer in spiegelbeeld maken, zodat de duim op de goede plaats komt te zitten.

(Opmerking:uiltjes-wanten ik heb de polswarmers met dunner garen gebreid (en dus ook op dunnere pennen) en heb het patroon hier en daar wat aangepast.  De polswarmers gebreid volgens dit patroon zullen er dus iets anders uitzien als op dit plaatje. )

 

De handschoenen zijn bijzonder goed gelukt. Zo goed, dat ik al vier paren heb gebreid voor liefhebbers hier en daar. Onder andere voor mezelf.

Mocht je ze ook willen breien, het patroon deel 1 en 2 vind je op de linkjes boven de foto, deel 3 (de duim) staat beschreven onder de linkjes.

Reageren

2 oktober: Borduren in quarantaine?

Vervolg van gisteren: deel 2. Het was dus de bedoeling dat ik vierkanten ging borduren, maar in het boek van José Sterrenburg staan alleen maar rechte randjes. Dus hoe je ‘de hoek om moet’ moest ik zelf bedenken. Meestal liet ik de randjes van twee kanten bi011j elkaar komen en bedacht ik ter plekke hoe ik het in een hoek aan elkaar kon vlechten. Eerst tellen hoeveel hokjes er tussen zitten en dan maar kijken hoe het uit komt.

Soms haalde ik weer uit wat ik zelf bedacht had, dan vond ik iets anders toch mooier. Toen het bijna af was moest ik nog bedenken hoe ik het zou omzomen. Janny Alssema, borduur-collega, liet mij zien hoe je een zoompje kon maken door het naar voren om te vouwen en in de hoek zo in te knippen dat het precies naar binnen valt. Ze had een voorbeeld in papier uitgeknipt, dat heb ik nagemaakt en gebruikt.

009

Gisteren schreef ik al dat ik als het warm is graag onder een boom zit te borduren. In Noord-Duitsland was het plekje onder een boom afgezet met rood lint, omdat dat vrij gehouden moest worden voor een evenement. Toen leek het even alsof ik een enge ziekte had: ik moest ‘in quarantaine’ borduren…!

Het kleed wordt gebruikt op zon- en feestdagen, meestal als ook de dochters, al of niet met aanhang, thuis zijn. Een feest-kleed dus.

Reageren

1 oktober: Geborduurd tafelkleed

Het project waar ik het langst mee bezig ben geweest is een geborduurd tafellaken.
In maart 2007 kocht ik van mijn verjaardagsgeld een heel groot stuk borduurstof bij ‘t Spinnewiel’ in Roden en begon aan mijn “tafellaken-project met randen”. In de winkel adviseerden ze mij om in het midden te beginnen en vandaar uit vierkanten te borduren.

Vijf basiskleuren zocht ik uit: blauw, rood, groen, lila en paars. De randen borduurde ik om en om in de combinaties blauw/rood en groen/lila/paars. Alleen in de buitenste rand gebruikte ik alle kleuren door elkaar in alle mogelijke verschillende combinaties.
De patronen van de randen komen uit het al eerder genoemde boek ‘Randen borduren in kruissteek’ van José Sterrenburg.

geborduurd tafellaken

iets dichterbij

Het heeft al met al tot de zomer van 2013 geduurd tot ik het af had. Het had ook geen haast. Borduren is voor mij pure ontspanning. Het borduurmandje staat altijd onder de plek waar ik zit op de bank in de woonkamer. Zondagmiddagen lenen zich bijzonder goed om je in borduurranden te verdiepen. Verder ging het altijd mee op vakantie: het liefst zit ik dan op een warme dag onder een schaduwrijke boom te prikken met Bach op de oortjes. Ook de periodes dat ik in het ziekenhuis lag, was mijn borduurwerk een welkome afleiding. Het ontlokte een verpleegkundige de opmerking: “Daar zou ik het nou van aan mijn hart krijgen!”

Morgen deel 2: Borduren in quarantaine?

Reageren

26 september: Aai-kikker

De borduur-probeersels voor mijn i-pad hoes lukken goed! Ik realiseerde mij alleen gisteren dat het nog wel even duurt voor ik de echte hoes helemaal af heb, als ik er nu nog niet eens aan ben begonnen! Dochter Frea opperde om er dan ééntje te haken: die heb je zo af en kun je dan direct gebruiken. Goed idee.

Zij noemt haar i-pad overigens ‘aai-kikker’. Wel lastig in Engeland, want daar is kikker niet een ander woord voor pad….

Dit is een foto van Frea’s ‘aai-kikker-jasje’:

Ze vertelde: “Je haakt deze hoes aan één stuk. Je haakt een ketting van 27 lossen. Op de ene lus van de lossen haak je op de heenweg 27 vasten en op de andere lus van de lossen haak je op de terugweg ook 27 vasten. Je haakt zo een langwerpig rondje, 2 x 27 = 54 vasten.

Op deze manier hoef je geen naden te sluiten omdat je almaar rond kunt blijven haken.De ketting van 27 lossen is dan gelijk de onderkant van je hoesje.”

Mocht je het niet snappen: hier is de link >>> naar de pagina waar Frea dit patroontje vond. Is overigens wel in het engels. Of het daar nou zoveel duidelijker van wordt…..

Reageren

24 september: Tegeltjeswijsheid uit Engeland

Was het een tijdje ‘zooo jaren ‘70′ om te handwerken, de laatste tijd mag het weer.
Handwerkboeken en  -website’s met patronen en voorbeelden schieten als paddestoelen uit de grond en ook jonge meiden breien, haken en borduren alsof het de gewoonste zaak van de wereld is.
Met drie dochters kon het niet uitblijven: ook zij doen mee. Onze oudste dochter woont in Engeland en zij had voor een verjaardag van een vriendin zelf een cadeautje gemaakt: een geborduurd wandtegeltje. En dan niet ééntje met zo’n tekst ‘van het concert des levens krijgt niemand een program’, maar een hippe, zelfbedachte draak met een goede raad erbij.

Drakie,,,, (vertaling: bemoei je niet met drakenzaken, want je bent knapperig en lekker met ketchup)
Kostelijk vind ik dit soort dingen.
En ook al kon ze geen engels ……ik denk dat mijn oma goedkeurend zou knikken.

Reageren

23 september: Restverwerking

Het grootste project dat ik in het kader van restverwerking heb gemaakt is een lapjesdeken, helemaal gemaakt van Granny Squares. Het is een heel bont geheel geworden, gekleurde vierkantjes met zwart garen aan elkaar gehaakt.
 Lapjes sprei Op de foto is de deken nog niet helemaal klaar, er moest nog één baan vierkantjes langs. Inmiddels ligt hij al jaren op Harriët’s oude bed. Een hele zomervakantie ben ik er mee bezig geweest. Met zoveel kleuren garen moet je ook hééél veel draadjes afhechten.
Ik herinner mij dat we dat jaar op de camping de voortent hadden afgebroken en de caravan hadden ingepakt. Dan loop ik nog altijd even het stukje langs waar we gestaan hebben om de achtergebleven rotzooi op te ruimen: het lag werkelijk bezaaid met kleine draadjes. Ze hingen zelfs aan de struiken achter de tent…

Reageren

18 september: Gewond door een breinaald

Breien is op zich een ongevaarlijke hobby. Ja, je moet uitkijken hoe je je breiwerk vervoert. Als de pennen uit je tas steken zonder beschermend dopje kun je iemand akelig verwonden.

Verder is het lastig als iemand heel dicht naast je wil zitten. Je hebt namelijk ruimte nodig om je armen te bewegen en af toen het werk om te draaien. “Ik kom even gezellig naast je zitten!” is voor een breister dus niet altijd een wederzijds genoegen. Maar in overleg kan er veel.

Eén keer heb ik een ongelukje gehad met een breipen. Ik breide een sok op vrij dunne, metalen pennen (met van die scherpe punten) en liet een steek vallen. Geschrokken boog ik me snel over m’n breiwerk om de schade te beperken. Daarbij vergat ik pen die recht omhoog stond…..en prikte daarmee in mijn oog. Een uur later zat ik bij de huisarts met een oog dat maar bleef tranen: kijken deed pijn.

Ik kreeg een oog-creme en een oog-lapje en zag er één dag uit als Moshe Dayan >>>. (Grapje uit de jaren ’70: Moshe Dayan heeft wel oog voor de Palestijnen, maar er zit een lapje voor.)    Mijn lapje was niet zwart maar wit en baarde nogal wat opzien. Maar het hielp wel! 24 uur rust en en mijn oog deed het weer prima. Nog maanden daarna dreven mijn familie en vrienden de spot met mij. Dieptepunt was mijn toenmalige schoonzoon, die met een grote plastic veiligheidsbril naast mij op de bank kwam zitten. Hij kreeg geen sokken.

Reageren

15 september: Regenboogsokken

Breien/haken is iets dat zo bij mijn leven hoort, dat mensen die mij een beetje kennen weten dat ik altijd wel een handwerkje in mijn tas heb. In de wachtkamer in het ziekenhuis, op verjaardagen & visite’s en in de pauze op het werk zit ik altijd met een brei- of haakwerkje mijn broodje op te eten. Bij wisseling van werkkring levert dat in het begin heel veel commentaar op. Iedereen vindt er wel wat van. Je hoort verhalen over vervelende handwerkRegenboogsokkenjuffen, over oma’s die altijd sokken breiden, over mislukte projecten en de zelfgebreide truien van tante Albertje die altijd prikten. En soms hoor je heel verrassend mannen met enige gêne vertellen dat ze ook kunnen breien. Het voordeel van het ‘altijd zichtbare handwerkje’ is dat mensen mij weten te vinden als ze resten garen hebben.
Een ander voordeel is dat Sinterklaas altijd wel een passend kadootje weet te vinden.
Ook de manager wiens agenda ik beheer verraste mij na een ziekenhuisopname. Ze kwam op ziekenbezoek en nam twee grote bollen ‘regenboogsokkenwol’ mee. Dan had ik mooi wat te doen. Blij verrast ben ik met zo´n kado, want ik koop niet zo vaak zulke dure wol! Twee bollen waren ruim genoeg voor één paar. “Kun je misschien voor Gerard ook nog een paar breien!”
Maar die vond het ‘meidensokken’. Is ook zo.

De sokken zijn inmiddels allang klaar en ze zijn heerlijk warm: lekker ’s avonds op de camping!

Reageren

14 september: Log-cabin borduren

Op 2 september vertelde ik over het hoesje voor een i-pad dat ik ga borduren. Ik meldde dat ik eerst maar wat ging uitproberen, dat heb ik inmiddels gedaan. In mijn geliefde boek ‘Randen borduren in kruissteek’ van José Sterrenburg vond ik een leuk idee: borduren in de stijl vaLog cabin bordurenn een ‘log cabin’. Dat is een techniek die heel veel wordt toegepast bij quilten. Je begint met een vierkantje en je plakt er steeds randjes aan.

Het voorbeeld van José gaf aan dat je de ene helft in lichte en de andere helft in donkere tinten kon doen. Dit is wat ik tot dusver heb gemaakt:

Het resultaat is erg leuk, maar ik vond werken met een helemaal uitgetekend borduurpatroon erg lastig (ben ik niet meer gewend) . Mijn volgende project zal een combinatie worden van dit Log cabin-patroon en enkele mooie randjes die ik heb gezien op de website ‘Randje per week’>>>.
Wordt weer vervolgd dus.

Reageren

Pagina 21 van 23

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén