De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

10 augustus: Ost Friesland (2) – Bismarck en het eerste Duitse hunebed.

Op ons dagje uit in Ost Friesland* was Norden de tweede plaats die we aandeden.
Cor had van te voren al op internet gevonden dat daar een standbeeld van Bismarck (Duits staatsman/belangrijk voor de Duitse eenwording) stond. “Kunnen we daar dan ook even heen?”
Zeker. Toen we Norden binnenreden had hij het al gevonden!
We maakten een foto van hem en ‘de IJzeren Kanselier’ voor het thuisfront en gingen op zoek naar die Stadtmitte.

Verder was Norden eigenlijk niet heel bijzonder.
De stad is in de 2e Wereldoorlog gespaard gebleven voor bombardementen, maar er was geen sprake van een indrukwekkende Altstad.
Het leukst vonden wij de Italiaanse ijssalon en een Fantasy-winkeltje in de winkelstraat waar de (ons zeer bekende) piraat Klaus Störtebeker de wacht hield bij de ingang. (zie het blog over Klaus uit 2019).

Daarna zetten we koers naar Aurich. Daar ging het ons niet om de stad, maar om het hunebed dat daar te vinden is.
Cor is (net als ik) een liefhebber van deze oude grafmonumenten en heeft er in Nederland al heel wat gezien.
Dit was voor hem het eerste Duitse hunebed dat hij ging bezoeken.
Dit Großsteingrab is een ganggraf uit de Trechterbekercultuur; dit zijn de enige hunebedden in Ost Friesland die er nog zijn.
Het zijn restanten van wat ooit hunebedden waren. Van de één zijn nog drie stenen zichtbaar: dat heet in de volksmond ‘Brot, Käse und Butter’. Van het andere dat er pal naast lag was niet veel over. Er is daarom een aantal jaren geleden besloten om van het ene hunebed een educatief hunebed te maken. De paar stenen die er nog waren zijn als basis gebruikt en dat heeft men aangevuld met grote stenen uit Mecklenburg Vorpommern.
Langs het hunebed is een pad aangelegd met informatieborden over de Trechterbekercultuur en de bijbehorende hunebedden.
Op één van de bordjes stond: ‘die originalen Steine der Großsteingräber in Nord Deutschland und der region Groningen wurden zerschlagen, geraubt, oder für andere Bauwerke verwendet, oftmals warscheinlich auch für Kirchen.’
Waarschijnlijk ook voor de Catharinakerk in Roden dus.
Waar we in Greetsiel en Norden geluk hadden met het weer (het begon te regenen als wij in de auto stapten), hadden we nu pech.
Het plensde, maar gelukkig niet heel lang.
De educatieve wandeling werd aan weerszijden gemarkeerd door een afbeelding van een man een vrouw uit de steentijd, je ziet ze hier naast de tekst staan.
Onderaan het blog zie de foto die ik maakte van het gerestaureerde hunebed vlak na de regenbui. Meer weten over deze locatie? Hierbij een link naar een artikel hierover op de website ‘Hunebed Nieuwscafé’.

Na deze hunebedden stelden we onze navigatie in op ‘Leer’.
Op zoek naar een Schnitzel.

* Klik hier voor deel 1 over Greetsiel.

Reageren

9 augustus: Familie.

Op YouTube ontdekte ik een aandoenlijk filmpje van een klein eendenkuikentje dat aan de rand van een stuwmeer van de waterval afkukelt.
Men had het de titel ‘Family’ meegegeven.
Hierbij een link naar de video.

Mammaaah…..!

Reageren

8 augustus: Enchilada’s met een romige salsa

Gerard bemoeit zich niet echt veel met wat we eten; meestal kookt hij op woensdag (dan heb ik een lange werkdag), maar op de andere dagen zorg ik meestal voor het eten.
We overleggen samen op zondag wat er de komende week op het menu komt te staan: wat hebben we nog in de tuin, wat hebben we nog in de diepvries, wat gaan we halen van de supermarkt.
Neem van mij aan: wij eten niet spectaculair. Ik probeer wel eens wat nieuwe dingen uit, maar hele gekke combinaties of groenten die ik niet ken maak ik niet klaar. ‘Wat een Drent niet kent’….  een variatie op het bekende spreekwoord van de boer.

Twee maanden geleden scheurde Gerard een stukje uit de krant en zei: “Dit lijkt me lekker! Dat wil ik wel eens eten.”
Dan ligt het op het puntje van mijn tong om te zeggen: “Nou, ga je gang” maar dat zou beslist niet aardig zijn.
Bovendien: ik ben dan wel een voorzichtige Drent, maar hou wel van iets uitproberen, dus ik waagde me er aan.
‘Enchiladas met een romige salsa’ stond boven het artikel; het was geschreven door diëtist Hilly Lautenbach en het stond in het Dagblad van het Noorden van 20 mei j.l.

Maar.
Er moest sambal in.
Dat eet ik nooit, want een klein beetje is mij al veel te scherp.
En mais.
Dat vind ik niet lekker, ik ben dan ook een ‘knien’*, zoals we hier in Drenthe iemand noemen die kieskeurig is met eten.
Maar ook zonder die twee bestanddelen was het heel lekker; zo lekker dat het recept nu in mijn bewaarmap zit.
Op de afbeeldingen links zie je de vulling die in de wraps gaat.
Daar moest sap van een halve limoen in; ik had nog nooit een limoen in huis gehad.
Ook van gerookte paprikapoeder had ik nog nooit gehoord, moest er ook in,
De tomaten in blik verving ik door echte tomaten.

De romige salsa was heel simpel te maken en ontzettend lekker, daar  moest o.a. die andere halve limoen in.
Op de afbeelding links zie je hoe het er op ons bord uitzag.
Voor herhaling vatbaar dus!

Ik vond het volledige recept op de website ‘Hilicous’ van Hilly ‘herself’.

*konijn.

Reageren

7 augustus: Stempel.

Gistermiddag had ik toeristendienst in de Catharinakerk; dat was niet op de gebruikelijke zaterdag, maar op zondag in verband met de pilot Hop-on-hop-off paardentram.
Eén van onze vrijwilligers vond trouwens dat die naam onmiddellijk moest worden gewijzigd in ‘Stap in – Stap oet’; daar ben ik het natuurlijk volledig mee eens.
Er kwamen twaalf gasten die een kaartje hadden gekocht voor die paardentram, maar het leeuwendeel van de toeristen, 50 maar liefst (!), kwamen ‘los’ ‘binnenlopen. “Wat fijn dat de kerk open is!””
We hadden het zo druk dat we niet aan theedrinken toekwamen.

En natuurlijk was er ook nu weer iets bijzonders: er kwam een meneer bij ons met de vraag of onze kerk ook een stempel had.
Hidde wist dat dat inderdaad het geval was.
“Zou ik die stempel in mijn boekje mogen?””
Het bleek dat die meneer de route naar Santiago de Compostello al voor een deel had gelopen en hij had van alle kerken op die route foto’s gemaakt én een stempel in zijn boekje gekregen.

Bijzonder balboekje

Daar stond Aaltje natuurlijk met de neus bovenop.
Zo’n bijzonder balboekje had ik nog nooit gezien, dus ik maakte foto’s van het boekje, de serie stempels en het zetten van de stempel van ‘onze Catharina’.
Daarna zagen we een aantal foto’s die onze gast onderweg had gemaakt. Prachtige kathedralen en indrukwekkende, gebrandschilderde ramen, wat mooi om te zien!

Gelukkig is onze Catharina niet jaloers aangelegd.
Zij hoeft het niet te hebben van pracht en praal, maar koestert haar eigen kwaliteiten, die wij als gidsen met liefde voor het voetlicht brengen.

Reageren

6 augustus: Ost Friesland (1) – Greetsiel.

Ieder jaar gaan we een dag uit met Cor, zoon van mijn broer  en schoonzus.
Toen hij jonger was gingen we nog naar dierentuinen enzo,  maar inmiddels is hij bijna 20 en zoeken we iets uit wat zijn interesse heeft.
Het zal je niet verbazen: Cor houdt van geschiedenis.
Dit jaar kozen we voor een bezoek aan Ost Friesland; daar waren we zelf ook nog nooit geweest.

Eerst maar een klein stukje geschiedenis. In de vroege middeleeuwen maakte deze streek in Duitsland deel uit het vrije Friese rijk; vrij in de zin van ‘zonder feodale heersers’. Het besloeg het het hele kustgebied van de Noordzee in Noord Nederland en Noord Duitsland.
Ze hadden wel een gezamenlijke wetgeving en de vertegenwoordigers van de afzonderlijke gebieden troffen elkaar jaarlijks bij de Upstalboom in Aurich. De voertaal was Fries, maar werd in de loop van de tijd vervangen door het Nedersaksisch, omdat dat de taal het Hanzeverbond was. Dat gebeurde ook in Groningen en haar ommelanden.
Met Cor hebben we het er in de auto nog over gehad hoe bijzonder het is dat de Friezen die nu Friesland bewonen hun taal hebben weten te behouden. Wil je daar ook meer over weten? Hierbij een link naar een artikel daarover op Kennislink.

We begonnen in het havenstadje Greetsiel, een schilderachtig dorpje dat ontstond aan de Leybocht in de 14e eeuw.
We hadden een thermoskan met koffie en kadetjes mee en we begonnen op een bankje op de dijk in de haven. Er legden boten aan, er voeren boten weg en we kregen bezoek van een meeuw die zeer geïnteresseerd was in onze broodjes. Op de afbeelding hiernaast zie je het haventje met in de verte de sluis, waar het dorpje haar naam aan dankt: siel = sluis.
Het is maar een klein plaatsje, maar het was er gezellig druk.
We vonden de kerk en de oude school op het hoogste punt in het dorp: duidelijk net zo’n wierde/terp als in het noorden van ons land.
Voor de kerktoren, die apart van het kerkgebouw stond, zagen we in het plaveisel een mozaïek van een schip (zie afbeelding links).  Het leek verdacht veel op de Kamper Kogge die we donderdag op de IJssel zagen varen!

Waar het gezellig druk is, zijn ook altijd veel winkeltjes.
Op de ronkende websites van de kottertochtjes die je kunt maken vanuit de haven van Greetsiel wordt gesproken over ‘Duits Volendam’.
We kochten nog een gebakken vissie en wandelden door het dorpje en langs de haven terug naar de auto.
En dit was nog maar het eerste deel van de dag!
We gingen ook nog naar de plaatsen Norden, Aurich en Leer: wordt vervolgd dus.

Reageren

5 augustus: Blogbouwstenen (11) – Levenstips.

Onder mijn computerscherm ligt een mapje waarin ik briefjes, kaartjes, kalenderblaadjes en notities bewaar waar ik ooit bij dacht “misschien schrijf ik hier we eens een blog over”.
Speciaal daarvoor maakte ik de rubriek ‘Blog-bouwstenen’.
Deze week kwam ik weer het briefje tegen dat ik al drie jaar bewaar (zie afbeelding).

Levenstips.
Als ik ze doorlees denk ik:  o ja.
“Been there, done that.”
Het 60-plus gevoel.
En toch…… als ik de tijd neem, ze nog eens doorlees en stil sta bij iedere afzonderlijke tip denk ik: niet verkeerd om toch eens bij stil te staan.

Want verandering omarmen? 
Ik ben al van slag als mijn supermarkt niet meer mijn favoriete kaas en worst verkoopt.
Maak ik mij geen zorgen over wat mensen over me denken?
Ik wou dat ik dat kon, want dan zou ik mijn benen niet meer scheren.
Investeer ik in goede relaties? 
Dat doe ik al best wel, maar toch heb ik hierbij nog vaak het gevoel dat ik tekort schiet.
Ben ik alleen verantwoordelijk voor mijn leven?
Ja, maar mijn leven is zo verbonden met dat van Gerard, onze dochters en de vele anderen die mij lief en dierbaar zijn, dat ik altijd rekening houd met wat mijn beslissingen en daden voor hen betekenen.
Durf ik om hulp te vragen?
Als het echt niet anders kan. Aaltje denkt vaak dat ze alles wel alleen kan en vooral: beter kan.
Geef ik aan mezelf toe dat ik het even niet zie zitten? 
Niet vaak. Het is toch al gauw ‘weer de positieve kanten opzoeken en gaan met die banaan’.
Niet blijven hangen in het negatieve betekent niet dat je er helemaal geen aandacht voor hoeft te hebben.
Durf ik de lat hoog te leggen?
Dat zit niet zo in mijn genen. Blinde ambitie is mij vreemd. Ik wil het eigenlijk vooral een beetje leuk hebben.
Inspanningen wil ik best leveren, maar het moet niet te ver buiten mijn comfortzone liggen.
Hard werken is prima, maar dan wel op manier dat ik er ook plezier aan beleef.
Maak ik tijd voor een wandeling?
Van oktober tot maart maak ik iedere dag een wandeling omdat dat moet van Erik Scherder.
Daarin wordt ik gesteund door de ‘Ommetjes-app’.
Maar soms tegen heug en meug.
En ’s zomers fiets ik liever.
Beperk ik mijn dagelijkse to-do-lijst?
Nee, dit is echt wel een verbeterpuntje; ik wil altijd meer doen op een dag de beschikbare tijd toelaat.
Bouw ik bruggen?
Dat probeer ik wel. Maar ik zit ook nog vaak verschansd achter mijn eigen opgeworpen barricaden.
Durf ik mezelf uit te dagen?
Ja. Deze website is daar een sprekend voorbeeld van.
Sta ik vroeg op en geniet ik van de tijd en de rust voor mezelf?
Te weinig; ik ben een avondmens en geniet intens van uitslapen.
Maak ik plezier?
Ja.
Vertrouw ik mijn instinct?
Bijna altijd.
Vertraag ik?
Ja; min of meer gedwongen door mijn leeftijd…

Zie je wel?
Niet verkeerd om er toch eens bij stil te staan.

Meer ‘blogbouwstenen’ lezen?
Je vindt een tabblad onder ‘Lezen’ in de menubalk.

Reageren

4 augustus: Aaltjes in Kampen.

Op onze jaarlijkse Aaltje-dag zocht ik met schoonzus Ali de hanzestad Kampen op.  De oplettende bloglezer zal zich misschien herinneren dat ik daar in het najaar al met mijn broer (zie ‘Brusdag‘) was. Je zou denken ‘dan heb je de stad Kampen toch al gezien?’ maar dat is maar ten dele waar.  Ja, we liepen hetzelfde stukje langs de IJssel en we bekeken de drie oude stadspoorten, waar ik weer net zo van onder de indruk was als in november (zie ‘Ontsnappen uit een stadspoort‘)

Maar verder…. was het een andere beleving.  We begonnen trouwens wel in dezelfde Konditorei, maar deze keer zaten we buiten op het zonnige terras.  Met koffie en een advocaatbol. Nog lekkerder dan dat hazelnootschuimgebak, Henk!

We liepen de Hanzestadswandeling en begonnen met een wandeling naar het midden van de IJsselbrug.  Van daaruit hadden we een geweldig uitzicht op de rivier. We zagen zelfs de Kamper Kogge varen; dat is een zo authentiek mogelijk evenbeeld van een handelsschip uit de veertiende eeuw. Vrijwilligers van de Stichting Kamper Kogge zetten zich op allerlei manieren in om het schip – de enige varende kogge in Nederland – in de vaart te houden en zo een bijdrage te leveren aan de cultuurhistorie van de Hanzestad Kampen en het varend erfgoed van Nederland. Meer weten? Hierbij een link naar hun website.

De grote Bovenkerk was ook open. Tegenwoordig sta ik bijna wekelijks te gidsen in de Catharinakerk bij ons op de Brink in Roden, maar deze kerk is toch echt wel wat groter en indrukwekkender. Ook in die kerk heeft de beroemde orgelbouwer Hinzs een orgel gebouwd. Hierbij een link naar de website van de Bovenkerk; bekijk dan vooral ook even het filmpje dat daar op staat, dan zie je wat wij gistermiddag hebben gezien.
Bovendien zie je dan een prachtige opname van de stad Kampen vanuit de lucht.

Maar met Ali ga ik natuurlijk ook even naar de Hema.
Waar we in verband met een storing niet konden pinnen, zodat we op zoek moesten naar een pinautomaat.
Lang leve Google-maps.
En naar de Xenos.
En twee handwerkwinkeltjes! Dat heb ik met mijn broer toen natuurlijk niet gedaan, die heeft andere interesses. Sigaren bijvoorbeeld.
We genieten van kleine, pittoreske steegjes waar bloemen de sfeer bepalen, wijzen elkaar op oude, scheefgezakte gevels, mooie Jugendstill-details boven ramen en zoeken op het verfrommelde en natgeregende plattegrondje naar de naam van een oud gebouw.
Verder moeten we natuurlijk het werk, de kinderen, de toestand in de wereld én alle nieuwtjes binnen de familie Waninge bespreken, dus daar nemen we uitgebreid de tijd voor tijdens, koffie-, thee- en lunchpauzes.
Een beetje verregend maar helemaal op de hoogte van Kampens Hanze-verleden en helemaal bijgepraat zochten we de auto weer.
Een dagje oude Hanzestad: wat heeft Nederland ons veel te bieden op het gebied van geschiedenis!

Benieuwd wat we deden op voorgaande Aaltje-dagen?

2022 Aaltje-pad in Smeerling & klooster Ter Apel
2021 Appingedam
2020 Zoutkamp & Peasens-Moddergat
2019 Groningen 
2018 Harderwijk – Marius van Dokkum
2017 Amsterdam –  Hermitage
2016 Deventer stadswandeling
2015  Zwolle stadswandeling

 

Reageren

3 augustus: Nu nog?!? – 20 Tel uw zegeningen.

Dit is het laatste deel van de blogserie ‘Nu nog?!? ‘ die ik heb geschreven over mijn beugeltraject.
Sinds een week of wat heb ik nu een nachtbeugel voor mijn bovengebit. Voor het ondergebit hoeft dat niet, daar heeft Martijn een spalkje geplaatst.  De beugel voor ’s nachts is gemaakt van hetzelfde materiaal als de bitjes die ik hiervoor droeg, maar hij is 0,2 milimeter dikker, waardoor hij niet zo snel stuk gaat. Ik merk niet eens dat ik hem in heb….

En hiermee is dan het beugelverhaal afgelopen.
Het duurde lang (1 jaar en 11 maanden), maar het is wel heel mooi geworden.
Men heeft mij ervan overtuigd dat het vooral op latere leeftijd van groot belang is dat je je gebit goed schoon kunt houden.
Ik zie het als een investering (tijd, geld en energie) voor mijn oude dag.
Mijn vader had al voor zijn vijftigste een kunstgebit en hij heeft me op het hart gedrukt om toch vooral mijn best te doen om mijn eigen gebit zo lang mogelijk te houden.

Dinsdagmiddag was ik voor het laatst bij fysiotherapeut Jarco, waar ik regelmatig kwam voor de behandeling van mijn schouderblessure.
Op 7 juni blogde ik daar al over onder de titel Eén bijverschijnsel.
Het is nog niet helemaal over, maar we houden op met masseren en ‘de pijn opzoeken’. Vorige week was de pijn al bijna weg, maar na Jarco’s  behandeling had ik er de volgende dag weer veel last van…… een beetje de omgekeerde wereld.
Advies: langzaam de dingen als haken, breien en accordeon spelen weer oppakken en de dingen afwisselen, dus niet uren achter elkaar dezelfde beweging maken.
Ja dokter.

En hiermee begint voor mij een (hopelijk) wachtkamerloze periode.
In de blogserie ‘Voeg leven toe aan de dagen’ was de titel van deel 8 ‘Hulpmiddelen. Ook voor jou!
Ook in mijn leven zijn er in de loop van de jaren al wat hulpmiddelen binnengeslopen, daarover schreef ik al verscheidene blogs.
Je las over de staaroperatie en de bijbehorende nieuwe bril en over de beugel.
Verder draag ik al een aantal jaren steunzolen, gebruik ik dagelijks medicatie voor mijn hart en ondersteunt een ring mijn baarmoeder, die in de overgang voor problemen begon te zorgen.
Maar…..nog geen rollator en ook nog geen hoorapparaat!

Daarbij prijs ik me gelukkig dat ik in Nederland woon, waar je met een ouder wordend lijf langzamer aftakelt, omdat er nog ‘zoveel aan te doen’ is.
En ja, daar betaal ik zelf wat voor, maar het leeuwendeel wordt vergoed door mijn ziektekostenverzekeraar.
Tel uw zegeningen.

Reageren

2 augustus: Ol’eerpels.

Mien moe haar een gruwelijke hekel an oale eerappels, in heur bewoording ‘ol’eerpels’.
Vroeger haalden mien olders altied een winterveurraod eerappels uut de polder; dan gungen wij met de Opel-Kadet-stationcar naor de Noord Oostpolder en weur de kattebak volladen met appels, boerenkool, spruuten en een paar mud eerappels.
In juli waren die miestal nog niet op, maor dan haar de gruunteboer wel al neie eerappels te koop.
Dat was moeilijk veur mien moe, want zij verheugde zöch op de neie oogst.
“Wij hebt de ol’eerpels nog niet op. Ik ben toch zo flauw van die olle, zachte proemen! Moe’j kieken hoeveul zwarte plekken der op zit en hoeveul a’j der of moet snieden!”
Maor in die tied (jaoren ’70) gooiden ie maor zo gien eten weg, dus mien moe maakte wat vaker slaatje en stamppot.
Ze schelde de eerappels ’s mörgens al en zette ze dan nog een paar uur in kold water weg “dan wordt ze nog weer wat steviger”.

Toen mien moe weduwe weur, gunde ze zöchzölf an het begun van de zommer al neie eerappels.
Zo gauw as die veurraodig waren koch ze die.
En waor ze eigenlijk altied vrij zunig was in heur uutgaven: neie eerappels muchten wat kosten.
Ze betaolde rustig € 4,- veur een kilo neie Opperdoes, terwijl de oale Bildstar nog in de schappen lag veur € 0,50.
“Ik heb gien auto en gien caravan en ik gao nooit op vekaansie: ik wil lekkere eerpels op mien bord!”
En geliek haar ze.

Vanmorgen stun ik bij ’t aanrecht het leste ressie oale eerappels uut de kelder te schellen en mus ik met een glimlach

…uut de kiemen alweer neie eerappelties….

an mie moe denken en heur gemopper op die ‘olle, zachte proemen!’
Sommige eerappels waren al zo oald, dat uut de kiemen alweer neie eerappelties gruiden….
En inderdaod, zwarte plekken en veul afval.
Vandage stamppot andievie, mörgen ovenschotel met vis en broccoli: oale eerappels OP.
Want ik bin opvoed deur mien moe, dus ik gooi maor zo gien eten weg.

Reageren

1 augustus: Advies.

Aan het einde van het nieuwsbulletin gistermiddag om 17.00 uur zei de nieuwslezer: “En dan schakelen we nu over naar weerman Marco Verhoef voor een ‘slecht-nieuws-gesprek’……
Op Instagram zag ik een post van een Spaanse toerist hier in Nederland.
Hij zag fietsers met blote armen en benen in de regen fietsen en had daar een foto van gemaakt.
“On their bike in the rain. The weird Dutch: “We’re not made of sugar..!”
Vanmorgen sprak ik collega/vriendin Jacquelien die nuchter constateerde dat ze niets te klagen had.
“Ik zit niet met drie kinderen in een voortent op een camping, ik heb een dak boven mijn hoofd en als ik wil kan ik zelfs de kachel aanzetten.”
Zo ist.
Jammer, maar het is niet anders.

Omdat het eigenlijk alleen maar negatief is als het over ons Nederlandse zomerweer gaat, stuur ik je vandaag door naar een video op YouTube onder de titel: “How to survive the Dutch weather.”
Deze video tovert gegarandeerd een lach op je gezicht; herkenbaar en ontzettend grappig.
Hierbij een link: geniet er van.
We zitten niet veel buiten op Waninge Plaza en de bloemen in de tuin staan een beetje te verpieteren.
Dit weekend maakte ik al een klein bloemstukje voor één van de dochters en gistermiddag haalde ik een paar mooie bloemen naar binnen zodat we er toch nog een beetje van kunnen genieten.

Mijn advies op deze eerste, verregende dag in augustus: denk als Jacquelien én…..zet de bloemetjes binnen!
En het allerbelangrijkste: zeur niet over het weer.

Reageren

Pagina 55 van 367

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén