De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

9 juni: Pinksteren

“Trek iets roods aan!’
Die oproep van dominee Sybrand van Dijk had ik nog even op de PKN-website gezet en heel veel mensen hadden daar gehoor aan gegeven.
Er hing een rood antependium over de avondmaalstafel (zie afbeelding links), de liturgische bloemschikking stond op een rode ondergrond en de cantorijleden hadden ook overwegend rode kleren aan.
We begonnen de viering met het zingen van lied 672 ‘Komt laat ons deze dag’, een pinksterlied geschreven door J.S. Bach. Karel had daar voor de tenor- en de altpartij een nieuwe bewerking van gemaakt, dus zijn naam stond prominent onder die van de grote meester op ons muziekpapier; zie daarvoor de afbeelding rechts.

Afgelopen week schreef ik een verhaal over de repetitieavond van onze cantorij; daarin schreef ik o.a. dat het hard werken is.
Toen wij gistermorgen voor de dienst gingen inzingen ging het niet allemaal goed. We moesten meer dan de puntjes op de i zetten: de i stond er bij wijze van spreken nog maar half.
We hadden na de cantatezondag maar drie repetities gehad en we hadden zo’n  grote hoeveelheid muziek voor de pinksterdienst gekregen, dat het niet is gelukt om het er allemaal goed in te krijgen. Daar komt bij dat we de Marcus-mis zongen tijdens deze viering. Dan heb je een gezongen kyrië, credo etc. Ik zeg het maar eerlijk: dat heeft helemaal niet mijn voorkeur. Vorige week hoorde ik ook al iemand in mijn buurt mopperen ‘ik vind het wel heel Rooms aandoen allemaal..’
Dat werd nog eens versterkt door de term ‘communie’ die in de orde van dienst stond toen we brood en wijn deelden.
Maar…. als je op een koor zit zing je soms ook een lied dat je helemaal niks vindt, dat hoort er nu eenmaal bij, ‘dus Vrieswijk’ spreek ik mezelf dan toe ‘je doet maar een beetje je best’.

Omdat we zoveel moesten zingen was er bij mij gistermorgen geen ‘Pinksterbeleving’. Waar ik anders wel eens wordt opgetild door de muziek en/of de woorden, was ik nu vooral bezig met ‘wat moeten we nu zingen, één- of meerstemmig en gaat het allemaal een beetje goed?’
Zelfs het avondmaal, wat anders altijd een rustpunt is in de viering, verliep deze keer rommelig.
Daniël Lohues zou zeggen: “Ie kunt niet altied zes gooien!’

Eigenlijk vieren wij met ons gezin altijd in het pinksterweekend de Gradagen; dit jaar zouden we met onze kinderen meedoen aan het Buitenkunst Pinksterweekend Drenthe, maar dat ging wegens omstandigheden niet door.
De Gradagen vierden we vanwege die omstandigheden al in april en toen hadden we prachtig weer.
Gistermiddag kwamen we met z’n achten bij elkaar in Almelo voor het vieren van een verjaardag en constateerden dat het qua weer achteraf maar goed was dat we nu niet met Pinksteren in Westerbork zaten: het kwam met bakken uit de lucht. Nu genoten we met elkaar van hazelino’s, een ‘lekkere plank’, van elkaars foto’s, van een grote zak patat en ……natuurlijk van elkaars gezelschap. Geen pinksterbeleving, toch een mooie pinksterdag.

Reageren

8 juni: Een Drentse liefdesverklaoring

“Laot mij van joe hollen, asjeblieft.”
Op het podium van de Stadsschouwburg in Grunn’n stiet Daniël Lohues en wij zit met Hans & Bea in de zaol op rij 2 in de loge: zaoterdag 8 juni,Theatertour 2025.
Lohues stun dizze keer niet allennig op het podium: Bernard Gepken speulde met op gitaar en Reyer Zwart op bas.
Toen wij luusterden naor het lied dat ik nuum boven an dit blog dacht ik: “Wat een mooie, Drentse manier om te zeggen da’j van iene hold.” Het volgende lied was eigenlijk van dezölfde strekking: ‘Was jij maor hier of waor dan ok met mij.”

Wat hebt wij weer geneuten gusteraomnd.
Nao de liefdesliedties kwam der een verhaol over Willem Alexander die op Keuningsdag in 2024 naor Emmen kwam en daor an ’t einde van zien toespraok zee: “Hier kom ik weg”, waarop alle Emmenaoren dachten ‘Nouw…….’
“Dat ku’joe toch niet veurstellen. Dat Willem zeg: “Kom Maxima, wij pakt het hiele spul in: wij gaot hen Emmercompas te wonen!”

Hij nam oons met in zien beleving van geluk.
“Meinsen wordt soms gelukkig van yoga  of een iesbad. Maor daor wo’j toch niet gelukkig van! Geluk begunt bij warme voeten” vun Daniël. Hij vertelde een verhaol over zien reis naor Amerika, waorbij hij slim geluk haar had, maor hij vreug zich daorbij of: was het geluk of was het een wonder? Hij besleut dat verhaal met: geluk IS een wonder.”

De traonen kwamen bij een lied van Skik over heimwee.
Lohues vertelde over zien opa die op een familiefeest in Duutslaand, waor ze hen gungen om schnitzels te eten (hoe herkenbaar!) an de weg gung staon. Toen hij an opa vreug waorumme zee die: “Ik wol wel graag naor huus.” Lohues woonde toen in Utrecht en haar ok slim last van heimwee.
D’r is van alles wa’k probeerd heb, maar ik vuul mij hier niet thuus
Ik heb mij daor nou wel bij neerlegd maar ik wul wel graag naor huus….. 
Naor aanleiding van die uutspraok van zien opa is hij toen begunt met liedties in het Drents, “die zachte, vriendelijke taol…” van zien olders en grootolders.
Ik smölt gewoon bij dit lied, de emotie raakte mij in  ’t gemoed; de hiemwee sijpelt tussen de regels deur.

Onnaovolgbaor was het verhaol dat hij vertelde over het ontstaon van oonze aarde: hoe alles zich ontwikkelde “de kwallegies en de reptielegies” en dat de aarde allent deur de liefde verschilt van de aandere planeten. Toen speulde hij “Het verschil tussen wereld en planeet” “Want de liefde, ja de liefde, de liefde is het verschil….”
Moesstil was het in de zaal bij dit lied.
In de veurankondigings las ik het al: dizze veurstelling weu met recht een intiem optreden nuumd.
Magisch was bijveurbeeld het nummer over het noorderlicht, dat hij veur het eerst zien had in 1989. Toen wus e nog niet wat dat was en haar in eerste instantie dacht dat Jezus terugkwam op aarde en later dat der een kernbom vallen was. Bij het lied dat e daornao zung ha’j echt het gevuul da’j samen met hum naor het noorderlicht stunnen te kieken.
Wát een artiest! Wát een feest um der bij te muggen wezen.
Eerdere veurstellings die wij hebt bezöcht:

2024: Advent: Lohues met Holland Baroque 
2024: Zingen en bidden
2023: Puntje van je stoel verhalen
2019: De Drent Lohues & Holland Baroque

2018: Ik kiek overal, maor ik heur hier
2017: Maak joe waor.
2016: Aosem. Awesome!

Reageren

7 juni: Vijf is één te weinig!

Sinds 2021 maak ik deel uit van het secretariaat van Lentis Team290, maar van de collega’s waar ik nu mee op één afdeling zit is er maar één die er toen ook al werkte.
Collega’s zijn met pensioen gegaan of naar een andere afdeling verhuisd, zodat er sprake is van een ’toen’ en ‘nu’ situatie.
In de periode dat er zoveel veranderde had ik bij ons in de overkappingsschuur een bijeenkomst georganiseerd waar oude en nieuwe collega’s elkaar ontmoetten, maar dat is ook al weer twee jaar geleden. ‘Nieuw’ zie ik iedere week op het werk, ‘oud’ niet zo vaak meer, maar gelukkig organiseren we zo af en toe een mini-reünie.
Een overzicht van de bijeenkomsten tot nu toe vind je onderaan dit blog.
Kortgeleden kregen we een uitnodiging van Margreet om bij haar in Stadskanaal te komen voor een kop koffie en een lunch.
Petronet kon er helaas vandaag niet bij zijn, maar wij hopen dat zij volgende keer weer present is!

Na de begrafenis en bruiloft van donderdag had ik stemproblemen, dus ik had me voorgenomen om even wat minder te praten.
Goed idee, niet gelukt.
Renny stapte vanmorgen rond 09.15 u bij mij in de auto en in Peize stapten Corry en Marja in; houd dan maar eens je mond…..
Wat hadden we veel te bespreken; in een jaar kan er immers zo veel gebeuren!
Toen de ‘navigatiemevrouw’ mij luid en duidelijk instrueerde dat ik rechts moest afslaan richting Gasselte, bleef ik rechtdoor rijden op de Hunebedhighway.
Achterin zei Corry; “O. We hadden er volgens mij hier af gemoeten…”, maar we zaten zo genoeglijk te beppen dat ik die hele afslag over het hoofd zag.
Toen moesten we 5 kilometer doorrijden naar de volgende afslag: Borger.
Het scheelde niet eens zoveel tijd, want klokslag 10.30 uur parkeerden we de auto bij Margreet voor de deur.
Met z’n vieren wandelden we naar de oprit van nr. 28 tot de twijfel toesloeg.
“Of was het nou 26….”
Nog even weer de app er bij: ja hoor, toch 26.
Vier secretaresses op hun best.

En toen was er koffie met gebak en heel veel verhalen, gelardeerd met foto’s.
Er was een zoon getrouwd, er was een dochter geslaagd, er waren vakanties geweest en natuurlijk moesten we het uitgebreid hebben over ons secretariaat.
Wat er allemaal veranderd is, wat nog steeds hetzelfde is en over de vraag ‘wat gaat er in de toekomst met de secretariaten gebeuren?’
Maar natuurlijk ook over het ouder worden.
Het verlies van energie.
De nare ziektes die mensen overkomen, waardoor er ineens een leven ‘voor’ en ‘na’ is.
Hoe kwetsbaar we zijn en dat we niet met ‘leven en genieten’ moeten wachten tot we met pensioen gaan.

Deze keer hadden we niet allemaal iets meegenomen voor het eten tussen de middag, maar lieten we ons de lunch goed smaken bij ‘Lekker Anderz’, een mooie combinatie van horeca en zorg  in Stadskanaal.
Eenmaal thuis wisselden we nog wat appjes uit.
Tikkies enzo.
“Dames, het was supergezellig! Maar vijf is één te weinig. Petronet: volgende keer weer met z’n zessen!”

Afscheid van Margreet – juni 2023
Wandelclubje voor pensionado’s – juli 2023
Oud-en-nieuw-afscheids-ontmoetingsfeest – Augustus 2023
In een oude school – november 2023
Bijpraten in Zuidhorn – mei 2024
In het najaar van 2024 was er een bijeenkomst bij Corry, maar daar kon ik niet bij zijn.

Reageren

6 juni: Dansen en drinken.

Gisteren schreef ik over de begrafenis waar wij voor waren uitgenodigd.
Je rekent eigenlijk nooit op een begrafenis, maar de datum 5 juni stond al wel even in onze agenda: Rick en Anouk gingen trouwen.
Dat wisten wij al sinds Roelofs verjaardag in maart: gisteravond liepen wij rond 20.15 uur het feestgedruis in.
‘Gedruis’ is een goed woord voor waar wij in liepen: in het woordenboek staat dat gedruis ‘dof en verward geluid of geraas; leven, lawaai, rumoer’ betekent.
De bruiloft vond plaats in de loods van het bedrijf van Rick, ‘Waninge Verhuur‘.
Daar had ’s middags ook de plechtigheid plaats gevonden; wij waren daar natuurlijk niet bij, maar het was mooi geweest en ook heel romantisch. Rick en Anouk hadden een brief aan elkaar geschreven en die hardop voorgelezen tijdens de huwelijksceremonie. Toen we het bruidspaar feliciteerden zagen we al de bijzondere ring die ze elkaar gegeven hadden en we bewonderden hun prachtige bruidskleding. Eerlijk gezegd hadden we ze nog niet zo vaak in een jurk en een pak gezien, dus we zagen hen nu eens van een heel andere kant. Links zie je het mooie bloemstuk dat op hun trouwauto lag.

We zochten de ouders van de bruid en bruidegom op, feliciteerden hen en we sloegen hier en daar wat op schouders van familieleden.
Ook ontmoetten we natuurlijk de familie van schoonzus Ali en we zagen nu ook eens hun kinderen, waar we natuurlijk wel eens over praten op een verjaardag, maar die we nog nooit gezien hadden.
Er stond band te spelen op het podium en we moesten écht ons best doen om elkaar te verstaan, want de luidsprekers stonden knetterhard.
“Kan die muziek niet wat zachter?” vroeg ik aan Ali, maar die lachte mij gewoon uit.
“Maar we kunnen elkaar bijna niet verstaan” merkte ik op.
Dat was volgens Ali ook helemaal niet de bedoeling.
“Je moet dansen en drinken vanavond!”

Op een gegeven moment gingen alle vrouwen aan één kant van de dansvloer staan en alle mannen aan de andere kant; de band speelde nummers uit Grease, waarbij de mannen en vrouwen elkaar toezongen. Later deden ze dat ook nog met ‘Paradise by the dashboardlight’. Verder zong de hele zaal heel blij en overtuigend mee met een lied dat ik nog nooit gehoord had; over dat het warm was en dat de zon weer ging schijnen? Zoiets. Ik stond aan de kant het allemaal aan te zien en voelde mij als mijn ooms en tantes op onze bruiloft.
Twee en veertig jaar geleden.
Bij een heerlijke schaal vol bitterballen en andere hapjes schoot ik onverwacht vol.
Die hadden we ’s middags ook gehad.
Het lukte me niet om het van me af te zetten en rond 22.30 uur gingen we toch maar naar huis.

Wij hebben niet zo vaak meer een bruiloft tegenwoordig.
Vroeger trouwde bijna iedereen, maar tegenwoordig wordt er even zo vaak een samenlevingscontract ondertekend.
Rick had daarover gezegd dat hij contracten ondertekende met zijn zakenpartners, maar dat hij met Anouk graag een huwelijk wilde sluiten.
Daarvoor kom ik mij dus graag een avond in het feestgedruis storten; alleen jammer dat rouw én trouw te veel was voor op één dag.

Reageren

5 juni: “Kom nou maar gewoon….”

De knapste man van de familie Boelen is er niet meer.
Zo noemde neef René zichzelf altijd; enige Randstedelijke arrogantie was hem dus niet vreemd.
Op een familiefeest kon hij z’n arm om je heen slaan en roepen: “Zo, nou komp de knapste man van de femilie effe naast je zitte!”
Hij had in een maand tijd 3 slecht-nieuws-gesprekken gevoerd met zijn behandelend arts; in het laatste gesprek werd hem verteld dat hij moest denken in weken.
Daarna is hem nog één week gegund. René is 52 jaar geworden en laat een vrouw en een zoon van 10 achter.
Hij is de zoon van oom Albert en tante Lammie. Vier jaar geleden overleden zij 3 weken na elkaar: daarover schreef ik toen deze blogs.

Hij had gezegd: “Ik wil graag een begrafenis vanuit de kerk, maar ik weet niet of dat kan, want ik kom er nooit meer.”
Natuurlijk kon dat. “Kom nou maar gewoon” zei de dominee daarover. Hij vervlocht het mooi in zijn verhaal: Jezus zegt in Mattheus 11: ‘Komt allen tot mij die vermoeid en belast zijt.’
Ook al ben je helemaal niet vertrouwd met de rituelen en gewoontes in een kerkdienst: beleef het op jouw manier en haal er uit waar jij mee verder kan.”

Het afscheid was een wonderlijke combi van een kerkelijke plechtigheid en een feestje in de kroeg. 7 sprekers hoorden we: gezin, familie en vrienden, geschokt en verslagen door zijn onverwacht snelle overlijden.
Het meest ontroerende vond ik een filmpje dat René nog niet zo lang geleden naar zijn vrouw had gestuurd dat werd getoond na haar verhaal.
Hij zat in zijn vrachtwagen en zong met die guitige kop van hem loeihard mee met Whitney Houston: “AND AAAAIAIAAAAAI WILL OHOHOLWEEEHEEES LOVE JOEHOEOE…!”

Op het kerkhof kwamen we langs het graf van mijn oom en tante.
Het gedicht dat daarop staat (klik op de afbeelding voor een vergroting) werd voorgedragen door de dominee. We zagen ze bijna zitten, op hun bankje in de lucht…
De informele condoleance vond plaats in “Jofel”, een kroeg in Bleiswijk. Toen iedereen terug was van de begraafplaats klonk met het volume op standje burengerucht het nummer ‘Laten we proosten’ van Guus Meeuwis. Menigeen stond met een borrel in de hand de tranen weg te slikken. Je kunt wel doen alsof het feest is, maar het voelt niet als feest. Maar net als de uitvaart uit de kerk: René had het zelf zo bedacht. En na een half uur was het toch al weer gezellig omdat we een aantal familieleden ontmoetten die we een tijdje niet gezien hadden.

Ik zag nog foto’s voorbijkomen van René als kleuter.
Wij gingen vroeger met ons gezin met hen samen op vakantie.
Toen kon hij de K nog niet zeggen. “Ome Tees! Weet je wat we vanavond gaan eten? Pannetoete!

Niet te geloven dat ik ‘as zijn ‘nichie’ nooit meer een knuffel krijg van deze grote, flamboyante, emotionele en ongetwijfeld knapste man van de familie.
Van zijn laatste boodschap aan ons zie je de afbeelding links van dit blog: Leef!

Reageren

4 juni: Erfenis & een korte broek.

Als ik iets schrijf over de cantorij is het vaak over de viering waaraan we meewerken, maar vandaag wil ik het eens hebben over onze repetities.
Dinsdagavond van 19.30 – 21.30 uur staan we met groep van 25 – 30 zangers met elkaar te zingen.
We hebben meestal 3 à 4 repetities voordat we weer meewerken aan een dienst en we zingen ongeveer 7 liederen in zo’n viering.
Neem van mij aan: dat is hard werken. We zingen niet alles vierstemmig en sommige liederen kennen we ook al van een vorige keer, maar het duurt vaak even voor alle teksten en nootjes er weer in zitten.

Al jaren zing ik bij de alten en als je dit blog al even leest, dan weet je dat dat voor mij een aangenaam genoegen is.
In de afgelopen maanden zongen we een lied waarbij de tenoren een hele hoge regel hadden.
Karel zei daarover: ‘Heren, jullie hebben daar een soort ‘excelsis Deo’, jullie zijn daar het engelenkoor!’
Wij zien dan vanaf onze achterste rij twee kalende mannen voor ons staan, waarvan er één ook nog een korte broek aanheeft; wij alten hebben toch echt een ander beeld bij een engelenkoor…
Helemaal giechelig worden we als Karel daar later nog over zegt: “Mannen, jullie worden daar een beetje ‘versierd’ met nootjes door de andere koorleden, geniet daar van!’
Het engelenkoor wordt versierd; dan moeten we elkaar gewoon even niet aankijken.

Bij lied 376 uit het liedboek komt de zin voor ‘mensen zijn als een erfenis’.
Bij het woord ‘erfenis’ is de lengte van de noten niet voor alle partijen gelijk; één van de mannen vroeg daarom: “Hoe wordt die erfenis verdeeld’?
Heerlijk. Hij had het zelf niet eens door….

Gisteravond waren we nog druk met de liederen die we zingen op 1e Pinksterdag.
Karel geeft soms prachtige aanwijzingen.
“Dat stukje daar moet je steeds doorzingen, in saecula saeculorum.”
Huh?
Buurvrouw Ilse weet gelukkig wat Karel bedoelt.
“Ja, dat is tot in de eeuwen der eeuwen.”
Wel heel lang…..maar dan snap ik het tenminste.
Verder zingen we een lied waarbij in onze partituur per ongeluk de orgelmuziek is geplaatst.
De bassen zongen bij dat lied niet eerst mee: “Wat moeten we daar nou zingen?!”
Karel kwam bij hen staan, zong met hen mee en wees in het boek aan wat ze moesten zingen, waarop één van de bassen opgelucht uitriep: “Ooo…. we hoeven helemaal niet te zingen wat er staat!”

Ik schreef het al in de eerste alinea: hard werken. Maar ook genieten!
Gisteravond moesten we een kwartier langer door repeteren, want we hebben weer nét iets te veel liederen in de orde van dienst van 1e Pinksterdag staan.
Het komt zondag vast goed.
Kom je naar ons luisteren om 10.00 uur in Op de Helte?
Trek dan iets roods aan: bij Pinksteren hoort de kleur rood.
Rood is de kleur van de warmte.
De liefde.
De passie voor het leven en de goedheid.
Tot zondag!

Reageren

3 juni: Minder ‘foonkoekeloeren’.

Gistermiddag plaatste ik een foto* op het Instagramaccount van deze website met als tekst daarop ‘De laatste…’
Het is de laatste foto die ik plaats op dat account, want ik ga het account ‘De waarde van de dag’ opheffen.
Dat heeft twee redenen.

De eerste reden is dat er berichten in de pers kwamen over AI.  Een AI-gestuurd computerprogramma gaat berichten en foto’s gebruiken die je openbaar op Facebook en Instagram hebt geplaatst. Meta, het bedrijf achter de twee platforms, is bezig met een computerprogramma dat zelfstandig afbeeldingen en teksten kan maken en daarvoor gebruiken ze jouw berichten en afbeeldingen.

De tweede reden is een artikel dat ik las (al scrollend kwam ik daar voorbij) onder de titel: “Wat doet eindeloos scrollen met je brein?”
Een paar quotes uit dat artikel:

  • Scrollen is voor veel mensen een gewoonte geworden; de constante stroom aan informatie lijkt onuitputtelijk.
    Het begint vaak als een paar minuten ontspanning, maar voor je het weet, ben je een half uur gedachteloos aan het scrollen.
    Dat heeft gevolgen voor het brein en voor de mentale gezondheid.
  • Voortdurend krijgt ons brein al scrollend nieuwe prikkels te verwerken. Bij iedere onverwachte afbeelding, grappige video of like komt een kleine hoeveelheid dopamine vrij – een neurotransmitter die het beloningssysteem activeert. Dit mechanisme zorgt ervoor dat mensen gemotiveerd blijven om door te scrollen, op zoek naar de volgende prikkel of ‘beloning’. Daarom wordt scrollen ook als ‘verslavend’ gezien.
  • Je brein wordt cognitief te veel belast: het krijgt grote hoeveelheden onsamenhangende informatie te verwerken.  Dat heeft gevolgen voor je aandacht en voor je geheugen.
  • Schermen stralen blauw licht uit, wat de productie van melatonine – het slaaphormoon – remt. Scrollen voor het slapengaan als ontspanning maakt het juist lastiger om in slaap te vallen.
  • Volgens neurowetenschappers leidt overmatig scrollen niet alleen tot cognitieve uitputting, maar ook tot vervreemding van diepere mentale processen zoals reflectie, creativiteit en empathie.

Pffff.
Ook ik zit te vaak te scrollen en daar moet ik iets aan doen.
In overleg met mezelf neem ik me het volgende voor: de Instagram-app verwijderen, niet meer de Google-nieuwskoppen lezen en de telefoon alleen gebruiken op vaste tijden.
Wat die tijden worden moet ik nog bedenken: eerst maar eens drastisch ‘foonkoekeloeren’ minderen en kijken hoe het gaat.

In dat artikel stonden ook een paar bruikbare tips:
– Meldingen beperken. Echt een aanrader, ik heb mijn telefoon al jaren op ‘niet storen’ staan.
– Schermen niet meenemen naar de slaapkamer
– Schermvrije momenten inbouwen.
– Passief en gedachteloos scrollen ombuigen naar actief schermgebruik: leren, creatief werken of het volgens van sport- en gezondheidsapps.
Bewuste keuzes maken dus; nadenken over wat het schermgebruik je oplevert en of het past bij het moment van de dag.

We gaan het beleven.
Ik hou je op de hoogte!

Wil je het hele artikel lezen? Hierbij een link: Wat doet eindeloos scrollen met je brein? 
Geïnteresseerd in het onderwerp? Kijk dan eens op de website Mediawijsheid.nl 

Wat stond nou op die laatste foto? 
Bekijk het op het Instagramaccount van deze website: het kan vandaag nog! 

Reageren

2 juni: Land van Bartje.

Al vanaf 1962 woon ik in Drenthe, het land van Bartje.
In mijn jeugd keken we naar de serie ‘Bartje’ van de NCRV, ik heb het boek Bartje van Anne de Vries gelezen in mijn puberteit en heel soms maak ik een leuke selfie bij het beeldje van het kereltje dat in Assen staat.

Het Hemelvaartsweekend verbleven wij met driekwart van onze ‘vriendenclub van acht van Hoogersmilde’ in een 8-persoon-huis op het Landal Vakantiepark ‘het Land van Bartje’. Last-minute geregeld omdat onze groepsreis ter gelegenheid van ons 45-jarig jubileum niet door ging, maar we wilden het ook niet ongemerkt voorbij laten gaan.
Voor de receptie  van het park staat een levensgrote Bartje; het ventje heeft een pet op en gympen aan en hij lijkt wat mij betreft in niets op ons Drentse icoon.
Hoeft ook niet. Bartje moet met zijn tijd mee en welk kind loopt in Drenthe tegenwoordig nog op klompjes?

We zaten in Borger niet zover van Beilen af.
We hoopten dat Nellie en Johan dan een dag bij ons in het huis zouden komen aanschuiven en dat als niet zou lukken, zouden we proberen om even bij hen op bezoek te gaan.
Het werd toch een tripje naar Beilen: op Hemelvaartsdag zochten we hen op.
Zij hadden gezorgd voor koffie/thee met gebak en het was heerlijk om toch even met z’n achten in de kring te zitten.

En natuurlijk: we hadden het met z’n zessen gezellig, maar we misten het ene stel eigenlijk in alles; er stonden sowieso steeds twee lege stoelen bij de grote tafel in de woonkeuken.
We zijn uit eten geweest in steakrestaurant El Zorro in Buinen waar we werden verwend met een proeverij van verschillende kleine, Spaanse gerechtjes. Verder maakten we mooie fietstochten en wandelingen in de omgeving, deden spelletjes (o.a. Dixit dat we in februari  geleerd hadden) en genoten van deze ‘in plaats van’-vakantie op de Hondsrug in ons eigen Drenthe. Prima allemaal, maar we hopen volgend jaar alsnog met zijn achten naar de Griekse zon te gaan.
46 jaar is ook een mijlpaal.

En natuurlijk: ook zonder die twee uit Beilen was er voldoende gezeur en geouwehoer.
Iemand maakte een Zweedse puzzel en vroeg in het algemeen of er meer zijn die wel eens zo’n puzzel oplossen.
“Nee, mijn Zweeds is niet zo goed…..”
Gerard had de boeking gedaan en werd prompt gebombardeerd tot ‘opperhoofd-geitenbreier’ van het hele weekend.
In die rol moest hij naar de receptie om ‘zich te identificeren’; dat zei hij tenminste.
Maar in levende lijve hoef je je alleen maar te legitimeren.
Eén stel opperde om met de bus naar Beilen te gaan, waarop ik riep: “We gaan toch niet met het openbaar vervoer!”
Maar nee. Men bedoelde de bedrijfsbus van het stel.

Was het een 100% Drents weekend?
Nee.
1% Rotterdams.
Bij het afscheid kregen we ’t Zit d’rop’.
Drop uut 010 van dizze gastblogger!

Meer weten over de echte Bartje?
Hierbij een link naar een artikel over hem op Wikipedia.

Op You Tube vond ik nog een oude aflevering van de serie Bartje, waarin hij voor het eerst naar school gaat.
De opnames bij de school zijn gemaakt bij de meester Scheepstra school in Roden.

Reageren

1 juni: Gastblog Remmelt – Pareltjes uit het Rommelparadijs.

Pareltjes uit het Rommelparadijs

De naam van de antiek- en curiosa winkel ‘het Rommelparadijs‘, in de buurt van Broek op Langedijk doet haar naam eer aan.
Alles is stoffig en staat door elkaar, je ziet door de bomen het bos niet meer. Het doet denken aan de Engelse serie Salvage Hunters, waar Drew Pritchard samen met zijn chauffeur Tee bezoekjes brengt aan de meest rommelige antiekwinkels. Maar af en toe vind je een pareltje tussen de uitgestalde handel. Dochter Anja woont in Schagen en is ook liefhebber van kunst; als ik bij haar ben neem ik het Rommelparadijs meestal op in mijn route.
De eigenaar van het Rommelparadijs is een vrolijke en opgewekte man, die zingend  door  het   leven  gaat.

Bernadette Leijdekkers 1947 ‘Bloemstilleven’ – aquarel.

Deze keer vond ik een schildersmap met 50 aquarellen, voornamelijk bloemstillevens uit het eind van de vorige eeuw. Anja wilde de aanwinsten, zoals altijd, graag bekijken. “Dit is een aardige aquarel” zei ze “die wil ik wel hebben. Dat was natuurlijk prima. Het is een krachtig geschilderde aquarel, met een prachtige kleuropbouw.
Het aquarel heet ‘Bloemstilleven’ en het is gemaakt door Bernadette Leijdekkers (1947).
Je kunt zien dat het een bloemstilleven is, maar het gaat richting abstract met de onaffe vaas.
Dat is kunst om het zo te componeren in aquarel op papier.

Anja heeft een goede neus voor kunst, want zij koos een vroeg werk van deze bekende kunstenares.
Leijdekkers is reeds meer dan 25 jaar een gedreven en energiek beeldend kunstenaar.
In de loop van de jaren heeft zij vele elementen uit de beeldende kunst onderzocht en heeft daardoor een eigen herkenbare stijl ontwikkeld vol beweging en emotie.

Haar werk is zoals zij leeft, kleurrijk en spontaan, beweeglijk en muzikaal, vol afwisseling en dynamiek. Zij heeft veel in opdracht gewerkt zowel in de schilderkunst als in de beeldhouwkunst, voor bedrijven en particulieren. Daardoor heeft zij veel ervaring opgedaan in diverse disciplines. Maar vooral de laatste jaren werkt zij het liefst vrij, in een richting die zij zelf kan bepalen. De prijzen van de schilderijen van Bernadette Leijdekkers zijn overeenkomstig haar succes de laatste jaren gestegen.

Maar nu even terug naar die schildersmap.
Een aantal aquarellen heb ik verkocht aan een oude dame. Zij kwam voorrijden met een royale Engelse oldtimer, bestuurd door (wellicht) haar zoon. De man was niet geïnteresseerd in de handel van zijn metgezel. Hij was gekleed in driedelig grijs, het type aristocraat in de functie van rechter. Op mijn vraag: “Wilt u gaan zitten?” reageerde hij ontkennend. Hij had zoiets van ‘hier hoor ik niet bij’. Hij liep rond en bekeek onze schilderijen in de woonkamer. De oude dame nam vervolgens alle tijd en bekeek de aquarellen enkele keren. Ze maakte een duidelijk keuze en kocht een tiental aquarellen, waar zij erg blij mee was. Zij betaalde en bij het vertrek zei de man over een schilderij aan de wand: “Dat is een goed schilderij!”

Verder heb ik nog enkele aquarellen verkocht en wat overbleef is gegaan naar de garageverkoop van een goede vriendin: Zij heeft de opbrengst bestemd voor een goed doel.

Zo zie je maar dat de pareltjes uit het Rommelparadijs vele malen kunnen schitteren!

Meer weten over Bernadette Leijdekkers?
Hier vind je haar website.

Benieuwd naar andere bijdragen van Remmelt?
Hierbij een link naar zijn eerste gastblog, onderaan dat verhaal vind je overzicht.

Reageren

31 mei: De vergeten tuin.

In mijn boekenkast lag al even het boek ‘De vergeten tuin’ van Kate Morton.
Gekregen van mijn boekenvriendin Jeannette met de woorden: “Net iets voor jou denk ik.”
Na het eerste hoofdstuk was ik al verkocht.
Het is 1913.
Een meisje van 4 jaar wordt met een klein koffertje bij zich gevonden op een groot schip dat van Engeland naar Australië vaart.
Eenmaal aan de andere kant van de wereld  is er geen spoor van ouders of verzorgers.
Een havenmedewerker ontfermt zich over het kind en neemt het bij zich in huis.

Op haar 21e verjaardag vertelt  ‘vader’ aan Nell dat hij en zijn vrouw niet haar echte ouders zijn.
Pas als Nell al in de zestig is krijgt ze wat meer informatie over haar afkomst; ze hoorde bij de familie Mountrachet die woonde op het het landgoed Blackhurst Manor in Cornwall.

Het boek speelt zich af in verschillende tijdsperiodes en je reist onophoudelijk door de tijd. Je moet best goed opletten, want je leert heel veel personages kennen.
Er begint  een verhaallijn in 1975, wanneer Nell naar Engeland gaat en onderzoek doet naar haar verleden.
Blackhurst Manor is vervallen geraakt en een jong stel is bezig om er een hotel van te maken.
Nell koopt daar een klein huisje ‘Cliff cottage’ genoemd met een tuin, maar ze keert terug naar Australië en komt nooit meer terug.
Een andere verhaallijn speelt in 2015 en volgt de kleindochter van Nell, Cassandra, die na het overlijden van Nell van de notaris te horen krijgt dat zij ‘Cliff cottage’ op het oude landgoed in Cornwell heeft geërfd.

Bij stukjes en beetjes kom je meer te weten over de bewoners van Blackhurst Manor aan het begin van de 19e eeuw: Linus en Adeline wonen er met hun dochtertje Rose en een trits bedienden en tuinlieden. Verder is er ook nog een nichtje Eliza Makepeace, waar nog een heel andere verhaallijn omheen is geschreven.  Door dagboeken, plakboeken en papiertjes die toevallig worden gevonden weet je na 512 pagina’s wat de oorspronkelijke naam van Nell is en wie haar biologische ouders waren.

Het is met recht een boek dat je meeneemt naar de wc, een criterium dat in ons gezin gehanteerd wordt. Op het laatst ben je zo benieuwd hoe het allemaal zit, dat je de laatste 150 pagina’s in één ruk uitleest. En zoals wel vaker met hele leuke boeken: het is geen literatuur. In sommige passages worden dingen tot in detail beschreven om vervolgens jaren in de geschiedenis over te slaan en af en toe bekroop mij het gevoel ‘dit is wel heel toevallig….’ alsof het er echt bij gezocht is.
Maar, en dat had Jeannette goed bekeken, wat een heerlijk boek!
Een mysterieus verhaal met een geheimzinnige familiegeschiedenis en raadsels uit het verleden weet mij bijna altijd te boeien.
Ook jouw ‘cup of tea’? Dan is het een aanrader.

In 2016 las ik ook al een boek van Kate Morton: ‘De vertrouweling”; hierbij een link naar het blog dat ik daarover schreef.

Reageren

Pagina 19 van 395

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén