De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

7 maart: Nu nog?!? – 9 Drie in één.

Woensdagmiddag 2 maart 16.15 uur.
In de wachtkamer van de tandarts zit ik te wachten op Rosalie, de mondhygiëniste waar ik een afspraak mee heb.
In de deuropening verschijnt een man die roept “Mevrouw Waninge.”
Ik kijk kennelijk verschrikt op want de man zegt: “Had u dit niet verwacht?”
Grappend merk ik op dat ik vind dat Rosalie wel erg veranderd is en loop met hem mee.
De man stelt zich voor als Hazmat en vertelt dat Rosalie de liefde heeft gevonden in een ander deel van het land en is verhuisd.
Vind ik moeilijk.
Het gefrot aan mijn gebit bij de mondhygiënist vind ik altijd vervelend en aan Rosalie was ik gewend, het is altijd maar afwachten hoe een ander het doet.
Hazmat stelt me gerust. Hij heeft zijn opleiding gehad bij hetzelfde instituut als Rosalie; de behandelwijze is dan al hetzelfde.

Het ging goed.
Al frottend kwam hij tot de conclusie dat het er ondanks de beugel best goed uit ziet.
“Wanneer heeft u voor het laatst een halfjaarlijkse controle van uw gebit gehad?”
Geen idee eigenlijk.
Dat zijn geen hoogtepunten in mijn leven die ik onthoud.
Bovendien zie ik Martijn door die beugel al één keer in de maand, dat vind ik eigenlijk wel genoeg.
In mijn dossier kon hij zien dat het februari 2021 was.
“Er moet dus wel even weer naar gekeken worden.”

Bij de balie vroeg ik aan de assistente of die halfjaarlijkse controle ook gecombineerd kon worden met een toch al geplande beugelafspraak.
“Ja hoor, kan a.s. vrijdag al. Dan rekken we die afspraak om 15.15 uur een beetje op.”
Drie behandelingen voor mijn gebit in één week.
Ik prijs me gelukkig dat er geen wortelkanaalbehandeling of iets dergelijks bij was.
Tijdens de controle op 4 maart constateerde Martijn dat de oude, metalen vullingen op hun laatste benen lopen.
Hoeveel benen zouden ze gehad hebben? vraag ik me dan af, maar dat zeg ik natuurlijk niet.
Kan ook niet, want je ligt constant met open mond achterover.
Martijn vertelt verder: “Maar daar gaan we in het beugeltraject nog niets aan doen, dat bewaren we tot een later moment.”
Altijd fijn als er iets is waar je naar uit kunt kijken.

Met de beugel ging het overigens goed: setje 14 zit er nu opgeklikt, setje 15 kreeg ik mee voor over twee weken.
Volgende afspraak 1 april.
Haha.
Nog 30 weken te gaan.

Benieuwd naar het hele orthodontietraject?
Hierbij een link naar deel 1, onderaan dat blog vind je een overzicht van alle gepubliceerde delen.

Reageren

6 maart: Snippers-zondag.

Vandaag (zondag) was voor mij een dag met snippers van van alles en nog wat.
We hadden zaterdagavond een erg gezellige verjaardag in de familie, waardoor we laat in bed lagen.
We besloten de kerkdienst zondagmorgen ‘digitaal’ tot ons te nemen, maar ik miste het begin, want toen stond ik nog onder de douche.
De viering vanuit de Catharinakerk liet maar weer eens zien hoeveel digitale mogelijkheden er tegenwoordig zijn.
Voorganger dominee Walter Meijles was ziek en kon dus niet fysiek voorgaan, maar hij had de preek thuis op video opgenomen.
Centraal stond het verhaal van Maria die haar dankbaarheid toont door de voeten van Jezus te zalven met erg kostbare nardusolie.
Wat ik meeneem van de overdenking is de laatste zin:
“Als je iemand dankbaar bent, beknibbel dan niet op die dankbaarheid, maar zet het groot neer.
Daarmee zet je die ander in het licht en geef je die ander een enorme zet vooruit.
Duister is er al meer dan genoeg, het is licht dat wij nodig hebben.”

Frea had ons uitgenodigd om te komen luisteren naar een klein optreden van het vrouwenkoor ‘Amane’ waar ze bij zingt.
Het vond plaats in het Forum in Groningen en omdat het zulk mooi weer was besloten wij een deel van de reis te gaan fietsen.
We zetten de fietsen op de auto, parkeerden die op de P&R  bij Hoogkerk en fietsten het laatste stuk naar de binnenstad.
We waren al eens eerder in het Forum geweest en we hadden Amane’ ook al eens horen zingen, (zie Mi Vida en ‘Amane’ in Engelbert’)  maar de combi was bijzonder.

Het Forum is natuurlijk geen concertzaal.
Het publiek loopt, eet en praat gewoon door als er een koor staat te zingen.
Maar de trappen op de begane grond waren mooi gevuld en er was genoeg geïnteresseerd publiek dat zat/stond te genieten van het zingen.
Het vrouwenkoor verraste me: ze zingen alles uit het hoofd, zingen alles a-capella en stralen met elkaar uit dat ze er ontzettend veel plezier in hebben.
Verder letten ze heel goed op hun dirigente die niet alleen met haar handen, maar met haar hele lichaam dirigeert.
Wat ze zongen was heel divers: o.a. Brigitte Kaandorp, (rozen verwelken en borsten gaan hangen….), de Andrews Sisters en Davina Michelle.
Vrouwen met zelfvertrouwen en mooie stemmen die durven te zingen: een lust voor oog en oor.

Na het zingen namen we afscheid van Frea en onze andere gezinsleden in het publiek en gingen met z’n tweeën nog even de stad in.
Ergens lunchen, ergens een mooie trui op de kop tikken en genieten van de sfeer in de stad in het vroege voorjaar.
Fietsen in de stad Groningen: dat was al weer even geleden.
Nog altijd voel ik me daar een beetje een provincie-Aaltje.
Wachtend bij de kleedkamer waar Gerard zijn trui past hoor ik voor mij wereldvreemde muziek uit het plafond komen en hoor ik Engels, Duits en Nederlands met die rare r van tegenwoordig om me heen. Mensen steken lopend en fietsend zonder uit te kijken over en het is op zondagmiddag net zo druk als in Roden op vrijdagmiddag als er markt is.

Eenmaal terug in Roden wachtte het laatste deel van een spannend boek en het schrijven van dit blog over de snippers.
Af en toe een snipperdag is helemaal niet verkeerd!

Reageren

5 maart: Bud Spencer op ballet.

“Je moet Herman even lezen!” zei Gerard vanmorgen.
Nu lees ik Herman iedere dag, maar als Gerard mij er op attent maakt dan is er iets.
Meestal iets herkenbaars waar we samen om moeten lachen.

Even voor de lezers die niet in het noorden van ons land wonen: Herman is een columnist die iedere dag op pagina 2 een stukje schrijft in het Dagblad van het Noorden.
Hij is schrijver/journalist; hij publiceerde diverse bundels en schreef onder meer een biografie over publiekslieveling Milko Djurovski van FC Groningen.

Hij schreef vandaag over zijn ochtendlichaamsbeweging: oefeningen na het opstaan.
Tijdens het lezen hoor ik mezelf bij zinnen als ‘oefeningen doen in de ochtend bevalt goed, het kost een kwartiertje en het is net of het lichaam fitter en leniger begint aan te voelen’.
Tijdens het lezen hoor ik Gerard bij zinnen als ‘ik wil het geen yoga noemen, dat zou een belediging zijn voor iedereen die serieus aan yoga doet, denk eerder aan Bud Spencer op ballet’.

Herkenbaar is eigenlijk nog te zwak uitgedrukt.

Wil je Hermans hilarische verhaal even lezen?
Klik dan op de afbeelding, dan komt de column leesbaar in beeld.

Zou je eigenlijk ook wel oefeningen willen doen na het opstaan?
Op het blog ‘Yogaclinic in Bakkeveen’ vind je een PDF met een omschrijving van mijn oefeningen in de ochtend.
Het is mijn eigen beschrijving, het is bedoeld als geheugensteuntje.
Wil je écht yoga en/of pilates doen?
Kijk dan eens op internet: je kunt te kust en keur voor filmpjes met basisoefeningen etc.
Maar om te weten of het echt iets voor je is kun je het best een proefles nemen.

Reageren

4 maart: Aangewakkerd besef.

Wij kijken iedere woensdagavond naar ‘Het verhaal van Nederland’,  gepresenteerd door Daan Schuurmans.
Al vanaf de eerste uitzending was ik enthousiast en volgens de kijkcijfers was ik niet de enige.
Woensdagavond ging het over de pest, het Hanzeverbond en de eerste stromingen van verzet tegen de decadentie van de Rooms Katholieke kerk.
Van Geert Grote had ik wel eens gehoord, maar van de wederdopers en hun gruwelijke lot wist ik hoegenaamd niks.
Geboeid zit ik te kijken naar nagespeelde taferelen, luister naar de deskundigen die iets vertellen over de achtergronden bij het verhaal en ik geniet van de beelden van de steden en gebieden waar Schuurmans rondloopt.  Op heel veel plekken zijn we al geweest, hebben we stadswandelingen gemaakt en musea bezocht.
Erg leuk om dat terug te zien; woensdag bijvoorbeeld zagen we beelden uit de Librije, waar ik eind september nog met mijn broer was.

Zelfs Gerard, niet een groot liefhebber van geschiedenis, vindt deze serie de moeite waard: “Je steekt er heel wat van op.”
De laatste tijd is er steeds meer aandacht voor geschiedenis, tot mijn grote genoegen mag ik wel zeggen. Een programma als Verborgen Verleden mis ik bijvoorbeeld nooit.
De hernieuwde aandacht voor geschiedenis is niet altijd positief.
‘We’ komen er achter dat onze geschiedenis veel minder rooskleurig is, dan ons altijd is voorgehouden op school en in de boeken.
Het beeld dat we hebben van onze heldhaftige voorvaderen begint langzaam te kantelen.
Slavernij, uitbuiting, kolonisatie: het was allemaal niet best.
De oorlog die Nederlandse militairen moesten voeren tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd tussen 1945 en 1949 werd nooit ‘oorlog’ genoemd.
‘Politionele acties’ heetten die. Een mooi, verhullend woord voor de realiteit: een bloedige koloniale oorlog.
De discussie hierover houdt Nederland tot op de dag van vandaag bezig.

‘Het verhaal van Nederland’ laat zien dat de geschiedenis zich herhaalt.
Pandemieën, oorlogen, machtsmisbruik, godsdienstwaanzin: het is van alle tijden.

De reacties op het programma die ik hier en daar lees  zijn niet allemaal positief.
Er is kritiek op de ‘smeuige’ verhaallijnen die de saaie geschiedenisstof een beetje moeten opleuken en het zou allemaal wel heel kort door de bocht zijn.
Dat zal.
Een groot voordeel van het programma is dat er blijkbaar weer belangstelling voor geschiedenis is.
Het ‘historisch besef’ was in Nederland niet bijster groot, het is alleen maar mooi meegenomen dat dat besef een beetje wordt aangewakkerd.
Meer weten? Hierbij een link naar de website ‘Het verhaal van Nederland‘.

Reageren

3 maart: Niet zielig, maar……

Vanmorgen in de supermarkt.
“Mondkapje hoeft niet meer hoor!”
“Nee, dat weet ik. Maar het mag toch nog wel?”
We zijn nog voorzichtig; bovendien voelt het nog een beetje vreemd ‘bloot’ zonder mondkapje in de supermarkt, dus ik hou hem nog even op.
Deze week bracht ik een bliksembezoek aan een oude vriend in een verpleeghuis, daar loopt iedereen nog gewoon met een mondkapje op.

Gisteren schreef ik een blog over het pannenkoekenfeest van onze kerk.
Vanmorgen kreeg ik een mail van een vaste lezer:

Dag Ada, 

Met een gevoel van heimwee, misschien is het jaloersheid, heb ik vanavond jouw blog gelezen.
Hoe fijn is het om weer samen naar de kerk te kunnen gaan.
Maar nog lang niet voor iedereen is corona voorbij en zo voelt het ook voor mij.
Ik mag geen vaccinatie, heb twee auto-immuunziektes en moet dus geen corona krijgen.
Vanmiddag zat ik voor de derde keer, sinds corona, in de kerk in een boekbespreking met onze dominee.
Een kleine groep, maar voor mij is het een uitje.
Ik geniet daar ontzettend van. Vooral de eerste keer vond ik het heel spannend.

Elke dag draag ik nog mijn medische mondkap, zodra ik in winkels kom enz.
Ik ben niet zielig hoor en voel me prima, maar al lezend voelde het alsof corona niet meer bestaat.
Natuurlijk gun ik iedereen weer het samenzijn, de kerkdiensten met de koffie enz.
Ik verlang er zelf ook naar.
Heerlijk om dat weer te kunnen doen.
Hoop dat het voor alle kwetsbare mensen binnenkort ook weer kan.

Deze opmerking wilde ik niet onder je blog schrijven, vandaar dit mailtje.

Lieve groet, ook voor Gerard,

Confronterend.
De zin ‘…al lezend voelde het alsof corona niet meer bestaat.…’ zette mij aan het denken.
Aaltje was al weer helemaal in de gloria en realiseert zich niet dat corona niet voor iedereen voorbij is.
Vanmorgen zocht ik de schrijver van de reactie op en nam een bosje tulpen mee.
“Voor jou. Hart onder de riem. En bedankt voor je reactie: met jouw goedkeuring schrijf ik er vandaag een blog over.”

De maatregelen zijn dan wel afgeschaft, maar het is niet verkeerd om je daarbij te realiseren dat corona nog gewoon bestaat.
Niet iedereen is in de gloria.
Ik onderschrijf van harte de laatste zin van de reactie: ik hoop dat het voor alle kwetsbare mensen binnenkort ook weer kan!

Reageren

2 maart: “Kallem an met de suuker!”

Gistermiddag om 16.45 uur maakte ik pannenkoekenbeslag: twee liter melk,  vier eieren,  1 kilo meel en een theelepel zout.
Verder had ik 5 x 150 gram ontbijtspek, die plakjes sneed ik doormidden.
Kreeg ik een huis vol visite?  Nee. Ik had me opgegeven als bakker voor het pannenkoekenfeest dat bij onze PKN-gemeente werd georganiseerd voorafgaand aan Aswoensdag.
Aan dat feest ligt een Engelse traditie ten grondslag.

In Engeland heet de dinsdag voor Aswoensdag  ‘Shroove-tuesday. Het is de traditionele Pancake-day voor  het begin van de vastenperiode op Aswoensdag.
Lent – de 40 dagen voorafgaand aan Pasen – was van oudsher een tijd van vasten. Op de avond daarvoor gingen de christenen biechten en werden “shriven” (ontheven van hun zonden). De klok werd geluid om mensen op te roepen om te komen biechten. Dit luiden van de klok werd de “Pancake Bell” genoemd.
Vastenavond was de laatste mogelijkheid om eieren en vetten te gebruiken voor het vasten begon en pannenkoeken zijn de perfecte manier om deze ingrediënten te gebruiken.

30 spekpannenkoeken haalde ik uit bovengenoemde ingrediënten. Ik bakte met drie pannen tegelijk en hield de gebakken pannenkoeken  warm in braadpan die in heet water stond.
Naast bakker had ik me samen met Gerard ook opgegeven als eter.  Met bijna 50 mensen zaten we rond 18.00 uur aan lange tafels waar de inbreng van alle bakkers als een soort buffet werd aangeboden. Lekker! Gezellig! Het was de bedoeling dat je steeds op een andere plek ging zitten als je een pannenkoek had opgehaald; ‘Neem uw bord op en wandel’ zeg maar. Zodoende sprak ik verscheidene mensen die ik al een tijdje niet had gezien.

“Doe’j een beetie kallem an met die suuker?”
“Ga je nou alweer een pannenkoek halen?”
Goedmoedig geplaag hoort ook bij gezamenlijk eten.
“Als je met meer mensen aan tafel zit eet je ook altijd meer” merkte iemand op, die voor de zoveelste keer naar het buffet liep.
Een alleenstaande mevrouw zei: “Voor mezelf alleen bak ik nooit pannenkoeken; zo heerlijk dat ik hier kan aanschuiven!”
Op deze website heb ik het al eerder benoemd: wat kan ik er van genieten dat we elkaar weer zonder mondkapjes, QR-codes en anderhalve meters mogen ontmoeten.
Als kerkgemeenschap hebben we ontmoeting en interactie zo nodig.
Over 40 dagen gaan we hopelijk weer met de hele gemeente het paasfeest vieren.
Twee jaar op rij was dat niet  mogelijk en zagen we de paascyclus thuis op de bank voor de televisie; ik hoop van ganser harte dat we dit jaar weer in de kerk kunnen zitten.

Reageren

1 maart: Shit happens.

Onze oude vriendenclub vanuit onze jeugd in Hoogersmilde zien we maandelijks.
In februari zijn er geen verjaardagen te vieren, dan doen we een spel.
Zaterdagavond zagen we elkaar weer.
Vriendin Sinet had Monopoly meegenomen, de Rotterdamse versie, haar geboortestad.
Dat riep gelijk bezwaren op bij de oer-Drentse gastheer: “Rotterdam komp bij oons niet op taovel!”
De toon is dan al weer gezet.

Het gastgezin had zelf een spel aangeschaft dat we gingen spelen: ‘Shit happens’.
Het spel heeft weinig spelregels en is daardoor snel te begrijpen.
Het werkt als volgt: iedere speler start met twee kaarten, die je op tafel neerlegt in gerangschikte volgorde (de minst erge kaart links en de ergste kaart rechts).
Op iedere kaart staat een ongewenste/ongemakkelijke situatie met een score van 1 tot 100, oftewel de ‘ellende index’.
Vervolgens wordt door de speler rechts van je een nieuwe kaart voorgelezen, maar de score blijft nog geheim.
Jij moet raden waar deze kaart thuis hoort in jouw rijtje.
Goed geraden? Dan leg je de kaart op de juiste plek in het rijtje.
Niet geraden? Dan mag de volgende in de rij raden.
Degene die het eerste 10 kaarten compleet heeft, wint Shit Happens!

De organisatoren hadden de spelregels kennelijk niet helemaal goed gelezen, want wij kregen allemaal drie kaarten.
Op de kaartjes die je krijgt staan allemaal nare situaties die je dus moet beoordelen op de schaal van 1 tot 100, maar dat is natuurlijk erg persoonlijk
Hoe erg is het als je je portemonnee kwijt raakt? Hoe erg is het als je levend begraven wordt? Hoe erg is het als een banaan gedoopt in diarree moet opeten?
De voorgelezen situaties riepen afgrijzen en afschuw op, maar werden soms ook afgedaan met “Is dat nou zo erg”?
Hoe erg is het als je ziet dat je ouders seks hebben? Die vraag werd voorgelezen voor degene wiens hoogbejaarde ouders nog allebei in leven zijn; de vraag alleen nog maar stellen levert dan al hilarische reacties op.
Eén deelnemer gaf het spel een geheel nieuwe dimensie door een verhaaltje te maken van de kaartjes die ze voor zich had liggen.
“Stel je voor, dan gaat je boiler stuk, heb je een ramp-kapsel en dan scheurt je condoom…”.

Meer hoef ik vast niet uit te leggen om een voorstelling te kunnen maken van onze spelletjes avond.
Wat hebben we gelachen.
Toen het spel al was afgelopen kwam het gesprek nog even op een oud zondagschoolliedje.
“Hoe kwam Mozes door de Rode Zee?”
Het kwam zelfs zover dat het even voor werd gezongen.
“Met een boot? Nee nee. God blies met zijn wind, pfff pfff pffff…’
Iemand  zei nuchter: “Waar heb je dat geleerd. Op zwangerschapsgymnastiek?”

Toen kwam het gesprek nog op ‘dat andere liedje’ dat je kunt gebruiken voor hartreanimatie.
“HA HA HA Staying alive, staying alive’ waarbij ook even werd voorgedaan hoe dat moet.
Kon zo een kaartje worden in het spel.
Hoe erg is het op de ellende index als je door deze hulpverlener wordt gereanimeerd….?

Benieuwd naar vorige spelletjesavonden?
2020 Billen Bloot 
2019 Hints
2018 Geen spelletje, maar stamppot eten.
2017 Thirty seconds
2016 Ik hou van Holland
2015 Uno

Reageren

28 februari: Waar gaat het om?

De waarde van de zondag zat voor mij voornamelijk in de vesperviering gisteravond in Op de Helte; hoe ik me daar op verheugde schreef ik vorige week donderdag. (Zie ‘We? Ik niet.’)
Jolanda de Lange zou dwarsfluit spelen,  maar voorafgaand aan de repetitie om 18.00 uur werd Monique Evertz welkom geheten.  Huh? Het bleek dat Jolanda zaterdag had afgebeld en dat Monique ons gelukkig uit de brand wilde helpen.

Wekenlang hadden we de muziek geoefend; de meerstemmigheid en de mooie melodieën werden nu begeleid door orgel en fluit en dat maakt het natuurlijk nog mooier. Na een week met zoveel dreiging en mondiale onrust was de vesper een hoopvol rustpunt. En ook al zit ik op de altenrij niet zo ontspannen in de viering als anders,  ook nu ontroerden me de melodieën en boden de teksten troost.
Ging het allemaal goed?  Niet helemaal.
Sommige inzetten waren wat onzeker en het tempo van het orgel en het koor stond soms niet goed onder elkaar. Toen ik na de viering nog even met iemand napraatte kwam er een ontevreden tenor langs lopen.  “Het was niet goed!” sprak hij streng.

Ja.
Dat kun je vinden en kenbaar maken, maar daarbij maak ik graag een kanttekening.
Wij zijn als cantorij zingende amateurs en geen professionals.
Als wij meewerken aan een viering is dat ter ondersteuning van de gemeentezang.
Als ik hoor dat mensen zijn geroerd door de vesper en hebben genoten van de mooie muziek,  dan is wat mij betreft onze missie geslaagd.
Het gaat in de kerk namelijk om gezamenlijke geloofsbeleving,  hoop,  troost en verbinding ondervinden door samenzang.
Als je het mij vraagt hoeft dat niet perfect. We hebben er hard voor gewerkt,  thuis geoefend en samen gerepeteerd. Voor de uitvoering hebben we ons uiterste best gedaan en volgens mij was het mooi. Voor een perfecte uitvoering moet je naar een concert gaan of een CD opzetten.

Tijdens het zingen trof mij de zin in een lied:
Heeft onze nacht geen horizon
en grijpt het duister naar de macht…’
Dan schiet die kop van Poetin door mijn gedachten, de verpersoonlijking van het duister.
Vervolgens zing je dan:
‘….roep, zoals ooit het licht begon,
opnieuw de dag en straal met kracht,
wees zelf voor ons de zon.’

Na de viering keek ik met Gerard naar het journaal.
Oorlogsbeelden. Dreiging met nucleaire wapens.
Ik hoop zo dat het waar wordt wat wij zongen.

Reageren

27 februari: Derde oma-dag.

Tegenwoordig zijn er kinderen die meer dan twee oma’s hebben.
Dan zijn de ouders of grootouders gescheiden en zijn er bonus-oma’s.
Onze dochters hebben ook een derde oma, maar dat is niet door een scheiding ontstaan; hun derde oma is de jongste zus van mijn vader, mijn tante Trijn.
Op deze website komt ze regelmatig voorbij; ik zoek haar bijna maandelijks op en mede omdat mijn ouders er allebei niet meer zijn is ze voor mij erg belangrijk.
“Zij is toch een beetje onze derde oma” zei één van de dochters ooit.
De laatste zaterdag van februari is in onze agenda’s gereserveerd voor deze dag; vorig jaar kon het op dat moment niet vanwege de lockdown, toen hebben we elkaar eind augustus ontmoet.

Gistermorgen sprak ik met de dames af op de carpoolparkeerplaats bij Zuidlaren: vandaaruit reden we met onze auto naar Klazienaveen en rond 10.00 uur zaten we aan de gezamenlijke koffie.
Voor het eerst sinds twee jaar hebben we elkaar weer omhelsd en vastgehouden.
Op zo’n dag ontmoeten drie generaties elkaar.
Waar tante Trijn en ik anders de dag vullen met gesprekken over vroeger, over onze familie, het laatste nieuws over de royals en de kinderen, zijn de gesprekken op derde 0ma-dag anders van toon.
De dames leven in een heel andere wereld dan tante Trijn en ik zit er wat tussenin.
Zij vertellen bijvoorbeeld over hun werk en over hun beleving van wat er allemaal in de maatschappij gebeurt.
Hoe de telefoon een hoofdrol speelt in hun leven, nog meer dan bij mij het geval is.
De gesprekken verlopen ongecontroleerd en we springen de hele dag van de hak op de tak.
Over cremeren of begraven en dat je het daar van te voren met elkaar 0ver moet hebben.
Over het zelf maken van een trouwjurk en over een staaroperatie.
Neef Paul komt nog even langs en doet ook een duit in het ‘hak op de tak’-zakje: dat de voetbalclub FC Klazienaveen is samengegaan met de Zwartemeerseboys en of dat wel zo’n goed idee is…

Maar het is voornamelijk erg gezellig.
Rond half één gingen we lunchen bij ‘de Witte Olifant’ midden in het winkelcentrum van Klazienaveen.
Naast het elkaar weer knuffelen is het weer uit eten kunnen, zonder QR-code deze keer, toch wel iets om na de coronapandemie even bij stil te staan; we genoten gisteren van onze nieuw herwonnen vrijheid.

Toen we na de thee tevreden over de erg gezellige dag afscheid namen bleek dat we onze royalty gesprekken wel gemist hadden.
‘Wat is er aan de hand met Marc van der Linden?’ vroeg tante Trijn.
Daar bellen we dan binnenkort wel even weer over.

Meer lezen over voorgaande edities van deze dag?
Hierbij twee links:
30 augustus 2021 Een porkie van bijna twee
1 maart 2o2o Derde oma-dag.

Reageren

26 februari: Auto-kussen.

Sinds 2010 ben ik in het bezit van een eigen auto.
Hoe dat zo kwam schreef ik al in 2014 in het blog onder de titel ‘Auto met een gehaakt kussentje’.
Sinds 2010 ligt er op de hoedenplank van mijn auto een gehaakt kussentje van vrolijk gekleurde granny squares;  over dat kussentje gaat dit blog.
Gedurende die bijna 12 jaar op de hoedenplank werd het kussentje uitbundig beschenen door de de zon; het was heel vaal geworden en van de vrolijke kleuren was niet veel meer te  zien.
Deze week haalde ik het uit de auto, want ik ging er een nieuw hoesje omheen haken.
Toen ik het hoesje er af knipte kwamen aan de achterkant de originele kleuren weer tevoorschijn: wát een verschil!

Er was nog wat grijs garen over van de stoelkussenhoes die ik maakte voor de buitenstoelen bij ons achter het huis (zie het blog Niet aan beginnen) dat ging ik gebruiken.
Verder waren er ook nog wat roze/rode/paarse tinten over van de sprei waarover ik schreef in ‘Een chique vierkantje deel 3‘).
In mijn enthousiasme had ik zelfs vier vierkanten te veel gehaakt, van al die restanten ging ik dus een kussenhoes haken.

Dan verzin ik maar wat.
Ik haakte kleine vierkantjes, waarvan er precies twee langs de kant van de grote Victorian Lattice Square pasten.
Met 12 kleine vierkantjes kwam er een hele rand om het grote blok heen.
Daarna haakte ik nog twee toeren stokjes: klaar.
Ik maakte een paarse en een oud-roze versie en naaide vervolgens de twee delen aan elkaar.
Het kussentje ligt nu weer in mijn auto.
Niet op de hoedenplank maar op de achterbank.
Zon is fijn, maar niet op een gehaakt kussentje.

De restanten zijn nog niet op.
Ik heb nóg twee blokken en kleinere restjes katoen: er komt nog zo’n soort kussen, maar dan anders.
Wordt vervolgd.

Reageren

Pagina 133 van 396

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén