een alternatief voor 'de waan van de dag'

Maand: juli 2015 Pagina 1 van 3

30 juli: Aaltje heeft vakantie!

“Wie is Aaltje?!” vroeg gisteren iemand op mijn werk toen ik zei: “Zo mensen, Aaltje heeft vakantie!”.

Aaltje ben ik. Roepnaam Ada. Ik ben vernoemd naar mijn oma Vrieswijk en vóór haar zaten nog vier Aaltjes. Een naam met een geschiedenis dus. Op de foto hiernaast zie je  mijn overgrootmoeder Aaltje Niemeijer, mijn grootmoeder, Aaltje Pasveer, mijn moeder Freerkien Boelen en de kleine Aaltje Vrieswijk. Iedereen kent mij als Ada en ik heb ook nooit overwogen om mij Aaltje te laten noemen, maar zo af en toe roep ik het wel even. Gerard heet eigenlijk Geert en als duo doen wij heel soms een “Geert & Aoltje”-act in het Drents. Bij vrienden op een feestje of zo. Of op een familiebijeenkomst. Tot zover Aaltje. En die heeft dus vakantie.

Twee en een halve week. En deze keer geen reis naar het buitenland en geen caravan. Nou was dat wel eens vaker het geval hoor. Toen we net getrouwd waren gingen we niet. Toen waren we blij dat we niet hoefden te werken en overdag samen konden koffiedrinken en even niks hoefden.
Toen de kinderen heel klein waren gingen we ook niet. Het voegde voor mij helemaal niets toe om met baby’s op een camping te zitten, dat droeg absoluut niet bij aan mijn vakantiegevoel.
Deze keer is toch anders dan andere keren, want nu is Gerard aan het werk. Niet alle dagen, maar toch wel regelmatig. Dus ik kan zelf leuke dingen bedenken. Geen probleem….

Het eerste ‘leuke ding’ heb ik vandaag al gehad: met ma (83) een dagje naar Assen! Met haar ben ik het afgelopen jaar best veel naar Assen geweest, maar dan was het altijd naar het ziekenhuis. Voor onderzoeken en controles. Dan is het heerlijk om dat een keer niet te hoeven en samen keuvelend, shoppend en koffiedrinkend in het centrum van de stad door te brengen. In eerste instantie had ma ‘niks neudig’, maar toen we vanmiddag weer naar Hoogersmilde reden stond de achterbank al weer mooi vol. En ook al ben je dan 54, voor je moeder blijf je kind. Ik kreeg een bak aardbeien mee en een droge worst van slager Hoogeveen. Lekker!

Reageren

29 juli: Nieuw medicijn. Hoe nu verder?

KankerVorige week dinsdag hadden we het gesprek met de hematoloog en is Gerard begonnen met het nieuwe medicijn dat de eiwitwaarden in het bloed naar beneden moet brengen.
Dit medicijn slikt hij naast alle andere pillen & poeders die hij al slikt en dat is inmiddels zoveel, dat hij een soort afstreep-tabelletje heeft gemaakt waarop hij voor zichzelf kan bijhouden of hij alle medicijnen elke dag neemt. “Even de boekhouding doen….”

Hij slikt het nieuwe medicijn dus nu een week en we waren beducht voor extra bijwerkingen, maar tot nu toe is dat niet gebeurd.
Hij vertrekt iedere morgen naar zijn werk en kan eigenlijk iedere week nog gewoon zijn werk doen.

Toen op 8 juli de data voor het stamceltraject bekend werden had Gerard met z’n werkgever overlegd dat hij halverwege juli zou stoppen met werken. Hij was zijn opvolger al aan het inwerken toen het nieuws kwam dat het hele ‘feest’ niet doorging. Gelukkig reageerde de werkgever erg sympathiek en kon Gerard blijven werken. Met daarbij natuurlijk de aantekening, dat als het te zwaar wordt hij elk moment kan stoppen. Tot nu toe is dat nog niet gebeurd.
De ene dag gaat het beter dan de andere, maar over het algemeen is het werken goed te doen.
Zelf zegt Gerard hierover: “Als ik aan het werk ben word ik minder bepaald bij de onvermijdelijke bijverschijnselen. Dan heb ik afleiding en ben ik er niet zo mee bezig.”

Cote de JardinWel hebben we besloten om eerst niet meer met vakantie weg te gaan. Wij willen dan toch weer van alles bekijken en beleven en daar rust je natuurlijk niet echt van uit. We hebben thuis een verstelbare boxspring én een heerlijke tuin met zon- en schaduwterras: we weten nog niet of we de vakantie dit jaar doorbrengen in “Cote de Jardin” of in “Bad Hintergarten”, maar in ieder geval sturen we geen kaartjes.

Reageren

28 juli: Géén liefdesliedje!

Vorige week luisterde ik op mijn vrije donderdag naar ‘de Tineke-show’ op Radio 5. Vast onderdeel in die show is “de blijmakers’. Mensen mogen dan een liedje doorgeven waar ze blij van worden. Iemand belde omdat hij graag ‘Dona Dona’ wilde horen van Joan Baez >>>. Nou, daar werd ik ook blij van. Wat een prachtig lied. Zelf zing ik het ook graag. Jan Rietman presenteerde de show, want Tineke was kennelijk op vakantie. Bij de afkondiging riep hij: “Wat een mooi liefdesliedje!” Onnozel vind ik dat dan. Het is helemaal geen liefdesliedje. Het is een levenslied met een levensles.

‘Dona, Dona’ is een lied dat geschreven werd in 1940 voor de muziekproductie ‘Esterke’. In een tijd dat de joden als kalveren naar de slachtbanken in concentratiekampen werden gevoerd. Het lied is de afgelopen eeuw opgenomen door grote internationale artiesten als Joan Báez, Donovan en gezongen in diverse talen, zoals: Duits, Frans, Nederlands, Japans, Hebreeuws, Russisch en Vietnamees.

Zoekend naar informatie over dit lied kwam ik op een pagina waar de geschiedenis, de tekst en de symboliek van ‘Dona Dona’ worden uitgelegd.
Het is beslist de moeite waard om dit artikel >>> in zijn geheel te lezen. Hierbij het laatste stukje van het artikel over de levensles die in dit lied ons wil leren:

Jonge kalveren moet men binden, Vogels zweven door de lucht, Wil jij ook je vrijheid vinden, Wees een zwaluw in volle vlucht.’
Het laatste couplet kunnen we zien als een levensles voor de mensheid. Als je onbewust blijft van de ziel zul je met gemak gebonden worden als een kalf om naar de slacht gevoerd te worden. Je zult jezelf laten slaven door de verlangens van het lichaam en het lichaam zal sterven zonder de bedoeling van jouw leven alhier begrepen te hebben.
Koester je vrijheid. De vrijheid van de ziel en je zult werkelijk leren om boven de beperkingen van het lijf en beperkte geest uit te stijgen. Je zult begrijpen dat jouw leven een hoger perspectief biedt en vrij zijn.

In dit artikel staat ook een link naar een prachtige Klezmer accordeon uitvoering van dit lied.
Kippenvel.

Reageren

26 juli: Vier met alles wat in je is.

Zondag vandaag. Voor ons betekent zondag wel vaak, maar niet altijd, ‘kerkdienst’. Vorige week bijvoorbeeld zaten we in de rust en stilte van Radewijk. Toen hebben we lekker uitgeslapen en genoten van het overvloedige ontbijt van Ben.

Vanmorgen gingen we wel. Het heilig avondmaal werd gevierd. Dat is (in tegenstelling tot de Rooms Katholieke vieringen) niet elke week, dat maakt zo’n viering toch een beetje speciaal. De lezing was vanmorgen uit Marcus, het gedeelte waarin de discipelen in een storm op het meer belanden en waarin Jezus over het water naar hen toeloopt en hen geruststelt.

Wij zitten momenteel met ons leven ook in zo’n storm. De woorden van bemoediging en troost heb je dan extra hard nodig. Ook het ritueel van het stukje brood en het slokje wijn waarmee de aanwezigheid van Christus gesymboliseerd wordt voelt als een hart onder de riem.
Toch zit daar in zo’n viering voor mij niet de emotie. Die kwam tot uiting in een lied uit het oude liedboek, gezang 467. (tekst >>>) Dan is het de combinatie van een oude tekst en de melodie van een prachtige Engelse hymne die me ontroert.

Maar er was ook lied uit het nieuwe liedboek waar ik van opknapte. “Vier met alles wat in je is…”, lied 386. Een vrolijk lied bij het avondmaal op een melodie uit Jamaica. Heel aanstekelijk! Weer zo’n goede aanwinst voor de kerkmuziek uit het nieuwe liedboek. Zo bewerkstelligt een zondagse viering een lach en een traan, is er een moment van bezinning en zijn er ontmoetingen en gesprekjes met andere gemeenteleden .
We kunnen de week weer in.

Reageren

27 juli: Snuffelen in het gastenboek.

Nog één keer kom ik terug op onze korte vakantie bij Hardenberg en dan hou ik er over op.
Er lag in dat Bed&Breakfast een gastenboek, met bijdragen van gasten vanaf 2006. Smullen vind ik dat. Het hele boek heb ik doorgelezen. De stilte, waar ik het over had op 20 juli >>> was iets wat gasten vaak noemden. Sommigen genoten er van, maar ik las ook dat mensen, met name uit de Randstad er helemaal gek van werden: die konden er helemaal niet tegen!

Wij wel hoor. Maar er gebeurde daar dan ook werkelijk niets. Het huis lag aan een soort ringweg helemaal tegen de oostgrens van het land. Je had dus alleen verkeer van de mensen die daar woonden.
4 huizen.
Als het “Bed&Breakfast” nieuwe gasten kreeg, dan was dat een gebeurtenis.
Er was geen verkeer, geen kinderen in de buurt, alleen vogels. En kippen. Die ons altijd begroetten met een zacht kippengeluidje in de trant van ‘oooooh…’ Ze scharrelden daar mooi in hun hokje en begonnen te ‘teuten’ als we bij het hek kwamen staan. Verder waren er poezen. En onze buren waren vier koeien.

Sommige families uit het gastenboek kwamen elk jaar terug in augustus, die bezochten dan de LEGO-beurs in Hardenberg.
Er waren mensen geweest die ‘aan hun relatie’ hadden gewerkt.
En ‘snelle jongens met een maatpak en een laptop’ die op de beurs hadden gestaan. Wonderlijke combinatieJe zou zo een streekroman kunnen schrijven met als titel: Verhalen van onder “de Oude Linde’.

Op één van onze fietstochten kwamen we een vermakelijke combinatie van borden tegen:

Toen we thuis kwamen en achter in de tuin op ons eigen terras zaten te genieten geurde de bloeiende kamperfoelie heerlijk. Een paar takjes heb ik afgeknipt en naar binnen gehaald.

Samen met wat hortensia’s stonden ze te geuren in onze kamer.
Daar kan geen luchtverfrisser tegenop.
Hortentia & kamperfoelie

Reageren

25 juli: Neie eerappels

Afgelopen week aten we voor het eerst nieuwe aardappels uit eigen tuin. Ieder jaar is het weer een spannend moment als Gerard de hooivork te voorschijn haalt en de eerste stam aardappels uit de tuin rooit. Eén stam leverde deze week anderhalve kilo aardappels op.
Van die eerste stam maken we altijd onze eigen feestje.
Daar eten we dan sla en speklappen bij.
En geen jus, maar spekvet.
Slecht!
Maar lekker….!
Eén keer per jaar doen we dat.
Na de maaltijd zegt Gerard dan altijd : Nou ku’w mooi met de vette bek hen buut’n kiek’n.
Waninge grapje.

Bij de eerste keer nieuwe aardappels schrap en kook ik een dubbele portie aardappels.
Want dan eten we de volgende dag gebakken nieuwe

gebakken aardappels met zalm en sla

aardappels.
Deze keer met een zalmmoot uit de oven (ovenschaal met olie invetten, zalm kruiden met viskruiden nog wat olie over de vis en ongeveer een kwartiertje in de oven op 180 graden) en sla met mosterd-honing-dressing en komkommer. Voor ons zijn de eerste ‘neie eerappels’ ieder jaar weer een culinair hoogtepunt in de zomer.
Het zou qua restaurantsterren nog niet één ster scoren.
Maar voor ons zowat het lekkerste dat er is.

Reageren

24 juli: Lachen is gezond

Vanmiddag werd ik om 12.00 uur opgehaald van het werk door mijn oud-collega. We gingen samen lunchen aan het Hoornse Meer. En bijpraten.
Twee jaar zaten we samen op één kamer. Twee geweldige jaren. Nooit had ik het leuker met een collega. Met haar had ik net zo’n klik als met mijn ‘boekenvriendin’ die ooit 6 weken mijn collega is geweest…(zie 2 maart >>>)
We konden echt overal over praten, we begrepen elkaar met een half woord en we hadden af en toe onbedaarlijke lol. Onze manager heeft wel eens overwogen om een hinderwetvergunning aan te vragen voor de herrie die we soms met z’n tweeën produceerden. Ze heeft een ijzeren gevoel voor humor en we konden het geweldig goed met elkaar vinden.

Maar halverwege 2013 scheidden onze arbeidswegen. Zij verhuisde naar een locatie aan de Hereweg en ik naar de Henri Dunantlaan, dus toen zagen we elkaar niet meer.
Maar we belden nog wel en praatten regelmatig even bij.

Ze ging eind december 2014 met pensioen. Toen was ik nog aan het herstellen van het infarct. Ik had nog wel sloffen gehaakt voor haar ‘afscheid-cadeau-mand’, we hadden gemaild, ge-appt, maar nu zagen we elkaar dan eindelijk weer life.
“Mis je het werk ook?” vroeg ik. Nee, het werk miste ze helemaal niet. “Maar wat ik wel erg mis is het samen met collega’s lachen.” Dat bleef verder de hele dag in mijn hoofd hangen. Want samen lachen is ontzettend belangrijk. We hebben vanmiddag twee en een half uur in elkaars gezelschap doorgebracht, we hebben van alles besproken, maar we hebben ook weer ontzettend gelachen. En o, wat knapte ik daar van op!

Samen lachen moeten we dus vooral blijven doen. Ook met de boekenvriendin kan ik nog steeds uitbundige lol hebben. Oud-collega en ik hebben afgesproken dat we elkaar in oktober weer ontmoeten. Af en toe moeten we onszelf zo’n bijpraatsessie gunnen, want lachen is gezond! Zie >>>

Reageren

23 juli: Geschiedenis en vissen

Afgelopen maandag schreef ik over ons lange vakantieweekend in de omgeving van Hardenberg. In zo’n nieuwe omgeving ga ik altijd op zoek of ik nog iets kan vinden van de geschiedenis. Veel haal ik van informatieborden op oude gebouwen, langs fietsroute’s en ook probeer ik een museum te vinden.

Eén fietstocht leidde ons over Ane en Gramsbergen. Bij Ane denk ik onmiddellijk aan ‘de Slag bij Ane’ in 1227. Voor de echte liefhebber: op Wikipedia staat daarover een mooi verslag, hierbij een link >>>>>
We zochten het monument op en we bezochten het streekmuseum in Gramsbergen, waar een kleine ruimte was ingericht met informatie over de slag bij Ane.
Daar ontdekte ik iets over het ontstaan van Assen dat ik nog niet wist.

Het cisterciënzer nonnenklooster Maria in Campis was gesticht bij Coevorden als boetedoening voor de slag bij Ane waarbij de Drenten de bisschop van Utrecht en vele van zijn ridders hadden afgeslacht. Het gebied was echter te nat en de nonnen kregen toestemming om naar een droger gebied te verhuizen. In een akte uit 1259, die in het Drents Archief ligt, werden met toestemming van Otto, graaf van Benthem, goederen geruild, zodat het klooster bezittingen kreeg in Drenthe. Dat was kennelijk genoeg en in 1260 zijn de nonnen verhuisd naar een nieuw klooster met de naam Maria in Campis op een stukje droge grond op de plek waar nu het Drents museum staat.

Een andere fietstocht voerde ons door het dorpje Venebrugge. Daar was een huis dat ‘Schanszicht’ heette. Dan vraag ik me tijdens het fietsen hardop van alles af: Was hier dan vroeger een brug in het veen? En wanneer dan? En waar was die schans waar het huis op uit keek?

Een groot informatiebord van de gemeente dat ik later vond gaf antwoord op al mijn vragen.
De eerste keer dat Venebrugge wordt genoemd in de boeken is 1196. Venebrugge dankt haar naam aan de veenbrug, die het daar mogelijk maakte van Hardenberg naar de hoge gronden in het huidige Duitsland te komen. Er lag namelijk door het moeras een smalle veenstrook waarover een “brug” aangelegd kon worden.
Omdat deze doorgangsroute naar Duitsland destijds van groot strategisch belang was werd er ter bescherming tegen invallen door de bisschoppen van Münster een aarden schans aangelegd in het veen / moeras. Dit verdedigingswerk dateert uit 1364. Nu nog is deze schans te herkennen als verhogingen in het terrein. Vanuit de lucht is een deel van de schans nog duidelijk te zien, als een beboste heuvel met een overwoekerde gracht er omheen.

Vissen

Toen ik dit ontdekte was Gerard aan het vissen. We hebben allebei zo onze eigen liefhebberijen……

Reageren

22 juli: een maatje

Tegenwoordig heb ik een ‘pal’ (Engels voor maatje). Hij heet ‘My Fitness Pal’ >>> en het is een app die ik op mijn tablet heb geïnstalleerd. Het idee kreeg ik van dochter Carlijn, die al een poosje goed luistert naar haar Pal en ik moet zeggen: hij helpt goed.

Waarom had ik de hulp van Pal nodig? Al jaren schommel ik rond hetzelfde gewicht, nadat ik rond de eeuwwisseling zo’n 15 kilo was afgevallen met ‘Streep je slank’, destijds een project van de Libelle. Werkte goed en was goed vol te houden. Gewoon MEMB. Minder eten, meer bewegen. Maar zo heel langzamerhand kwam de klad er in. Had ik eigenlijk niet eens door, totdat Gerard tijdens de chemo flink calorieën moest eten om op gewicht te blijven. Ik niet. Maar het was een onduidelijke scheidingslijn. Als hij lekker een Cornetto zat te eten, lustte ik er ook wel één. En van die heerlijke calorierijke gevulde koeken nam ik natuurlijk niet drie, maar wel één uit zo’n heel pak. Kortom: in de twee maanden die de chemo’s in beslag namen was ik twee kilo aangekomen. Bovenop die drie kilo die er heel sneaky in de afgelopen vijftien jaar weer waren bijkomen, ergo: te zwaar. Tijd om in actie te komen. Eerst die twee kilo er maar eens weer af.

My Fitness PalMy is een app waarmee je kunt bijhouden hoeveel calorieën je op een dag eet en hoeveel je verbrandt. Je hebt er een account van MyFitnessPal voor nodig of je kunt inloggen met je Facebook-account. De app is verkrijgbaar voor Android en iPhone.
Als je de app voor het eerst start, moet je meteen een aantal gegevens invullen. De app vraagt om je lengte en gewicht, hoe actief je dagelijks bent en welk gewicht je wilt bereiken. De app berekent op basis van deze gegevens hoeveel calorieën je per dag nodig hebt en hoeveel calorieën je extra nodig hebt voor je activiteiten.

In het dagboek kun je invullen wat je eet. Bovenaan het scherm wordt aangegeven hoeveel calorieën je volgens je doel zou mogen eten, hoeveel je al gegeten hebt, hoeveel calorieën je met bewegen hebt verbrand, je netto consumptie en hoeveel je nog mag eten. De netto consumptie is gelijk aan het aantal calorieën dat je hebt gegeten minus het aantal calorieën dat je hebt verbrand door te bewegen.

Het kost vooral in het begin even tijd om het dagboek bij te houden. Daarvoor ben ik even gestopt met Candy Crush. Inmiddels kost het invullen maar weinig tijd meer en van Candy Crush ben ik helemaal afgekickt. Twee vliegen in één klap, want die eerste twee kilo heb ik er nu ook af. Zes weken heb ik daarover gedaan.
” ’t Giet niet hard maor wel mooi.
Goed bezig, mooi deurdoen.”

Reageren

21 juli: Hoe nu verder?

kankerVorige week dinsdag schreef ik dat het stamceltraject was afgeblazen. Vandaag spraken we de hematoloog van het Martiniziekenhuis over het vervolg.

We wilden natuurlijk eerst weten hoe het mogelijk was dat we waren doorverwezen naar het UMCG, zelfs al een intakegesprek hadden gehad en dat vorige week pas duidelijk was dat het eiwitgehalte te hoog was om het stamceltraject in te gaan. De arts legde uit dat men had verwacht dat het eiwitgehalte meer zou dalen dan daadwerkelijk het geval is geweest. Het was niet gedaald, maar juist gestegen. Het was dus niet verantwoord om verder te gaan. Wat ook duidelijk werd in dit gesprek is dat de ziekte van Kahler een grillige ziekte is die zich nooit helemaal laat voorspellen.

Gerard gaat nu beginnen aan een nieuw medicijn waarvan men verwacht dat het goede resultaten oplevert bij het naar beneden krijgen van het eiwitgehalte. Drie weken achtereen gaat hij dat medicijn slikken, daarna een week rust. Na zo’n cyclus van vier weken wordt het bloed weer gecontroleerd en hebben we weer een gesprek met de hematoloog: 18 augustus staat de volgende afspraak gepland. In eerste instantie wordt ingezet op drie van die cycli. Dan hopen we dat we alsnog aan het stamceltraject kunnen beginnen.

We hebben dus behoorlijk moeten omschakelen en dat is best moeilijk geweest de afgelopen week. Zo kregen we regelmatig de vraag wat het met ons deed. Het maakt ons kwetsbaar en onzeker. Wij willen altijd alles plannen en dat kan met zo’n ziekte niet. Dat weten we, maar als je zo’n tegenvaller krijgt te verwerken ben je daar niet op ingesteld. Nu we een week verder zijn hebben we het geaccepteerd.

Wat ons helpt zijn de lieve, welgemeende meelevende reacties uit ons ‘netwerk’: toen we gistermiddag na ons weekend weg thuis kwamen lag er een berg kaarten op de deurmat. We kregen hartverwarmende mails, ap’s en telefoontjes en mijn collega’s stuurden een bos bloemen.
We staan niet alleen in onze zorgen om de toekomst en dat betekent erg veel voor ons. Dank daarvoor!
Meeleven

Reageren

Pagina 1 van 3

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén