De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

7 mei: S.E.H.

Tot zondagmiddag wist ik niet waar de afkorting S.E.H. voor staat; inmiddels is het mij duidelijk.
Zondagmorgen voelde Gerard zich niet lekker.
Benauwd. Pijn bij ademhalen.
Hij nam twee paracetamol, maar in plaats van dat het opknapte werd het erger.
Op een gegeven moment had hij zoveel pijn dat hij mij vroeg om te bellen met de huisartsenpost.
Op mijn verhaal werd ik gelijk doorverbonden met een arts, die mij vroeg; “Moet ik een ambulance bellen of kunt zelf deze kant opkomen?”
We moesten ons melden bij de S.E.H., Spoed Eisende Hulp in het UMCG.

Op weg in de auto vroegen we ons af “Waar is dat eigenlijk?”
We vonden het en we waren zo blij dat we er waren!
Eenmaal aangesloten op een infuus met pijnstillers ging het heel langzaam weer wat beter met Gerard.
Na veel onderzoeken en lang wachten kwam de diagnose: longembolie.
Een bloedpropje was vanuit zijn been omhoog geschoten en had de longslagader verstopt, waardoor de longen veel te weinig zuurstof kregen.
“We moeten u in ieder geval voor één nacht opnemen, meneer Waninge.”

Dan moet meneer Waninge nog wel wat spullen hebben, dus ik reed naar Roden voor o.a. pyama, tandenborstel, puzzelboekje en tablet.
Wat een zenuwachtig, raar gezoek is het dan naar spullen die niet van jezelf zijn.
Waar ligt dat scheerapparaat dan? En die aftershave? Wat voor oplader hoort er bij die tablet? Ik gooide alle opladers in een plastic tas; daar zat de goeie vast wel bij.
Eenmaal terug ik het ziekenhuis kwam ik Carlijn tegen op de gang en samen zochten we hem op op de afdeling waar ze hem vanuit S.E.H. naar toe hadden gebracht.
Gerard  had nog niet zoveel te melden; hij had pijn en was moe.
We waren blij dat hij veilig in het ziekenhuis was.

Zondagavond om 22.15 uur kwam ik alleen thuis.
De ui die ik aan het snijden was om 12.45 uur voor de groentesoep lag nog op het snijplankje op het aanrecht.
Wat kan zo’n dag er dan ineens anders uitzien dan je had gedacht.

Maandagmiddag grapte Gerard dat zijn ‘optocht’*  nog langer was dan die van mij in 2018.  Mannen blijven in alle omstandigheden competentief.
Hij kreeg van de zaalarts te horen dat hij tegen de avond weer naar huis mocht.
Toen ik in het ziekenhuis kwam zaten er twee dochters en twee schoonzonen aan zijn bed; leek me wat druk, maar Gerard had er kennelijk geen last van en hij zag er al weer een stuk florissanter uit.
Wat een opluchting.

De boodschap die we meekregen vanuit het ziekenhuis (naast een tas vol pijnstillers en bloedverdunners) is duidelijk: twee tot drie weken hersteltijd en kallem an.
Hij heeft op dit moment ook niet veel keuze: eten is al reuze vermoeiend.

“Life is what happens to you, while you’re busy making other plans.”
Deze quote van John Lennon heb ik al vaker gebruikt in mijn blogs; ik ben al erg blij dat het is gebleven bij een paar weken thuis. Ervaring leert dat het allemaal vele malen erger kan. Vooreerst heeft hij tijd genoeg voor lezen en puzzelen.
Misschien zit er nog wel een gastblog in!

*de groep mensen die de zaalarts vergezelt op zijn ronde langs de bedden, beschreven in het blog ‘Iets meer duidelijkheid’>>>  uit 2018.

Reageren

6 mei: 8 monden te voeden.

Dit weekend keek ik naar twee documentaires.
De eerste ‘De erfenis van een verzetsheld’  was maandag al op de televisie geweest.
Die held was Johannes Post; een Drentse verzetsleider, waar straten, scholen en overheidsgebouwen naar genoemd zijn. Hij kreeg, weliswaar postuum, hoge onderscheidingen, maar zijn kinderen zeggen in deze documentaire: ‘Wij kwamen op de tweede plaats.”
Het is triest om zijn kinderen (tachtigers nu) te horen vertellen dat ze werden ondergebracht bij pleegouders, daarbij hun eigen familie vergaten (omdat ze nog zo jong waren) en de herbeleving van de ontreddering van het gezin te zien.
De laatste zin in de uitzending wordt uitgesproken door zijn dochter Trijneke.
“Hoe heb je ons in de steek kunnen laten.”
Wil je deze documentaire ook zien? Klik dan hier >>> voor een link naar de “Gemist-pagina van de NPO’,

De tweede documentaire was er één in de serie van 2Doc: Gerrit van der Veen.
Gerrit Jan Wolffensperger is de zoon van deze verzetsheld.
Van der Veen had twee dochters met zijn vrouw. In de oorlog ging hij in het verzet, waardoor zijn vrouw en dochters moesten onderduiken uit angst voor represailles.
In de verzetsgroep raakte Gerrit bevriend met een meisje van 18, Guusje Ruubsaam, de dochter van zijn huisarts.
Toen hij werd opgepakt en uiteindelijk gefusilleerd, bleek dat Guusje 7 maanden zwanger van hem was. In 1945 beviel zij van haar zoon Gerrit Jan.
Je hoeft niet diep na te denken over wat dat heeft betekend voor zijn gezin.
De dochters waren na de oorlog vooral boos op hun vader, vooral omdat hij hen in de steek had gelaten.
Wolffensperger zelf zegt in een interview: “De eerste tien jaren van mijn leven waren moeilijk. Het werd pas beter toen mijn moeder trouwde met mijn stiefvader Wolffensperger, die mij aannam als zijn kind.”

Wil je  deze documentaire ook zien? Klik dan hier >>> voor een link  naar de “Gemist-pagina van de NPO’.

Als puber hoorde ik de verhalen van de mensen die in de oorlog in het verzet hadden gezeten. Spannende verhalen. Dappere mensen.
Ik vroeg mijn grootvader van moeders kant naar zijn belevenissen in de oorlog.
“Opa? Zat jij ook in het verzet in de oorlog?”
“Och nee kind. Ik had 8 monden te voeden; ik was al bliede dat ik ’t leem haar…..”
Geen held.
Een vader.

Lees hierbij ook mijn blog ‘Een meisje van acht ‘ van 5 mei 2017 over mijn moeders herinneringen aan de oorlog.
Meer weten over mijn opa Boelen? Klik hier >>>.

Reageren

5 mei: Lanzarote 10 – Beeld voor de voorouders.

Tijdens mijn stadswandeling door Playa Blanca (zie 11 april – Tijd vergeten >>>) stond ik even stil bij een beeld dat me aansprak. Het stelde een menselijk figuur voor waarvan je het gezicht niet goed kon zien, omdat het met windselen omwonden was.
Op het informatiebordje las ik de bijzondere achtergrond van het beeld:

“Dit beeld is een eerbetoon aan de generaties van burgers die door hun inspanningen en hun harde werk hebben bewerkstelligd dat dit eiland de levensstandaard heeft bereikt waar wij nu van profiteren. 
Het is opdragen aan de generaties van onze voorouders, de Canarians, velen van hen ongeletterd, die door hun toewijding en motivatie hun kinderen hebben aangemoedigd om hun opleiding en middelen te verbeteren, wat heeft geleid tot de ontwikkeling van onze stad en in hoge mate heeft bijgedragen aan onze huidige welstand. 
Het gezicht van het beeld is anoniem, daarmee verbeeldt het een hele generatie mannen en vrouwen.”

Wat een mooi idee.
Dat je met een standbeeld de mensen voor je bedankt voor het leven dat je nu leidt.
Want wordt dat in onze maatschappij niet wat gauw vergeten?
Hoe lang is het nu helemaal geleden dat er oorlog was in ons land?
Denkt onze generatie nog wel eens aan de harde werkers vóór hen die Nederland na de Tweede Wereldoorlog weer hebben opgebouwd?

Gisteren was het 4 mei en herdachten we de oorlogsdoden.
Vandaag, op 5 mei, vieren wij onze vrijheid.
Daar kunnen we niet genoeg bij stil staan.

Reageren

4 mei: Meubelboulevard.

Ken je die mop van die twee Rodenaren die op Tweede Paasdag naar de Meubelboulevard gingen? Ze gingen niet.
Het was namelijk veel te mooi weer op Tweede Paasdag en de twee Rodenaren zaten die middag heerlijk met een glaasje en een zelf gewokte maaltijd  onder hun eigen pergola op Waninge-plaza.

Maar dat bezoek aan de Meubelboulevard moest nog wel eens gebeuren en zo kwam het dat Gerard en ik op donderdag 2 mei richting ‘woonboulevard Hoendiep’ reden.
Eigenlijk ben ik niet zo van het geslenter langs meubels en woonattributen.
Er staan dingen in ons huis en als die dingen goed functioneren dan blijven ze daar staan en worden ze gebruikt totdat ze lelijk worden of uit elkaar vallen. Onze vorige bankstel (1983-2008) hadden we zo lang gehad, dat ze het bij de kringloopwinkels al niet meer wilden hebben. Maar dit terzijde.

De bekleding van onze huidige bank is heel erg verschenen omdat hij in de erker vaak in de zon staat en bovendien krijg ik de stof niet meer schoon. Hij is vlekkerig en op sommige plekken zelfs vies: tijd voor een nieuwe.
Na drie winkels wisten we precies wat we wel en niet wilden hebben en na een paar uur zetten we diep tevreden een handtekening onder een order voor onze nieuwe bank.

Tussendoor wilden we ergens wat lunchen, want we hadden wat te vieren.
39 jaar verkering.  (zie het blog  2 mei uit 2017 >>>).
“Kan dat daar bij al die woonwinkels dan ook?” vroeg ik me af.
Ja man. Bij Kruit en Kramer in het pand zit “Grand Café Hoendiep’.
Daar werken mensen met een verstandelijke beperking, begeleid door Cosis.
Daar kan ik altijd zo van genieten.
Enthousiaste bediening die ontzettend z’n best doet om het je naar de zin te maken en daar zelf ook erg van geniet.

Gerard nam een broodje kip en ik tonijnsalade.
Daar zat ik met m’n verkering lekker te genieten van een luxe broodje: het kleurde mijn dag!

Reageren

3 mei: April-Meistaking 1943 – 34 slachtoffers.

In april 1943 vond de Duitse bezetter dat er veel te weinig Nederlandse arbeiders in Duitsland aan het werk waren. Ze konden wel wat extra handen gebruiken en bedachten dat 300.000 Nederlandse militairen alsnog in krijgsgevangenschap zouden worden afgevoerd. Dit nieuws verspreidde zich als een lopend vuurtje door Nederland, nog voordat de officiële bekendmaking in de avondbladen van donderdag 29 april 1943 verscheen.

Het bericht sloeg in als een bom: dit lieten de Nederlanders niet over hun kant gaan.
Als protest tegen deze maatregel brak overal in Nederland spontaan de April-Meistaking uit.
De bezetter reageerde furieus en sloeg toe met harde hand. Er werd een bevel uitgevaardigd dat iedereeen op maandag 3 mei weer aan het werk moest. Mensen die geen gehoor gaven aan deze oproep, konden op zware straffen rekenen.

In de drie noordelijke provincies werden zestig mensen omgebracht om de wilde staking neer te slaan. Bij Trimunt bij Marum bijvoorbeeld werden 16 onschuldige burgers weggevoerd en vermoord. (Klik hier voor het verhaal van Foppe de Jong, ooggetuige van dit drama >>>)  Van 34 slachtoffers werd het lichaam meegenomen ‘naar een onbekende plek’ om de bevolking extra te intimideren. Na de oorlog vond men de slachtoffers terug in het voormalige militaire oefenterrein de Appelbergen bij Glimmen/Haren.

In 2004 is er op die plek een monument opgericht ter nagedachtenis aan de slachtoffers en om de herinneringen aan de gebeurtenissen uit 1943 levend te houden.

Het ‘Monument Slachtoffers Meistaking 1943‘ in Glimmen (gemeente Groningen) is een Drentse zwerfkei, waarop twee bronzen plaquettes zijn aangebracht. De gedenksteen is geplaatst op een aantal kleinere keien.
De ontwerper van het monument, Paul Engberts,  heeft een kei gebruikt die uit de Drentse grond is gehaald. Deze grote steen wordt als het ware uit het veen opgetild, ‘uit de grond tevoorschijn getild’. Hiermee worden de namen van de slachtoffers letterlijk uit het veenmoeras gehaald.

Vanmiddag was de jaarlijkse herdenking, waar ik voor het eerst bij was omdat ik mee zong met het Vocaal Ensemble Roden. (zie ‘Een (voor mij) nieuw koor’>>>).
Het was een heel bijzondere bijeenkomst.
Ad van Liempt (Nederlands journalist, auteur van oorlogsboeken en tv-programmamaker) hield een lezing over wat er zich in die tijd in Noord Nederland heeft afgespeeld.
Er was een toespraak van een kleinkind van nabestaanden van de slachtoffers en er werden kransen bij het monoment gelegd.
Er waren ook schoolkinderen uit Glimmen betrokken bij deze herdenking: één van hen las een gedicht voor en ze legden met z’n allen 34 anjers bij het monument, voor ieder slachtofer één.
Er zouden tien bloemstukken worden gelegd, maar wonderlijk genoeg waren er maar negen. De militair die vanmiddag ‘Hoofd Bloemstukken’ was stond wat verloren met twintig vraagtekens boven zijn hoofd te gebaren dat er echt geen bloemstuk meer was.

Als zanger bij het koor sloeg ik de ongemakkelijkheid gade dacht er het mijne van.
Bloemen en militairen zijn misschien niet zo’n goede combi.
Maar dit was maar een klein smetje op de verder indrukwekkende plechtigheid.

Na de plechtigeheid zaten we met tintelende vingers en tenen aan de koffie in het Paviljoen Appélbergen.
De temperatuur haalde vanmiddag de tien graden niet, maar gelukkig bleef het wel droog.

Ga er eens kijken, daar bij dat Monument in Appélbergen.
Laat eens tot je doordringen hoe jong die mensen allemaal waren.
Hoe gruwelijk het was wat er gebeurde.
En hoe blij we moeten zijn met wat we zongen met het koor:  “IK BEN VRIJ!”

Reageren

2 mei: Breien met twee kleuren

In Breda tikte ik zes bolletjes garen op de kop voor 6 euro: 3 groene en drie grijze. Daar wilde ik een warme kol van haken voor in de winter van 2019/2020. Bij Atelier 6A in Leek had ik een bijzondere steek gezien. Interlocking haken heette het en het moest met twee kleuren door elkaar.  Meer weten?  Zie Interlocking haken>>>

Proeflapje: onnodig ingewikkeld…

Ik zal maar eerlijk zijn: ik vond het veel te moeilijk.  Na veel gepruts kreeg ik het wel voor elkaar,  maar het kostte me heel veel moeite. Van ‘ontspanning’ was geen sprake,  laat staan van het tegelijkertijd voeren van een gesprek of kijken naar een spannende detective. Dus dat ging ik niet doen;  handwerken doe ik voor m’n lol. Op internet zocht ik naar alternatieven en vond een breisteek met twee kleuren op deze website: Breien met twee kleuren >>>.

De beschrijving was onnodig ingewikkeld, dus het duurde even voor ik het had begrepen.  Het proeflapje spreekt boekdelen. Maar het eindresultaat van mijn kol is erg mooi geworden.

Halverwege draaide ik de kleuren om,  wat een heel leuk effect gaf. De achterkant ziet er niet uit (omdat je steeds de draden achter de steken langs slaat)  dus ik vouwde de kol dubbel en naaide hem aan elkaar. Zo kreeg ik een kol die aan twee kanten draagbaar is en die je dus om de kraag van je jas kun heenvouwen. (klik op de foto’s voor een vergroting.)

Wil je deze steek met twee kleuren ook eens proberen? Ik maakte een andere beschrijving van de steek,  waardoor het (volgens mij)  eenvoudiger wordt om deze steek te breien.  Klik voor die beschrijving op deze link: gebreide kol met twee kleuren

      

Reageren

1 mei: Een predikanten-blog en soep van Joke.

Op 20 maart hadden we in onze PKN-gemeente een voorstelavond van onze nieuwe voorganger Sijbrand van Dijk.
Hij staat nu nog op het Groningerland in de Protestantse gemeente Adorp Wetsinge Sauwerd,  maar begin juli mogen we hem in onze gemeente verwelkomen.
Die middag van de 20e maart wilde hij met zijn partner graag de pastorie in Roderwolde bekijken om een beeld te krijgen van dat huis.
Dat kon.
‘We kunnen ze wel voorstellen of ze hier willen eten” zei Gerard. “Dan hoeven ze niet extra op en neer naar Sauwerd.” Was ook zo.
Vanuit de taakgroep kerkrentmeesters was Wim die middag bij de bezichtiging in Roderwolde en na enig overleg werd besloten dat Wim en Joke ook mee zouden eten.

Wie Joke kent, weet dat ze niet ergens aan tafel schuift zonder zelf iets mee te nemen.
Joke bood aan om tomatensoep te maken.
Het was heerlijk en ik vroeg haar om het recept: onderaan dit blog vind je een beschrijving.

Het eten was lekker en heel gezellig en wij maakten op een ontspannen manier kennis met Sijbrand en Henk.
Gerard moest echt een beetje drammen om op tijd weg te komen, want het ene woord haalde het andere uit en er was heel veel te delen en te vertellen.
Dat belooft wat!
We zijn natuurlijk reuze benieuwd wat voor vlees we in de kerkelijke kuip hebben.
En wat is het dan handig dat er internet is; net als onze gemeente  heeft ook de PKN-gemeente in Adorp Wetsinge Sauwerd >>> een eigen website met veel informatie en als  als je wilt kun je via kerkomroep al eens eens viering met Sijbrand beluisteren.
Klik hier>>> voor een verslag van de gemeenteavond en informatie van de beroepingscommissie.

Wat ik ook ontdekte?
Sijbrand heeft een blog; het heet ‘God in fragmenten’.
Klik hier voor een link>>> naar de home-pagina.
Daar vertelt hij iets over het blog, in de rechterkolom kun je dan klikken op de verschillende berichten.

Die blogs lees ik met grote belangstelling, want ze zeggen veel over hoe Sijbrand in het leven staat.
We missen Bart in onze gemeente die vorig jaar naar Beetsterzwaag vertrok, maar ik vertrouw er op dat we aan Sijbrand een hele goede vervanger hebben!

Hierbij nog het beloofde recept van de tomatensoep van Joke:

De tomatensoep maak ik als volgt:

Een ui fruiten. Ik doe het zelf in een wok pan.
Wortels raspen: Een paar winterwortels of een stuk of 5 gewone, in stukjes snijden en bij de pan in doen, samen met vegetarisch tuinkruidenbouillon.
Tomaten afschrikken, ontvellen en in stukken in de pan doen.
De hoeveelheid hangt af van het aantal personen. Ik doe altijd veel tomaten: 10 a 15.
Een blikje tomaten puree toevoegen.
Na een half uur of drie kwartier met de staafmixer fijn maken.
Ik hou de soep vrij lobbig.
Peper toevoegen.
Als garnering peterselie.
Ik maak de soep ook wel eens met bloemkoolroosjes.

Pompoensoep maak ik ook op deze manier: met wortel en pompoen.

Joke: bedankt voor het delen!

Reageren

30 april: Vreeswijk? Of Vrieswijk?

Vorige week kreeg ik een app van Frea met een link naar een nummer op Spotify.
Het heette ‘Veronica’ en het werd uitgevoerd door My Bubba >>>, een Scandinavisch folk-duo.

Toen ik het beluisterde bleek het een Engelse versie te zijn van ‘Veronica’, in de jaren ’70 een nummer van Cornelis Vreeswijk. Dat lied kon Frea niet kennen, want die is  geboren in 1986, maar het bleek dat ze het kende uit mijn muziekmap met liedjes (mét gitaargrepen er bij) die ik vroeger zong.

Toen Vreeswijk bekendheid kreeg in die tijd gaf dat nog wel even wat reuring in mijn omgeving. Mijn vader heette namelijk Cornelis Vrieswijk.
“Is dat familie van jullie, die Cornelis Vrieswijk van ‘de nozem en de non’?”
“Nee, want die zanger heet Vreeswijk.
“Die Vreeswijk die ‘Veronica zingt hè, is die…..?”
“Nee, wij heten VRIESwijk!”

De eerste Franse les op de HAVO in Assen vergeet ik om die reden ook nooit.
Bij het rondje voorstellen vroeg de leraar (meneer Wight) aan mij: 
“Ada Vrieswijk? Ken jij Cornelis Vrieswijk?”
“Ja, dat is mijn vader.”
“Oh ja!?!? Die zanger?!?”
“Nee, die heet Vreeswijk…”
Grote hilariteit in de klas.
Ik zat met het schaamrood op de kaken, terwijl die leraar het niet goed zei.
Vanaf die eerste les vergat niemand mijn achternaam.

Bovenstaand verhaal flitst dan in drie seconden door mijn brein als ik het liedje afluister dat Frea mij stuurde.
Ik stuurde haar de versie van Vreeswijk.
“Vond opa ook mooi…..”

Even een muziekmomentje met één van de dochters.
Vinnikleuk.

Luister hier naar de uitvoering van My Bubba >>>.
Vreeswijk ook nog even horen? Klik hier: Cornelis Vrieswijk eeeh… VREESwijk>>>

Reageren

29 april: Lichtdrager in het kleine hoekje van ons eigen leven.

“Dit krijg ik allemaal nooit in één blog” dacht ik gistermorgen na de overdenking van dominee Harm Jan Meijer.
De viering van onze PKN-gemeente was deze zondag in de Catharinakerk. In het schip ontwaarden we vrienden van ons uit Bovensmilde. Die waren te gast bij ons in de kerk omdat hun schoonzus (die in Roden woonde) was overleden, haar overlijden werd vanmorgen afgekondigd.
Met de afscheidsviering van Jan deze week nog op ons netvlies beleefden we deze kerkdienst anders dan op een ‘gewone’ zondagmorgen.

We hoorden het verhaal van Jacob, die na het bedriegen van en de ruzie met zijn broer Ezau moet vluchten. “Hij staat voor een afgrond” vertelde de dominee “en wat betekent het geloof dan voor hem?”

Wat betekent het geloof voor ons? Als het goed gaat met ons is het niet moeilijk om ons geloof te belijden. Maar als het ineens heel slecht gaat? Als je plotseling voor een afgrond staat?  De voorganger nam ons mee naar wat hij deze week had gelezen. Over het interview met de dochter van Johannes Post. Een verzetsheld met een groot Godsvertrouwen, maar afwezig als vader. Wanneer doe je het goede als christen?

Zoals ik al schreef in de eerste regel: deze preek is niet samen te vatten in een blog van 500 woorden. Het was een indringend verhaal, waarin veel dingen werden aangestipt waar ik over na moet denken. Zoals de opmerking over de miljoenen die binnenstromen voor het herstel van de Notre Dame, terwijl er wereldwijd zoveel armoede en onrecht is.
Wat stralen wij als christenen daarmee uit?
En wat de voorganger zei over het individualisme en het materialisme in onze maatschappij. Hoe belangrijk is het om anderen te kunnen vertellen dat je kinderen goede banen hebben en grote huizen kunnen laten bouwen?
Het schuurde, het verhaal van gistermorgen.

Wat nam ik mee uit deze viering?
Dat ‘ieder voor zich’ niet een goede ontwikkeling is in onze maatschappij.
Dat God liefde is en dat wij die liefde belichamen.
Als mensen vormen wij voor elkaar een onzichtbaar vangnet dat onder de afgrond wordt gespannen, zodat we niet te pletter vallen.

In het dankgebed gebruikte de predikant de zin: “Dat wij lichtdrager mogen zijn in het kleine hoekje van ons leven.’
Voor mij de essentie van mijn geloof.
Ubi caritas, deus ibi est >>>
Waar goedheid en liefde heersen, daar is God.

Wil je deze viering ook graag beluisteren?
Dat kan via Kerkomroep >>>
Roden, Catharinakerk, 28 april, 10.00 uur.

Reageren

28 april: Koningsdag & wortelstamppot.

“Ga je nog wat doen op Koningsdag? ” vroeg mijn collega vrijdagmorgen toen ik haar een goed weekend wenste.

Ga je nog wat doen? Deze collega ken ik nog niet zo lang; die weet nog niet dat ik een koningshuis aanhanger ben. Ik vertel haar van de vlag, de oranje tompoezen, twee en een half uur televisie kijken met koffie, kinderen en een hoop commentaar, van de vrijmarkt in Roden en de oranje wortelstamppot. En dan heb ik de NOS-samenvatting en Blauw Bloed van zaterdagavond nog niet genoemd. Dat ga ik doen.

Mijn collega sprak zich niet uit,  maar lichaamstaal doet ook veel.
Zij moest met haar kind naar de vrijmarkt en daar keek ze niet echt naar uit.
Zo beleeft iedereen deze nationale feestdag op zijn eigen manier.

Frea en Jon waren dit jaar sinds 7 jaar weer in Nederland en genoten van de hierboven beschreven dag. Toen we na de vrijmarkt aan de thee zaten bekeken we de eerste familieband  die we ooit maakten met video-opnames uit 1994 en 1995. We hebben nu immers weer een videorecorder die het doet! Carlijn was toen een half jaar,  Harriët 5 en Frea net 8. Wat een feest om zo’n oude video met het hele gezin te bekijken.
Wat hebben we veel om met dankbaarheid op terug te kijken.
Maar soms was het ook confronterend.
Het 35-jarig huwelijksfeest van mijn ouders stond ook op die band.
Met de hele familie een middag kegelen met kinderen, broers/zwagers en (schoon)zussen. Een zaal vol ooms en tantes en wat hadden we een lol met elkaar.  Mijn broer en ik, allebei dertigers, zaten naast elkaar te ginnegappen; de Vrieswijken en de Boelens zaten gemengd aan lange tafels, troefden elkaar af als het ging om kegelprestaties en tetterden en schetterden vrolijk door elkaar heen.
“Daar heeft ook iedereen zo’n lol en zo’n lawaai, net als bij ons altijd!’ constateerden onze dochters.
“Ja, het is immers ook familie van ons.”
Zij dachten dat die luidruchtige herrie alleen van de Waninge-kant kwam….

Maar naast al die vrolijkheid zag ik tafels vol mensen die er niet meer zijn.
Van de hele groep die we zagen lachen en praten zijn er nog 5 over, waarvan één in een beschermde woonvorm woont. Met de begrafenis van broer Jan in mijn achterhoofd zag ik ineens onze dierbare huidige familiekring.
Wij waren dit jaar 36 jaar getrouwd.
Over 25 jaar……

Kwetsbaar zijn we.
Daar zijn we goed van doordrongen.
Daarom koesteren we onze familie- en vriendenbanden.
Daarom vieren we alle verjaardagen en jubilea en daarom zoeken we elkaar als gezin regelmatig op.
Gistermiddag zaten we met z’n achten aan de oranje wortelstamppot.
Leve de koning!

Reageren

Pagina 232 van 396

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén