Vanmiddag gingen we op kraambezoek bij Luna en haar ouders.
De moeder van Luna is de dochter van een zus van Gerard en woont in Enschede.
Luna is al 9 maanden. Normaal gesproken gaan wij eerder op kraambezoek, maar door Gerards ziekte werd het iets later.
Links een foto van Luna: ze speelt met een ballen-apparaat terwijl wij een kop thee dronken met mama en papa.
Wij nemen als kado altijd een zelfgebreid vestje mee én een mooi prentenboek.
Eén van de beste prentenboeken voor kleine kinderen vind ik ‘De mooiste vis van de zee‘.
Ook vanmiddag nam ik dat boek weer mooi ingepakt mee.
Toen Carlijn klein was, was het nieuw, het kwam uit in 1998, het is geschreven door Marcus Pfister. Carlijn was er helemaal gek van. Ze was als vijfjarige furieus toen we het boek niet voor de tweede keer konden verlengen in de bibliotheek, omdat het gereserveerd was voor een ander kindje.
Het boek speelt zich af in de zee. Hier leeft Regenboog, een vis met kleurrijke, glanzende zilveren schubben. Regenboog is verreweg de mooiste vis van de zee, maar is zich daar ook goed van bewust. Hij doet hooghartig en schept op over zijn mooie schubben.
Als een klein visje aan hem vraag of hij één van de zilveren schubben van Regenboog mag hebben, lacht die hem heel hard uit. Maar daarna wil geen enkele vis in de zee nog met Regenboog spelen.
Een zeester adviseert hem naar de oude Octopus te gaan om hem om raad te vragen. Die zegt tegen Regenboog dat hij alle vissen die erom vragen een van zijn schitterende schubben moet geven. In het begin wil Regenboog dit niet, maar als hij eenmaal begint met het uitdelen van de zilveren schubben wordt hij steeds vrolijker. Regenboog leert dat hij ook zonder zijn schubben gelukkig kan zijn en alle vissen willen weer met hem spelen!
De hoofdgedachte van dit verhaal is dat je gelukkiger wordt van het delen van mooie en fijne dingen met elkaar. Dat had Carlijn als vijfjarige nog niet helemaal begrepen……