een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Alledag Pagina 6 van 249

3 maart: Jamaicaballen van bakker Punter.

Het stond al een tijdje vast: zaterdag 3 maart zag ik het clubje Mavo vriendinnen uit de jaren 1973-1977 weer.*
Deze keer waren we te gast  bij Annie, zij woont in Joure.  Het is verbazingwekkend hoe genoeglijk je uren bijpraat nadat je elkaar anderhalf jaar niet hebt gezien. Koffie, taartje,  lunch: het was maar zo 14.00 uur.

“Zullen we nog even een stuk wandelen?” stelde Annie voor.
Nou,  dat was beslist geen straf,  het was gisteren immers prachtig weer.  We liepen naar het centrum van Joure en bezochten eerst de katholieke kerk waar Annie pastor is en we namen een kijkje in haar werkkamer.
Daarna wandelden we door de Midstraat, de belangrijkste winkelstraat in Joure.
Joure is geen stad, maar wel te groot om een dorp te worden genoemd. Naar Oud-Friese traditie wordt zo’n plaats een flecke genoemd.
We liepen met z’n vijven in het voorjaarszonnetje te genieten van het mooie weer!
We wipten even naar binnen bij de Wereldwinkel én we bezochten ook de het kruidenierswinkeltje ‘de Witte Os’ van Douwe Egberts, wat nu een museumwinkel is geworden. (zie afbeelding hiernaast).  Daar kon je naast thee ook koffie en snuiftabak kopen. En ouderwetse snoepjes.
Ik vond een zakje ‘sneeuwcaramels’: witte, poederachterige bollen.
“Zouden die net zo smaken als die Jamaicaballen die we destijds kochten bij bakker Punter?”
Punter en zijn vrouw hadden een banketbakkerij naast de MAVO in de jaren ’70 en in hun winkeltje was het vooral altijd heel druk tijdens de schoolpauzes.
“Daar kom je maar op één manier achter” zei Gea kordaat en zij kocht zo’n zakje.
Even laten stonden we op de stoep van het winkeltje met elkaar de sneeuwcaramels te proeven.
“Lekker!”
“Ja!”
“Maar niet dezelfde als de Jamaicaballen van Punter” en we deelden onze smaak herinneringen: die waren groter, die binnenkant was hard en smaakte zoeter, die plakten zo vast aan je gebit……”
Toen kregen we het ook nog even over die heerlijke, zoete puddingbroodjes. En die warme broodjes met een pennywafel er tussen.
“Ik zou het denk ik nu niet eens meer zo lekker vinden” merkte iemand op.
Nee, die pennywafel misschien niet, maar zo’n puddingbroodje……..
50 jaar geleden al; je kunt het je amper voorstellen.

Halverwege de wandeling ging de jas open en de knoopte ik mijn sjaal los; het was gewoon te warm.
Er waren al wat terrasjes open, overal stonden krokussen te bloeien en mensen waren al bezig in hun tuin.
Voorjaar.
Na de thee spraken we af dat we elkaar de volgende keer bij mij ontmoeten. “In de zomer van 2025 stuur ik een groepsapp, dan plannen we een datum!”
IJs en weder (en corona) dienende.

*meer weten? Klik hier voor het verslag van oktober 2022, van daaruit kun je doorklikken naar voorgaande edities.

Reageren

1 maart: Afscheid.

Vanmiddag was de afscheidsplechtigheid van Ger Vrieling, het PKN-gemeentelid dat ik regelmatig opzocht in de Hullen.
In 2010 werd hij getroffen door een herseninfarct; vanaf toen was hij aan de rolstoel gekluisterd.
Wat ik van hem heb geleerd is dat lichamelijk herstel één kant van het verhaal is, maar dat het mentale herstel een kant is die vele malen moeilijker is.
Het ontmoeten van andere mensen, mensen die hij vroeger had gekend, vond hij in het begin moeilijk.
Het oppakken van sociale dingen was lastig. Hij worstelde met zijn emoties en dat vond hij verschrikkelijk.
Hij zat met een gezonde geest in een gehandicapt lichaam en had moeite met de manier waarop hij door sommige mensen werd benaderd ‘alsof ik niet goed bij mijn hoofd ben’.
Maar hij zette door. Ging naar gespreksavonden, koffiebijeenkomsten, kon in het weekend naar huis, ging wekelijks zwemmen met z’n zoon, en ging zelfs af en toe naar het theater.

Als ik hem opzocht gingen we in het begin meestal even weg: eindje wandelen of fietsen en ergens een terrasje pakken
Verder deden we vaak een spelletje Triominos.
Toen hij nog zelfstandig kon staan gingen we af en toe samen op de duofiets een stuk fietsen.
“Wat wil je?” vroeg ik hem eens toen ik wilde weten welke kant we op zouden fietsen.
“Het liefst zou ik zelf het stuur in handen hebben” was het onverwachte antwoord.
Daar hadden we destijds een heel gesprek over.
Dat hij het stuur over zijn hele leven uit handen had moeten geven en hoe moeilijk dat was.

Na Gerda’s overlijden heb ik hem nog twee keer bezocht.
“Mijn hoofd zit nog zo vol verdriet…” zei hij en dat straalde hij ook uit.
We deden nog wel een spelletje, maar bij hem was de concentratie er niet meer.

Als iemand wordt opgenomen in een instelling, dan voelt dat als ‘worden opgesloten’.
Wat dan helpt is dat de samenleving waar iemand deel van uitmaakte die persoon blijft bezoeken.
Ophalen.
Meenemen.
Samen dingen doen.
Ger’s gezin, familie, vrienden, buren en ook gemeenteleden bleven hem trouw bezoeken.
Het doet er toe; daardoor blijft iemand onderdeel van de maatschappij en hoort hij/zij er bij.
Ger heeft laten zien dat het echt niet meevalt om als minder valide door het leven te gaan, maar dat het de moeite loont om te revalideren en te rehabiliteren. De omgeving is daarbij ontzettend belangrijk

Hoe belangrijk bleek vorige week woensdag, een paar dagen voor zijn overlijden, toen hij al twee dagen op bed lag: hij wilde eigenlijk nog wel graag naar het koffiedrinken van de kerk.

Vanmiddag stond ik bij zijn graf en heb ik afscheid genomen van Gerrit Albert Vrieling.
Met respect en bewondering zal ik blijven terugdenken aan mijn vriendschap met deze doorzetter die mij zo veel heeft geleerd over acceptatie, veerkracht, trouw en doorzettingsvermogen.

Reageren

28 februari: Woorden.

Als fervent blogger heb ik zelf ook een paar blogs die ik volg, o.a. ‘Dagelijkse (onzin)Dingen’ van Annemarie.
Ze is zelfs al een keer gastblogger geweest op deze website in de rubriek Lezer van de maand.
Lees hier nog eens haar ontroerende verhaal.

In maart 2022 is Annemarie’s man plotseling overleden.
Dit schreef ik er toen over:
– Op zaterdagmorgen na de wekelijkse Zumba  las ik het blog ‘Dagelijkse (onzin) Dingen‘. Een blog van een mevrouw net als ik; ze blogt niet dagelijks, maar wel gezellig, veel over handwerkdingen en af en toe over haar dagelijkse leven. Vrijdag had ze dit gedeeld met haar lezers: Vanmorgen vroeg is geheel onverwacht mijn allerliefste lief overleden. Krap 6 weken na zijn 60e verjaardag moeten we hem voor altijd missen.  Zoveel liefde en nu zoveel verdriet!
Ik schrok er gewoon van. Zo onverwacht. Onvoorstelbaar. Die ochtend schreef ik een reactie met een condoleance bericht en probeerde de draad van de dag weer op te pakken, maar ik kreeg het bericht niet uit mijn gedachten. En nee, ik ken haar niet persoonlijk en haar man ook niet, maar door haar blogs heb ik haar toch wat beter leren kennen.

Inmiddels zijn we bijna twee jaar verder.
Gisteren had ik een vrije dag en had ik tijd om even ‘de favorieten’ bij te lezen.
Wat ze schreef trof me.
Dat het 23 maanden en één dag geleden was dat haar man was overleden.
En dat iemand zei “Oh dus twee jaar al. Ja bijna twee jaar. Tja dan zal het toch een soort van makkelijker worden, denk ik, dan zal het verdriet toch………” en toen stopte de gesprekspartner.
Met de voor haar kenmerkende humor schreef Annemarie daarover: “Haar niet uitgesproken woorden lagen zomaar, pats, tussen ons in op de tafel. Die woorden lagen daar alsof we scrabble zaten te spelen en Wel, Over en Zijn nog in het spel moesten worden gelegd om het spel af te ronden. Klaar! Over! En door!

Dan zal het toch wel over zijn.

Het blog dat Annemarie schrijft is een blog dat iedereen zou moeten lezen.
Daarom hierbij een link naar naar verhaal ‘23+1
De afbeelding die bij haar blog staat zegt alles.
‘Mensen denken dat rouw minder wordt gedurende de tijd.
Wat echt gebeurt is dat we groeien om ons verdriet heen.’

 

Reageren

27 februari: Pottenbakker

Jeremia komt dezer dagen regelmatig voorbij.
We lezen uit het door hem geschreven bijbelboek aan de hand van het bijbels dagboekje na het eten en ook zondagmorgen ging de preek over hem.
Zijn naam heeft geen positieve klank; van ‘Jeremia’ zijn de woorden jeremiëren en jeremiade afgeleid.
Jammeren, klagen, dat is waarom hij bekend staat. Hij was een profeet van God kort voordat Jeruzalem viel in 586 voor Christus. De profeet krijgt van God de opdracht om het volk op te roepen om zich te bekeren.

We lazen het bekende stukje over de pottenbakker die een mislukte pot in elkaar drukt en van de klei een nieuwe pot gaat maken.
Elly & Rikkert Zuiderveld zongen er in 1981 er al over, hierbij een link naar het liedje ‘Zoals klei in de hand van pottenbakker
Wat ik uit de preek zal onthouden is het beeld van die mislukte pot, waarvan door de pottenbakker een nieuwe pot wordt gemaakt.
Het is in ons leven de bedoeling om recht te doen en trouw te betrachten.
Zorg voor wat kwetsbaar is en voor wat aan jou is toevertrouwd.
We doen allemaal ons best, maar onze goede bedoelingen mislukken wel eens.
De dominee zei daarover: “La
at je niet verwarren als het een keer mislukt; door wat uit je handen is geglipt, door boosheid of door je domme fouten. Je kunt opnieuw beginnen.”
Dus: accepteer dat het niet goed is gegaan, frommel die klei in elkaar en maak een nieuwe pot.

In de kerkdienst werd het overlijden afgekondigd van Ger Vrieling.
Van zijn dochter had ik al gehoord dat het niet goed ging, zondagmorgen vroeg is hij overleden.
Na het plotselinge overlijden van zijn vrouw Gerda eind november (daarover schreef ik vorig jaar het blog ‘Opeens is alles anders‘)
was hij een gebroken man. Hij zat al twaalf jaar halfzijdig verlamd in een rolstoel in de Hullen en al die tijd had hij geprobeerd om nog iets van zijn leven te maken. Na het overlijden van Gerda gaf hij de moed op.
Nog twee keer heb ik hem opgezocht en ik zag hoe hij achteruit ging.

Ger zag God als pottenbakker.
Toen Gerda overleed zei hij: “De mens wikt, God beschikt.”
Dat zei hij ook al toen ik hem voor eerst na de hersenbloeding opzocht.
Hij aanvaardde zijn lot.
Zijn overlijden is in zekere zin een opluchting; nu hoeft hij niet meer te vechten.

Reageren

26 februari: Bakkie veur de botties.

In oonze agenda’s stun op de leste zaoterdag van febrewaori: Spellegiesaomnd met de vrienden.
Wij zollen nou eindelijk ies Monopoly versie Assen gaon speulen.
Dunderdag stuurde ik al een appie in de groepsapp: zal ik appeltaorte of kwarktaorte metnemen?
Ja lekker!
Maor dan wee’j nog niet wat ze ’t lekkerst vind.
Ik zette een poll op in de groep met drie meugelijkheden: appeltaorte, kwarktaorte of gien voorkeur.
Toen was ik der al snel achter: ’t weur appeltaorte. Met slagroom.

Toen wij binnenkwamen zaten de anwezigen al um de grote taofel, want dat is neudig a’j een spellegie gaot doen.
Maor eerst mussen wij netuurlijk bijproaten.
Man, wat is ’t ja nat overal.
Ien stel had water under de vloere.

afbeelding: www.kippiepan.nl

En bij een aander paar was der een sinkhole ontstaon achterthuus: tegels en zaand waren deur de overvloedige regenval zomaor wegspuuld!
Wie zol DE MOL wezen?
He’j die TikTok-filmpies wel zien van die jongen die op RTV Drenthe was? Die was ok bij Radio 1! Die van die piratenmuziek!
Bij zukke gesprekken heb ik altied het idee dat ik under een stien leef: niks van metkregen.

Toen de koppies en gebaksbordties van taovel gungen, weur der een glassie inschunken en kwam der een grote panne op taovel te staon: een Kippie-pan.
Ok nog nooit van heurd!
Nou ja, heurd wel maor pruuft niet.
Nao het verorberen van een paar happies kwam al gauw de vraoge: “He’j ok een bakkie veur de botties?” De gastvrouw is het Drents niet machtig, maor ze redt zöch der prima met. Der kwam een bakkie veur de botties; twee zölfs.
Vervolgens verteul der iene verhaolen over auto’s die zomaor van de oprit of steulen weuden.
En da’j dus de autosleutels altied in een metalen bakkie in huus moet zetten, umdat ze aans met scanners het signaal van je autosleutels kunt opvangen. Wij gaot op zuuk naor een metalen bakkie.

Iene haar Jantinus en Roelie (uut Hoogersmilde netuurlijk) bij ’t ziekenhuus in Assen zien.
“Waorveur dan?”
“Ja. Dat he’k niet vraogd netuurlijk!”
O nee. Tuurlijk niet. Jammer ja.

Der kwam nog een lekker stukkie quiche veurbij en toen was het zomaor kwart over elf.
En stun het Monopolyspel Assen in de vensterbank nog in de deuze op oons te wachten.
Weer niet van kommen; eerlijk gezegd was der ok aal gien ruumte op de taovel….

Het deu mij denken an dizze vriendengroep tiedens oonze 40-jaorige jubileum-vekaansie in Marakech.
Toen zaten wij in zu’n all-inclusive-resort en kwamen ze oons ’s oamnds ophaolen veur het entertainment.
Wij gungen nooit met.
A’j met je olle vriendenclub um de taovel zit, he’j hielemaol gien entertainment neudig.
Beneid hoe dat toen gung in 2020?
Lees dan het blog dat ik daor destieds over schreef:  ‘Niet te animeren’

Gustermiddag kregen wij nog een appie.
“Hielemaol vergeten te zeggen: Marinus (ok uut Hoogersmilde)  hef ok in ’t ziekenhuus legen met een maagbloeding……”
Gieniene van oons woont meer in Hoogersmilde, maor het dörp blef een grote rol speulen in oonze gesprekken.

Reageren

25 februari: Oud-tante?

“Natuurlijk ga ik mee naar tante Trijn, zij is toch een beetje onze derde oma!” zei één van onze dochters een aantal jaren geleden.
Uit die opmerking ontstond na het het overlijden van mijn moeder een nieuwe traditie: de laatste zaterdag van februari is het ‘Derde-oma-dag’ en ga ik met onze dochters een dagje naar Klazienaveen.

Met twee dochters sprak ik af op de carpoolplaats bij Zuidlaren.
Daar was het een drukte van belang, want de F-jes van FC Zuidlaren speelden gisteren ‘uit’ en de autoverdeling van de stuiterende minivoetballertjes vond plaats terwijl ik even stond te wachten op mijn dames.
Op dat soort momenten ben ik blij dat ik geen moeder van jonge kinderen meer ben.
Derde dochter kwam vanuit Almelo naar Zuid-Oost Drenthe en zo zaten we gistermorgen met drie generaties aan aan de koffie.
Met z’n drieën vulden de dochters de bank en al beppend en kleppend vlogen de uren voorbij

Die generaties deelden elkaars werelden: de kleinkinderen en de katten, de hulp in de huishouding en de gebeurtenissen op het werk en  natuurlijk het breien/haken/borduren: “Wat ben je aan het maken?”
Neven Paul en Adriaan staken nog even ‘de kop um de deure’ en kwam met stoere verhalen over bier tappen tijdens de carnaval en een uur later kwam nog een vriend van de familie langs die jarig was en tante Trijn had gemist tijdens de koffievisite. Een gevalletje van ‘als Mohamed niet bij de berg komt….’

In tegenstelling tot voorgaande jaren gingen we niet lunchen in het dorp; deze keer liet tante Trijn een lichte maaltijd bij haar thuis bezorgen.
Lekkere broodjes met roomkaas, broodjes gezond, kip-saté, het was allemaal heerlijk.
Daarna wilden de dames nog even Klazienaveen in, tante Trijn en ik bleven thuis.
Hadden we even tijd om wat foto’s bekijken én het nog even te hebben over ons onderwerp: royalty.
“Kijk, ik heb de nieuwe Vorsten….”
“En dat er zóveel mensen waren op dat plein in Denemarken toen Frederik koning werd!”

Zo’n dag voelt als een mini-familiedag.
Elkaar weer even vasthouden en in de ogen kijken en genieten van elkaars gezelschap.
In de familieverhoudingen is tante Trijn de oud-tante van onze dochters; ze is immers een zus van mijn vader.
Maar dat klinkt wel héél ver weg.
Wij houden het op ‘derde oma’; op het kaartje dat bij de grote bos tulpen zat die we voor haar meenamen stond: van je bonus-(klein)dochters.

Klik hier voor het blog ‘Haar grote broer’ over deze dag in 2023. Onderaan dat blog kun je doorlinken naar voorgaande edities.

Reageren

23 februari: Helemaal niet zo verkeerd.

Eind januari werd ik ziek; daardoor kon ik niet naar de begrafenis van een aangetrouwde neef.
Sommige dingen kun je niet inhalen, maar een condoleance-bezoek natuurlijk wel, dus ik sprak met mijn nicht af dat ik haar zou komen opzoeken.
Was ik naar die begrafenis geweest, dan had ik de plechtigheid meegemaakt, had veel handen geschud van mensen die ik niet goed ken en had ik tijdens de koffie waarschijnlijk bij een tante en wat neven gezeten.

Gistermiddag reed ik naar Sleen, want daar woont ze.
In 2022 was ze met haar man van hun grote huis in Erm verhuisd naar het dorp en daar is ze nu erg blij mee.
Trouwens: wat een mooi dorp!
“Wat woon je hier op een prachtige plek!” vertelde ik haar bij onze begroeting.

Het was fijn om uitgebreid bij te praten.
Ze vertelde over de laatste weken: de val, de heupfractuur, de operatie en hoe het daarna snel bergafwaarts ging.
Over het hospice waar hij maar een paar dagen was.
“Het is goed zo” zei ze “hij wilde zelf niet meer”.
Uitgebreid vertelde ze hoe goed de periode was verlopen na het overlijden, hoe waardevol het afscheid was geweest en dat de kinderen en kleinkinderen zo mooi hadden gesproken tijdens de plechtigheid.
Maar als het rumoer rondom de dood van je liefste is verstomd moet je wel weer verder.

Dapper mengt ze zich weer in haar sociale kringen: naar de kerk, naar koffiedrinken, naar het koor.
Dochter en zoon komen regelmatig, er is familie die naar haar omkijkt dus het gaat goed.

Tussen de regels door hoor ik het gemis.
De stilte.
De lange avonden.
Het lege huis.

Achteraf bezien is het helemaal niet zo verkeerd dat ik niet naar die begrafenis kon.
Nu werd zij niet in beslag genomen door anderen in de condoleance-drukte, was de hectiek rondom het overlijden voorbij en hadden we met z’n tweeën ruimschoots de tijd om het over de afgelopen periode te hebben.
Maar natuurlijk ook over haar kinderen en kleinkinderen.
Over onze familie en haar zusjes.
En over vroeger.
Nicht is zo’n tien jaar ouder dan ik; toen zij trouwde was ik 11, dus ik heb daar destijds niks van meegekregen.
“Hoe hebben jullie elkaar eigenlijk ontmoet?”
Ze begon helemaal te stralen en vertelde dat haar man eigenlijk verkering had met haar vriendin en zij had verkering met een gezamenlijke vriend. Ze zouden een avond met z’n vieren ergens oppassen, maar die vriend en die vriendin bleken het samen heel gezellig te hebben, waardoor nicht door Albertus met de woorden “Wij stapt op!” werd meegenomen achterop op zijn brommer. “Vieftien was ik…”.
En zo is het gekomen.

En toen was het al weer heel gezellig.
Fijn dat er dan veel goede herinneringen zijn die je samen kunt ophalen.

Reageren

22 februari: Diepvriesbonen.

Wij hebben nogal wat porties bonen in de diepvries en eigenlijk hou ik niet zo van bonen.
Tenminste…..niet van diepvriesbonen; als ze ’s zomers vers uit de tuin komen daarentegen vind ik ze heerlijk.
In de loop van de jaren heb ik een aantal recepten verzameld die het eten van diepvriesbonen voor mij wat veraangenamen.
(lees: met ingrediënten die de smaak van de diepvriesbonen een beetje verdoezelen)
Denk daarbij aan de ovenschotel met spekbonen, shoarma-vlees en rösti, het combinatiegerecht spekbonen, krieltjes, gehakt en satésaus of de vegetarische schotel met bonen, macaroni, kerrie, uien en kaas á la Carlijn.

Dinsdag had ik een vrije dag en er stond de hele dag niets in mijn agenda.
Heerlijk.
Drie blogs geschreven, bovenverdieping grondig opgeruimd, gestoft en gezogen, keuken schoon, was aan de kant en nog tijd over.
Dan ga ik dingen bedenken.
We zouden eigenlijk nasi eten, maar dat eten we regelmatig.
Kunnen we niet iets anders met rijst doen?
Kip-kerrie met rijst?
Toen ik ging zoeken op internet vond ik dit recept.
Niet heel ingewikkeld en geen buitennissige ingrediënten.
Dat wil zeggen: ik liet het limoensap weg en deed er in plaats daarvan wat ananassap doorheen.

Lekkerrrrr!
Zo zag het er bij ons uit.

Reageren

21 februari: Kladiladi.

Week van de jaren ’60 op Radio 5!
De hele week oude, herkenbare muziek.
Je kon stemmen voor de Evergreen-lijst van de jaren ’60, maar daar ben ik mee gestopt.
In februari 2022 schreef ik er al eens een blog over: ‘Mijn jaren ’60 hoor ik niet terug‘.
Natuurlijk ben ik wel begonnen met die stemlijst, maar ik had er al snel tabak van: Corry Brokken stond er niet eens in!
En Freddy Quinn ook niet!
Die kun je natuurlijk wel als ‘vrije keuze’ invullen, maar dat heb ik de vorige keer ook al gedaan en ik voel me een roepende in woestijn.
Naar mijn bescheiden mening is de keuze te eenzijdig en veel te veel Engels. In die jaren was de muziek die ik hoorde voornamelijk Nederland, Duits en Frans.
Döt ok niks.
Ondanks dat het niet helemaal mijn smaak vertegenwoordigt, geniet ik wel erg van deze week.

Gistermorgen was er een leuk item bij Bert Haandrikman; het ging over de afkortingen die studenten tegenwoordig gebruiken.
“Vrijmibo: kladiladi!”
Die vrijdagmiddagborrel weet ik dan nog wel, maar ‘kladiladi’?
Bleek ‘Klap die laptop dicht!’ te zijn.
En deze zin?
“Gisteravond was echt een leipe esca, ik ben zo bokkie vandaag.”
?
Dit betekent: Het is gisteravond behoorlijk uit de hand gelopen, ik ben zo Brak, Onzeker en Kwetsbaar vandaag.
Boschado is boodschappen doen, een brogeroza is een broodje gerookte zalm een bopla met biba is een borrelplank met bitterballen.

Kijken we even terug naar de jaren ’60, dan waren er toen ook hele hippe woorden, die nu niemand meer gebruikt.
Toen was iets ‘mieters!’
Patricia Paay zingt: ‘… ik vond je altijd reuze-sloom’ en als je iets saai vond, noemde je dat ‘duf’.
Je organiseerde een ‘knalfeest’ en nodigde ‘fuifnummers’ uit.

Conclusie?
Ik word oud.
Dat merk ik ook op het werk als we met elkaar zitten te lunchen.
Er komen allemaal bakjes op tafel met salades, kwarkjes en wrapjes.
Daar zit ik dan tussen met mijn beka en mijn broodtrommeltje met een broka en een bropi* .

*Beker karnemelk, broodje kaas en broodje pindakaas.
😉

Reageren

20 februari: Voor ons allemaal!

Het was al even geleden dat ik op de Maandagavondclub was geweest; gisteren was ik om 19.30 uur  met mijn gitaar en een tas vol muziekinstrumentjes in De Deel.
(Even bijpraten: de Maandagavondclub is een gezellige club voor mensen met een verstandelijke beperking uit Roden, Leek en omgeving, 1982 opgericht door de Raad van Kerken. Af en toe word ik gevraagd om een avond met ‘gitaar & zang’ aanwezig te zijn.)
Dat het zo lang had geduurd had alles te maken met de corona-jaren.
Ik kreeg een kopje thee en een koekje, maar het koekje hoefde ik niet.
“Waar houd je dan van?”
“Bitterballen.”
Grote instemming bij de anderen.
Jaaaah, bitterballen, die lustten zij ook graag.
Toen was het ijs al weer gebroken en konden we beginnen.

Deze keer had ik bedacht dat we samen een koor gingen vormen en ik was de dirigent.
We gingen diep in- en uitademen en, heel officieel, inzingen.
Daarna begonnen we met ‘het Maandagavondclub-lied; ik vind het een hele eer dat ze dat nog steeds kennen en regelmatig zingen, want een aantal jaren geleden heb ik de tekst geschreven. De melodie is heel bekend: ‘ik trek mijn wandelschoenen aan….’.
Iedereen wordt er heel vrolijk van en na het ‘falderieieieie, falderaaaah….’ is het laatste woord de MAANDAGAVONDCLUB!
Titia heeft daar nog een zin aan toegevoegd die ze plechtig uitspreekt: ‘Voor ons allemaal!’
En zo is het.

We zongen een eenvoudige canon, we leerden het ‘do-re-mi-lied ‘Doos, waarop je ’n deksel doet’ uit ’the Sound of music’, we deden een paar klapspelletjes en gingen het namen-spel doen met muziekinstrumentjes.
Iedereen kreeg een instrumentje (triangel, tamboerijn, belletjes, stokjes, fietsbel enzo) en dan moest je je voorstellen met dat instrumentje.
Pie-ter is dan twee tikken met de tamboerijn. Se-bas-ti-aan moest zelfs 4x tikken met zijn jingle-bells.
Daarna gingen we met het hele koor de namen achterelkaar opnoemen en gebruikte degene van wie de naam werd genoemd zijn instrumentje.

Het klinkt als een fluitje van een cent, maar voor de aanwezigen van gisteravond vergde het opperste concentratie.
Titia zat de hele tijd gespannen met haar sambaballen in de aanslag te wachten tot haar naam werd gezongen en Sebastiaan glom van trots als hij 4x moest bellen bij zijn naam.
Nadine krijgt niet altijd alles mee.
Die zit te genieten van wat er allemaal gebeurt en klooit wat om met haar fietsbel en de castagnetten van Margreet.
Maar tijdens het klapspelletje waarbij we ‘In Holland staat een huis’  zongen, zat ze ineens rechtop en zong keihard HUIS!

Je zult je afvragen hoe het ging met die brakke stem van mij.
Nou, eigenlijk niet.
Maar wat was het leuk!
Zingen is namelijk veel meer dan alleen je stem gebruiken.
(De namen voor dit blog zijn gefingeerd ter bescherming van de deelnemers)

In het verleden was ik al vaker op de maandagavondclub; dit schreef ik er toen over:
februari 2019 Een leeuw? Niet? Een lion dan…
maart 2018 Hoeden met een liedje
november 2016 De maandagavondclub o.a. over het ‘Noach-spelletje’

Reageren

Pagina 6 van 249

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema gemaakt door Anders Norén