een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Geschiedenis Pagina 16 van 22

22 oktober: Van Smilde naor Roden, lokt met Mensinge……

Vrogger dacht ik altied dat wij nooit uut Smilde weg zollen gaon, dat kun volgens mij niet.
Maor in 1988 gung Gerard in Roden warken bij Werkvoorzieningsschap Noordenveld en de ofspraak was dat hij nao een jaor in de omgeving van Roden kwam wonen.
Daor was ik op zien zachts gezegd niet bliede met.
Familie, karke, koor, buurt: dat zul ik allemaole verschrikkelijk gaon missen.

Gerard haar d’r veul minder muite met. “Waor je wark is is je toekomst.”
En o, wat gung e omzichtig en met veurbedachte raode te wark um mij warm te maken veur de verhuuzing. De eerste keer dat wij hen Roden gungen om te kieken waor wij terechte zollen kommen, zette hij de auto op de Brink en wandelde met mij um de Winsinghof hen. En iederiene die uut Roden komt wet wa’j dan ziet: de verstilde havezathe  Mensinge met zien gracht, umzoomd deur prachtige olde bomen in een sfeer van ‘vrogger’. Wég was ik d’r van! Het leek wel of ik in een aander eeuw stapt was. Wij wandelden um Mensinge hen en daorna leupen wij nog um de eeuwenolde karke hen.
Het leek iniens niet meer zo arg um in Roden te wonen. Gerard kende mij toen al vrij goed…..

En ’t was natuurlijk ok niet arg. Het was wel eem wennen, maor dat duurde niet zo lang. Ik haar eigenlijk ok gien tied veur heimwee, want het was drok met twee kleine kinder. Waor ik de mieste muite met haar was buurvrouw Trijn (zie 26 meert >>>) die ik achterlaoten mus, daor heb ik wel last van had. En zij ok.
Toen ik de Mensinge veur het eerst zag was het 1989. Ettelijke maolen ben ik d’r al binnen west. Ik kan de rondleiding wel dreumen.  Van binnen is de Mensinge namelijk ok hiel biezunder: in de loop van de eeuwen hebt de bewoners meubels en serviesgoed verzameld en alles stiet d’r nog in. Iedere bewoner hef een stukkie van zichzölf achterlaoten. Van de leste bewoonster, ‘de joffer’, hangt de kleren nog in de kaste en ligt de fotoalbums op taofel.

Mensinge Roden

We bint nou 26 jaor wieder en ik vin ’t nog aal prachtig. Bijna iedere wandeling die ik maak voert mij langs de olle havezathe. Vandeweke  leupen wij veur het eten nog even een rondtie Mensinge. De zun scheen lege deur de bomen hen (zie foto). Nou bin ik bliede dat wij destieds ‘emigreerd’ bent hen Roden.
Hierbij een link naor de website van Havezathe Mensinge >>>. Hol ie joe ok graag bezig met geschiedenis, klik dan op dizze link noar de Canon van Noordenveld >>>. Bij ieder plaatie heurt een neie pagina met informatie.

Reageren

8 oktober: Tante’s en nichten.

Gisteren nam ik een dag vrij. Familiebezoek.  Met mijn moeder ging ik naar tante Trijn (zie 6 augustus >>>) en daar kwam ook mijn nicht Anja, dochter van mijn vaders broer. Onze vaders zijn allebei al overleden, evenals twee andere broers. Wij koesteren dus de contacten met de enig overgebleven zus tante Trijn, haar man oom Wim en mijn moeder.

Anja had op haar werk gezegd dat ze een dagje naar Klazienaveen ging. “O, met de tantes!” had haar werkgever gezegd. Hij wist er dus al van. Het is weinig spectaculair wat wij zo’n  dag doen. Koffiedrinken, bijpraten, “hoe ist met de wichter” (Anja heeft ook drie dochters) en fotoboeken van elkaar bekijken. Na een glaasje port liepen we Klazienaveen in en lunchten we in de Kombuis met een heerlijk broodje zalm. De tantes trakteerden. We liepen nog een kledingwinkel in en mijn moeder kocht een pyjama en ik kocht een blouse. Tenminste, dat was ik van plan. Bij de kassa zei mijn moeder : “Die krigst’ van mie.”
Kadootje!

Bij bakker Ten Napel kregen we allemaal een zak ‘hardbroden’  van tante Trijn en na een kop thee vertrokken we rond vier uur weer naar huis. Ik schreef het al: weinig spectaculair.  Maar hoe waardevol! We maken  consequent tijd vrij voor familie. Vinden we belangrijk: verjaardagen, familiedagen, feestjes, klaverjassen, visites: het kost veel tijd en energie.
Ja.

anja andre henk adaVandaag besefte ik even weer hoe belangrijk het is.
Nicht Anja en ik zijn ’two of a kind’.
Vrieswijken. “Groot, blond en veul ruumte neudig”. Zij met een Twents accent en ik met een Drents accent. Het voelt als de zus die ik niet heb.
Hiernaast een foto uit 1965 van haar vader met Anja (2 jaar) en mijn broer (0 jaar) op schoot, haar broer (ook twee jaar) ernaast en ik (4) helemaal links.

Op 5 oktober 2016 (Deo volente) zitten we met ‘ de tantes’  om 10.00 u aan de koffie in Klazienaveen.
(zie Tante’s & nichten 2)
En met een beetje geluk is er in het voorjaar een Vrieswijk-familiedag. Dan zijn  ‘heur breur’ en  ‘mien breur’ er ook bij. En alle anderen met dezelfde genen. Ik kiek dr nou al naor uut.

Reageren

3 oktober: ‘Schoolreisje’ naar Friesland (1)

Sommige dagen dragen zoveel waarde in zich, daar kan ik wel meerdere blogs over schrijven. Vandaag was zo’n dag. We hadden een ‘schoolreisje’. Vrienden hadden ons uitgenodigd om mee te gaan met een ‘dagje Friesland met inhoud.’ Een zus en zwager van hen hadden deze dag georganiseerd voor hun familie en vrienden, maar er was nog plaats voor meer deelnemers, dus wij gaven ons op.

We verzamelden ons vanmorgen op een parkeerplaats in Franeker. Van te voren kon je opgeven of je het Planetarium >>>  wilde bezoeken of dat je een stadwandeling met gids wilde maken. Het Planetarium heb ik al drie keer bezocht, dus ik ging voor de stadswandeling >>>. We begonnen met een kop koffie met Friese oranjekoek en daarna splitste de groep zich. Ik heb de afgelopen jaren al ettelijke stadswandelingen gemaakt in verschillende oude steden, maar het is altijd weer erg leuk en er is ook altijd wel iets dat ik nog nooit heb gezien. Vanmorgen was dat ‘goudleerbehang’>>>. In één van de zalen van het oude stadhuis hing dat speciale behang, dat in zwang was voordat het papieren behang zijn intrede deed.

We liepen verder  door de oude binnenstad en ondertussen vertelde onze gids van alles over de geschiedenis van Franeker. Over het stadskasteel “De Martenastins’ >>> bijvoorbeeld. Wat wij zagen  was een grote vierkante gevel, maar, zo vertelde ze: “dit is de achterkant van het gebouw.” Toen we er omheen liepen kwamen we in een park en daar zagen we de voorkant. Een toren en een bordes: het was prachtig. Verder liepen we langs een verstild hofje, langs de Martinikerk, bezochten de bibliotheek en het beroemde Korendragershuisje. Een korendrager was iemand die het zware sjouwwerk verrichtte in de graanhandel. In dit huisje zaten de mannen te wachten tot er schepen binnenkwamen, zodat zij de helpende hand konden bieden bij het verladen. De gids had een oude foto bij zich waarop zo’n korendrager stond afgebeeld: het was haar betovergrootvader. Eén van de redenen, vertelde ze, dat ze stadsgids was geworden.

Ik hou van zulke verhalen. Want er zijn dus meer mensen die net zo van geschiedenis houden als ik.

20151003_112728aOp het laatst liepen we nog langs het ‘Elfstedenbruggetje’.
En toen werden er heeeeel veel herinneringen opgehaald. Sommigen hadden ‘HEM’ gereden, sommigen hadden HEM willen rijden, sommigen verheugden zich erop dat ze HEM ooit nog eens gingen rijden, kortom, de Elfstedenkoorts liep al weer op.

“Eigenlijk zoll’n wij hier een klokje Berenburg bij hebb’n moet’n!” merkte iemand op. Maar dat was niet aan de orde, geen sterke drank op de vroege morgen.
De verhalen waren ook zonder dat al sterk genoeg…..

Morgen deel 2 van dit schoolreisje: Jorwerd. Zou God echt verdwenen zijn…..?

Reageren

23 september: Gekleurde geschiedenis.

boekje 1Een vriendin van Frea gaf haar een boekje uit 1964 mee met de woorden: “Dit vindt je moeder misschien wel leuk.” Nou en of.
Het boekje heet “Toen en nu II”. Leesboek over de geschiedenis van het vaderland voor de christelijke scholen. Het is geschreven door W.G. van der Hulst en R. Huizinga, geïllustreerd door C. Jetses en W.K. de Bruin.

In eerste instantie wou ik het lezen. Ik ben er ook in begonnen. Maar het was niet te doen. “Het wordt je zuut op de tong” zou mijn vader zeggen.
Het begint met de geboorte van Willem van Oranje en het eindigt na de gouden eeuw.
Het ligt er wel erg dik boven op dat de ‘christelijke kindjes’ overtuigd moeten worden van het feit dat ‘wij’ in de geschiedenis aan de goede kant stonden.

1964 is nu 50 jaar geleden. Het is niet meer voor te stellen dat de kinderen in die tijd (ik ook!) de geschiedenis op deze manier voorgeschoteld kregen. Zo begint het:
Als er een kindje geboren wordt, ……wie zal dan weten wat er in het leven van dat kind gebeuren gaat? Niemand! Dat weet God alléén! En als er een prinsje geboren wordt; als het ligt in zijn prachtige wieg, onder satijnen dekens? …..Neen, ook dán weet niemand, of het leven van die prins nu een leven worden zal van vreugde en rijkdom en heerlijkheid. Niemand! Dat weet God alléén!
God leidt het leven van de mensen naar Zijn heilige wil. Van de kleinen en van de groten; van de armen en van de rijken; van de families en van de volken; – van de prinsen en de koningen en de keizers óók.

Frea zat naast mij op de bank. “Is het een leuk boekje?”
“Ja, ik schrijf er een blog over. Wil je het eens zien?”
Bij de eerste bladzijde zei ze al: “Jeetje! Wat erg! Het doet me denken aan die boekjes van Rozemarijntje die jij vroeger voorlas!”
Natuurlijk. Het is ook dezelfde schrijver…..

In een recensie op bol.com las ik het volgende:  In 1964 werd de twintigste druk bijgewerkt tot ca. 1960. De geromantiseerde verhalen geven de hoofdzaak van onze vaderlandse geschiedenis weer en zijn niet bedoeld om de jeugd de exacte historische feiten te geven. Aan het eind van ieder hoofdstuk geeft schrijver in ‘En nu’ zijn visie op het gebeuren vanuit zijn christelijke overtuiging. Maar zijn beweringen doen voor deze tijd soms ongenuanceerd en subjectief aan, b.v. zijn houding tegenover de ‘ruwe heidenen’ en de ongelovige Friezen, en de verheerlijking van keizer Karel de Grote, die om het Christendom te verspreiden, ten strijde trok. Ook de wijze waarop hij over het lesgeven op de Openbare School oordeelt, is zeer gedateerd. Afgezien daarvan, een boeiend geschreven, goed overzicht (met de oorspronkelijke zwart-wit illustraties) ook van het dagelijks leven in de Middeleeuwen en de glorie van de Gouden Eeuw. Vanaf ca. 10 jaar.

Zo’n boekje geeft een mooi tijdsbeeld. Het gaat over de geschiedenis, maar het zegt ook veel over de tijd waarin het geschreven is. Dat we er nu anders naar kijken heet ‘voortschrijdend inzicht’……

Reageren

22 september: Wisselend bewolkt.

kankerNa de goede berichten over de eiwitwaarden  van vorige week dinsdag zijn we nu in gedachten al weer bezig met het stamceltraject. Wij hopen dat we daar zo snel mogelijk mee kunnen beginnen na het afronden van de laatste chemokuur en dat is rond de 13e oktober.
De hematoloog zal contact opnemen met zijn collega in het UMCG, wij gaan contact opnemen met de verpleegkundig specialist van de afdeling en de huisarts houdt ook de vinger aan de pols. We hopen binnenkort dus bericht in de bus te hebben voor een nieuwe afspraak.

Ondertussen leven we ons leven. Uit de gesprekken met de mensen om ons heen horen we soms de onuitgesproken vraag: Hoe houden jullie het vol?
Dan leg ik uit dat het voelt als een dreigende onweersbui op een mooie zomerdag. Je ziet de bui aankomen, je weet dat het erg wordt, dus je neemt je maatregelen: parasol ingeklapt, stoelkussens naar binnen en losse spullen opruimen. Maar het is nog wel mooi weer, al is het dan wisselend bewolkt.

Dus daar proberen we van te genieten. Gisteravond bezochten we de Jaarbeurs en dronken een kop koffie op het binnenterras. Er stond een meneer met een saxofoon jazzy muziek te spelen. Gezellig! Bij de stand van de Historische Vereniging zag ik pakjes speelkaarten met  afbeeldingen van oud-Roden. Net iets voor mij. Ik wilde twee pakjes afrekenen, maar dat hoefde niet: ik mocht ze gratis meenemen! Thuis heb ik alle kaarten op het aanrecht uitgestald en hebben we alle plaatjes uitgebreid bekeken en besproken. De azen waren 20150922_190934aallemaal kerkgebouwen, de heren hadden een plaatje van herenhuizen, de vrouwen lieten een school zien en de boeren waren voorzien van oude boerderijen. De cijfer-series waren de oude middenstanders, oude beroepen, foto’s rondom het Rodermarktfeest en horecagelegenheden. Een combi van mijn liefde voor het klaverjassen en mijn interesse in geschiedenis: wat een leuk kadootje!

Reageren

19 september: Rodermarktwagen-koorts

Vandaag is de Rodermarktparade- dag. Eén van de leukste dagen van het jaar. Optocht! Met muziekkorpsen en praalwagens. Wagens die worden gebouwd door bouwgroepen gevormd door o.a  ouders van kinderen van plaatselijke basisscholen en verenigingen en dorpen uit de omgeving. De familie van mijn moeder organiseerde ooit op deze dag een familiedag. Dan komen wij dus niet.

We zijn er de hele dag druk mee. Rond half twaalf lopen we alvast langs de opgestelde wagens aan de Ceintuurbaan. De sfeer is heel bijzonder. De figuranten lopen dan al rond, helemaal geschminckt en in prachtige kleren. De bouwers leggen de laatste hand aan ‘hun wagen’:  in hun ogen de allermooiste van de hele optocht.

Toen wij ooit zelf wagenbouwers waren deed zich op zo’n ochtend een hilarische situatie voor. Gerard lag onder de wagen van CBS de haven nog iets te repareren. Mijn vader en ik liepen toen langs de wagens en trots liet ik hem ‘onze wagen’ zien. Gerard riep iets onder de wagen vandaan naar zijn medebouwers en mijn vader riep: ” Mes hebb’n?” Hij had namelijk altijd een zakmes in z’n broekzak. Vanonder de wagen vandaan constateerde Gerard droog: “o, is mien schoonva dr ok?”

Om half twee begint de optocht. Die bekijken we langs de Nieuweweg en dat duurt tot ongeveer kwart voor drie. Als ik dan hard loop kan ik bij de Hema het hele circus nog een keer voorbij  zien komen. De kinderen komen ook thuis op deze dag, we drinken koffie/thee en daarna een drankje, eten grote borden met stamppot en om 19.00 uur staan we weer langs de weg, nu aan de andere kant. Hoe zijn de prijzen verdeeld? Wat vinden we ervan? We applaudisseren bij de wagens die we erg mooi vinden en genieten van de shows die de figuranten opvoeren.

In de jaren dat we zelf kinderen op de wagen hadden beleefden we deze dag heel intens. Bakken vol tijd en energie besteedden we eraan: bouwen, verven, kleding maken en prutsen. Héééél veel prutsen. Blaadjes ergens op nieten. Pinda’s ergens aan rijgen.
Maar o, wat waren het fantastische jaren. We hadden het niet graag willen missen…..

frea marit martine rodermarkta

harriet als tante   carlijna

Reageren

6 september: Havenstappers.

Het is weer bijna Rodermarkt! Op 20 september >>> vorig jaar schreef ik over de Rodermarktwagenbouw. Toen wij ‘met kop en oren’ in de praalwagenbouw zaten met de ouders van basisschool ‘De Haven’ was één van de stellen 25 jaar getrouwd. Ze gaven een bruiloft en nodigden alle toenmalige wagenbouwers uit. Op dat feest is de huidige Havenstappersgroep ontstaan. Eerst hebben we twee seizoenen dansles gehad. We leerden verschillende danspassen en -stijlen. Maar vooral de pauzes waren erg gezellig en eigenlijk altijd te kort. Na twee jaar dansles besloten we daarmee te stoppen. Maar we hadden het nog wel steeds erg leuk met elkaar, dus werd er twee tot drie keer per jaar ‘ iets gezelligs’ georganiseerd. Altijd iets met lekker eten en een borrel.

Inmiddels is de frequentie teruggebracht naar 1 x per jaar. Gistermiddag ontmoetten we elkaar weer voor een wijnproeverij bij een van de ouderparen thuis. Iedereen is inmiddels 50+ en zoals ik al schreef op 30 mei >>> toen ik met één van de Havenstappers koffie dronk: wij zijn de ‘sandwichgeneratie’. Bijna iedereen heeft zorgen: om ouders, om kinderen, om eigen gezondheid, om werk.

Maar ondanks dat hadden we  een erg leuke bijeenkomst. Je deelt wat je bezig houdt met elkaar, maar  dat zijn natuurlijk niet alleen de zorgen. Het leven bestaat nu een maal uit ups & downs. Eén ouderpaar was opa en oma geworden. Een ander stel hoopt dat in oktober te worden. We zagen foto’s van de kinderen die vroeger verkleed en geschminkt op de wagen zaten. Die zijn nu tussen de 25 en 29 jaar, zijn getrouwd of wonen samen of zijn nog niet zo ver, studeren nog of hebben een baan. Sommige Havenstappers zijn al met pensioen en genieten van hun vrije tijd. We hieven het glas op het leven en hebben afgesproken dat we elkaar in mei weer ontmoeten, dan op landgoed Verhildersum.
Toen we naar de auto liepen langs een grote koeienschuur zei Gerard: “Ik ben tóch bliede dat ik nou niet meer zo ‘ n wagen huuf te bouwen. Huh! ’s Aomnds
in zun koale schure. …..”.
Vijftig plus he?

Reageren

29 augustus: Burchtweg

Mijn nieuwsgierigheid levert soms verrassende wetenswaardigheden op. Als wij van Roden naar Vries rijden gaan we altijd door Lieveren. Bij de rotonde richting Vries gaat er ook een afslag richting Bunne, een klein gehucht in de gemeente Tynaarlo.
Die weg heet ‘Burchtweg’. “Waarom heet dat nou Burchtweg? Er is toch helemaal geen burcht in Bunne?”

Dat zoek ik dan op op internet. En wat schetst mijn verbazing: lees het zelf op deze link >>>.
Ongelooflijk toch!?!?
Bunne was dus in de vroege Middeleeuwen een plaats van importantie in deze omgeving.

Bij ons in de woonkamer hangt een oude kaart van Drenthe. (zie 25 januari >>>)
Hierbij een detail van die kaart, de dingspil Nordevelt.

Hier zie je Bunne dus ook op staan, net zo groot als Peisse, Roon en Rooderwolde.
Binnenkort maar eens op fietse richting Bunne. Misschien vind ik nog iets terug van de roemrijke geschiedenis van dit Drentse esdorpje.

Reageren

16 augustus: Cornelis Clan

Vanmorgen begon de viering in de Catharinakerk met het eerste vers van Psalm 139. “Heer die mij ziet zoals ik ben.” Deze tekst stond op de rouwkaart van mijn vader en stond ook centraal in de rouwdienst in maart 2008. Vandaag is ook de geboortedag van mijn vader: hij zou 83 geworden zijn.
Sommige dingen zijn geen toeval.

Zo begon de kerkdienst vanmorgen al met ontroering. Zoals wel vaker leek ook de preek voor ons geschreven, maar gesprekken met gemeenteleden hebben mij geleerd dat bijna iedereen dat zo ervaart. Iedereen zit in de kerk met zijn eigen rugzak vol levenservaringen, vreugde afgewisseld met verdriet.
Organist vanmorgen was Erwin Wiersinga. Als hij speelt kijk ik uit naar de collecte: ook vanmorgen was het weer genieten. Met het bemoedigende slotlied 418 (tekst zie >>>) sloten we deze bewogen viering af.

Sinds mijn vader is overleden ontmoeten wij als “Cornelis-Clan” (zo noemde hij zelf zijn kinderen en kleinkinderen) elkaar rond zijn verjaardag. Dit jaar valt 16 augustus op een zondag. Het leek mijn moeder een goed idee om nu eens niet te barbecuen. Zij wilde graag een keer ouderwets kegelen bij Schortinghuis in Spier en daarna lekker eten met de clan bij het Wokrestaurant in Pesse.  En wat waren we op deze regenachtige dag blij met dit idee! We kegelden heel gezellig binnen, we hebben heerlijk gegeten, uiteraard met iedereen bijgepraat en we hieven het glas op 16 augustus.
Opdat wij niet vergeten.

Reageren

14 augustus: Arrestantencellen voor hoge nood…

Dochter Carlijn is student en woont in Leeuwarden op loopafstand van de binnenstad.
Al zolang ze er woont hadden we elkaar beloofd dat we eens een stadswandeling zouden doen en we zouden een bezoek brengen aan het Fries museum.
Afgelopen maandag bracht ik haar met tassen en spullen naar haar studentenhuis en dat wilden we deze keer combineren met een museumbezoek. Ware het niet dat het Fries museum op maandag gesloten is, ook in juli en augustus. Midden in het hoogseizoen. Friezen…..

Maar de VVV organiseerde wel een stadswandeling. Wat een geluk! We hadden prachtig weer en we genoten met een groep van 16 mensen van een mooie wandeling. Een heel andere stad dan Zwolle, waar ik die week daarvoor was. Leeuwarden is ontstaan rond het begin van onze jaartelling op drie terpen. Het lag aan een zeearm van de vroegere Middelzee, die later verzandde, zodat de zeehavenfunctie in de Middeleeuwen verloren ging.
De wandeling voerde o.a. langs de scheve toren Oldehove, de voormalige paleizen van Marie Louise, mooie appartementen van het St. Anthony gasthuis >>>, mooie hofjes en smalle oude straatjes. Heel bijzonder vond ik dat Leeuwarden probeert om de oude huisnamen weer voor het voetlicht te brengen, bijvoorbeeld ‘de Swarte Bock’. Vóór Napoleon waren er nog geen huisnummers werd de adressering vaak aangegeven met een familienaam of het beroep dat in dat huis werd uitgeoefend.
Daarover vond ik op de site van “Historisch centrum Leeuwarden” een pagina met nog veel meer informatie >>>>.

Fire Café

Na afloop pikten we een terrasje voor een malt pilsje & appelsap bij Fire Café, een van de grootste eta- blissementen van Leeuwarden. Tijdens de wandeling hadden we gehoord dat dit enorme ‘Catshuus’ was gebouwd door een ‘nieuwe rijke’ uit het begin van de 19e eeuw, die een huis wilde zoals in Amsterdam stond. Later was het een politiebureau geworden met daarnaast de brandweerkazerne. Als je naar de wc moet bij Fire Café doe je dat in de oude arrestantencellen. ‘Creepy’ vond Carlijn. Dus daar moesten we na dat pilsje natuurlijk wel even naar toe: de sloten en de kijkgaatjes zitten er nog in!
Gelukkig wel dichtgesoldeerd.
Plassen willen we graag zonder pottenkijkers….

Reageren

Pagina 16 van 22

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén